direct naar inhoud van 4.5 Externe veiligheid
Plan: Het Spiegel-Herenstraat 24
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0381.BP2011B002004-oh01

4.5 Externe veiligheid

Beleid en normstelling

Bij ruimtelijke plannen dient ten aanzien van externe veiligheid naar verschillende aspecten te worden gekeken, namelijk:

  • bedrijven waar opslag, gebruik en/of productie van gevaarlijke stoffen plaatsvindt;
  • vervoer van gevaarlijke stoffen over weg, spoor of water en door buisleidingen.

Vervoer van gevaarlijke stoffen

In de circulaire risiconormering vervoer gevaarlijke stoffen (RVGS) is het externe veiligheidsbeleid voor het vervoer van gevaarlijke stoffen over water, wegen en spoorwegen opgenomen. Op basis van de circulaire geldt voor bestaande situaties de grenswaarde voor het PR ter plaatse van kwetsbare en beperkt kwetsbare objecten van 10-5 per jaar en de streefwaarde 10-6 per jaar. In nieuwe situaties is de grenswaarde voor het PR ter plaatse van kwetsbare objecten 10-6 per jaar. Voor beperkt kwetsbare objecten geldt deze waarde als een richtwaarde.

Op basis van de circulaire geldt bij een overschrijding van de oriëntatiewaarde voor het GR of een toename van het GR een verantwoordingsplicht. Deze verantwoordingsplicht geldt zowel in bestaande als nieuwe situaties. De circulaire vermeldt dat op een afstand van 200 m vanaf het tracé in principe geen beperkingen hoeven te worden gesteld aan het ruimtegebruik. Wel kan de verantwoordingsplicht voor het GR nog buiten deze 200 meter strekken.

Vooruitlopend op de vaststelling van het Besluit Transportroutes Externe Veiligheid (BTEV), dat als conceptontwerp is gepubliceerd, is de circulaire per 1 januari 2010 gewijzigd. Met deze wijziging zijn de veiligheidsafstanden en plasbrandaandachtsgebieden uit het Basisnet Weg en het Basisnet Water opgenomen in de circulaire. Voor spoorwegen worden in de gewijzigde circulaire nog geen veiligheidsafstanden en plasbrandaandachtsgebieden vermeld, het concept eindrapport van het Basisnet Spoor is pas in mei 2011 afgerond. Daarin zijn nog niet voor alle spoorlijnen afstanden opgenomen. Voor de spoorlijn Weesp-Hilversum wordt in het Basisnet rekening gehouden met een veiligheidszone van maximaal 11 m behorend bij een risicoplafond voor het jaar 2020.

Onderzoek en conclusie

Uit de provinciale risicokaart (www.risicokaart.nl) blijkt dat in en in de omgeving van het plangebied geen risicovolle inrichtingen zijn gelegen. Ook zijn in de omgeving geen buisleidingen voor het transport van gevaarlijke stoffen aanwezig. De wegen rond het plangebied maken geen deel uit van de gemeentelijk routering voor het vervoer van gevaarlijke stoffen.

Plaatsgebonden risico

Over de nabijgelegen spoorverbinding Weesp-Hilversum vindt vervoer van gevaarlijke stoffen plaats. Uit het conceptontwerp Basisnet Spoor blijkt dat de veiligheidszone voor het tracé in Bussum maximaal 11 m bedraagt. Deze veiligheidszone wordt aangehouden in verband met het plaatsgebonden risico. Gelet op de afstand tot het plangebied, die circa 85 m bedraagt, reikt de veiligheidszone niet tot in het plangebied. Gelet op deze afstand ligt het plangebied tevens buiten het plasbrandaandachtsgebied dat op grond van het Basisnet spoor moet worden aangehouden.

Groepsrisico

De gemeente Bussum heeft samen met de overige gemeenten in de regio Gooi en Vechtstreek en de regionale brandweer een beleidsvisie externe veiligheid vastgesteld. Uit deze beleidsvisie volgt dat ter hoogte van het plangebied een overschrijding van de oriënterende waarde voor het groepsrisico plaatsvindt (zie figuur 3.3). Deze overschrijding wordt berekend voor de geprognostiseerde vervoersaantallen voor 2020 inclusief groeiruimte. Dit betreft het zogenoemde risicoplafond.

afbeelding "i_NL.IMRO.0381.BP2011B002004-oh01_0004.png"

afbeelding "i_NL.IMRO.0381.BP2011B002004-oh01_0005.png"

Figuur 3.3 Groepsrisicokaart Spoorlijn Weesp-Hilversum (bron: beleidsvisie externe veiligheid Gooi- en Vechtstreek)

De ontwikkeling in het plangebied betreft een functiewijziging van wonen naar detailhandel. Met deze functiewijziging wordt de situatie hersteld zoals die voor de in werking treding van het vigerende bestemmingsplan van kracht was. De ontwikkeling zorgt voor een zeer beperkte toename van het aantal personen binnen het invloedsgebied voor het groepsrisico die waarschijnlijk niet te berekenen is. Het is belangrijker om aandacht te besteden aan de effecten in geval een ongeval met gevaarlijke stoffen op het spoor en de maatregelen om de mate van zelfredding en de bestrijdbaarheid van incidenten te vergroten.

Verantwoording groepsrisico

In het verleden werd voor het vervoer van gevaarlijke stoffen over de spoorverbinding in Bussum de "warme" BLEVE als maatgevend scenario beschouwd. In het kader van het Basisnet zijn echter afspraken gemaakt met vervoerders over het warme BLEVE vrij rijden. Dat betekend dat treinen zo worden samengesteld dat er geen warme BLEVE kan ontstaan. In de groepsrisicoberekeningen in de beleidsvisie externe veiligheid is het effect van deze generieke maatregel reeds verwerkt. Het gevolg hiervan is dat er alleen rekening hoeft te worden gehouden met een koude BLEVE.

Maatgevend scenario

Er zijn twee redenen voor het feit dat het BLEVE scenario niet langer maatgevend is:

  • De kans op een koude BLEVE is aanmerkelijk kleiner dan de kans op een warme BLEVE
  • In het concept ontwerp Basisnet Spoor is een risicoplafond opgenomen waarin slechts minimaal vervoer van brandbare gassen is toegestaan.

Het maatgevend scenario bestaat nu uit het scenario 'toxische wolk'. Dit scenario treedt op wanneer een tank lek raakt door bijvoorbeeld een aanrijding. Toxische vloeistoffen kunnen verdampen waardoor een gaswolk ontstaat die over de omgeving uitwaait. De omvang, verplaatsingsrichting en verstrooiing van de gaswolk is mede afhankelijk van de weersgesteldheid op dat moment. Het invloedsgebied is vele malen groter dan bij een BLEVE en kan tot enkele kilometers van het spoor reiken. Het plangebied ligt op een afstand van circa 85 m van de spoorlijn, waardoor het projectgebied binnen de effectafstand voor het scenario toxische wolk is gelegen.

Maatregelen ter vergroting van de mate van zelfredding
Het is niet mogelijk om de risico's te beperken door middel van vermindering van het vervoer van gevaarlijke stoffen, deze vervoershoeveelheid wordt namelijk door middel van een risicoplafond vastgelegd in het Basisnet. Maatregelen aan de bron zijn daarom niet mogelijk.

Het plangebied kan van de bron af worden ontvlucht via de Herenstraat. Er is geen sprake van de aanwezigheid van doelgroepen met een verminderde zelfredzaamheid. Voor het toxisch scenario is het van belang dat als er een mechanisch ventilatiesysteem aanwezig is, deze centraal afschakelbaar wordt uitgevoerd. Dit geeft de aanwezigen de gelegenheid langer in het gebouw te schuilen.

Bestrijdbaarheid

Het plangebied is goed bereikbaar voor hulpdiensten. De bluswatervoorziening is reeds beoordeeld in het kader van het recent vastgestelde bestemmingsplan het Spiegel-Prins Hendrikpark.

Conclusie

Dankzij maatregelen in het kader van het Basisnet spoor is het groepsrisico aanzienlijk gedaald en vormt het BLEVE-scenario niet langer het maatgevend scenario. Ondanks deze maatregelen blijft er sprake van een restrisico ten aanzien van externe veiligheid. Dat geldt niet alleen voor het plangebied maar voor de gehele spoorzone van Bussum. De gemeente acht dit restrisico, mede gelet op het advies van de regionale brandweer, aanvaardbaar.

Conclusie

Het plan voldoet aan het beleid en de normstelling ten aanzien van externe veiligheid. De situatie ten aanzien van het groepsrisico wordt aanvaardbaar geacht. Geconcludeerd wordt dat het aspect externe veiligheid de uitvoering van het plan niet in de weg staat.