direct naar inhoud van 2.1 Stadsdeel Centrum
Plan: Zuidelijke binnenstad
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0363.A1006BPSTD-OH01

2.1 Stadsdeel Centrum

Voor dit bestemmingsplan is het volgende beleid van het stadsdeel van belang:

  • a. Beleidsplan Binnenstad, 1993;
  • b. Strategische Visie Amsterdamse Binnenstad, 2002;
  • c. Visie op het water van de binnenstad 2006;
  • d. Woonvisie stadsdeel Centrum tot 2012;
  • e. Uitwerkingsnotitie short staybeleid en verdeelbesluit stadsdeel Centrum 2009;
  • f. Horecabeleidsplan 2008;
  • g. Hotelbeleid Binnenstad 2012-2015;
  • h. Nota Bereikbaarheid Binnenstad 2004-2009;
  • i. Klimaatplan 2009 - 2012;
  • j. Milieuprogramma 2011-2012.

Hieronder volgt een korte toelichting op deze beleidsnota's. In de volgende hoofdstukken wordt nader ingegaan op deze nota's, voor zover relevant. Het voorliggende bestemmingsplan is in overeenstemming met het in dit hoofdstuk genoemde beleid.

Beleidsplan Binnenstad

De binnenstad is door de eeuwen heen het centrum geweest van economische activiteiten. Het feit dat er ongeveer evenveel mensen in de binnenstad wonen als er werken, is uniek en draagt bij aan de aantrekkelijkheid van Amsterdam. In 1993 is het beleid voor de binnenstad uiteengezet in het Beleidsplan Binnenstad. De belangrijkste hoofddoelstelling is toen geformuleerd als:

  • het versterken van de centrumpositie en het handhaven van de functiemenging.

Deze hoofddoelstelling is nog steeds actueel. Andere hoofdoelstellingen zijn:

  • behoud van de kwaliteit van het historisch stadsbeeld;
  • verbeteren van de veiligheid en de leefbaarheid;
  • verbeteren van de bereikbaarheid.

Met de vaststelling van het Meerjarenperspectief Binnenstad in 1999 is een vijfde hoofddoelstelling toegevoegd:

  • zorgen voor een adequaat activiteiten- en voorzieningenniveau voor bewoners.

Het vinden van de juiste balans tussen wonen, werken en vrijetijdsbesteding en tussen de verschillende economische functies onderling is de voortdurende opdracht voor bestuurders, ondernemers en bewoners van de binnenstad.

Strategische Visie

In de Stratgische Visie Amsterdamse Binnenstad uit 2002 zijn de vijf (hoofd)doelstellingen uit het Beleidsplan Binnenstad herbevestigd. Voor het zeker stellen van deze doelstellingen zijn onder meer de volgende uitgangspunten geformuleerd:

  • waarborgen dat de binnenstad als woonplek toegankelijk blijft voor alle inkomensgroepen;
  • waarborgen dat binnen de functiemenging diversiteit en kwaliteit kenmerkend blijven;
  • waarborgen dat de binnenstad een plek blijft voor innovatieve experimenten;
  • waarborgen dat de drukte die de centrumpositie met zich meebrengt beheerst wordt en overlast beperkt wordt.

Visie op het water van de binnenstad en voorbereiding bestemmingsplan Water

Op 26 januari 2006 is de “Visie op het Water van de binnenstad” door de stadsdeelraad vastgesteld. Na de vaststelling van de visie is voortvarend gestart met de uitwerking ervan. De volgende beleidsdocumenten zijn intussen als uitwerkingen van de Visie vastgesteld:

  • het Steigerplan (d.d. 22 januari 2008, dagelijks bestuur);
  • de Uitvoeringsnota van het bedrijfsvaartuigenbeleid in de binnenstad (d.d. 11 december 2007, dagelijks bestuur);
  • het “Afmeerbeleid voor pleziervaartuigen” (d.d. 10 april 2007, dagelijks bestuur);
  • de nota “Welstand op het water” (d.d. 22 en 29 januari 2009, stadsdeelraad)
  • de “Bootrichtlijnen 2008” (d.d. 22 en 29 januari 2009, stadsdeelraad).

In de uitwerkingsparagraaf van de visie is destijds opgenomen dat de visie juridisch-planologisch vertaald zou worden in facetbestemmingsplannen. Sinds de inwerkingtreding van de Wet ruimtelijke ordening op 1 juli 2008 behoren facetbestemmingsplannen echter niet meer tot de mogelijkheden. Om die reden wordt een apart bestemmingsplan voor het gehele binnenwater van de binnenstad opgesteld, dat onder de bevoegdheid van stadsdeel Centrum valt. Met een bestemmingsplan voor het water wordt de stadsdeelbrede visie op het water van de binnenstad juridisch-planologisch verankerd en worden alle bestaande, vaak uiteenlopende bestemmingsplanregelingen voor het water in de binnenstad vervangen door één eenduidige regeling.

Het bestemmingsplan Water is in 2011 in procedure gebracht.

Woonvisie

De Woonvisie voor stadsdeel Centrum (tot 2012) is op 30 oktober 2008 vastgesteld door de stadsdeelraad. Met haar unieke woon- en leefklimaat neemt stadsdeel Centrum een sterke plaats in binnen de regionale woningmarkt. De invloed van het stadsdeel op de woningmarkt is echter zeer beperkt, niet alleen door de regionale schaal van de markt, maar ook omdat veel beleid en afspraken niet onder de bevoegdheid van het stadsdeel vallen. Dit geldt voor de kaders van de woonruimteverdeling, nieuwbouwbeleid, afspraken over verkopen en aanbiedingsafspraken over vrijkomende huurwoningen met corporaties en dergelijke. Ten aanzien van het huurniveau van woningen gelden de landelijke regels. In de woonvisie wordt speciale aandacht gevraagd voor de woonbehoefte van ouderen en middeninkomensgroepen.

Uitwerkingsnotitie short stay beleid en verdeelbesluit

In februari 2009 heeft de centrale stad de beleidsnotitie Short stay, kort wonen in Amsterdam vastgesteld. Doel van het short stay beleid is om aan de behoefte van werknemers van internationale bedrijven aan tijdelijke woonruimte tegemoet te komen. Short stay betreft wonen van minimaal een week tot maximaal zes maanden. Alle stadsdelen hebben een quotum aan short stay woningen gekregen voor de bestaande woningvoorraad. Stadsdeel Centrum heeft een quotum gekregen van 430 woningen. Voor de verhuur van short stay kan een vergunning worden aangevraagd voor een woning met een huur boven de huurtoeslaggrens voor maximaal 10 jaar.

In de Uitwerkingsnotitie short stay beleid en verdeelbesluit short stay van stadsdeel Centrum wordt per gebied een quotum gegeven. Voor het plangebied gaat het om een quotum van 80 woningen voor de buurtcombinatie Grachtengordel Zuid en 65 woningen voor de buurtcombinatie Weteringschans, met uitzondering van de Leidsebuurt.

Horecabeleidsplan

Het Horecabeleidsplan is in 2008 vastgesteld door de stadsdeelraad. In het Horecabeleidsplan is aangegeven in welke gebieden verrruiming van de mogelijkheden voor horeca mogelijk is. Het gaat dan om:

  • verruiming van sluitingstijden;
  • uitbreiding horeca in vierkante meters per zaak;
  • uitbreiding van het aantal horecazaken in straten die een horeca-impuls kunnen gebruiken;
  • ruimere horecamogelijkheden voor culturele instellingen;
  • horecacategorieën in bestemmingsplannen.

Hotelbeleid Binnenstad

Het Hotelbeleid Binnenstad 2012- 2015 bestaat uit twee delen. Deel I Beleidskader is vastgesteld door de deelraad op 27 maart 2012. De deelraad heeft ingestemd met de inhoud van Deel II Beleidsregels. Dit deel is op 10 april 2012 door het dagelijks bestuur vastgesteld. Het Hotelbeleid Binnenstad 2012-2015 treedt op 20 april 2012 in werking.

In het Hotelbeleid Binnenstad 2012 - 2015 wordt nog meer dan in het vorige hotelbeleid (Hotelbeleid Binnenstad 2008 - 2011) ingezet op spreiding in aansluiting op het centraal stedelijk hotelbeleid en de Structuurvisie van de centrale stad en in aansluiting op het belang van de juiste balans tussen wonen, werken en recreëren in de binnenstad; de functiemenging.

In het hotelbeleid is opgenomen dat het dagelijks bestuur niet zal meewerken aan hotelontwikkeling in de Grachtengordel, de Weteringbuurt en Leidsebuurt, net als in de oude binnenstad, Jordaan, Haarlemmerbuurt, Westelijke eilanden en Uilenburg. In de overige gebieden ten oosten van de Amstel/Zwanenburgwal/Uilenburgergracht zal het dagelijks bestuur meewerken aan hotelontwikkeling op bepaalde radialen, mits aan de algemene criteria wordt voldaan. In het plangebied van dit bestemmingsplan wordt een uitzondering gemaakt voor de oostzijde van de Vijzelstraat (vanaf de Herengracht) en voor de Vijzelgracht en Nieuwe Vijzelstraat. Hier zal het dagelijks bestuur wel meewerken aan hotelontwikkeling, mits aan de algemene criteria wordt voldaan. Verder wordt een uitzondering gemaakt voor de uitgaansgebieden Rembrandtplein/Thorbeckeplein en het Leidseplein en omgeving. Alleen voor hotelinitiatieven die naast aan de algemene criteria ook voldoen aan de aanvullende criteria zoals opgenomen in het hotelbeleid kan een uitzondering worden gemaakt. Verder wordt ruimte geboden voor het realiseren van maximaal drie hotels in het topsegement en kan het dagelijks bestuur medewerking verlenen aan uitzonderlijke hotelconcepten: dit zijn hotelconcepten die een unieke bijdrage leveren aan het maatschappelijke, culturele of economische klimaat van Amsterdam en die aantoonbaar niet buiten de binnenstad gerealiseerd kunnen worden.

De algemene criteria waaraan alle initiatieven worden getoetst zijn:

  • Functiemenging;
  • Woon- en leefklimaat;
  • Kwaliteitsimpuls;
  • Verkeersaantrekkende werking, verkeersveiligheid en gebruik van de openbare ruimte;
  • Parcellering en architectonische kwaliteit;
  • Beschermen woonfunctie.

In hoofdstuk 6 paragraaf 6.8.3 worden deze criteria nader toegelicht.

Tenslotte is bij grote hotels zelfstandige horeca in de vorm van een horeca 4 (restaurant, lunchroom) mogelijk.

Nota Bereikbaarheid Binnenstad

De Nota Bereikbaarheid Binnenstad 2004-2009 is in 2004 vastgesteld door de stadsdeelraad. De volgende onderwerpen komen onder meer in deze nota aan de orde: bereikbaarheid, mobiliteit, verkeersveiligheid, openbaar vervoer, autoverkeer, parkeren in de openbare ruimte en inpandig parkeren. In de nota wordt ook het toekomstperspectief op de geparkeerde fiets beschreven. Op de belangrijkste fietsparkeerknelpunten moet extra ruimte voor fietsparkeren komen in de vorm van ondergrondse of inpandige fietsenstallingen.

Een nieuwe nota Bereikbaarheid wordt voorbereid, waarin de visie op een autoluwere binnenstad en een autoluw/autovrij stadshart wordt verwerkt.

Klimaatplan

In 2009 heeft de stadsdeelraad het Klimaatplan 2009-2012 vastgesteld. In een stadsdeel met zeer veel monumenten en grotendeels beschermd stadsgezicht moet specifiek worden bekeken hoe energiebesparende maatregelen getroffen kunnen worden. De behoefte van bewoners en bedrijven om energie te besparen moet verenigbaar zijn met de unieke bouwstructuren. Mogelijkheden zijn vooral gelegen bij warmte-koudeopslag, duurzame hotels (green key), beperking van (zwaar) autoverkeer, alternatieve mogelijkheden van vrachtvervoer, electrisch vervoer en mogelijkheden voor fietsparkeren.

Milieuprogramma

Volgens de Wet milieubeheer is de deelraad verplicht tot het jaarlijks vaststellen van een milieuprogramma. Hierin wordt zichtbaar gemaakt welke activiteiten op milieugebied zullen worden uitgevoerd. Het gaat dan om het op adequaat niveau houden van de vergunningverlening, controle en handhaving, en om projecten op het gebied van duurzaamheid en luchtkwaliteit. In 2010 is het milieuprogramma 2011-2012 vastgesteld. In het kader van de Wet milieubeheer moet worden beoordeeld wat de effecten zijn van de ontwikkelingen, die dit bestemmingsplan mogelijk maakt, op de luchtkwaliteit in en rond het bestemmingsplangebied.