Plan: | Praktijkschool De Dreef |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0363.T1107BPSTD-VG01 |
Op 1 april 2011 is het nieuwe Besluit milieueffectrapportage (m.e.r.) in werking getreden. Een belangrijke wijziging die daarin is aangebracht, is dat voor de vraag of een m.e.r.-beoordelingsprocedure moet worden doorlopen, toetsing aan de drempelwaarden in de D-lijst niet toereikend is. Indien een activiteit een omvang heeft die onder de grenswaarden ligt, dient op grond van de selectiecriteria in de Europese richtlijn milieu-effectbeoordeling te worden vastgesteld of belangrijke nadelige gevolgen van de activiteit voor het milieu kunnen worden uitgesloten. Pas als dat het geval is, is de activiteit niet m.e.r.-(beoordelings)plichtig.
In het kader van de wijziging van het Besluit m.e.r. is een handreiking opgesteld over de vraag hoe moet worden vastgesteld of een activiteit met een omvang onder de drempelwaarde toch belangrijke nadelige gevolgen voor het milieu kan hebben. In de handreiking is opgenomen dat voor elk besluit of plan dat betrekking heeft op activiteit(en) die voorkomen op de D-lijst en die een omvang hebben die beneden de drempelwaarden liggen een toets moet worden uitgevoerd of belangrijke nadelige milieugevolgen kunnen worden uitgesloten. Voor deze toets wordt de term vormvrije m.e.r.-beoordeling gebruikt.
Uit deze toets kunnen twee conclusies volgen: belangrijke nadelige milieueffecten zijn uitgesloten of belangrijke nadelige milieueffecten zijn niet uitgesloten. In het eerste geval is de activiteit niet m.e.r.(-beoordelings)-plichtig in het andere geval dient een M.e.r.-beoordeling te worden uitgevoerd en de bijbehorende procedure te worden gevolgd. De toetsing in het kader van de vormvrije M.e.r.-beoordeling dient te geschieden aan de hand van de selectiecriteria in bijlage III van de Europese richtlijn milieu-effectbeoordeling (kenmerk en plaats van het project, kenmerk van potentieel effect).
Onderhavig bestemmingsplan is gericht op het oprichten van een nieuwe school die qua inhoud en oppervlakte enigszins groter kan worden dan de bestaande school. Het bouwvlak van het huidige bestemmingsplan is circa 2335 m2 groot, waarbij één bouwlaag mogelijk is. Onderhavig bestemmingsplan maakt een bouwvlak mogelijk van circa 1250 m2, met twee bouwlagen bebouwd kan worden. Het totale vloeroppervlakte kan als gevolg van onderhavig bestemmingsplan 2500 m2 worden.
Deze wijziging is dusdanig gering dat een m.e.r.-beoordeling niet verplicht is. Deze verplichting geldt bijvoorbeeld voor ontwikkelingen die 2000 of meer nieuwe woningen behelzen, of groter zijn dan 100 hectare. De kenmerken van het plan; de grootte, cumulatie met andere projecten, gebruik van natuurlijke hulpbronnen, productie van afvalstoffen, verontreiniging en hinder, en risico van ongevallen, geven geen aanleiding om alsnog een milieueffectrapportage te starten. De gevolgen van het plan voor afzonderlijke milieuaspecten worden in overige paragrafen van dit hoofdstuk behandeld, waardoor voldoende rekening wordt gehouden met de effecten van het plan op het milieu.