Plan: | Tennispark Jaagpad |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0363.K1602BPGST-VG01 |
het bestemmingsplan Tennispark Jaagpad met identificatienummer NL.IMRO.0363.K1602BPGST-VG01 van de gemeente Amsterdam.
Een met een maatvoeringsaanduiding of in de regels aangegeven percentage dat het gedeelte van een bestemming(svlak) of bouwvlak aangeeft dat mag of ten minste moet worden bebouwd, waarbij kelders en souterrains niet mee worden gerekend.
de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels.
een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolgde de regels regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden.
de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft.
iedere besloten ruimte waar meer dan twee speelautomaten of andere mechanische toestellen in de zin van artikel 30 van de Wet op de kansspelen zijn opgesteld ten behoeve van het publiek.
één of meer gebouwen en/of bouwwerken geen gebouwen zijnde.
een gelegenheid waar één van de voornaamste activiteiten wordt gevormd door het bedrijfsmatig gelegenheid bieden tot het voeren van telefoongesprekken, waaronder mede begrepen het verzenden van faxen en het toegang bieden tot het internet.
de grens van een bestemmingsvlak.
een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming.
het bevoegd gezag op grond van de Wet ruimtelijke ordening of de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.
kelders, souterrains en kappen.
het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk.
de grens van een bouwvlak.
een doorlopend gedeelte van een gebouw dat door op gelijke of bij benadering gelijke hoogte liggende vloeren of balklagen is begrensd, bijzondere bouwlagen niet inbegrepen.
een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken geen gebouwen zijnde zijn toegelaten.
een bouwkundige constructie van enige omvang die direct en duurzaam met de aarde is verbonden.
een bouwkundige constructie die een ruimte in een woning of gebouw scheidt van de buitenlucht, daaronder begrepen het dak:
elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt.
geluidsgevoelige gebouwen en terreinen zoals bedoeld in de Wet geluidhinder en het Besluit geluidhinder.
een bijzondere bouwlaag waarbij de vloer van de bovengelegen bouwlaag maximaal 0,5 meter boven het gemiddeld aangrenzend straatpeil is gelegen.
aan sport gelieerde onderwijs-, sociale, culturele en vergelijkbare maatschappelijke voorzieningen.
een geometrisch bepaald vlak waarbinnen maatvoeringsaanduidingen gelden.
gebouwen of bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten behoeve van de waterhuishouding / riolering, de distributie van gas, water, elektra, telematische diensten, voorzieningen ten behoeve van openbaar vervoer en vergelijkbare doeleinden.
vergunning als bedoeld in artikel 2.1 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.
omgevingsvergunning voor een activiteit als bedoeld in artikel 2.1 lid b van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.
Niet zelfstandige horeca zoals een kantine, die binnen een gebouw met een andere hoofdfunctie is gevestigd waarbij:
een bouwkundige constructie van enige omvang, geen pand zijnde, die direct en duurzaam met de aarde is verbonden.
een bedrijf waar prostitutie het hoofdbestanddeel van de activiteiten vormt.
een gebouw of een gedeelte van een gebouw waarin handelingen en/of voorstellingen plaatsvinden van erotische en/of pornografische aard. Hieronder worden mede begrepen een erotische massagesalon, seksbioscoop, sekstheater, seksautomatenhal en sekswinkel.
een smartshop is een ruimte voor het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder begrepen uitstalling ten verkoop, verkopen en/of leveren van psychotrope stoffen aan de uiteindelijke verbruiker of gebruiker.
een bijzondere bouwlaag waarbij de vloer onder het gemiddelde aangrenzende straatpeil is gelegen en waarbij de vloer van de bovengelegen bouwlaag maximaal 2,0 meter boven het gemiddeld aangrenzend straatpeil is gelegen.
een in de in de regels aangegeven percentage, dat de maximale oppervlakte van het bestemmingsvlak aangeeft dat verhard mag worden. Conform de structuurvisie Amsterdam vallen kunstgras en verharding ten behoeve van sportuitoefening hier niet onder het verhardingspercentage.
gronden die als verkeersruimte worden gebruikt, bestaande uit rijwegen, parkeervoorzieningen, fiets- en voetpaden en bermen.
natuurlijke of kunstmatige begrenzing of afscheiding die het water in zijn loop tegenhoudt en het achterliggende gebied beschermt tegen overstroming.
Bij toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:
vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een overig bouwwerk met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes, en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen.
tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk.
de oppervlakte van een bouwwerk van de afzonderlijke bouwlagen bij elkaar opgeteld.
De voor 'Sport' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Op en onder de in lid 3.1 genoemde gronden mag uitsluitend worden gebouwd ten dienste van de bestemming, met dien verstande dat gebouwen slechts zijn toegestaan binnen de op de verbeelding aangegeven bouwvlakken, met uitzondering van bijbehorende bouwwerken en nutsvoorzieningen. Hierbij mag het maximum bebouwings- en verhardingspercentage van het bestemmingsvlak niet meer dan 20% bedragen.
Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelden de volgende bepalingen:
Voor de in lid 3.1 genoemde gronden gelden de volgende regels:
Ondersteunende horeca is toegestaan op maximaal 20% van het bruto vloeroppervlakte zoals bedoeld in lid 3.2.2.
Voor gronden buiten het bouwvlak geldt dat het gebruik ten dienste van het in 3.1 onder b genoemde gebruik niet is toegestaan.
De voor 'Waarde - Hoofdgroenstructuur' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor de bescherming en het behoud van de Hoofdgroenstructuur.
Het is niet toegestaan om op of in de in 4.1 genoemde gronden gebouwen op te richten, te verplaatsen of uit te breiden, tenzij hiervoor een advies van de Technische Adviescommissie Hoofdgroenstructuur is verkregen.
Voor bouwwerken, geen gebouwen zijnde geldt dat deze, conform de aan de overige in 4.1 genoemde gronden toegekende bestemmingen opgericht mogen worden, nadat hiervoor een advies van de Technische Adviescommissie Hoofdgroenstructuur is verkregen.
Het bevoegd gezag kan, overeenkomstig het bepaalde in artikel 3.6, lid 1 onder c van de Wet ruimtelijke ordening, in afwijking van het bepaalde in 4.2.1 een omgevingsvergunning verlenen ten behoeve van het oprichten, verplaatsen of uitbreiden van een gebouw, nadat hiervoor een advies van de Technische Adviescommissie Hoofdgroenstructuur is verkregen.
Op de in 4.1 genoemde gronden is het verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden uit te voeren, bestaande uit het vergroten van het totaaloppervlak verharding en bebouwing.
Het bevoegd gezag kan, overeenkomstig artikel 3.6 lid 1 onder a van de Wet ruimtelijke ordening, het bestemmingsplan wijzigen:
De voor 'Waterstaat - Waterkering' aangewezen gronden zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor de bescherming en het behoud van een waterkering.
Het bevoegd gezag is bevoegd, overeenkomstig het bepaalde in artikel 3.6 lid 1 onder a van de Wet ruimtelijke ordening het bestemmingsplan te wijzigen:
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Het is toegestaan de in dit plan aangegeven bestemmingsgrenzen te overschrijden:
Het is verboden de in Hoofdstuk 2 bedoelde gronden en bouwwerken te gebruiken en/of te doen en/of laten gebruiken en/of in gebruik te geven op een wijze of tot een doel strijdig met de aan de grond gegeven bestemming, zoals die nader is aangeduid in de bestemmingsomschrijving.
Tot een strijdig gebruik als bedoeld in artikel 8.1 wordt in ieder geval beschouwd een gebruik van gronden en bebouwing:
Het bevoegd gezag verleent een omgevingsvergunning in afwijking van het bepaalde in lid 8.1 wanneer strikte toepassing daarvan leidt tot een beperking van het meest doelmatige gebruik die niet door dringende redenen wordt gerechtvaardigd.
De gronden ter plaatse van de aanduiding 'Geluidszone industrie' zijn, behalve voor de bestemmingen waarin deze gebiedsaanduiding is gelegen, mede bestemd voor het tegengaan van een te hoge geluidsbelasting vanwege het industrieterrein op geluidsgevoelige objecten en het beschermen en instandhouden van de geluidsruimte van de bedrijven op het industrieterrein.
In afwijking van het bepaalde bij de bestemmingen die in deze gebiedsaanduiding zijn gelegen mogen, met uitzondering van herbouw ten behoeve van een bestaand geluidsgevoelig object, geen nieuwe geluidsgevoelige objecten worden gebouwd.
Het bevoegd gezag kan, overeenkomstig het bepaalde in artikel 3.6 lid 1 onder c van de Wet ruimtelijke ordening in afwijking van het bepaalde in 9.1.2 een omgevingsvergunning verlenen ten aanzien van het bouwen van nieuwe geluidsgevoelige objecten overeenkomstig de andere bestemmingen mits:
In afwijking van het bepaalde bij de bestemmingen waarin deze gebiedsaanduiding is gelegen mag geen omzetting naar een nieuw geluidsgevoelig object plaatsvinden.
Het bevoegd gezag kan, overeenkomstig het bepaalde in artikel 3.6 lid 1 onder c van de Wet ruimtelijke ordening in afwijking van het bepaalde in 9.1.4 een omgevingsvergunning verlenen ten behoeve van het omzetten van het gebruik naar een geluidsgevoelig object overeenkomstig de andere bestemmingen mits:
Indien niet met toepassing van een andere bepaling van deze regels afgeweken kan worden, is het bevoegd gezag bevoegd om een omgevingsvergunning te verlenen in afwijking van de desbetreffende bepalingen van dit bestemmingsplan ten behoeve van:
Deze regels worden aangehaald als:
Regels van het bestemmingplan Tennispark Jaagpad.