direct naar inhoud van 5.2 MER
Plan: Eerste Partiële Herziening RI-Oost, Zeeburgereiland
Plannummer: G1001BPGST
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0363.G1001BPGST-OH01

5.2 MER

Ten behoeve van de ontwikkelingen op het gehele Zeeburgereiland is in 2008 een Milieueffectrapport (MER) opgesteld (zie bijlage 1 van deze toelichting). Dit MER was procedureel gekoppeld aan het eerste plan dat zag op de uitvoering van (een deel van) de ontwikkelingen: de vrijstelling (ex artikel 19.2 van de oude Wet op de Ruimtelijke Ordening) voor het bouwrijpmaken van het RI-Oostterrein. Het MER schrijft een aantal noodzakelijke milieu-maatregelen voor, die gekoppeld moeten worden aan de besluiten tot uitvoering van de ontwikkelingen, zoals de bestemmingsplannen (artikel 7.35 van de Wet milieubeheer schrijft dat voor). In het Bestemmingsplan Zeeburgereiland RI-Oost zijn, voor zover mogelijk en voor zover van toepassing, alle zogenoemde "7.35"-maatregelen opgenomen.

Deze noodzakelijke milieu-maatregelen vervallen niet met het herzien van een bestemmingsplan. In het voorliggende plan zijn daarom alle noodzakelijke milieu-maatregelen, voor zover mogelijk en voor zover van toepassing, opgenomen:

  • Het hanteren van 30 km/uur-zones binnen het plangebied.

Deze maatregel is gekoppeld aan de bestemming "Verkeer" (artikel 10, lid 10.3).

  • Afschermende gesloten bebouwing realiseren langs de hoofdinfrastructuur. In aanbouw voorafgaand aan bebouwing op RI-Oost.

Deze maatregel is gekoppeld aan de verplichte aaneengesloten bebouwing aan een gevellijn, waar de gevellijn op de verbeelding is aangegeven bij diverse bestemmingen die geluidsgevoelige functiesmogelijk maken. Ook kunnen diverse bestemmingen, waarbinnen geluidsgevoelige functies mogelijk zijn, pas worden gerealiseerd, als bepaalde afschermende bebouwing in aanbouw is genomen.

  • Eerstelijns woonbebouwing uitgevoerd in minimaal en maximaal 6 lagen.

Deze maatregel is gekoppeld aan een minimum en maximum bouwhoogte, die deel uitmaakt van de bouwregels van diverse bestemmingen die in de eerste lijn worden gerealiseerd.

  • Grote afstand tussen eerstelijns bebouwing en IJburglaan/Zuiderzeeweg.

Deze maatregel is gekoppeld aan de locaties van de bestemmingen, die alleen op afstand van genoemde wegen mogelijk worden gemaakt.

  • Realisatie geluidscherm van 6 meter langs A10 voorafgaand aan bebouwing RI-Oost.

De bouw van genoemd geluidscherm was in december 2010 reeds in afgerond.

  • Gefaseerd beëindigen of verplaatsen van geluidhinderlijke industrie.

Met de vaststelling van de "Facetherziening zonebesluit Oostelijk Havengebied-Zeeburg", zoals genoemd in paragraaf 2.4, is dit proces juridisch-planologisch bezegeld. Met het fysiek verdwijnen van nagenoeg alle geluidhinderlijke industrie van het Zeeburgereiland is dit proces voltooid.

  • Vluchtroutes realiseren binnen bouwblokken die loodrecht afleiden van de gevaarlijke stoffen-route.

Deze maatregel is gekoppeld aan de regeling "oriëntatie van vluchtwegen", als onderdeel van de algemene planregels (artikel 20, lid 20.2).

  • Bebouwing gefaseerd opleveren.

Deze maatregel was in het voorgaande plan gekoppeld aan een bouwfasering voor de jaren 2011 en 2012, als onderdeel van de algemene planregels. Dit was destijds een noodzakelijke maatregel om voor die jaren te voldoen aan de toetsingsnorm voor luchtkwaliteit. Door het in werking treden van het Nationaal Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit (NSL) op 1 augustus 2009 is de noodzaak tot de genoemde bouwfasering vervallen. In het NSL worden de overschrijdingen voor een te realiseren gebied als geheel beschouwd, waarbij overschrijdingen in bepaalde toetsingsjaren van ondergeschikt belang zijn. De met het gebied samenhangende overschrijdingen worden op landelijk niveau gecompenseerd, met maatregelen ter verbetering van de luchtkwaliteit. Om deze reden is in het voorliggende plan geen bouwfasering in samenhang met de luchtkwaliteit opgenomen.

  • Verbod op toepassing uitloogbare materialen.

Deze maatregel is gekoppeld aan de algemene bouwregels, als onderdeel van de algemene planregels (artikel 19, lid 19.1).

  • Parkeerkelders niet tot in slecht doorlatende deklaag aanbrengen.

Deze maatregel is gekoppeld aan de algemene bouwregels, als onderdeel van de algemene planregels (artikel 19, lid 19.1).