direct naar inhoud van Bijlagen regels
Plan: Boekelermeer Heiloo
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0399.BPBoekelermrHeiloo-VST1

Bijlagen regels

Bijlage 2 Bestemming Kantoor na wijziging van het plan

Artikel X Kantoor

X.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Kantoor' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. kantoren tot een maximum van 1.000 m2 per vestiging;
  • b. verkeer en verblijf;
  • c. groenvoorzieningen;
  • d. water en voorzieningen ten behoeve van de waterhuishouding;
  • e. openbare nutsvoorzieningen;
  • f. (ondergrondse) parkeervoorzieningen.

Binnen de bestemming zijn:

  • seksinrichtingen;
  • bedrijfswoningen;
  • bedrijven die vallen onder het Besluit externe veiligheid inrichtingen,

niet toegestaan.

X.2 Bouwregels

  • a. Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:
    • 1. gebouwen worden op een minimale afstand van 2 meter uit de perceelsgrens gebouwd;
    • 2. het maximum bebouwingspercentage mag niet meer bedragen dan 70% van het totale perceel;
    • 3. de maximum bouwhoogte bedraagt 15 meter;
    • 4. in afwijking van het bepaalde onder a.3. is ter plaatse van de aanduiding "specifieke bouwaanduiding - afwijkende hoogte" ten oosten van De Middenweg en ten noorden van de Kanaalweg een hoogteaccent toegestaan met een minimum bouwhoogte van 20 m en een maximum bouwhoogte van 25 m;
  • b. Voor het bouwen van gebouwen ten behoeve van openbare nutsvoorzieningen en verkeers- en verblijfsdoeleinden geldt dat uitsluitend gebouwen mogen worden gebouwd zoals bedoeld in artikel 2.1, lid 3 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht;
  • c. Voor het bouwen van overige bouwwerken geldt dat de bouwhoogte ten hoogste 6 m bedraagt, met dien verstande dat:
    • 1. de hoogte van perceel- en erfafscheidingen ten hoogste
      • 1 m bedraagt op minder dan 5 meter achter de voorgevelrooilijn;
      • 2,5 m bedraagt voor het overige.
    • 2. per 1.000 m2 kaveloppervlak maximaal 2 vlaggenmasten zijn toegestaan die geplaatst worden tegen de grens van de kavel met de openbare weg.

X.3 Afwijken van de bouwregels

Burgemeester en wethouders kunnen met een omgevingsvergunning afwijken van:

  • a. het bepaalde in lid X.2 onder a.3. waarbij de maximum bouwhoogte met 5 meter mag worden verhoogd, mits:
    • 1. de bedrijfseconomische noodzaak om hoger te bouwen wordt aangetoond en;
    • 2. de beeldkwaliteit niet wordt aangetast.

X.4 Nadere eisen

Burgemeester en wethouders kunnen met het oog op het voorkomen van een onevenredige aantasting van:

  • de bezonning, privacy en gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden;
  • het straat- en bebouwingsbeeld;
  • de bouwvorm, zoals bepaald door goothoogte, bouwhoogte, dakhelling en kapvorm van karakteristieke panden;
  • de beleving van groen en water;
  • de verkeersveiligheid en toegankelijkheid;
  • parkeerruimte op eigen erf;
  • de sociale veiligheid;

nadere eisen stellen aan de plaats van overige bouwwerken.

Bijlage 3 Bestemming Maatschappelijk na wijziging van het plan

Artikel X Maatschappelijk

X.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Maatschappelijk' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. educatieve, sociaal-medische, sociaal-culturele en levensbeschouwelijke voorzieningen en voorzieningen ten behoeve van openbare dienstverlening;
  • b. verkeer en verblijf;
  • c. groenvoorzieningen;
  • d. water en voorzieningen ten behoeve van de waterhuishouding;
  • e. openbare nutsvoorzieningen;
  • f. (ondergrondse) parkeervoorzieningen.

Binnen de bestemming zijn:

  • seksinrichtingen;
  • bedrijfswoningen;
  • zelfstandige kantoren;
  • bedrijven die vallen onder het Besluit externe veiligheid inrichtingen,

niet toegestaan.

X.2 Bouwregels

  • a. Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:
    • 1. gebouwen worden op een minimale afstand van 2 meter uit de perceelsgrens gebouwd;
    • 2. het maximum bebouwingspercentage mag niet meer bedragen dan 70% van het totale perceel;
    • 3. de maximum bouwhoogte bedraagt 15 meter;
    • 4. in afwijking van het bepaalde onder a.3. is ter plaatse van de aanduiding "specifieke bouwaanduiding - afwijkende hoogte" ten oosten van De Middenweg en ten noorden van de Kanaalweg een hoogteaccent toegestaan met een minimum bouwhoogte van 20 m en een maximum bouwhoogte van 25 m;
  • b. Voor het bouwen van gebouwen ten behoeve van openbare nutsvoorzieningen en verkeers- en verblijfsdoeleinden geldt dat uitsluitend gebouwen mogen worden gebouwd zoals bedoeld in artikel 2.1, lid 3 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht;
  • c. Voor het bouwen van overige bouwwerken geldt dat de bouwhoogte ten hoogste 6 m bedraagt, met dien verstande dat:
    • 1. de hoogte van perceel- en erfafscheidingen ten hoogste
      • 1 m bedraagt op minder dan 5 meter achter de voorgevelrooilijn;
      • 2,5 m bedraagt voor het overige.
    • 2. per 1.000 m2 kaveloppervlak maximaal 2 vlaggenmasten zijn toegestaan die geplaatst worden tegen de grens van de kavel met de openbare weg.

X.3 Afwijken van de bouwregels

Burgemeester en wethouders kunnen met een omgevingsvergunning afwijken van:

  • a. Het bepaalde in lid X.2 onder a.3. waarbij de maximum bouwhoogte met 5 meter mag worden verhoogd, mits:
    • 1. de bedrijfseconomische noodzaak om hoger te bouwen wordt aangetoond en;
    • 2. de beeldkwaliteit niet wordt aangetast.

X.4 Nadere eisen

Burgemeester en wethouders kunnen met het oog op het voorkomen van een onevenredige aantasting van:

  • de bezonning, privacy en gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden;
  • het straat- en bebouwingsbeeld;
  • de bouwvorm, zoals bepaald door goothoogte, bouwhoogte, dakhelling en kapvorm van karakteristieke panden;
  • de beleving van groen en water;
  • de verkeersveiligheid en toegankelijkheid;
  • parkeerruimte op eigen erf;
  • de sociale veiligheid;

nadere eisen stellen aan de plaats van overige bouwwerken.

Bijlage 4 Bestemming Cultuur en ontspanning na wijziging van het plan

Artikel X Cultuur en ontspanning

X.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Cultuur en ontspanning' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. al dan niet bedrijfsmatige activiteiten gericht op spel, vermaak en ontspanning;
  • b. verkeer en verblijf;
  • c. groenvoorzieningen;
  • d. water en voorzieningen ten behoeve van de waterhuishouding;
  • e. openbare nutsvoorzieningen;
  • f. (ondergrondse) parkeervoorzieningen.

Binnen de bestemming zijn:

  • seksinrichtingen;
  • bedrijfswoningen;
  • zelfstandige kantoren;
  • risicovolle inrichtingen en inrichtingen bedoeld in artikel 40 in combinatie met artikel 1 van de Wet geluidhinder;
  • bedrijven die vallen onder het Besluit externe veiligheid inrichtingen,

niet toegestaan.

X.2 Bouwregels

  • a. Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:
    • 1. gebouwen worden op een minimale afstand van 2 meter uit de perceelsgrens gebouwd;
    • 2. het maximum bebouwingspercentage mag niet meer bedragen dan 70% van het totale perceel;
    • 3. de maximum bouwhoogte bedraagt 15 meter;
    • 4. in afwijking van het bepaalde onder a.3. is ter plaatse van de aanduiding "specifieke bouwaanduiding - afwijkende hoogte" ten oosten van De Middenweg en ten noorden van de Kanaalweg een hoogteaccent toegestaan met een minimum bouwhoogte van 20 m en een maximum bouwhoogte van 25 m;
  • b. Voor het bouwen van gebouwen ten behoeve van openbare nutsvoorzieningen en verkeers- en verblijfsdoeleinden geldt dat uitsluitend gebouwen mogen worden gebouwd zoals bedoeld in artikel 2.1, lid 3 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht;
  • c. Voor het bouwen van overige bouwwerken geldt dat de bouwhoogte ten hoogste 6 m bedraagt, met dien verstande dat:
    • 1. de hoogte van perceel- en erfafscheidingen ten hoogste:
      • 1 m bedraagt op minder dan 5 meter achter de voorgevelrooilijn;
      • 2,5 m bedraagt voor het overige.
    • 2. per 1.000 m2 kaveloppervlak maximaal 2 vlaggenmasten zijn toegestaan die geplaatst worden tegen de grens van de kavel met de openbare weg.

X.3 Afwijken van de bouwregels

Burgemeester en wethouders kunnen met een omgevingsvergunning afwijken van:

  • a. Het bepaalde in lid X.2 onder a.3. waarbij de maximum bouwhoogte met 5 meter mag worden verhoogd, mits:
    • 1. de bedrijfseconomische noodzaak om hoger te bouwen wordt aangetoond en;
    • 2. de beeldkwaliteit niet wordt aangetast.

X.4 Nadere eisen

Burgemeester en wethouders kunnen met het oog op het voorkomen van een onevenredige aantasting van:

  • de bezonning, privacy en gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden;
  • het straat- en bebouwingsbeeld;
  • de bouwvorm, zoals bepaald door goothoogte, bouwhoogte, dakhelling en kapvorm van karakteristieke panden;
  • de beleving van groen en water;
  • de verkeersveiligheid en toegankelijkheid;
  • parkeerruimte op eigen erf;
  • de sociale veiligheid;

nadere eisen stellen aan de plaats van overige bouwwerken.

Bijlage 5 Bestemming Horeca na wijziging van het plan

Artikel X Horeca

X.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Horeca' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. horeca, categorie 1 en 2;
  • b. verkeer en verblijf;
  • c. groenvoorzieningen;
  • d. water en voorzieningen ten behoeve van de waterhuishouding;
  • e. openbare nutsvoorzieningen;
  • f. (ondergrondse) parkeervoorzieningen.

Binnen de bestemming zijn:

  • seksinrichtingen;
  • bedrijfswoningen;
  • risicovolle inrichtingen en inrichtingen bedoeld in artikel 40 in combinatie met artikel 1 van de Wet geluidhinder;
  • bedrijven die vallen onder het Besluit externe veiligheid inrichtingen,

niet toegestaan.

X.2 Bouwregels

  • a. Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:
    • 1. gebouwen worden op een minimale afstand van 2 meter uit de perceelsgrens gebouwd;
    • 2. het maximum bebouwingspercentage mag niet meer bedragen dan 70% van het totale perceel;
    • 3. de maximum bouwhoogte bedraagt 15 meter;
    • 4. in afwijking van het bepaalde onder a.3. is ter plaatse van de aanduiding "specifieke bouwaanduiding - afwijkende hoogte" ten oosten van De Middenweg en ten noorden van de Kanaalweg een hoogteaccent toegestaan met een minimum bouwhoogte van 20 m en een maximum bouwhoogte van 25 m;
  • b. Voor het bouwen van gebouwen ten behoeve van openbare nutsvoorzieningen en verkeers- en verblijfsdoeleinden geldt dat uitsluitend gebouwen mogen worden gebouwd zoals bedoeld in artikel 2.1, lid 3 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht;
  • c. Voor het bouwen van overige bouwwerken geldt dat de bouwhoogte ten hoogste 6 m bedraagt, met dien verstande dat:
    • 1. de hoogte van perceel- en erfafscheidingen ten hoogste:
      • 1 m bedraagt op minder van 5 meter achter de voorgevelrooilijn;
      • 2,5 m bedraagt voor het overige.
    • 2. per 1.000 m2 kaveloppervlak maximaal 2 vlaggenmasten zijn toegestaan die geplaatst worden tegen de grens van de kavel met de openbare weg.

X.3 Afwijken van de bouwregels

Burgemeester en wethouders kunnen met een omgevingsvergunning afwijken van:

  • a. Het bepaalde in lid X.2 onder a.3. waarbij de maximum bouwhoogte met 5 meter mag worden verhoogd, mits:
    • 1. de bedrijfseconomische noodzaak om hoger te bouwen wordt aangetoond en;
    • 2. de beeldkwaliteit niet wordt aangetast.

X.4 Nadere eisen

Burgemeester en wethouders kunnen met het oog op het voorkomen van een onevenredige aantasting van:

  • de bezonning, privacy en gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden;
  • het straat- en bebouwingsbeeld;
  • de bouwvorm, zoals bepaald door goothoogte, bouwhoogte, dakhelling en kapvorm van karakteristieke panden;
  • de beleving van groen en water;
  • de verkeersveiligheid en toegankelijkheid;
  • parkeerruimte op eigen erf;
  • de sociale veiligheid;

nadere eisen stellen aan de plaats van overige bouwwerken.