Plan: | Stationseiland |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0363.A1201BPGST-VG01 |
het bestemmingsplan Stationseiland met identificatienummer NL.IMRO.0363.A1201BPGST-VG01 van de gemeente Amsterdam.
De geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels.
Een gebouw dat als afzonderlijke ruimte is gebouwd aan een hoofdgebouw waarmee het in directe verbinding staat, welk gebouw onderscheiden kan worden van en dat in architectonisch opzicht ondergeschikt is aan het hoofdgebouw.
Een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden.
De grens van een aanduiding indien het een vlak betreft.
Een op de verbeelding aangegeven vlak met eenzelfde aanduiding.
Rapportage waarin de archeologische waarde van het terrein waarop de aanvraag betrekking heeft, wordt vastgesteld die naar het oordeel van burgemeester en wethouders voldoet aan de Kwaliteitsnorm voor de Nederlandse Archeologie als bedoeld in de Regeling archeologische monumentenzorg, zoals deze geldt op het moment van terinzagelegging van het ontwerp van het bestemmingsplan.
Waarden waarvan de aanwezigheid bekend is in de vorm van fysieke overblijfselen in de bodem.
Een voor het publiek toegankelijke ruimte waar meer dan twee spelautomaten of andere mechanische toestellen in de zin van artikel 30 van de Wet op de Kansspelen, zoals die geldt op het moment van terinzagelegging van het ontwerp van het bestemmingsplan, zijn opgesteld.
Een (onderdeel van een) kantooractiviteit, of dienstverlening, waarvoor kenmerkend is dat de (economische) activiteit is gericht op structureel contact met publiek in een daarvoor bestemd en daartoe voor het publiek toegankelijk (deel van een) gebouw.
Eén of meer gebouwen en/of bouwwerken geen gebouwen zijnde.
Een in de regels of verbeelding aangegeven percentage, dat de grootte van het deel van het bestemmingsvlak of bouwvlak aangeeft dat maximaal bebouwd mag worden.
Een vaartuig, daaronder begrepen een object te water, niet zijnde een zee- of binnenschip, hoofdzakelijk gebruikt of bestemd voor de uitoefening van enig bedrijf of beroep, dan wel voor de uitoefening van sociaal-culturele activiteiten.
Een aangewezen gebied als bedoeld in artikel 35 van de Monumentenwet 1988.
Bebouwing of gebruik zoals aanwezig op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan.
De grens van een bestemmingsvlak.
Een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming.
Uitbreiding van een hoofdgebouw dan wel functioneel met een zich op hetzelfde perceel bevindend hoofdgebouw verbonden, daar al dan niet tegen aangebouwd en met de aarde verbonden bouwwerk met een dak.
Kelder, souterrain, kap, dakopbouw.
Elke vorm van grondverzet.
Het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk.
De grens van een bouwvlak.
Een doorlopend gedeelte van een gebouw dat door op gelijke of bij benadering gelijke hoogte liggende vloeren of balklagen is begrensd.
Een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten.
Een grens van een bouwperceel.
Een bouwkundige constructie van enige omvang die direct en duurzaam met de aarde is verbonden.
De totale oppervlakte van de bouwlagen met inbegrip van de bouwconstructies, magazijnen, dienstruimten, bergingen etc.
Persoonlijke verzorging van consumenten, waaronder kapperszaken, schoonheidsinstituten en naar de aard daarmee gelijk te stellen bedrijven.
Musea, (muziek)theaters, expositieruimten en naar de aard daarmee gelijk te stellen voorzieningen.
Het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder begrepen de uitstalling ten verkoop, het verkopen, het verhuren of het leveren van zaken aan in hoofdzaak personen die deze zaken kopen voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit.
Het verrichten van activiteiten welke bestaan uit het verlenen van diensten aan derden met of zonder rechtstreeks contact met het publiek. Onder te verdelen in:
De volledige bouwlaag op of boven peil.
Elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt.
Een voor publiek toegankelijke ruimte waarin de hoofdactiviteit wordt gevormd door het gelegenheid bieden tot het wisselen van geld.
Bewoning of een andere geluidsgevoelige functie (of de gebouwen en terreinen die daartoe dienen) zoals bedoeld in de Wet geluidhinder c.q. het Besluit geluidhinder.
Een op de verbeelding aangegeven lijn, waarin de gevel van de gebouwen aan de betreffende zijde moet worden opgericht.
Eén of meerdere panden, of een gedeelte daarvan, dat noodzakelijk is voor de verwezenlijking van de geldende of toekomstige bestemming van een perceel en, indien meer panden of bouwwerken op het perceel aanwezig zijn, gelet op die bestemming het belangrijkst is.
Fastfood (waaronder begrepen automatiek, snackbar, loketverkoop, fastfoodrestaurant en naar de aard daarmee te vergelijken functies).
Nachtzaak (dancing, discotheek, sociëteit, zaalaccomodatie, nachtcafé en naar de aard daarmee te vergelijken functies).
Café (café, bar en naar de aard daarmee te vergelijken functies).
Restaurant (restaurant, koffie-en theehuis, lunchroom, juicebar en naar de aard daarmee te vergelijken functies).
Hotel (waaronder begrepen hotel, motel, jeugdherberg, bed & breakfast, en naar de aard daarmee te vergelijken functies).
het bedrijfsmatig industrieel vervaardigen, bewerken of herstellen van goederen.
Terrein waaraan een bestemming is gegeven die de mogelijkheid van vestiging van inrichtingen, behorende tot het Inrichtingen- en Vergunningenbesluit aangewezen bij categorie van inrichtingen die in belangrijke mate geluidhinder kunnen veroorzaken, insluit.
Een gelegenheid waar de hoofdactiviteit of één van de activiteiten wordt gevormd door het bedrijfsmatig de gelegenheid bieden tot internetten (het raadplegen van websites, e-mailen en dergelijke).
Het bedrijfsmatig verlenen van diensten waarbij het publiek niet of slechts in ondergeschikte mate rechtstreeks te woord wordt gestaan en geholpen, daaronder tevens begrepen congres- en vergaderaccommodatie.
Verkeersverbinding, die uitsluitend bedoeld is voor fietsers en voetgangers en vergelijkbare verkeersdeelnemers.
De hoogte van het afgewerkte bouwterrein.
Het verlenen van publieksgerichte diensten op het gebied van overheids-, educatieve, welzijns- (para-)medische, sociaal-medische, levensbeschouwelijke, sociaal-culturele voorzieningen.
Een voorziening ten behoeve van de distributie van gas, water en elektriciteit, en de telecommunicatie alsmede soortgelijke voorzieningen van openbaar nut, waaronder in ieder geval worden begrepen transformatorhuisjes, pompstations, gemalen, telefooncellen en zendmasten.
Rijwegen, voet- en fietspaden, pleinen, groenvoorzieningen en water, met in begrip van bij deze voorzieningen behorende nutsvoorzieningen, bermen, taluds, waterlopen en waterbouwkundige kunstwerken, ondergrondse afvalsystemen en ondergrondse infrastructurele voorzieningen.
Een op de verbeelding aangegeven gebied waar, binnen de bestemming een doorgang mogelijk moet zijn waarboven bebouwing mag worden opgericht.
Een bouwkundige constructie van enige omvang, geen pand zijnde, die direct en duurzaam met de aarde is verbonden.
De kleinste bij de totstandkoming functioneel en bouwkundig-constructief zelfstandige eenheid die direct en duurzaam met de aarde is verbonden en betreedbaar en afsluitbaar is.
Onder het peil wordt verstaan:
De regels, deel uitmakende van het bestemmingsplan 'Stationseiland'.
Het aanbieden of verrichten van seksuele diensten tegen een materiële vergoeding.
Een bedrijf waar prostitutie wordt bedreven.
Een recreatief gebruik van gronden dat ondergeschikt is aan de functie van de bestemming waarbinnen dit recreatieve gebruik is toegestaan.
Een gebouw of een gedeelte van een gebouw waarin tegen betaling handelingen en/of voorstellingen plaatsvinden van erotische en/of pornografische aard. Hieronder worden mede begrepen een seksbioscoop, -theater, -automatenhal en -winkel en naar de aard daarmee te vergelijken inrichtingen.
Een winkel waarin de hoofdactiviteit of een van de activiteiten wordt gevormd door detailhandel in psychotrope stoffen.
Dienstgebouwen, stations, rails, perrons, overkappingen, fietsenstallingen, viaducten en onderdoorgangen, taluds, geluidsschermen, (keer-)muren, transformatorgebouwen, stationsvoorzieningen en vergelijkbare gebouwen en bouwwerken ten behoeve van railvervoer.
Boven, op of in het water aangebrachte of op het water drijvende constructie, waarover gelopen kan worden, welke ook ten dienste van een op- en/of afstapvoorziening kan staan.
Een voor publiek toegankelijk ruimte waarin de hoofdactiviteit wordt gevormd door het gelegenheid bieden tot het voeren van telefoongesprekken, waaronder mede begrepen het verzenden en ontvangen van faxen.
Een buiten de besloten ruimte liggend deel van het horecabedrijf waar zitgelegenheid kan worden geboden ten dienste van het horecabedrijf en waar tegen vergoeding dranken kunnen worden geschonken of spijzen voor directe consumptie worden bereid of verstrekt.
Een buiten afgebakend liggend deel van het (horeca)bedrijf niet zijnde gebouwen, waar zitgelegenheid kan worden geboden ten dienste van het (horeca)bedrijf en waar tegen vergoeding dranken kunnen worden geschonken of spijzen voor directe consumptie worden bereid of verstrekt.
Dienstgebouwen alsmede abri's, tramrails, bovenleidingen en overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde ten behoeve van het tramverkeer.
De verbeelding (voorheen: plankaart) van het bestemmingsplan.
Het N.A.P. of het ter plaatse aan te houden waterpeil.
Werken, waaronder begrepen kunstwerken, die verband houden met de waterstaat, zoals dammen, dijken, sluizen, beschoeiingen, remmingswerken, uitgezonderd steigers.
Alle voor het openbaar auto-, fiets-, voetgangers- of ander verkeer openstaande wegen of paden, geen spoorwegen zijnde, daaronder begrepen de daarin gelegen bruggen en duikers, de tot de wegen of paden behorende bermen, taluds en zijkanten, waterstaatkundige en civieltechnische (kunst)werken, nutsvoorzieningen, alsmede de aan de wegen liggende parkeerplaatsen en ondergrondse infrastructurele voorzieningen.
Wet ruimtelijke ordening.
Een door wind aangedreven bouwwerk waarmee energie wordt opgewekt/turbine waarin winddruk omgezet wordt in mechanische energie.
Een woonboot, niet zijnde een woonschip of woonvaartuig, die feitelijk niet geschikt is om mee te varen.
Een vaartuig daaronder begrepen een object te water, dat hoofdzakelijk wordt gebruikt als of is bestemd tot woonverblijf. Hieronder worden begrepen:
Een woonboot die herkenbaar is als een van origine varend schip en die, naar gelang het type schip, in elk geval is voorzien van originele kenmerken, zoals een stuurhut, een roer, gangboorden, een luikenkap, een mast en zwaarden. In geen geval mag het schip voorzien zijn van een opbouw die niet als authentiek kan worden aangemerkt.
Een woonboot met een casco dat herkenbaar is als dat van een van origine varend schip, waaronder begrepen een dekschuit, met daarop een - gehele of gedeeltelijke - opbouw die niet als authentiek kan worden aangemerkt.
Het verlenen van economische of commerciële diensten aan derden, waarvan de uitoefening geschiedt in een rechtstreeks contact met het publiek, zoals banken, reisbureaus.
Zone rond een industrieterrein als bedoeld in de artikelen 41 en 53 van de Wet geluidhinder.
Bij toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:
Langs het dakvlak ten opzichte van het horizontale vlak.
Vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot, c.q. de druiplijn, het boeibord, of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel.
Tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidingsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen.
Vanaf het peil tot aan het laagste punt van het bouwwerk, met uitzondering van fundering of ondergeschikte onderdelen van het bouwwerk.
Vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een overig bouwwerk met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes, en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen.
Tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk.
De bebouwde oppervlakte van de afzonderlijke bouwlagen bij elkaar opgeteld.
Vanaf het peil tot aan het punt van een gebouw of bouwwerk, geen gebouwen zijnde, waaraan de bouwhoogte ten minste moet voldoen, waarbij in ieder geval geldt dat de omhullende gevel van een gebouw aan deze minimum bouwhoogte moet voldoen.
Tussen de voet van de antennedrager en het hoogste punt van de antenne-installatie; als de antennedrager aan de gevel van een gebouw wordt bevestigd, wordt gemeten tussen het punt waarop de antenne met antennedrager het dakvlak kruist en het hoogste punt van de antennedrager.
De voor 'Dienstverlening' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met de daarbij behorende:
Op en onder de in lid 3.1 genoemde gronden mag uitsluitend worden gebouwd ten dienste van de bestemming, met in achtneming van de volgende bepalingen:
Voor het bouwen van hoofdgebouwen gelden de volgende bepalingen:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende bepalingen:
Voor de in lid 3.1 genoemde gronden gelden de volgende gebruiksregels:
Tot een gebruik dat in overeenstemming is met de bestemmingsomschrijving wordt in elk geval aangemerkt:
Tot een gebruik dat strijdig is met de bestemmingsomschrijving wordt in ieder geval gerekend het gebruiken, laten gebruiken of in gebruik geven van gronden en bouwwerken als 'consumentverzorgende dienstverlening' en 'maatschappelijke dienstverlening'.
De voor 'Gemengd - 1' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met de daarbij behorende:
Op en onder de in lid 4.1 genoemde gronden mag uitsluitend worden gebouwd ten dienste van de bestemming, met in achtneming van de volgende bepalingen:
Voor het bouwen van hoofdgebouwen gelden de volgende bepalingen:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelden de volgende bepalingen:
Bij omgevingsvergunning kunnen nadere eisen gesteld worden ten aanzien van de hoogte en de situering van bouwwerken met het oog op de nautische veiligheid, indien de bouwwerken binnen een afstand van ten minste 15 meter gemeten uit de oever van het IJ worden gebouwd. Het bevoegd gezag is in deze verplicht om advies in te winnen bij de nautisch beheerder en de brandweer alvorens deze nadere eisen te stellen. Van het stellen van voornoemde nadere eisen kan worden afgezien indien rekening wordt gehouden met het voorkomen van belemmeringen voor:
Voor de in lid 4.1 genoemde gronden gelden de volgende gebruiksregels:
Tot een gebruik dat in overeenstemming is met de bestemmingsomschrijving wordt in elk geval aangemerkt:
1 | Kantoor | 12.500 m² |
2 | Detailhandel en Horeca I, III en IV, | 15.000 m² |
De voor 'Gemengd - 2' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met de daarbij behorende:
Op en onder de in lid 5.1 genoemde gronden mag uitsluitend worden gebouwd ten dienste van de bestemming, met in achtneming van de volgende bepalingen:
Voor het bouwen van hoofdgebouwen gelden de volgende bepalingen:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelden de volgende bepalingen:
Voor de in lid 5.1 genoemde gronden gelden de volgende gebruiksregels:
Tot een gebruik dat in overeenstemming is met de bestemmingsomschrijving wordt in elk geval aangemerkt:
De voor 'Gemengd - 3' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met de daarbij behorende:
Op en onder de in lid 6.1 genoemde gronden mag uitsluitend worden gebouwd ten dienste van de bestemming, met in achtneming van de volgende bepalingen:
Voor het bouwen van hoofdgebouwen gelden de volgende bepalingen:
Voor de in lid 6.1 genoemde gronden gelden de volgende gebruiksregels:
Tot een gebruik dat in overeenstemming is met de bestemmingsomschrijving wordt in elk geval aangemerkt:
1 | horeca III en IV, baliefunctie | 1.500 m² bvo |
2 | dienstverlening met inbegrip van geldwisselkantoor , showrooms, ateliers, telecommunicatievoorzieningen, fietsenstalling met reparatievoorzieningen, detailhandel, nutsvoorzieningen, horeca, media- en bijzondere voorzieningen. | 35 m² bvo |
De voor 'Gemengd - 4' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met de daarbij behorende
Op en onder de in lid 7.1 genoemde gronden mag uitsluitend worden gebouwd ten dienste van de bestemming met in achtneming van de volgende bepalingen:
Voor het bouwen van hoofdgebouwen gelden de volgende bepalingen:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelden de volgende bepalingen:
Voor de in lid 7.1 genoemde gronden gelden de volgende gebruiksregels:
Tot een gebruik dat in overeenstemming is met de bestemmingsomschrijving wordt in elk geval aangemerkt:
1 | kantoor | 3.500 m² |
2 | horeca I, II, IV en V | 12.000 m² |
3 | dienstverlening met inbegrip van geldwisselkantoor , showrooms, ateliers, telecommunicatievoorzieningen, fietsenstalling met reparatievoorzieningen, detailhandel, nutsvoorzieningen, horeca, media- en bijzondere voorzieningen. | 1.600 m² |
De voor 'Horeca' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met de daarbij behorende
Op en onder de in lid 8.1 genoemde gronden mag uitsluitend worden gebouwd ten dienste van de bestemming, met in achtneming van de volgende bepalingen:
Voor het bouwen van hoofdgebouwen gelden de volgende bepalingen:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelden de volgende maxima:
Bij omgevingsvergunning kunnen nadere eisen gesteld worden ten aanzien van de hoogte en de situering van bouwwerken met het oog op de nautische veiligheid, indien de bouwwerken binnen een afstand van ten minste 15 meter gemeten uit de oever van het IJ worden gebouwd. Het bevoegd gezag is in deze verplicht om advies in te winnen bij de nautisch beheerder en de brandweer alvorens deze nadere eisen te stellen. Van het stellen van voornoemde nadere eisen kan worden afgezien indien rekening wordt gehouden met het voorkomen van belemmeringen voor:
Voor de in lid 8.1 genoemde gronden gelden de volgende gebruiksregels:
Tot een gebruik dat in overeenstemming is met de bestemmingsomschrijving wordt in elk geval aangemerkt:
De voor 'Verkeer - 1' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met de daarbij behorende
Op en onder de in lid 9.1 genoemde gronden mogen uitsluitend worden gebouwd ten dienste van de bestemming, met in achtneming van de volgende bepalingen:
Voor het bouwen van hoofdgebouwen gelden de volgende bepalingen:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelden de volgende maxima:
Bij omgevingsvergunning kunnen nadere eisen gesteld worden ten aanzien van de hoogte en de situering van bouwwerken met het oog op de nautische veiligheid, indien de bouwwerken binnen een afstand van ten minste 15 meter gemeten uit de oever van het IJ worden gebouwd. Het bevoegd gezag is in deze verplicht om advies in te winnen bij de nautisch beheerder en de brandweer alvorens deze nadere eisen te stellen. Van het stellen van voornoemde nadere eisen kan worden afgezien indien rekening wordt gehouden met het voorkomen van belemmeringen voor:
Op en onder de in lid 9.1 genoemde gronden gelden de volgende gebruiksregels:
Tot een gebruik dat in overeenstemming is met de bestemmingsomschrijving wordt in elk geval aangemerkt:
De voor 'Verkeer - 2' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met de daarbij behorende
Op en onder de in lid 10.1 genoemde gronden mogen uitsluitend bouwwerken geen gebouwen zijnde worden gebouwd ten dienste van de bestemming, met in achtneming van de volgende bepalingen:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelden de volgende bepalingen:
Voor de in lid 10.1 genoemde gronden gelden de volgende gebruiksregels:
Tot een gebruik dat in overeenstemming is met de bestemmingsomschrijving wordt in elk geval aangemerkt:
De voor 'Water' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Op en onder de in lid 11.1 genoemde gronden mogen uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd ten dienste van de bestemming, met inachtneming van de volgende bepalingen:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelden de volgende bepalingen:
Voor de in lid 11.1 genoemde gronden gelden de volgende gebruiksregels:
Tot een gebruik dat in overeenstemming is met de bestemmingsomschrijving wordt in elk geval aangemerkt:
Tot een gebruik dat strijdig is met de bestemmingsomschrijving wordt in elk geval aangemerkt het gebruiken, laten gebruiken en of in gebruik geven van water, alszijnde een permanente ligplaats voor woonboten, pleziervaartuigen en/of bedrijfsvaartuigen, met uitzondering van het bepaalde in lid 11.4.1 onder d.
De voor 'Waarde - Archeologie' aangewezen gronden zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor bescherming en veiligstelling van archeologische waarden.
De bestemming 'Waarde - Archeologie' is primair ten opzichte van de overige aan deze gronden toegekende bestemmingen.
Bij omgevingsvergunning kunnen nadere eisen gesteld worden ten aanzien van de situering, de inrichting en het gebruik van de gronden aangewezen voor 'Waarde - Archeologie', indien uit onderzoek is gebleken dat ter plaatse archeologische waarden zoals bedoeld in lid 12.1 aanwezig zijn, ter bescherming van de in lid 12.1 genoemde archeologische waarden.
Werken, geen bouwwerken zijnde en werkzaamheden mogen uitsluitend ten dienste van de in 12.1 genoemde primaire bestemming en de overige aan de gronden toegekende bestemmingen uitgevoerd worden, met inachtneming van de volgende bepalingen:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd de bestemming 'Waarde - Archeologie', overeenkomstig het bepaalde in artikel 3.6 van de Wet ruimtelijke ordening en met in achtneming van afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht, te wijzigen, in die zin dat de verbeelding wordt gewijzigd door één of meerderde bestemmingsvlakken met dubbelbestemming 'Waarde - Archeologie' van de verbeelding te verwijderen of te verkleinen, indien:
De voor 'Waarde - Cultuurhistorie' aangewezen gronden zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor het behoud, herstel en versterking van de met het beschermd stads- of dorpsgezicht verbonden cultuurhistorische en architectonische waarden.
De bestemming 'Waarde - Cultuurhistorie' is primair ten opzichte van de overige aan deze gronden toegekende bestemmingen.
Het bouwwerk dat op de verbeelding is aangeduid met 'specifieke bouwaanduiding - 1', is een rijksmonument. Deze wordt beschermd door de Monumentenwet 1988. Een aanvullende bescherming vanuit oogpunt van beschermd stadsgezicht is niet noodzakelijk.
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Op en onder in het bestemmingsplan begrepen gronden mag uitsluitend worden gebouwd ten dienste van de bestemming, met in achtneming van de volgende bepalingen.
Indien niet op grond van een andere bepaling van deze regels ontheffing kan worden verleend, kan het bevoegd gezag afwijken van de desbetreffende regels van dit bestemmingsplan, ten behoeve van:
Ter plaatse van de aanduiding 'Geluidzone - industrie' zijn de gronden, behalve voor de daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor het tegengaan van een te hoge geluidsbelasting vanwege het gezoneerde industrieterrein op geluidsgevoelige objecten.
In aanvulling op het bepaalde bij de andere voor die gronden aangewezen bestemmingen geldt ter plaatse van de aanduiding 'Geluidzone - industrie', de volgende regel dat een op grond van de andere aangewezen bestemmingen toelaatbaar gebouw, of de uitbreiding daarvan welk aangemerkt kan worden als een geluidsgevoelig object, mag slechts worden gebouwd indien de geluidsbelasting vanwege het industrieterrein op de gevels van dit gebouw niet hoger zal zijn dan de daarvoor geldende voorkeursgrenswaarde of een verkregen hogere grenswaarde.
Tot een gebruik, strijdig met de gebiedsaanduiding 'Geluidzone - industrie' wordt in ieder geval gerekend het gebruiken, in gebruik geven en laten gebruiken van niet-geluidsgevoelige objecten als geluidsgevoelig object.
Burgemeester en wethouders zijn op grond van artikel 3.6 van de Wro bevoegd het plan te wijzigen voor:
Ter plaatse van de aanduiding "Overige zone - ondergronds railtracé - 1" zijn de gronden, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor ondergronds railtracé en de daarbij behorende voorzieningen;
Ter plaatse van de aanduiding "Overige zone - ondergronds railtracé - 2", gelden voor de daar voorkomende bestemming(en), aanvullende bouwregels in verband met de reservering van ruimte voor een ondergronds railtracé, met inbegrip van daarbij behorende ondergrondse voorzieningen, zoals perrons, voetgangersverbindingen en vluchtschachten en andere ondergrondse voorzieningen ten dienste van het railverkeer, alsmede onder- en bovengrondse in- en uitgangen, en de daarbij behorende voorzieningen.
Ter plaatse van de aanduiding 'Wetgevingzone - wijzigingsgebied' kan het bevoegd gezag de bestemming van deze gronden wijzigen ten behoeve van de functie 'fietsenstallingen met reparatievoorzieningen', met dien verstande dat:
Deze regels worden aangehaald als: Regels van het bestemmingsplan Stationseiland.
De volledige naam is de aanhaaltitel.