Het Spiegel-Herenstraat 24

4.10 Ecologie

Regelgeving en beleid

Bij de voorbereiding van een ruimtelijk plan dient onderzocht te worden of de Flora- en faunawet, de Natuurbeschermingswet 1998 en het beleid van de provincie ten aanzien van de Ecologische Hoofdstructuur de uitvoering van het plan niet in de weg staan.

Onderzoek

Het plangebied bestaat uit bebouwing en tuin. In het plangebied komen waarschijnlijk enkele 'licht' beschermde soorten zoals de huisspitsmuis en veldmuis voor. De bebouwing kan mogelijk vaste verblijfplaatsen bieden aan zwaar beschermde vleermuizen en broedvogels. Het plangebied maakt geen onderdeel uit van een (beschermd) natuurgebied.

Conclusie

In het plangebied wordt een functiewijziging voorzien. De Natuurbeschermingswet en het beleid van de provincie staan de uitvoering van het plan niet in de weg. Deze functiewijziging leidt ook niet direct tot knelpunten met de Flora- en faunawet. In de toekomst dient bij de nadere invulling van het plangebied wel rekening te worden gehouden met de mogelijk aanwezige beschermde soorten. Onderzocht dient te worden, middels een locatiebezoek, of de bestaande bebouwing inderdaad mogelijkheden biedt voor vaste verblijfplaatsen van vleermuizen en broedvogels. Als dit het geval is dient voorafgaand aan de (ver)bouwwerkzaamheden uitgebreid veldonderzoek uitgevoerd te worden. Dit onderzoek kan jaarlijks uitgevoerd worden. Het onderzoek dient te starten in maart en loopt door tot en met september.