direct naar inhoud van Artikel 8 Tuin - 1
Plan: Indischebuurt Noord
Plannummer: BP5080004
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0392.BP5080004-0003

Artikel 8 Tuin - 1

8.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Tuin - 1' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. tuinen en verhardingen behorende bij de op de aangrenzende gronden gelegen hoofdbebouwing;
  • b. ter plaatse van de aanduiding 'parkeerterrein' is parkeren toegestaan;
  • c. bijbehorende voorzieningen zoals pergola's, fietsenberging, erkers, tuinmeubilair, vijver, tuinverlichting, speeltoestellen, erfafscheidingen, buitentrappen
8.2 Bouwregels

Binnen de bestemming 'Tuin - 1' mogen 'andere bouwwerken' worden opgericht onder de volgende voorwaarden:

  • a. de hoogte van constructies die dienen ter ondersteuning en/of geleiding van beplanting mag niet meer dan 2 m bedragen, met dien verstande dat minimaal 70% van de constructie open is;
  • b. de hoogte van erfafscheidingen mag niet meer dan 1 m bedragen;
  • c. de hoogte van 'andere bouwwerken' mag niet dan 3 m bedragen;
  • d. de gronden mogen voor niet meer dan 20% bebouwd worden tot een maximum van 15m2.
  • e. de verticale diepte van een ondergronds bouwwerk mag niet meer dan 7 m bedragen;

erker

  • f. het realiseren van een erker mag onder de volgende voorwaarden:
    • 1. een erker mag tot maximaal 1,5 m uit de voorgevel worden gerealiseerd;
    • 2. de bouwhoogte mag niet meer bedragen dan de hoogte van de begane grondlaag vermeerderd met de hoogte van de verdiepingsvloer met een maximale bouwhoogte van 4 m;
    • 3. erkers mogen worden voorzien van een hekwerk met een maximale hoogte van 1.2 m.

fietsenberging

  • g. het realiseren van een fietsenberging in de voor- of zijtuin mag onder de volgende voorwaarden:
    • 1. er is geen achterom aanwezig bij de woning;
    • 2. de diepte van de voor- of zijtuin is minimaal 2,5 m;
    • 3. de hoogte van de berging mag maximaal 1,3 m bedragen;
    • 4. de verticale diepte van een berging mag maximaal 1 m bedragen ten opzichte van het maaiveld;
    • 5. de oppervlakte van de berging mag maximaal 20% van de oppervlakte van de voor- of zijtuin bedragen met een maximum van 4 m²;
    • 6. de gevels van de berging evenwijdig aan de voorgevel, mogen maximaal 30% van de breedte van die voorgevel beslaan.
8.3 Specifieke gebruiksregels

Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken als bedoeld in artikel 2.1 lid 1 onder c Wabo wordt in elk geval gerekend het gebruiken of laten gebruiken van onbebouwde gronden voor het parkeren van motorvoertuigen.

8.4 Afwijken van de gebruiksregels

Het bevoegd gezag kan met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 3 en parkeren toestaan op plaatsen, mits geen onevenredige belemmeringen voor omliggende functies ontstaan.