direct naar inhoud van Regels

Paraplubestemmingsplan Schipholparkeren en Parkeernormen

Status: vastgesteld
Identificatie: NL.IMRO.0362.PP03ANA-VG01
Plantype: gemeentelijke overheid/bestemmingsplan

TOELICHTING

 

 
Inhoudsopgave

 

TOELICHTING

HOOFDSTUK 1 INLEIDING

HOOFDSTUK 2 VISIE PLANGEBIED

HOOFDSTUK 3 PLANOPZET

HOOFDSTUK 4 UITVOERBAARHEID

HOOFDSTUK 5 BELEIDSKADERS

HOOFDSTUK 6 OMGEVINGSKWALITEIT

 

 

HOOFDSTUK 1 INLEIDING

 

1.1 Aanleiding en doelstelling

 

Dit paraplubestemmingsplan regelt twee dingen, het niet toestaan van Schipholparkeren binnen de gemeente Amstelveen en het opnemen van parkeernormen in bestemmingsplannen. Hierdoor kunnen alle nieuwe ontwikkelingen worden getoetst aan de thans geldende parkeernormen die zijn vastgesteld in de Nota Parkeernormen. In de meeste vigerende bestemmingsplannen van de gemeente Amstelveen wordt er voor de parkeerregeling verwezen naar de bouwverordening. Dit is vanaf 1 juli 2018 niet meer mogelijk.

 

In de nu geldende bestemmingsplannen is het mogelijk om binnen een bedrijfsbestemming parkeerterreinen te exploiteren, Schipholparkeren is daar een voorbeeld van. Dit is geen gewenste ontwikkeling. Om die reden is er een voorbereidingsbesluit genomen om geen schipholparkeren toe te staan binnen de gemeente Amstelveen. Het voorbereidingsbesluit waarborgt dat nieuwe ongewenste ontwikkelingen, waarvoor het vigerende bestemmingsplan geen weigeringsgrond biedt, kunnen en moeten worden aangehouden totdat een ontwerpbestemmingsplan ter inzage is gelegd.

 

De gemeente Amstelveen wil met onderhavig paraplubestemmingsplan de Nota Parkeernormen en de wens om Schipholparkeren te weren een juridisch-planologische status geven.

 

1.1.1 Schipholparkeren

 

De laatste jaren is in de omgeving van Schiphol een opmars van betaald langparkeren voor Schiphol gaande. Er is echter geen sprake van een tekort aan parkeervoorzieningen op Schiphol. Luchthavenreizigers wijken uit naar de regio omdat hier goedkopere parkeervoorzieningen beschikbaar zijn dan op Schiphol.

 

Ook binnen de gemeente Amstelveen is dit het geval. Het Schipholparkeren komt op

meerdere percelen voor in het landelijk gebied en met name in de Legmeerpolder dicht gelegen bij de N201. In het zuidelijke deel van de Legmeerpolder is een bedrijventerrein voorzien, 'De Loeten'. In dit gebied is de glastuinbouw vrijwel verdwenen. Doordat de ontwikkeling naar bedrijventerrein gefaseerd verloopt, en daardoor ook trager, worden terreinen ingericht voor schipholparkeren. Vaak in strijd met het bestemmingsplan omdat de meeste gronden nog een agrarische bestemming hebben maar in een paar gevallen in overeenstemming met de, reeds aanwezige, bedrijvenbestemming. Schipholparkeren geeft vanwege de hoge frequentie van verkeersbewegingen extra druk op de infrastructuur en verkeersveiligheid en doet afbreuk aan de ruimtelijke kwaliteit en economische aantrekkelijkheid van het gebied en is daarom een onwenselijke ontwikkeling.

 

Op 6 oktober 2015 heeft het college een brief aan de gemeenteraad geschreven om Schipholparkeren nergens toe te staan in Amstelveen. Het gebruik van gronden en gebouwen als perifere parkeervoorziening voor de luchthaven Schiphol wil het college in alle vigerende bestemmingsplannen uitsluiten. Anders bestaat het risico van een ‘waterbed effect’ waarbij bedrijven die elders in de gemeente worden gehandhaafd hun toevlucht zoeken in een ander plangebied. Eigenaren waarvan de gronden een bedrijfsbestemming hebben konden op basis van deze bestemming Schipholparkeren exploiteren op hun perceel. Schipholparkeren past namelijk binnen een bedrijfsbestemming.

 

Vooruitlopend op dit bestemmingsplan heeft de gemeenteraad op 3 februari 2016 een voorbereidingsbesluit genomen. Hiermee is de bestaande situatie in vooral de Legmeerpolder en een deel van de Bovenkerkerpolder, waar bedrijfsbestemmingen voorkomen, bevroren. Zo wordt voorkomen dat in de periode, totdat dit bestemmingsplan als ontwerp werd vrijgegeven, gronden zodanig worden gebruikt dat deze het toekomstige planologische regime frustreren. Het voorbereidingsbesluit waarborgt dat nieuwe ongewenste ontwikkelingen, waarvoor het vigerende bestemmingsplan geen weigeringsgrond biedt, kunnen en moeten worden aangehouden.

 

Het voorbereidingsbesluit is ingegaan op 5 februari 2016 en duurt maximaal een jaar. Voordat het voorbereidingsbesluit afloopt moet het ontwerpbestemmingsplan ter inzage worden gelegd. Dat is op 16 december 2016 geweest.

 

 

1.1.2 Parkeernormen

 

Behoudens de (postzegel)bestemmingsplannen die voor projecten zijn opgesteld zijn voor de meeste bestemmingsplannen geen parkeernormen opgenomen.

 

Tot voor kort waren de parkeernormen verankerd in de bouwverordening. Met de inwerkingtreding van de Reparatiewet BZK 2014 (op 29 november 2014) is de Woningwet gewijzigd. De wijziging heeft betrekking op het komen te vervallen van de stedenbouwkundige bepalingen uit de bouwverordening. De stedenbouwkundige voorschriften, zoals het parkeren, moeten nu in het bestemmingsplan zelf geregeld worden.

 

Op 16 december 2015 heeft de gemeenteraad de 'Nota Parkeernormen 2016' vastgesteld. Deze nota vervangt de parkeernormen uit de Parkeernota 2005-2010.

De nieuwe landelijke richtlijnen van de CROW zijn aanleiding voor het actualiseren van de oude normen. De normen uit de parkeernota 2005 dateren uit 2004 en zijn op bepaalde onderdelen niet meer actueel. Bij de toetsing van bouwplannen blijkt vaak dat de oude parkeernormen niet meer hanteerbaar zijn.

 

Op 1 juli 2018 moeten de parkeernormen integraal onderdeel uitmaken van het ruimtelijke toetsingskader, dus verankerd te zijn in alle bestemmingsplannen.

 

1.1.3 Paraplubestemmingsplan

 

Vanuit efficiency is gekozen om niet alle bestemmingsplannen opnieuw vast te stellen, maar één parapluplan te maken voor het hele grondgebied van Amstelveen.

Een parapluplan is een partiële herziening van meerdere bestemmingsplannen. Op één of meer aspecten worden diverse bestemmingsplannen met een paraplubestemmingsplan aangepast of aangevuld, voor het overige blijven de desbetreffende bestemmingsplannen van kracht.

 

 

1.2 Ligging en begrenzing plangebied

 

Gemeenten zijn verplicht voor hun gehele grondgebied te beschikken over actuele bestemmingsplannen. Deze mogen niet ouder zijn dan 10 jaar. Voorliggend paraplubestemmingsplan voorziet in een partiële herziening van (bijna) alle Amstelveense bestemmingsplannen en dient als aanvulling op de vigerende bestemmingsplannen. De vigerende bestemmingsplannen blijven dus gelden. Met het voorliggende paraplubestemmingsplan wordt het uitsluiten van Schipholparkeren en andere parkeerservicebedrijven geregeld en kunnen omgevingsvergunningen worden getoetst aan de op dat moment geldende parkeernormen. De ligging en begrenzing van het plangebied waar dit paraplubestemmingsplan betrekking op heeft betreft het gehele grondgebied van Amstelveen.

 

Het paraplubestemmingsplan voorziet in een partiële herziening van zowel analoog als digitaal geldende bestemmingsplannen. In de bijlage zijn twee kaarten opgenomen. Paraplubestemmingsplan Schipholparkeren en Parkeernormen (analoog; niet digitaal raadpleegbaar) en paraplubestemmingsplan Schipholparkeren en Parkeernormen (digitaal; digitaal en analoog raadpleegbaar) waaruit blijkt welke analoge en digitale bestemmingsplannen worden herzien. Uit deze kaarten blijken ook de plangebiedsgrenzen. De twee plangbiedsgrenzen tezamen vormen het plangebied waar dit paraplubestemmingsplan betrekking op heeft.

 

[image] 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Globale begrenzing plangebied

 

1.3 Geldende bestemmingsplannen

 

Dit paraplubestemmingsplan vervangt/herziet gedeeltelijk bijna alle Amstelveense bestemmingsplannen, zowel de analoog geldende als de digitaal geldende.

In het geval een bestemmingsplan niet digitaal beschikbaar is omdat het nog een analoog geldend bestemmingsplan betreft, is het niet mogelijk om het digitaal gedeeltelijk te herzien. In dit geval leidt het in procedure brengen van voorliggende paraplubestemmingsplan dus tot het opstellen van twee plannen: een analoge gedeeltelijke herziening voor de 'oude' WRO plannen en een digitale voor de 'nieuwe' Wro plannen.

 

 

Hieronder volgt een overzicht (in willekeurige volgorde) van de bestemmingsplannen die met dit paraplubestemmingsplan gedeeltelijk worden herzien.

De volgende analoog geldende bestemmingsplannen worden met dit paraplubestemmingsplan gedeeltelijk herzien:

 

 

Naam Bestemmingsplan

 

 

Vastgesteld

 

Onherroepelijk

 

Amsterdamse Bos

 

23-01-2007

 

21-05-2008

 

Amstelveen Noord-West

 

28-11-2007

 

17-09-2009

 

Wester Amstel

 

21-03-2007

 

12-03-2009

 

Amstelveen Stadshart

 

26-11-2008

 

23-07-2009

 

Amstelveen Midden-West

 

26-11-2008

 

17-07-2009

 

Uitwerkingsplan Amstelveen Midden-West, Fokkerlaan

 

18-02-2008

 

17-07-2009

 

Eerste Herziening Amstelveen Midden-West, Sportlaan 37

 

10-03-2010

 

07-05-2010

 

Bestemmingplan Landelijk Gebied

 

02-06-2010

 

26-05-2011

 

 

 

 

Deze analoge plannen zijn niet beschikbaar op de landelijke website www.ruimtelijkeplannen.nl, maar wel als pdf in te zien op de gemeentelijke website www.amstelveen.nl.

 

De volgende digitaal geldende bestemmingsplannen worden ook met een paraplubestemmingsplan gedeeltelijk herzien:

 

 

Naam bestemmingsplan

 

 

Planidentificatie

 

Vastgesteld

 

1e Herziening Amstelveen Stadshart - Palet-Noord

 

NL.IMRO.0362.08A-OH01

 

15-09-2010

 

3e Herziening Amstelveen Midden-West - Sportpark Janselaan West

 

NL.IMRO.0362.07C-OH01

 

15-09-2010

 

 

 

 

Zijdelweg 21-23

 

NL.IMRO.0362.11D-OH01

 

21-09-2011

 

N201 - Natuurcompensatie 2e fase

 

NL.IMRO.0362.09D-OH01

 

21-09-2011

 

Uitwerkingsplan Amstelveen Midden-West - Olmenlaan-Lindenlaan

 

NL.IMRO.0362.07E-OH01

 

05-07-2011

 

N201 - Zijdelweg

 

NL.IMRO.0362.09A-OH01

 

07-07-2010

 

1e Herziening Wester Amstel

 

NL.IMRO.0362.03A-OH01

 

14-12-2011

 

 

1e Wijziging Amstelveen Noord-West - Mr. S. van Houtenlaan

 

NL.IMRO.0362.05A-OH01

 

20-12-2011

 

Golfbaan

 

NL.IMRO.0362.09E-VG01

 

12-12-2012

 

1e Herziening Amstelveen Noord-West - Tulpenburg-De Schulp

 

NL.IMRO.0362.05B-OH01

 

28-03-2012

 

2e Herziening Wester Amstel - Landgoed Tulpenburg

 

NL.IMRO.0362.03B-OH01

 

04-07-2012

 

2e Wijziging Amstelveen Noord-West - Amsterdamseweg 441

 

NL.IMRO.0362.05C-OH01

 

31-01-2012

 

4e Herziening Amstelveen Midden-West - Hortensialaan

 

NL.IMRO.0362.07F-OH01

 

19-09-2012

 

7e Herziening Amstelveen Midden-West - Parkeerterreinen Laan Nieuwer Amstel

 

NL.IMRO.0362.07J-VG01

 

06-02-2013

 

Landelijk Gebied Zuid

 

NL.IMRO.0362.09C-VG01

 

13-03-2013

 

3e Herziening Amstelveen Noord-West - Amsterdamseweg 73-77

 

NL.IMRO.0362.05G-VG01

 

13-03-2013

 

4e Herziening Amstelveen Noord-West - Laan Rozenburg 15-17

 

NL.IMRO.0362.05H-VG01

 

25-09-2013

 

Amsteleiland

 

NL.IMRO.0362.09B-VG03

 

24-04-2013

 

2e Herziening Amstelveen Noord-West - Graaf Aelbrechtlaan

 

NL.IMRO.0362.05E-VG01

 

29-05-2013

 

Amstelveen Noord-Oost

 

NL.IMRO.0362.10-VG01

 

29-05-2013

 

2e Herziening Landelijk Gebied - Ringdijk BP 11

 

NL.IMRO.0362.09L-VG01

 

05-02-2014

 

1e Herziening Landelijk Gebied - Amsteldijk Zuid 202bis

 

NL.IMRO.0362.09F-VG01

 

04-06-2014

 

Legmeerpolder

 

 

NL.IMRO.0362.11-VG02

 

02-07-2014

 

Uitwerkingsplan Amstelveen Stadshart - van Heuven Goedhartlaan 15-17

 

NL.IMRO.0362.08B-VG01

 

23-09-2014

 

6e Herziening Amstelveen Midden-West - Hortensialaan

 

NL.IMRO.0362.07P-VG01

 

01-10-2014

 

2e Herziening Bestemmingsplan Amstelveen Stadshart

 

NL.IMRO.0362.08E-VG01

 

01-10-2014

 

Legmeerpolder Zuid

 

NL.IMRO.0362.11E-VG02

 

12-11-2014

 

1e Herziening Legmeerpolder - Legmeerdijk 246

 

NL.IMRO.0362.11J-VG01

 

12-11-2014

 

1e Herziening Legmeerpolder Zuid - De Loetenweg

 

NL.IMRO.0362.11F-VG01

 

17-12-2014

 

Amstelveen Zuid-West 2014

 

NL.IMRO.0362.12-VG01

 

18-03-2015

 

2e Herziening Amsterdamsebos - Woonschepen

 

NL.IMRO.0362.04B-VG01

 

03-06-2015

 

Amstelveen Zuid-Oost 2015

 

NL.IMRO.0362.13-VG01

 

30-09-2015

 

Afsluitschema Gasunie S-6349 tpv Meerlandenweg 55

 

NL.IMRO.0362.11L-VG01

 

30-09-2015

 

3e Herziening Wester-Amstel - Amstelzijde

 

NL.IMRO.0362.03C-VG01

 

29-04-2015

 

9e Herziening Amstelveen Midden-West - Van der Hooplaan 180

 

NL.IMRO.0362.07N-VG02

 

11-11-2015

 

8e Herziening BP Amstelveen Midden-West, Appellaan Notenlaan

 

NL.IMRO.0362.07H-VG01

 

11-11-2015

 

1e Wijziging Amstelveen Zuid-Oost 2015 - Groenelaan 3-5

 

NL.IMRO.0362.13A-VG01

 

16-08-2016

 

1e Herziening Amsterdamsebos A9 - Fokkerweg

 

NL.IMRO.0362.04A-OH01

 

15-12-2010

 

5e Herziening Amstelveen Midden-West - Startbaan 12

 

NL.IMRO.0362.07M-VG01

 

01-10-2014

 

 

 

Deze digitale plannen zijn zowel beschikbaar op de landelijke website www.ruimtelijkeplannen.nl als op de gemeentelijke website www.amstelveen.nl.

 

1.4 Leeswijzer

 

In hoofdstuk twee worden de uitgangspunten van het ruimtegebruik voor de komende tien jaar gegeven en de motivatie. Hoofdstuk drie bevat de juridische vertaling van de visie van het bestemmingsplan. In hoofdstuk vier komt de uitvoerbaarheid van het bestemmingsplan aan bod. Om een indruk te krijgen wat met het bestemmingsplan wordt beoogd en hoe het juridisch vertaald wordt, is het lezen van deze hoofdstukken voldoende.

 

Hoofdstuk vijf en zes geven de achtergronden op de gemaakte keuzen weer die uiteindelijk hebben geleid tot de planopzet. In hoofdstuk vijf wordt ingegaan op de beleidskaders. In het laatste hoofdstuk komen de omgevingsaspecten aan bod.

 

 

HOOFDSTUK 2 VISIE PLANGEBIED

  

 

2.1 Functionele en ruimtelijke uitwerking

 

 

2.1.1 Schipholparkeren

 

Schipholparkeren gebeurt vooral in het landelijk gebied en op bedrijventerreinen. Schipholparkeren is niet mogelijk binnen de bestemming agrarisch-glastuinbouw, maar wel binnen een bedrijfsbestemming. Vooral op De Loeten zijn al een aantal locaties bestemd als bedrijf.

 

In alle eerder genoemde bestemmingsplannen van de gemeente Amstelveen is de begripsbepaling Bedrijf als volgt geformuleerd:

 

een inrichting of instelling gericht op het bedrijfsmatig voortbrengen, vervaardigen, bewerken, opslaan, installeren en/of herstellen van goederen danwel bedrijfsmatig verlenen van diensten (daaronder niet begrepen aan-huis-verbonden-beroepen, detailhandel, horeca, publieksgerichte dienstverlening, maatschappelijke en culturele voorzieningen en bedrijfsmatige sportdoeleinden).

 

Deze formulering staat Schipholparkeren en alle andere vormen van parkeren toe binnen deze bestemming. Er is gekozen voor een begripsbepaling 1.3 parkeerservicebedrijf en 1.4 schipholparkeren op te nemen in de inleidende regels en om een extra artikel op te nemen binnen de Algemene regels namelijk een algemene gebruiksregels waarin staat dat onder strijdig gebruik in ieder geval wordt verstaan het gebruiken of laten gebruiken van gronden en/of bouwwerken als Schipholparkeren en/of als parkeerservicebedrijven.

 

 

2.1.2 Parkeernormen

 

Op 29 november 2014 is de 'Reparatiewet BZK 2014' in werking getreden. In deze wet is onder andere bepaald dat artikel 8 lid 5 Woningwet vervalt. Ingevolge dit artikel kunnen in de bouwverordening stedenbouwkundige voorschriften – waaronder voorschriften m.b.t. parkeren – worden opgenomen. Met de intrekking van artikel 8 lid 5 Woningwet, vervalt de grondslag voor artikel 2.5.30 van de bouwverordening. De grondslag voor de parkeerregeling in de bouwverordening vervalt niet onmiddellijk, de wetgever heeft een overgangstermijn opgenomen van bijna 5 jaar, tot 1 juli 2018.

 

Nu de stedenbouwkundige bepalingen uit de bouwverordening, en daarmee de parkeerregeling uit artikel 2.5.30, komen te vervallen moet de parkeerregeling in het bestemmingsplan worden geregeld

 

 

 

2.2 Motivatie gemaakte keuzes

 

 

2.2.1 Schipholparkeren

 

Steeds meer onbebouwde maar ook bebouwde ruimten in het landelijk gebied en bedrijventerreinen worden ingericht als parkeerterreinen. De meeste parkeerterreinen worden in gebruik genomen door zgn Schipholparkeren maar er wordt ook allerlei andere soorten van lang parkeren aangeboden. Dit is geen gewenste ontwikkeling.

 

 
Naast Schipholparkeren kunnen ook andere vormen van bedrijfsmatig parkeren worden aangeboden. Zoals transfers voor passagiers naar andere luchthavens in Nederland, voor cruises en andere soorten van reizen, bezoekers Amsterdam, evenementen enzovoort. Dit geeft dezelfde overlast en verrommeling als Schipholparkeren en is dan ook niet wenselijk.

 

Om duidelijkheid te geven wordt in alle bestemmingsplannen alle soorten van bedrijfsmatig exploiteren van parkeerterreinen tegengegaan.

 

 

2.2.2 Parkeernormen

 

Voldoende parkeervoorziening is een belangrijke voorwaarde voor elke ruimtelijke ontwikkeling. Om ervoor te zorgen dat er voldoende parkeergelegenheid wordt gerealiseerd voor nieuwe ontwikkelingen wordt dit bestemmingsplan opgesteld waarbij in de regels wordt verwezen naar het geldende 'Nota Parkeernorm Amstelveen'. Op grond van artikel 3.1.2. tweede lid Bro mogen parkeernormen worden neergelegd in een beleidsregel (Nota Parkeren). In een planregel dient dan tot uitdrukking worden gebracht dat bij de toets op het onderdeel parkeren, de beleidsregel betrokken moet worden, dit mag een dynamische verwijzing zijn. Dat betekent dat in de planregel tot uitdrukking kan worden gebracht dat te allen tijde wordt getoetst aan de meest actuele versie van het beleid. Tussentijdse wijzigingen van het beleid zijn dus hangende de planperiode van het bestemmingsplan mogelijk. Hierdoor kan elke initiatief waarvoor een omgevingsvergunning wordt ingediend getoetst worden aan de meest actuele parkeernormen.

 

Bij het toepassen van de parkeernorm worden de volgende uitgangspunten gehanteerd:

  1. Elke initiatiefnemer van (bouw)plannen dient zorg te dragen voor het realiseren van voldoende parkeerplaatsen op eigen terrein.

  2. Een bouwinitiatief of wijziging van functie van een locatie mag geen parkeerproblemen en verkeersveiligheidsproblemen in de openbare ruimte veroorzaken of vergroten.

  3. De Nota parkeernormen is van toepassing op ruimtelijke plannen voor nieuwbouw, verbouw, uitbreiding of wijziging van functie(s) voor zover zij van invloed zijn op het parkeren.

  4. Een initiatiefnemer kan een gemotiveerd voorstel indienen om af te wijken van de vastgestelde parkeernorm, onderbouwd door een goed mobiliteits- en bereikbaarheidsplan en een goed verhaal waarom met minder parkeerplaatsen kan worden volstaan en hoe overlast voorkomen wordt. Burgemeester en wethouders kunnen op basis hiervan gemotiveerd afwijken van de parkeernorm.

  5. Indien voor projecten in het voortraject normen zijn vastgesteld in het programma van eisen van deze projecten wordt aan deze normen vastgehouden.

HOOFDSTUK 3 PLANOPZET

 

3.1 Algemeen

 

In dit hoofdstuk wordt inzicht gegeven in de wijze waarop de gewenste ruimtelijke en functionele ontwikkeling van het plangebied juridisch is vertaald. In het voorgaande hoofdstuk is beschreven welke ontwikkelingen in het plangebied plaatsvinden. In dit hoofdstuk wordt aangegeven welke juridisch-planologische instrumenten daarbij worden ingezet.

 
De Wet ruimtelijke ordening (Wro) die per 1 juli 2008 in werking is getreden verplicht gemeenten tot het opstellen van een bestemmingsplan voor het gehele grondgebied. In de Wro en het Besluit ruimtelijke ordening (Bro) is nader uitgewerkt uit welke onderdelen een bestemmingsplan in ieder geval moet bestaan.

 
Het juridische deel van het bestemmingsplan bestaat uit de verbeelding en de regels. Deze onderdelen zijn bindend voor de burger. De regels bevatten het juridisch instrumentarium voor het regelen van het gebruik van de gronden en gebouwen en bepalingen omtrent de toegelaten bebouwing. De verbeelding heeft een ondersteunende rol voor de toepassing van de regels alsmede de functie van visualisering van de bestemmingen. De toelichting is niet juridisch bindend, maar wordt als handvat en beleidskader/interpretatiekader voor het bestemmingsplan gebruikt.

 
De bruikbaarheid van deze instrumenten is geheel afhankelijk van het doel van het bestemmingsplan en de gewenste bestemmingsmethodiek van de gemeente Amstelveen. Uitgangspunt is dat het bestemmingsplan moet voorzien in een passende regeling voor de komende tien jaar, dit is de geldigheidsduur van een bestemmingsplan.

 

3.2 De bestemmingen

 

 

Hoofdstuk 1 Inleidende regels

 

Begrippen (artikel 1)

Hierin worden de begrippen gedefinieerd die in de planregels worden gebruikt.

 

Reikwijdte (artikel 2)

Hierin staat welke begrippen er worden aangevuld en welke regels worden herzien.

 

Hoofdstuk 2 Algemene regels

 

Algemene gebruiksregels (artikel 3)

De algemene gebruiksregels bevatten in elk geval een verklaring van hetgeen in het bestemmingsplan onder verboden gebruik moet worden verstaan.

 

Overige regels (artikel 4)

Onder overige regels moeten volgens de richtlijnen van de SVBP alle regels worden ondergebracht die niet onder een andere regel te vervatten zijn.

De regeling voor parkeren is opgenomen in de overige regels. In de regels wordt verwezen naar de geldende Nota parkeernormen Amstelveen. Een omgevingsvergunning wordt slechts verleend, indien is aangetoond dat wordt voorzien in voldoende parkeergelegenheid. De regeling voorziet daarnaast in een afwijkingsbevoegdheid om enige flexibiliteit te bieden.  

Hoofdstuk 3 Overgangs- en slotregels

 

Overgangsrecht (artikel 5)

Samengevat wordt hierin gewaarborgd dat bouwwerken en gebruiksvormen die bij de totstandkoming van het plan reeds bestaan, maar nu in strijd raken met het plan, mogen blijven bestaan. Daarbij wordt het hierin mogelijk gemaakt om op te treden tegen eerder ontstaan illegaal gebruik.

 

Slotregel (artikel 6)

Voor de duidelijkheid, o.a. bij benoeming en verwijzing, is hierin een eenduidige naam voor het gehele plan inclusief de toelichting aangegeven.

 

 

HOOFDSTUK 4 UITVOERBAARHEID

 

 

4.1 Economische uitvoerbaarheid

 

4.1.1 Financieel-economische haalbaarheid

 

De financiële uitvoerbaarheid van het bestemmingsplan wordt gewaarborgd doordat de ambtelijke kosten die nodig zijn voor de vervaardiging van het bestemmingsplan worden gedekt uit de algemene middelen van de gemeente.

 

4.1.2 Verhaal van kosten

 

Het bestemmingsplan bevat geen bouwtitel die voldoet aan de genoemde criteria in artikel 6.2.1. van het Besluit ruimtelijke ordening. Om deze reden is er geen sprake van wettelijk verplicht kostenverhaal en is het niet nodig een exploitatieplan vast te stellen.

 

4.2 Maatschappelijke uitvoerbaarheid

 

Het ontwerp is gedurende zes weken ter inzage gelegd van vrijdag 16 december 2016 tot en met donderdag 26 januari 2017.

Gedurende de termijn van ter inzage legging heeft een ieder de gelegenheid gekregen

om schriftelijk zienswijzen kenbaar te maken. Er zijn 2 zienswijzen ingediend buiten de termijn.

 

 

4.3 Handhaving

 

Wanneer een bestemmingsplan onherroepelijk is geworden, dan is de discussie over de inhoud van het plan afgerond en dienen overheid en burgers zich aan het plan te houden. Gebruik en/of bouwen dat niet in overeenstemming is met de verbeelding en/of de planregels is dan in strijd met het geldende bestemmingsplan. De zorg dat situaties gedurende de planperiode in overeenstemming zijn en blijven met het geldende bestemmingsplan valt onder het begrip handhaven. Goede handhaving vereist dat, naast de overheid ook belanghebbenden en de gebruikers van een plangebied op eenvoudige wijze kennis kunnen nemen van de inhoud van het geldende bestemmingsplan. Om dit te bereiken zijn bestemmingsplannen digitaal toegankelijk via het internet. In de opzet van voorliggend bestemmingsplan is al rekening gehouden met deze nieuwe ontwikkeling.

 

 

HOOFDSTUK 5 BELEIDSKADERS

 

 

5.1 Structuurvisie Amstelveen 2025+

 

De gemeenteraad van Amstelveen heeft op 21 september 2011 de Structuurvisie Amstelveen 2025+ vastgesteld. Het is op de eerste plaats een ruimtelijke visie, maar ondersteunt ook maatschappelijke ontwikkelingen. Het biedt daarmee helderheid aan inwoners, ondernemers, instellingen en andere overheden over de gewenste ontwikkeling van Amstelveen en de prioriteiten die het bestuur hierbij stelt. De wettelijk verplichte structuurvisie vormt de grondslag voor bindende bestemmingsplannen en exploitatieplannen.

Indien er nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen zijn dient er te worden beoordeeld of er voldoende ruimte aanwezig is om parkeergelegenheid te realiseren. Er is een groeiende noodzaak doelmatig om te gaan met de beschikbare ruimte. Waardevol grondoppervlak kan worden vrijgemaakt door functies naar de ondergrond te verplaatsen, zoals parkeren onder gebouwen.

 

 

5.2 Nota parkeernormen Amstelveen 2016

 

Op 16 december 2015 heeft de gemeenteraad de Nota parkeernormen 2016 vastgesteld. In 2012 heeft de CROW nieuwe parkeerkencijfers gepubliceerd. De huidige normen uit de

parkeernota 2005 dateren uit 2004 en zijn op bepaalde onderdelen niet meer actueel. Bij de toetsing van bouwplannen blijkt vaak dat de huidige vastgestelde parkeernormen niet meer hanteerbaar zijn. De nieuwe landelijke richtlijnen van de CROW zijn de aanleiding voor het actualiseren van de geldende normen.

 

Het werken met bandbreedtes in de huidige (oude) normen leidt vaak tot discussie. We kiezen liever voor één heldere norm, waarvan gemotiveerd kan worden afgeweken. Het werken met een gebiedsindeling in de huidige (oude) normen is gekunsteld, omdat Amstelveen niet klassiek is opgebouwd in een oud historisch centrum, een schil en de rest. Er is daarom ook aanleiding om deze gebiedsindeling te wijzigen.

 

Om deze nieuwe normen van toepassing te verklaren op alle bestaande bestemmingsplannen wordt nu een paraplubestemmingsplan gemaakt en in procedure gebracht. Indien in het voortraject van een project normen zijn vastgesteld in het programma van eisen wordt aan deze normen vastgehouden.

 

5.3 Nota van uitgangspunten Noorder Legmeerpolder

 

Op 9 maart 2016 is de Nota van Uitgangspunten (NvU) vastgesteld door de gemeenteraad. Voor de Noorder Legmeerpolder is in 2008 een Planologische verkenning Legmeerpolder vastgesteld. Onder andere ruimtelijke, economische en juridische ontwikkelingen van de afgelopen jaren maken dat de Planologische Verkenning uit 2008 niet meer goed aansluit bij de huidige situatie.

De Noorder Legmeerpolder zit ruimtelijk- functioneel “op slot”; grootschalige woningbouw is niet reëel vanwege Schiphol/ LIB regelgeving (uitgezonderd De Scheg),

tuinbouwbedrijven hebben het moeilijk, reguliere bedrijvigheid en kantoren zijn minder

gewenst (uitgezonderd De Loeten en Amstelveen Zuid). Er zijn veel afwijkende activiteiten en dit leidt tot verrommeling, overlast, planologische onduidelijkheid, onzekerheid en een lage investeringsbereidheid bij ondernemers.

 

Herbezinning op de huidige planologische Visie voor de Legmeerpolder is gewenst vanwege een aantal ontwikkelingen zoals de schaalvergroting, concentratie en verduurzaming glastuinbouw, Rijks- en regelgeving Schiphol, realisatie bedrijventerreinen De Loeten en Amstelveen Zuid, Amstelveenlijn, natuurcompensatie en groen en het afwijkend gebruik in het gebied, zoals schipholparkeren. Er bestaat veel behoefte, bij grondeigenaren, aan functies zoals Schipholparkeren in de Noorder Legmeerpolder, met de bijbehorende overlast voor de omgeving tot gevolg.

Het wel of niet toestaan van deze functies is afhankelijk van de mate van overlast (waaronder verrommeling, verkeersoverlast, geluidsoverlast) die ze meebrengen en de mate waarin hier aanvullende (overlast beperkende) eisen aan gesteld kunnen worden. Deze Nota van Uitgangspunten legt randvoorwaarden en uitgangspunten vast, waarbij Schipholparkeren in zijn geheel niet wordt toegestaan.

 

Schipholparkeren is niet mogelijk binnen de bestemming agrarisch-glastuinbouw, maar wel binnen een bedrijfsbestemming. Vooral op De Loeten zijn een aantal locaties bestemd als bedrijfsbestemming. Hierin ontstaan ook initiatieven in het kader van Schipholparkeren. Schipholparkeren geeft vanwege de hoge frequentie van verkeersbewegingen extra druk op de infrastructuur en verkeersveiligheid en past tevens niet binnen de ruimtelijke kwaliteit van het gebied. Omdat dit vaak op het maaiveld zonder afschermende bebouwing plaatsvindt, krijgen gedeelten van het gebied (wanneer dit alternatief voorhanden is) letterlijk een vooruitzicht op velden vol met blik’.

 

Wegens deze gevolgen heeft het college per oktober 2015, middels een brief aan de gemeenteraad, besloten om alle initiatieven aangaande Schipholparkeren in de gehele Noorder Legmeerpolder aan te houden. Om dot te bewerkstelligen is een voorbereidingsbesluit genomen, vooruitlopend op het opstellen van dit paraplubestemmingsplan, om Schipholparkeren niet meer toe te staan.

 

Met dit bestemmingsplan wordt uitvoering gegeven aan het beleid om Schipholparkeren te weren binnen de gemeente Amstelveen.

HOOFDSTUK 6 OMGEVINGSKWALITEIT

 

6.1 Bodem

 

Met het voorliggende bestemmingsplan worden geen nieuwe planologische ruimten ge-

boden. Een parkeerplaats is daarbij ook geen milieugevoelige functie. Een nadere

beoordeling voor dit aspect kan achterwege blijven.

6.2 Water

 

Met het voorliggende bestemmingsplan worden geen nieuwe planologische ruimten ge-

boden. Het aspect water vormt geen belemmering voor de uitvoerbaarheid van het plan.

 

 

6.3 Archeologie

 

Met het voorliggende bestemmingsplan worden geen nieuwe planologische ruimten ge-

boden. Het aspect archeologie vormt geen belemmering voor de uitvoerbaarheid van dit

plan.

 

6.4 Geluid

 

Met het voorliggende bestemmingsplan worden geen nieuwe planologische ruimten ge-

boden om het aantal geluidgevoelige functies ten opzichte van de vigerende

bestemmingsplannen te vergroten. Het aspect geluid vormt geen belemmering voor de uitvoerbaarheid van het plan.

 

 

6.5 Luchtkwaliteit

 

Met het voorliggende bestemmingsplan wordt geen nieuwe planologische ruimte ge-

boden om het aantal milieugevoelige functies ten opzichte van de vigerende

bestemmingsplannen te vergroten. Het aspect luchtkwaliteit vormt geen belemmering voor de uitvoerbaarheid van het plan.

 

 

6.6 Externe veiligheid

 

Met het voorliggende bestemmingsplan worden geen nieuwe ontwikkelingen mogelijk gemaakt die van invloed kunnen zijn op het gebied van veiligheid. Het aspect externe veiligheid vormt geen belemmering voor de uitvoerbaarheid van het plan.

 

 

6.7 Flora en fauna

 

Dit bestemmingsplan voorziet planologisch gezien niet in nieuwe ontwikkelingen die

ecologische waarden zouden kunnen schaden. Een onderzoek naar flora en fauna is

daarom in het kader van dit bestemmingsplan niet noodzakelijk.

 

6.8 Duurzaam bouwen en energie

 

Dit bestemmingsplan voorziet niet in nieuwe ontwikkelingen die van invloed zijn op duurzaam bouwen en energie.