direct naar inhoud van 10.3 Aardgasleiding
Plan: NDSM-werf Oost
Plannummer: N1010BPSTD
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0363.N1010BPSTD-VG01

10.3 Aardgasleiding

10.3.1 Toetsingskader

Besluit externe veiligheid buisleidingen
Voor buisleidingen waardoor gevaarlijke stoffen worden vervoerd, is het Besluit externe veiligheid buisleidingen (Bevb) van toepassing. Op grond van het Bevb geldt voor de aanleg, bouw of vestiging van een kwetsbaar object dichtbij dergelijke buisleiding, een grenswaarde van 10-6 per jaar voor het plaatsgebonden risico. Voor beperkt kwetsbare objecten geldt deze waarde als richtwaarde.

Indien het bestemmingsplan de aanleg, bouw of vestiging van een kwetsbaar of een beperkt kwetsbaar object in het invloedsgebied toelaat, dient tevens het groepsrisico te worden verantwoord.

In onderstaande gevallen hoeven maatregelen ter beperking van het GR niet te worden onderzocht (lichte verantwoording):

  • een bestemmingsplan betrekking heeft op een gebied waarbinnen de letaliteit van personen binnen het invloedsgebied minder dan 100% is, of
  • bij toxische stoffen waarbij het plaatsgebonden risico kleiner dan 10-8 per jaar is, of
  • het groepsrisico niet hoger is dan 0,1 maal de oriëntatiewaarde of
  • de toename van het groepsrisico bij verwezenlijking van het bestemmingsplan niet hoger is dan 10%.
10.3.2 Resultaten onderzoeken

Door de Gasunie is de betreffende gastransportleiding beschouwd. De resultaten van dit onderzoek zijn opgenomen in de hierboven genoemde rapportage van Cauberg-Huygen. Het onderzoek is in juli 2012 geactualiseerd door de Dienst Milieu en Bouwtoezicht, zie bijlage 9. Uit beide berekeningen blijkt dat er geen 10-6-contour voor het plaatsgebonden risico is. Er vindt geen overschrijding plaats van het plaatsgebonden risico.

Het plangebied ligt buiten de 100% letaliteitsgrens. Met betrekking tot het groepsrisico geldt dat de oriëntatiewaarde zowel in de huidige situatie als in de toekomstige situatie niet wordt overschreden. De overschrijdingsfactor is 0,5 in beide situaties, waarbij een waarde van 1 is gelijk aan de oriëntatiewaarde. Een overschrijdingsfactor kleiner dan 1 betekent dat de oriëntatiewaarde niet wordt overschreden. Het groepsrisico neemt aldus niet toe als gevolg van dit bestemmingsplan.

afbeelding "i_NL.IMRO.0363.N1010BPSTD-VG01_0019.png"
Groepsrisico uitgedrukt in de Fn-curve in huidige en toekomstige situaties