direct naar inhoud van Regels

Paraplubestemmingsplan Parkeernormen

Status: vastgesteld
Identificatie: NL.IMRO.0358.PP01-VG01
Plantype: bestemmingsplan

REGELS

 

 
Inhoudsopgave

 

Hoofdstuk 1 INLEIDENDE REGELS

Artikel 1 Begrippen

Artikel 2 Reikwijdte

Hoofdstuk 2 ALGEMENE REGELS

Artikel 3 Overige regels

Hoofdstuk 3 OVERGANGS- EN SLOTREGELS

Artikel 4 overgangsrecht

Artikel 5 slotregel

 

 

Hoofdstuk 1 INLEIDENDE REGELS

 

 

Artikel 1 Begrippen

In dit plan wordt verstaan onder:

1.1 plan:

het bestemmingsplan "Paraplubestemmingsplan Parkeernormen" van de gemeente Aalsmeer;

1.2 bestemmingsplan:

de geometrisch bepaalde planobjecten als vervat in het GML-bestand NL.IMRO.0358.PP01-VG01 met de bijbehorende regels (en eventuele bijlagen);

 

 

 

 

 

 

Artikel 2 Reikwijdte

 

 

2.1 Herziening bestemmingsplannen

 

Dit bestemmingsplan herziet de bestemmingsplannen zoals opgesomd in paragraaf 1.3 van de toelichting op de wijze zoals is aangegeven in artikel 2.2

 

 

2.2 Herziening regels

De regels van de bestemmingsplannen zoals opgenomen in paragraaf 1.3 van de toelichting worden gewijzigd in die zin dat alle regels die betrekking hebben op parkeernormen worden verwijderd en vervangen door de regels zoals opgenomen in artikel 3 van dit bestemmingsplan.

Hoofdstuk 2 ALGEMENE REGELS

 

 

 

Artikel 3 Overige regels

 

 

3.1 Parkeernormen

Een omgevingsvergunning voor het bouwen, verbouwen, uitbreiden en/of functiewijziging van een gebouw of perceel wordt slechts verleend, wanneer wordt voorzien in voldoende parkeergelegenheid conform het thans geldend beleid 'Nota Parkeernormen Aalsmeer'.

 

 

3.2 Afwijken parkeernormen

Indien uit een door de aanvrager van een omgevingsvergunning te overleggen parkeerbalans blijkt dat niet (geheel) kan worden voldaan aan voldoende parkeerplaatsen op eigen terrein waarbij rekening gehouden wordt met dubbelgebruik en de benodigde parkeerplaatsen niet in de openbare ruimte kunnen worden gerealiseerd, kunnen Burgemeester en Wethouders in afwijking van het bepaalde in 3.1 omgevingsvergunning verlenen indien:

  1. de (resterende) parkeerbehoefte meer dan 2 parkeerplaatsen betreft, of;

  2. met de verwezenlijking van het bouwplan een bijzonder gemeentelijk belang is gemoeid;

 

3.3 Nadere eisen parkeernormen

 

Burgemeester en wethouders kunnen bij de omgevingsvergunning nadere eisen stellen ten aanzien van:

  1. de aard, plaats en inrichting van de parkeer- of stallingsgelegenheid;

  2. de aanwezigheid en aanduiding van parkeer- en/of stallingsgelegenheid uitsluitend ten behoeve van invaliden.

 

 

 

Hoofdstuk 3 OVERGANGS- EN SLOTREGELS

 

Artikel 4 overgangsrecht

 

4.1 Overgangsrecht bouwwerken

 

Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een bouwvergunning of een omgevingsvergunning, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot,

  1. gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd;

  2. na het teniet gaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd, mits de aanvraag van de omgevingsvergunning wordt gedaan binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk is teniet gegaan.

 

4.2 Afwijken

 

Met een omgevingsvergunning kan eenmalig afgeweken worden van lid 4.1 voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld in lid 4.1 met maximaal 10%.

 

4.3 Uitzondering op het overgangsrecht bouwwerken

 

Lid 4.1 is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan.

 

4.4 Overgangsrecht gebruik

 

Het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet.

 

4.5 Strijdig gebruik

 

Het is verboden het met het bestemmingsplan strijdig gebruik, bedoeld in lid 4.4, te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind.

 

4.6 Verboden gebruik

 

Indien het gebruik, bedoeld in lid 4.4, na het tijdstip van inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten.

 

4.7 Uitzondering op het overgangsrecht gebruik

 

Lid 4.4 is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsregels van dat plan.

 

 

Artikel 5 slotregel

Deze regels kunnen worden aangehaald als:

Regels van het bestemmingsplan Paraplubestemmingsplan Parkeernormen.