Oudere Dorp-Vaartweg 26

4.1 Bebouwingskarakteristiek

De kracht van het ontwerp is dat het zich niet duidelijk toont als woongebouw. Het zou ook een zorgvuldig gematerialiseerd industrieel gebouw kunnen zijn (zie figuur 4.1). Om dat te bereiken dienen de afmeting en vorm van gevelopeningen en materialisering dat beeld te ondersteunen. Op die wijze doet het recht aan de geschiedenis van de plek en versterkt het ontwerp het karakter van de straat.

De woningen zijn grondgebonden. De bouwhoogte is 3 lagen waarvan de 3e is verwerkt in een terugliggende laag die past binnen de grenzen van een kapvorm. De goot- en bouwhoogte is passend bij de directe omgeving.

De maximale goothoogte bedraagt 6,5 m en de maximale bouwhoogte bedraagt 10 m. De bebouwing wordt zodanig vormgegeven, dat de privacy en bezonning van de omliggende percelen niet onevenredig worden aangetast. In bijlage 4 is een zonstudie opgenomen.

Voor de woningen zijn verhoogd terrassen met trappen waardoor een entree en een buitenplek direct grenzend aan de woning op het westen ontstaat (zie ook figuur 4.2). Hierdoor werkt het terrein voor de terrassen sterker als geheel van alle woningen samen. Ruimtelijk dient dit terrein voor de verhoogde terrassen een groen geheel te vormen. Onder de verhoogde begane grond is een souterrain met een kleine buitenruimte onder het terras voor daglicht. De bergingen, tuinen en achterzijde van de woningen zijn bereikbaar via een pad van 1,5 m breed.

Figuur 4.1 Beoogd aanzicht

Figuur 4.2 Doorsnede woningen