Plan: | Het Spiegel-Bensdorp |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0381.BP2012B002006-va01 |
Bij de voorbereiding van een ruimtelijk plan dient onderzocht te worden of de Flora- en faunawet, de Natuurbeschermingswet 1998 en het beleid van de provincie ten aanzien van de Ecologische Hoofdstructuur de uitvoering van het plan niet in de weg staan.
Onderzoek
Gebiedsbescherming
Het plangebied vormt geen onderdeel van een natuur- of groengebied met een beschermde status, zoals Natura 2000. Het plangebied maakt ook geen deel uit van de Ecologische Hoofdstructuur (EHS).
Soortenbescherming
Gegevens over de flora en fauna in en rondom het projectgebied zijn verkregen door het gebruik van een ecologisch onderzoek (Van der Goes en Groot ecologisch onderzoeks- en adviesbureau, 2006), foto's van het plangebied, algemene ecologische kennis en verspreidingsatlassen/gegevens (onder andere www.ravon.nl en www.waarneming.nl).
Planten
Er zijn geen beschermde planten aangetroffen in het plangebied tijden het veldbezoek (Van der Goes en Groot ecologisch onderzoeks- en adviesbureau, 2006). Er zijn hier ook geen beschermde soorten te verwachten, omdat de voorkomende biotopen grotendeels verhard terrein zijn.
Zoogdieren
Het gebied is door de aanwezige biotopen weinig geschikt voor grondgebonden zoogdieren. Mogelijk maken soorten als egel, huisspitsmuis en veldmuis wel gebruik van het plangebied. Het plangebied is ook geschikt als vaste verblijfplaats voor gebouw bewonende vleermuizen (gewone dwergvleermuis) en dient mogelijk ook als foerageergebied en vliegroute (opgaand groen) voor vleermuizen. Met name de oude gebouwen kunnen, gezien de leegstand, zowel dienst doen als overwinteringsplek (vooral kelders) als zomerverblijfplaats (kraamplaats).
Vogels
In het opgaande groen op het terrein kunnen enkele algemene soorten als heggenmus, koolmees, pimpelmees en merel hun leefgebied hebben. Mogelijk dat de gebouwen dienst doen als vaste verblijfplaats voor gierzwaluw en huismus, alhoewel geen nesten aangetroffen zijn tijdens het veldbezoek (Van der Goes en Groot ecologisch onderzoeks- en adviesbureau, 2006) is het toch mogelijk dat hier nu wel nestplaatsen aanwezig zijn.
Amfibieën
Het plangebied is ongeschikt als leefgebied voor amfibieën door enerzijds het ontbreken van waterpartijen en anderzijds het grotendeels verharde karakter van het terrein. Gezien de geïsoleerdheid van het terrein kunnen amfibieën het terrein maar moeilijk als overwinteringsplek benutten.
Overige soorten
Beschermde of bijzondere reptielen, vissen en insecten kunnen worden uitgesloten, gezien de biotopen in het plangebied. Dergelijke soorten stellen hoge eisen aan hun leefgebied; het plangebied voldoet hier niet aan.
In tabel 4.2 staat aangegeven welke beschermde soorten er binnen het plangebied (naar verwachting) voorkomen en onder welk beschermingsregime deze vallen.
Tabel 4.2 Naar verwachting voorkomende beschermde soorten binnen het plangebied en het beschermingsregime
nader onderzoek nodig bij toekomstige ontwikkelingen | |||||||
vrijstellingsregeling Ffw | tabel 1 | egel, huisspitsmuis en veldmuis | nee | ||||
ontheffingsregeling Ffw | tabel 2 | geen | nee | ||||
tabel 3 | bijlage 1 AMvB | geen | nee | ||||
bijlage IV HR | alle vleermuizen | ja | |||||
vogels | cat. 1 t/m 4 | gierzwaluw en huismus | ja |
Toetsing en conclusie
Het bestemmingsplan voorziet op dit moment niet in een concrete ontwikkeling en leidt dan ook niet tot negatieve effecten op beschermde gebieden of beschermde soorten. De Natuurbeschermingswet 1998, het beleid van de provincie en de Flora- en faunawet staan de uitvoering van het plan dan ook niet in de weg.
In de toekomst is het zeer waarschijnlijk dat herontwikkeling van het plangebied plaatsvindt. Bij deze ontwikkelingen dient rekening te worden gehouden met het volgende: