direct naar inhoud van 6.1 Planmethodiek
Plan: Bestemmingsplan Noord
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0402.06bp00noord-oh01

6.1 Planmethodiek

De regelgeving, zoals opgenomen in het Besluit ruimtelijke ordening, biedt de gemeente de mogelijkheid tot het opstellen van bestemmingsplannen met een grote mate van flexibiliteit en globaliteit. Planvormen kunnen zodanig worden gekozen dat ingespeeld kan worden op zich wijzigende omstandigheden en op nieuwe maatschappelijke ontwikkelingen, zodat in veel gevallen het bestemmingsplan minder vaak behoeft te worden aangepast.

Bij de opzet van het bestemmingsplan Noord is hoofdzakelijk gekozen voor twee bestemmingsmethodieken. Voor een groot gedeelte van het plangebied is gekozen voor een eindbestemming. Voor één locatie is gekozen voor een globale, door burgemeester en wethouders nader uit te werken, bestemming.

De keuze van de bestemmingsmethodiek eindbestemming of nader uit te werken bestemming hangt onder meer samen met:

  • de bestaande situatie in relatie tot toekomstige ontwikkelingen;
  • de fasering c.q. het tijdstip van realisering van de bestemming;
  • de behoefte om te zijner tijd nadere uitwerking te geven aan de ruimtelijke en functionele ontwikkeling.

Om het onderscheid tussen de bestemmingsmethodieken nader toe te lichten is het volgende van belang.

Eindbestemming

Op basis van de bepalingen van een eindbestemming kunnen direct bouwvergunningen worden afgegeven, indien deze passen binnen de bestemmingsomschrijving en de bebouwingsbepalingen. In deze gevallen is sprake van een ´directe bouwtitel´. Volledigheidshalve wordt hierbij opgemerkt dat ook bij een eindbestemming niet te allen tijde sprake behoeft te zijn van een zeer gedetailleerde bestemming. Afhankelijk van de situatie kan een eindbestemming een globaal karakter hebben en meerdere functies bevatten (bestemmingen).

In dit bestemmingsplan zijn de bestaande en te handhaven functies voorzien van een gedetailleerde eindbestemming.

Uit te werken bestemming

Bij deze bestemmingsmethodiek is geen sprake van een ´directe bouwtitel´. Bouwvergunningen kunnen in het algemeen slechts worden afgegeven indien de globale bestemming door burgemeester en wethouders nader is uitgewerkt in een zogenaamd uitwerkingsplan. Bij de nadere uitwerking van de bestemming dient het college van burgemeester en wethouders zich te houden aan de door de raad vastgestelde regels die in het bestemmingsplan worden genoemd.

In dit bestemmingsplan is voor de herstructureringslocatie Jacob van Campenlaan (kop), hoek Erfgooiersstraat (tot Graaf Wichmanstraat) een uit te werken bestemming opgenomen.