Plan: | CHW-bestemmingsplan Holland Park Zuid |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0384.BPHollandparkZuid-OH01 |
het bestemmingsplan CHW-bestemmingsplan Holland Park Zuid met identificatienummer NL.IMRO.0384.BPHollandparkZuid-OH01 van de gemeente Diemen.
de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en de daarbij behorende bijlagen.
bestemmingsplan met verbrede reikwijdte op grond van artikel 3.1 van de Wet ruimtelijke ordening in samenhang met artikel 2.4 van de Crisis- en herstelwet (Chw) en artikel 7c van het Besluit uitvoering Chw, zijnde de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en de daarbij behorende bijlagen.
een geometrisch bepaald vlak of een figuur, waar gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden.
de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft.
beroeps- en/of bedrijfsmatige activiteit die door de bewoner(s) wordt uitgeoefend en die door zijn aard, omvang en intensiteit ondergeschikt is aan en passend is bij de woonfunctie.
een installatie bestaande uit een antenne, een antennedrager, de bedrading en de al dan niet in een techniekkast opgenomen apparatuur, met de daarbij behorende bevestigingsconstructie.
één of meer gebouwen en/of bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
een in de regels of op de verbeelding aangegeven percentage, dat de grootte aangeeft van het deel van het bouwperceel dat maximaal mag worden bebouwd.
Het gedeeltelijk gebruik van een woning voor kort toeristisch verblijf bij de hoofdbewoner van de betreffende woning, al dan niet met ontbijt.
een onderneming gericht op het produceren, bewerken, herstellen, installeren, inzamelen, verwerken, verhuren, opslaan en/of distribueren van goederen.
de totale vloeroppervlakte van de ruimte binnen een functie die wordt gebruikt voor een bedrijf, kantoor, horeca of maatschappelijke voorzieningen, inclusief opslag- en administratieruimten en dergelijke.
het 'Beeldkwaliteitplan bebouwde en onbebouwde ruimte Holland Park West en Zuid' van de gemeente Diemen, d.d. 5 maart 2018, vastgesteld 24 april 2018.
de grens van een bestemmingsvlak.
een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming.
een bedrijf zoals bedoeld in artikel 2 lid 1 van het Besluit externe veiligheid inrichtingen.
het bevoegd gezag zoals bedoeld in de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.
een stedenbouwkundige eenheid zoals bedoeld in het stedenbouwkundig plan: Sportblok, Steigerblok, Parkblok en Hofblok.
het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk.
de grens van een bouwvlak.
een doorlopend gedeelte van een gebouw dat door op gelijke of nagenoeg gelijke hoogte liggende vloeren of balklagen is begrensd, zulks met inbegrip van de begane grond en met uitsluiting van kelder en kap.
een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten.
een grens van een bouwperceel.
een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zijn toegelaten.
elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die hetzij direct of indirect met de grond verbonden is, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond.
de vloeroppervlakte van de ruimte, dan wel van meerdere ruimten, van een vastgoedobject, gemeten op vloerniveau langs de buitenomtrek van de (buitenste) opgaande scheidingsconstructies, die de desbetreffende ruimte(n) omhullen.
de uitbreiding van een hoofdgebouw dan wel functioneel met een zich op hetzelfde perceel bevindend hoofdgebouw verbonden, daar al dan niet tegen aangebouwd en met de aarde verbonden bouwwerk met een dak.
een vrijstaand gebouw dat in functioneel en bouwkundig opzicht ondergeschikt is aan een op hetzelfde bouwperceel gelegen hoofdgebouw.
het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder begrepen de uitstalling ten verkoop, het verkopen, verhuren en/of leveren van goederen aan personen die die goederen kopen of huren voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit.
het bedrijfsmatig verlenen van diensten, waarbij het publiek rechtstreeks (al dan niet via een balie) te woord wordt gestaan en geholpen, zoals reis- en uitzendbureaus, kapsalons, pedicures, wasserettes, makelaarskantoren en bankfilialen.
een ruimte of plek waar bedrijfsmatig of in een omvang alsof het bedrijfsmatig is bemiddeld wordt in prostitutie, die op een andere plaats wordt bedreven dan waar de bemiddeling plaats vindt.
elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt.
bewoning of andere geluidgevoelige functies zoals bedoeld in de Wet geluidhinder c.q. het Besluit geluidhinder.
huurwoning met een aanvangshuurprijs van ten minste het bedrag, bedoeld in artikel 13, eerste lid, onder a, van de Wet op de huurtoeslag of de rechtsopvolger hiervan, en ten hoogste een in een gemeentelijke verordening bepaalde, jaarlijks te indexeren aanvangshuurprijs, waarbij de instandhouding voor een in die verordening bepaalde doelgroep voor ten minste 25 jaar na ingebruikname is verzekerd.
gebouwen welke dienen ter bewoning of ten behoeve van een andere geluidgevoelige functie als bedoeld in de Wet geluidhinder, c.q. het Besluit geluidhinder.
de met de gebiedsaanduiding 'geluidzone - industrie' aangegeven zone, zoals bedoeld in artikel 40 van de Wet geluidhinder.
een bouwwerk dat gedeeltelijk onder en gedeeltelijk boven het maaiveld ligt.
een gebouw dat op een bouwperceel door zijn aard, functie, constructie of afmetingen als belangrijkste gebouw valt aan te merken.
de belangrijkste groenstructuur zoals bedoeld in het stedenbouwkundig plan en het beeldkwaliteitplan.
het bedrijfsmatig verstrekken van dranken en/of etenswaren voor gebruik ter plaatse en/of het bedrijfsmatig verstrekken van logies, één en ander al dan niet in combinatie met een vermaaksfunctie, met uitzondering van een erotisch getinte vermaaksfunctie.
een horecabedrijf, dat tot hoofddoel heeft het verstrekken van logies (per nacht) met – al dan niet – als nevenactiviteit het verstrekken van maaltijden en dranken voor consumptie ter plaatse.
voorzieningen gericht op het verlenen van diensten op administratief, financieel, architectonisch, juridisch of daarmee naar aard gelijk te stellen gebied (optioneel: al dan niet met baliefunctie).
een ondergronds (gedeelte van een) gebouw.
windturbines die door de relatief beperkte effecten op de omgeving (gevaar, hinder, visuele uitstraling) in de directe leefomgeving geplaatst kunnen worden.
educatieve, sociaal-medische, sociaal-culturele en levensbeschouwelijke voorzieningen en voorzieningen ten behoeve van openbare dienstverlening, als ook ondergeschikte detailhandel en horeca ten dienste van deze voorzieningen.
voorziening ten behoeve van het openbaar nut, zoals ten behoeve van de levering van elektriciteit, gas, drinkwater en telecommunicatiediensten, alsmede ten behoeve van riolering en afvalinzameling (inclusief de aan deze voorzieningen bevestigde reclameobjecten).
een bouwkundige constructie van enige omvang, geen gebouw zijnde, die direct en duurzaam met de aarde is verbonden.
een bouwwerk, geen gebouw zijnde, voorzien van een dak.
NAP -1,10 meter;
het zich beschikbaar stellen tot het verrichten van seksuele handelingen met een ander tegen vergoeding.
een prostitutiebedrijf waar het werven van klanten gebeurt door prostituees die zichtbaar zijn vanaf de weg.
de voor het publiek toegankelijke besloten ruimte waarin bedrijfsmatig, of in de omvang alsof zij bedrijfsmatig was, seksuele handelingen worden verricht, of vertoningen van erotisch/pornografische aard plaatsvinden. Onder seksinrichting wordt in ieder geval verstaan: een prostitutiebedrijf, alsmede een erotische massagesalon, een seksbioscoop, seksautomatenhal, sekstheater of een parenclub, al dan niet in combinatie met elkaar.
het structureel aanbieden van een zelfstandige woning voor tijdelijke bewoning aan een huishouden voor een aaneensluitende periode van tenminste een (1) week en maximaal twaalf (12) maanden. Voor het overige wordt de woning als woonruimte gebruikt.
gebouwen en/of ongebouwde voorzieningen ten behoeve van sport en sportieve recreatie.
de Staat van Bedrijfsactiviteiten 'functiemenging' die van deze regels deel uitmaakt.
bouwwerken van beperkte omvang en met een openbare functie, zoals lantaarnpalen, gevelarmaturen, abri's, telefooncellen, zitbanken, rijwielstandaards, speelwerktuigen, gedenktekens, informatiezuilen (inclusief de aan deze bouwwerken bevestigde reclameobjecten).
Het stedenbouwkundig plan Holland Park Zuid zoals vastgesteld op 23 mei 2019 door de gemeenteraad van de gemeente Diemen.
een bouwwerk dat geheel onder het maaiveld gelegen is.
een bouwkundige constructie aangebracht aan de buitenzijde van een gevel van een gebouw met een geluidswerende functie ten behoeve van de betrokken gevel van het gebouw, waarbij de afstand tussen de vliesgevel en de gevel van het gebouw ten minste 0,5 m bedraagt.
de voorgevel zoals deze bij de bouw van het betrokken gebouw oorspronkelijk is gerealiseerd. Van een woning op de hoek van twee straten is slechts één gevel de voorgevel. Voor de bepaling van de voorgevel geldt in eerste instantie de naar de weg toegekeerde zijde of indien deze nog geen duidelijkheid geeft, de gevel waar de voordeur of hoofdingang van de woning is gelegen of in laatste instantie de zijde waaraan de hoofdontsluiting van het perceel is gesitueerd.
de lijn aangegeven op de verbeelding danwel in afwezigheid daarvan in een bouwblok de denkbeeldige lijn door de voorgevel, welke lijn bij hoekwoningen wordt geacht te zijn doorgetrokken tot de zijdelingse perceelsgrens.
een bouwwerk ter opwekking van energie door benutting van windkracht, met uitzondering van bemalingsinstallaties ten behoeve van de waterhuishouding.
een complex van ruimten, uitsluitend bedoeld voor de huisvesting van één afzonderlijk huishouden.
een gebouw, dat meerdere naast elkaar en/of geheel of gedeeltelijk boven elkaar gelegen woningen omvat en dat qua uiterlijke verschijningsvorm als een eenheid beschouwd kan worden.
Bij de toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:
het bebouwingspercentage wordt berekend over het bouwperceel, binnen de bouwgrens.
vanaf het peil verticaal tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een bouwwerk, geen gebouw zijnde, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes, en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen.
tussen (de lijnen getrokken door) de buitenzijde van de gevels en het hart van de scheidingsmuren.
langs het dakvlak ten opzichte van het horizontale vlak.
vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot c.q. de druiplijn, het boeibord of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel.
vanaf het peil tot aan de as van de windturbine.
tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidingsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen.
bij toepassing van het bepaalde ten aanzien van het bouwen worden ondergeschikte bouwdelen als plinten, pilasters, kozijnen, gevelversieringen, ventilatiekanalen, gevel- en kroonlijsten, luifels, erkers, balkons en overstekende daken buiten beschouwing gelaten mits de overschrijding niet meer bedraagt dan 1 meter.
tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren (of, bij afwezigheid van gevelvlakken, tussen de buitenzijden van het dak), neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk.
de gebruiksoppervlakte volgens NEN2580.
De voor 'Bedrijf - Telecommunicatie' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:
De voor 'Groen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met daaraan ondergeschikt:
met daarbij behorende:
Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:
Ten aanzien van bijbehorende voorzieningen, zoals bedoeld in artikel 4.1 onder e tot en met n, gelden de volgende regels:
De gebouwde parkeervoorzieningen, zoals bedoeld in artikel 4.1 onder e, mogen uitsluitend worden gebouwd indien de groene inrichting, de openbare beleefbaarheid en de instandhouding van de hoofdgroenstructuur geborgd is. Hierbij gelden de volgende regels:
Burgemeester en wethouders kunnen beleidsregels vaststellen waarin de in de leden 4.4.1 en 4.4.2
genoemde voorwaarden voor een inrichtingsplan en beheerplan en de samenhang daartussen nader worden omschreven, ten behoeve van de bevoegdheden tot vergunningverlening, het stellen van nadere eisen en het uitoefenen van handhaving en toezicht.
De voor 'Verkeer' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met daarbij behorende:
Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:
De voor 'Water' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met daarbij behorende:
Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:
De voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met daarbij behorende:
Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:
In aanvulling op het bepaalde in lid 7.2.2 gelden voor het bouwen van kleinschalige windturbines de volgende regels:
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van de maximum toegestaan bouwhoogte van woongebouwen als bedoeld lid 7.2.1, met dien verstande dat:
Het bevoegd gezag kan met een omgevingsvergunning afwijken van de regels in lid 7.2.1 onder b en meer woningen binnen een aanduidingsvlak 'overige zone - maximum aantal wooneenheden' toestaan dan is aangeduid, met dien verstande dat het aantal woningen in totaal maximaal 1.500 bedraagt en geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan:
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 7.2.1, ten behoeve van het bouwen van lift- en hydrofoorinstallaties, schoorstenen, antenne-installaties, zonnepanelen, en technische installaties tot een hoogte van 2,5 meter boven de op de verbeelding aangegeven maximum bouwhoogte.
Een woning mag mede worden gebruikt voor de uitoefening van een aan huis gebonden beroep, waarbij de volgende regels gelden:
functie | oppervlakte per vestiging (bvo) | totale oppervlakte per functie (bvo) | |
bedrijven | 250 m2 | 850 m2 | |
detailhandel | 250 m2 | 850 m2 | |
dienstverlening | 250 m2 | 850 m2 | |
horecabedrijven | 200 m2 | 850 m2 | |
kantoren | 250 m2 | 1.250 m2 | |
maatschappelijke voorzieningen | 750 m2 | 1.500 m2 | |
sportvoorzieningen | 300 m2 | 600 m2 |
De parkeernormen voor deze bestemming zijn geregeld in artikel 16.2.
Van de binnen het plangebied te realiseren woningen dient te worden gebouwd en in stand gehouden:
a. minimaal 30 % in de categorie sociale huurwoning;
b. minimaal 20 % in de categorie geliberaliseerde woning voor middenhuur.
Daarbij gelden de volgende regels:
oppervlakte (gbo) | percentage |
25 - 45 m2 | 33,3% |
45- 70 m2 | 33,3% |
70 - 100 m2 | 33,3% |
het gebruik van een woning voor short stay is niet toegestaan.
Burgemeester en wethouders kunnen het plan ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - wijzigingsgebied' wijzigen en toestaan dat de oppervlakte van één vestiging van een maatschappelijke voorziening mag worden vergroot tot maximaal 1.000 m2 bvo, met dien verstande dat:
Voor het bouwen ten behoeve van de in lid 8.1 bedoelde dubbelbestemming gelden de volgende bouwregels:
Voor het bouwen ten behoeve van de andere daar voorkomende bestemming(en) geldt dat uitsluitend gebouwd mag worden voor zover:
Het is verboden op of in de gronden waarop deze bestemming betrekking heeft zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerk zijnde en/of werkzaamheden uit te voeren:
Het in lid 8.3.1 vervatte verbod is niet van toepassing op werken of werkzaamheden welke:
De in 8.3.1 bedoelde vergunning wordt alleen verleend indien:
Voor het bouwen ten behoeve van de in lid 9.1 bedoelde dubbelbestemming gelden de volgende bouwregels:
Voor het bouwen ten behoeve van de andere daar voorkomende bestemming(en) geldt dat uitsluitend gebouwd mag worden voor zover:
Het is verboden op of in de gronden waarop deze bestemming betrekking heeft zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerk zijnde, en/of werkzaamheden uit te voeren:
Het in lid 9.3.1 vervatte verbod is niet van toepassing op werken of werkzaamheden welke:
De in lid 9.3.1 bedoelde vergunning wordt alleen verleend indien:
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Als een verboden gebruik wordt in ieder geval beschouwd een gebruik van gronden, bouwwerken en/of water:
Ter plaatse van de gebiedsaanduiding 'geluidzone - industrie' geldt een zone als bedoeld in artikel 40 en artikel 41, eerste en tweede lid van de Wet geluidhinder. Binnen deze zone mogen geen nieuwe geluidgevoelige objecten worden gerealiseerd. Vervanging van bestaande geluidgevoelige objecten is slechts toegestaan indien wordt voldaan aan de bepalingen van de Wet geluidhinder.
Het bevoegd gezag kan afwijken van het bepaalde in artikel 7.2, indien:
Voor zover de gronden, met de aanduiding 'luchtvaartverkeerszone - LIB 2.2.2a', zijn gelegen binnen de luchtvaartverkeerszone LIB art. 2.2.2 a, zoals aangegeven in de bij deze regels behorende bijlage 3., gelden de beperkingen met betrekking tot bebouwing en het gebruik daarvan, gesteld in artikel 2.2.2 a van het "Luchthavenindelingbesluit Schiphol".
Voor zover de gronden, met de aanduiding 'luchtvaartverkeerszone - LIB 2.2.4', zijn gelegen binnen de luchtvaartverkeerszone LIB art. 2.2.4, zoals aangegeven in de bij deze regels behorende bijlage 4 gelden de beperkingen met betrekking tot bebouwing en het gebruik daarvan, gesteld in artikel 2.2.4 van het "Luchthavenindelingbesluit Schiphol".
Het bevoegd gezag kan, mits geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het straat- en bebouwingsbeeld, de woon- en werksituatie, de milieusituatie, de verkeersveiligheid, de sociale veiligheid en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en er op grond van de regels in hoofdstuk 2 niet eerder kon worden afgeweken, bij een omgevingsvergunning afwijken van de regels van het plan, voor:
Burgemeester en wethouders kunnen de in het plan opgenomen bestemmingen wijzigen, ten behoeve van overschrijding van bestemmingsgrenzen, voor zover dit van belang is voor een technisch betere realisering van bestemmingen en/of bouwwerken dan wel voor zover dit noodzakelijk is in verband met de werkelijke toestand van het terrein. De overschrijding mag echter niet meer bedragen dan 5 meter en het bestemmingsvlak mag met niet meer dan 10% worden vergroot.
Indien en voor zover in deze regels wordt verwezen naar een wet, een algemene maatregel van bestuur, een verordening, een richtlijn of een andere (wettelijke) regeling, dan geldt deze wet, algemene maatregel van bestuur, verordening, richtlijn of andere (wettelijke) regeling zoals die luidt dan wel van kracht is op het moment van de vaststelling van dit plan.
gebruiksoppervlakte woning (m2) | aantal plekken in fietsrek | benodigde interne berging (m2) | |
< 50 | 2 | n.v.t. | |
> 50 - < 75 | 3 | 2,7 | |
> 75 - < 100 | 4 | 2,7 | |
> 100 | 5 | 2,7 | |
> 125 | 6 | 2,7 |
De woningen zoals bedoeld in Artikel 7 mogen pas gerealiseerd worden nadat een duurzame waterstructuur geborgd is. Met een duurzame waterstructuur wordt bedoeld:
Voor bouwwerken luidt het overgangsrecht als volgt:
Voor gebruik luidt het overgangsrecht als volgt:
Deze regels worden aangehaald als: 'Regels van het bestemmingsplan CHW-bestemmingsplan Holland Park Zuid'.