direct naar inhoud van Artikel 3 Agrarisch
Plan: Overveen 2013
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0377.OV2012-vg02

Artikel 3 Agrarisch

3.1 Bestemmingsomschrijving

De voor ' Agrarisch ' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. de uitoefening van een agrarisch bedrijf met een in de hoofdzaak grondgebonden agrarische bedrijfsvoering;
  • b. de uitoefening van een agrarisch bedrijf in de vorm van een hoveniersbedrijf, ter plaatse van de aanduiding 'hovenier';
  • c. kwekerijgronden, ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - kwekerij';


met daaraan ondergeschikt:

  • d. openbare nutsvoorzieningen;
  • e. (extensief) recreatief medegebruik;
  • f. infrastructurele voorzieningen;
  • g. wegen en paden;
  • h. water en waterhuishoudkundige voorzieningen;
  • i. tuinen, terreinen en erven;
3.2 Bouwregels
3.2.1 Gebouwen

Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende bepalingen:

  • a. de gebouwen mogen uitsluitend binnen het bouwvlak worden gebouwd;
  • b. er mogen geen kassen worden gebouwd;
  • c. ter plaatse van de aanduiding "maximale bouwhoogte" is ten hoogste de aangegeven maximale bouwhoogte toegestaan.
3.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende bepalingen:

  • a. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen mag niet meer dan 1,50 meter bedragen;
  • b. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer dan 3 meter bedragen.
3.3 Nadere eisen

Het bevoegd gezag kan nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing, ten behoeve van:

  • a. het behoud, het herstel en/of de ontwikkeling van de natuurlijke waarden, archeologische- en/of landschappelijke- en/of cultuurhistorische waarden van de gronden;
  • b. een samenhangend straat- en bebouwingsbeeld;
  • c. de verkeersveiligheid;
  • d. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.
3.4 Strijdig gebruik

Tote een met de bestemming strijdig gebruik wordt in ieder geval gerekend het gebruik van de gronden als stort- of opslagplaats van al dan niet aan het gebruik onttrokken voorwerpen, stoffen en materialen, behoudens opslag die geschiedt in het kader van de normale agrarische bedrijfsvoering.