direct naar inhoud van Artikel 25 Wonen - 1
Plan: Bloemendaal 2012
Status: ontwerp
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0377.BL2012-ow01

Artikel 25 Wonen - 1

25.1 Bestemmingsomschrijving
25.1.1 Algemeen

De voor 'Wonen - 1' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. wonen;
  • b. de bescherming van de landschappelijke waarden;
  • c. aan huis verbonden beroepen;

met daarbij behorende:

  • d. tuinen en erven;
  • e. water en waterhuishoudkundige voorzieningen.

25.1.2 Vrijstaande woningen

Ter plaatse van de aanduiding 'vrijstaand' zijn de in lid 25.1.1 bedoelde gronden uitsluitend bestemd voor vrijstaande woningen.

25.1.3 Gestapelde woningen

Ter plaatse van de aanduiding 'gestapeld' zijn in de in lid 25.1.1 bedoelde gronden uitsluitend bestemd voor gestapelde woningen.

25.2 Bouwregels
25.2.1 Hoofdgebouwen

Ten aanzien van de in lid 25.1.1 bedoelde gronden geldt dat:

  • a. hoofdgebouwen uitsluitend mogen worden gebouwd binnen het bouwvlak;
  • b. ter plaatse van de aanduiding 'vrijstaand' per bestemmingsvlak één vrijstaande woning mag worden gebouwd;
  • c. ter plaatse van de aanduiding 'gestapeld' mogen uitsluitend gestapelde woningen mogen worden gebouwd;
  • d. ter plaatse van de aanduiding 'maximum aantal wooneenheden' het aantal woningen niet meer mag bedragen dan aangegeven;
  • e. ter plaatse van de aanduiding 'maximale goothoogte' ten hoogste de aangegeven goothoogte is toegestaan;
  • f. ter plaatse van de aanduiding 'maximale bouwhoogte' ten hoogste de aangegeven bouwhoogte is toegestaan;
  • g. ter plaatse van de aanduiding 'vloeroppervlak' ten hoogste het aangegeven bruto vloeroppervlak is toegestaan.

25.2.2 Bijgebouwen, al dan niet aangebouwd, en aanbouwen

Ten aanzien van de in lid 25.1.1 bedoelde gronden geldt dat:

  • a. de goothoogte van aangebouwde bijgebouwen en aan- en uitbouwen niet meer mag bedragen dan 3 m of de hoogte van de eerste bouwlaag;
  • b. ter plaatse van de aanduiding 'bebouwd oppervlak' ten hoogste het aangegeven bebouwd grondoppervlak is toegestaan;
  • c. aan- en uitbouwen en aangebouwde bijgebouwen mogen worden voorzien van een kap die maximaal 3 m hoger is dan de goothoogte van de aan- en uitbouw;
  • d. de goothoogte van vrijstaande bijgebouwen bedraagt maximaal 3 m;
  • e. de bouwhoogte van vrijstaande bijgebouwen bedraagt maximaal 6 m.

25.2.3 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Ten aanzien van de in lid 25.1.1 bedoelde gronden geldt dat:

  • a. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen die naar de openbare weg zijn gericht mag niet meer dan 1 meter bedragen;
  • b. vanaf 1 meter achter de voorgevelrooilijn mag de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen niet meer dan 2 m bedragen, mits de erf- of terreinafscheidingen niet naar de openbare weg zijn gericht;
  • c. de bouwhoogte van toegangshekken voor de voorgevelrooilijn mag ten hoogste 1,50 m bedragen.
  • d. de bouwhoogte van vlaggenmasten mag niet meer dan 6 m bedragen;
  • e. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer dan 3 m bedragen.
25.3 Specifieke gebruiksregels
25.3.1 Algemeen

Ten aanzien van het gebruik geldt het bepaalde in lid 25.1.1.

25.3.2 Beroep aan huis

Binnen de bestemming is de uitoefening van een aan huis verbonden beroep toegestaan, als ondergeschikte activiteit bij de woonfunctie, met inachtneming van de volgende regels:

  • a. de voor beroepsuitoefening te gebruiken vloeroppervlakte mag maximaal 30% per woning bedragen, tot een maximum van 60 m2;
  • b. er mag geen onevenredige afbreuk aan de woonfunctie worden gedaan;
  • c. detailhandel en horeca zijn niet toegestaan;
  • d. er mag geen milieu- of verkeershinder ontstaan;
  • e. het beroep moet worden uitgeoefend door de bewoner van het betreffende perceel;
  • f. de activiteiten mogen niet vergunning- of meldingsplichtig zijn op grond van de Wet milieubeheer.
25.4 Afwijken van de gebruiksregels

Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in lid 25.3.2 voor de uitoefening van een aan huis verbonden bedrijf als ongeschikte activiteit bij de woonfunctie, met inachtneming van de volgende regels:

  • a. de voor bedrijfsuitoefening te gebruiken vloeroppervlakte mag maximaal 30% per woningen bedragen, tot een maximum van 60 m2;
  • b. er mag geen onevenredige afbreuk aan de woonfunctie worden gedaan;
  • c. detailhandel, anders dan productiegebonden detailhandel, is niet toegestaan;
  • d. horeca, anders dan bed & breakfast is niet toegestaan;
  • e. een bed & breakfast mag in maximaal twee slaapkamers voor maximaal vier personen worden aangeboden;
  • f. parkeren dient plaats te vinden op eigen terrein, indien parkeren op openbaar terrein nodig is, kan alleen medewerking worden verleend als er geen onevenredige parkeerdruk ontstaat;
  • g. er mag geen milieu- of verkeershinder ontstaan;
  • h. het beroep moet worden uitgeoefend door de bewoner van het betreffende perceel;
  • i. de activiteiten mogen niet vergunning- of meldingsplichtig zijn op grond van de Wet milieubeheer.
25.5 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
25.5.1 Verboden uitvoeren van andere werken

Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning op de in lid 25.1bedoelde gronden de volgende werken of werkzaamheden uit te voeren:

  • a. het aanleggen of verharden van wegen, paden, parkeergelegenheden, terrassen en andere oppervlakteverhardingen, tot ten hoogste 75 m², waarbij het verhard oppervlak, aangelegd op grond van 25.5.1 onder a. in mindering wordt gebracht;
  • b. het ontginnen, bodem verlagen, afgraven, ophogen of egaliseren van de grond;
  • c. het aanleggen van waterlopen of vijvers of het vergraven, verruimen of dempen van reeds bestaande waterlopen of vijvers;
  • d. het vellen, rooien of beschadigen van houtgewas voor zover de Boswet of de Algemene Plaatselijke Verordening niet van toepassing zijn, dan wel de bescherming van de cultuurhistorische, natuur- en landschapswaarden bij het hanteren van deze regelgeving niet centraal staat.

25.5.2 Uitzonderingen

Het bepaalde in lid 25.5.1 is niet van toepassing voor:

  • a. één halfverhard toegangspad met een maximale breedte van 3 meter;
  • b. twee halfverharde parkeerplaatsen met een oppervlak van ten hoogste 40 m2;
  • c. werken en werkzaamheden die het normale onderhoud, gebruik en beheer ten dienste van de bestemming betreffen;
  • d. werken en werkzaamheden die reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van het van kracht worden van het plan;
  • e. werken en werkzaamheden die reeds mogen worden uitgevoerd krachtens een reeds verleende vergunning.

25.5.3 Toelaatbaarheid

Een vergunning als bedoeld in lid 25.5.1 wordt uitsluitend verleend indien en voor zover deze geen onevenredige schade toebrengen aan de landschappelijke, cultuurhistorische en natuurlijke waarden van deze gronden.

25.5.4 Advies

Het bevoegd gezag wint ten behoeve van de beoordeling van een aanvraag om een vergunning als bedoeld in lid 25.5.1 advies in bij een ter zake deskundige.