| Plan: | Weesperzijde 150 |
|---|---|
| Status: | vastgesteld |
| Plantype: | bestemmingsplan |
| IMRO-idn: | NL.IMRO.0363.M1211BPSTD-VG01 |
De vestiging van nieuwe functies is van invloed op de ruimtelijk economische structuur van de omgeving. Zo moet, bij nieuwe functies, worden beoordeeld of de nieuwe functies op de juiste locatie worden toegevoegd. Hiervoor is afstemming met bestaande functies, bestaand beleid en de behoefte noodzakelijk. Als blijkt dat er voldoende functies in een bepaald gebied vertegenwoordigd zijn, is toevoeging van nog meer van dezelfde functie niet wenselijk.
In de Structuurvisie Amsterdam 2040 wordt het overaanbod van kantoorruimte in Amsterdam aangesneden. Dit is verder vormgegeven in de nota Kantorenstrategie Amsterdam 2011. Hiermee wordt beoogd de leegstand terug te brengen tot een acceptabel niveau door nieuwbouw van kantoren te beheersen, alsmede door maatregelen die bevorderen dat leegstaande kantoren getransformeerd, herontwikkeld of gesloopt worden.
De planlocatie Weesperzijde is in de nota Kantorenstrategie gelegen in een krimpgebied. De belangrijkste opgave in de krimpgebieden vormt het per saldo terugdringen van de aanwezige kantorenvoorraad. Voor deze locaties is daarmee een belangrijke rol weggelegd bij het op stedelijk niveau herstellen van het evenwicht tussen vraag en aanbod op de kantorenmarkt. De nadruk ligt daarom op het onttrekken van bestaande kantoren door transformatie en sloop.
Het voorgestane initiatief voor een hotel en extended-stay voorziet in een wijziging van de functie kantoor naar de functie horeca. Hierdoor wordt een bijdrage geleverd aan het terugbrengen van de hoeveelheid vloeroppervlakte van kantoren in Amsterdam.
In de Horecanota wordt de aanbeveling gedaan de groei van horeca in het stadsdeel te stimuleren, en dan met name in de sfeer van (buitenlandse) restaurants. In de visie Wibaut aan de Amstel wordt deze stedelijke as als aantrekkelijke vestigingszone aangemerkt.
Vanuit het team Economische zaken is aangegeven dat er nog voldoende ruimte is voor het realiseren van nieuwe hotels naast de reeds bekende initiatieven voor hotels. Ook de functie extended-stay is een woonvorm waarvoor binnen Amsterdam nog voldoende vraag is. Stadsdeel Oost wil bijdragen aan de invulling van deze vraag door positief te staan tegenover initiatieven voor extended-stay.
Om te voorkomen dat extended-stay op diverse wijzen wordt uitgelegd is in de Handreiking voorgesteld om de volgende definitie van extended-stay te hanteren: 'Het bedrijfsmatig aanbieden van logies anders dan in een woning voor kortstondig verblijf van tenminste 1 week tot maximaal 1 jaar aan natuurlijke personen die buiten de gemeente hun hoofdverblijf c.q. vaste woon- of verblijfplaats hebben.' Hiermee wordt deze vorm van kortstondig verblijf onderscheiden van regulier wonen alsmede extended-stay c.q. regulier hotel.
In de Handreiking wordt een aantal aanbevelingen gedaan. Deze aanbevelingen zien niet alleen op de mogelijkheden om extended-stay in leegstaande kantoren te faciliteren, maar hebben ook betrekking op het mogelijk maken van een woonfunctie in kantoren. Het initiatief van B-aparthotels gaat uit van een gemiddelde verblijfsduur van één tot anderhalve maand met een maximale verblijfsduur van 6 maanden. Uitgaande van de aanbevelingen in de Handreiking is een hotelbestemming dan de meest gewenste bestemming.
Omdat Amsterdam kampt met een tekort aan hotelkamers en vanwege de verwachte vraag naar hotelkamers, heeft het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam op 20 november 2007 de hotelnota vastgesteld. In de nota zijn maatregelen geschetst om het aantal nieuw te realiseren hotelkamers te stimuleren. Op basis van de nota wordt gekeken naar nieuwe potentiële locaties, ook buiten het centrum.
Het stadsdeel wil gelet op de nota onderzoeken op welke locaties hotels kunnen komen. De zone langs de Amstel is, in samenhang met de visie Wibaut aan de Amstel, een geschikt gebied voor nieuwe hotelvestiging.
Naast de locatie (op het naastgelegen perceel Mr. Treublaan 1-3) is een initiatief in voorbereiding voor een hotel. De feitelijke realisatie hiervan ligt in de verdere toekomst.
Conclusie
Het bouwinitiatief past in het economisch kader van stadsdeel Oost.