direct naar inhoud van 3.2 Gemeentelijk beleid
Plan: Drinkwaterproductiebedrijf Hooglandse Jaagpad
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0356.BPOH2010HER001-VA02

3.2 Gemeentelijk beleid

  • A. Ruimtelijk beleidskader

Nieuwegein Verbindt Structuurvisie 2030

Begin 2010 is de structuurvisie voor Nieuwegein vastgesteld. Belangrijk uitgangspunt is dat de periode van groei en uitleg voorbij is en dat nu de opgave ligt in het aantrekkelijk houden van het bestaand stedelijk gebied. Niet kwantiteit, maar kwaliteit is het speerpunt. Hieraan wordt invulling gegeven door te verbinden, zowel in sociaal als in fysiek opzicht. De bijzondere bevolkingsopbouw door de zeer snelle groei van de gemeente heeft tot gevolg dat in de komende jaren de bevolking zal dalen bij een gelijkblijvend aantal woningen. Een belangrijke opgave is het aantrekkelijk houden van Nieuwegein voor de 'tweede generatie'. De kinderen van toen moeten met hun eigen jonge gezin een plek kunnen vinden in Nieuwegein. De opgave is om meer woningen voor jongeren en senioren, al dan niet in combinatie met zorgvoorzieningen, te realiseren. Op het gebied van werken zal vernieuwing, transformatie en herstructurering van bedrijventerreinen aan de orde zijn. Verouderde bedrijventerreinen die door hun ontsluiting en omgevingsinrichting niet langer geschikt zijn voor bedrijvigheid worden getransformeerd naar wonen. Op de andere bedrijventerreinen gaat de aandacht uit naar verbetering van de infrastructuur en de openbare ruimte.

In de structuurvisie zijn vier stadsbrede ontwikkelthema's benoemd:

  • I. 'Nieuwegein leeft': inzetten op kwalitatief hoogwaardig wonen en werken met bijbehorende hoogwaardige voorzieningen voor jong en oud;
  • II. 'Mooi Nieuwegein': revitaliseren en beleefbaar maken van 'cultuurhistorische parels' en inzetten op aansprekende nieuwe architectuur op cruciale plekken in de stad;
  • III. 'Nieuwegein Verbindt': intensiveren en versterken van de verbindingen in de stad en met het buitengebied en verbeteren van de kwaliteit van de publieke ruimte;
  • IV. 'Duurzaam Nieuwegein': de stad neemt haar verantwoordelijkheid jegens omgeving en volgende generaties door deze niet onnodig te belasten met milieuknelpunten en waar mogelijk deze milieuknelpunten te verminderen.

Woonvisie

Bij nieuwbouw wordt ingezet op het vergroten van de differentiatie aan woningen en woonmilieus. Naast nieuwbouw is het realiseren van meer diversiteit ook mogelijk door in een bestemmingsplan een hoge mate van flexibiliteit toe te laten; dus om een woning uit te bouwen of bijgebouwen te plaatsen. Deze uit- en bijbouwmogelijkheden moeten zo maximaal mogelijk zijn. Differentiatie en flexibiliteit moeten ook in het gebruik van de woonruimte terugkomen. Dit houdt in dat een gedeelte van de woning voor andere functies ingezet moet kunnen worden, mits de woonfunctie de hoofdbestemming blijft. In dit verband wordt aangesloten op de Nota aan huis verbonden werkactiviteiten (2005).

Nieuwegein werkt verder

In deze nota is het werkgelegenheidsbeleid ten aanzien van bedrijven en kantoren geformuleerd. In hoofdlijnen is dat gericht op het bevorderen van de werkgelegenheid, onder de randvoorwaarden van kwaliteit, kwantiteit en diversiteit. Verder wordt, evenals vanuit het woonbeleid, ook vanuit het werkgelegenheidsbeleid gestreefd naar functiemenging, met name van wonen en werken, voor zover de eisen ten aanzien van milieu, bereikbaarheid en parkeren dat toelaten.

  • B. Beleidskader verkeer, vervoer en parkeren

Beleidsnota Autoverkeer (1997)

De gemeenteraad heeft op 18 december 1997 de beleidsnota Autoverkeer, fase Stroommodellen en de beleidsnota Autoverkeer, Nota van Antwoord vastgesteld (1997-516). Daarmee heeft de raad een keuze gemaakt voor stroommodel 2 als toekomstige verkeersstructuur voor de gemeente Nieuwegein. In het stroommodel 2 wordt onderscheid gemaakt tussen stadsautowegen, wijkwegen en wegen van een lagere orde. Sinds de invoering van Duurzaam Veilig kunnen de stadsautowegen worden aangeduid als gebiedsontsluitingswegen (70 km/h), wijkwegen zijn gebiedsontsluitingswegen (50km/h) en de wegen van een lagere orde zijn erftoegangswegen (30 km/h). De gebiedsontsluitingswegen (70 km/h) zijn bestemd voor de afwikkeling van de autoverplaatsingen over langere afstanden. De gebiedsontsluitingswegen (50 km/h) ontsluiten de aanliggende wijken en vervullen de verkeersschakel tussen de wijk en de gebiedsontsluitingsweg (70 km/h). De erftoegangswegen liggen in verblijfsgebieden, waar de verkeersfunctie van ondergeschikt belang is.

Fietsnota Nieuwegein

Naar aanleiding van de in 2002 verschenen ‘Fietsbalans’ van de Fietsersbond is deze nota opgesteld. In de nota zijn de sterktes en zwaktes van het fietsnetwerk van Nieuwegein beschreven en er is aangegeven wat nodig zal zijn om het fietsnetwerk van Nieuwegein te verbeteren. Ook in de structuurvisie is het belang van het verder verbeteren van de langzaam-verkeersverbindingen onderstreept.

  • C. Beleidskader waterhuishouding

Nota Waterplan

Deze nota is vastgesteld in samenwerking met het hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden en het drinkwaterbedrijf Vitens. Het vormt het vervolg op de Nota Watervisie uit 2004, waarin de knelpunten van het watersysteem van Nieuwegein zijn benoemd. De Nota Waterplan geeft een reeks maatregelen voor de verbetering van het watersysteem. De prioritering van projecten is gedaan op basis van de volgende criteria:

  • wettelijke vereisten;
  • ernstige overlast;
  • praktisch en financieel uitvoerbaar;
  • combineren, werk-met-werk-maken, afkoppelen;
  • communicatie en educatie;
  • ecologie.

Het doel is het voorkomen van wateroverlast, een goede kwaliteit van het oppervlaktewater in de stad en een goede kwaliteit drinkwater. Maatregelen zijn onder andere het afkoppelen van schoon regenwater, uitbaggeren, het verbeteren van de doorstroming en het aanleggen van bergbezinkbassins.

  • D. Beleidskader natuur en landschap (flora en fauna)

Groenstructuurschets (1995)

De schets is opgesteld om te komen tot een kwalificering en kwantificering van het bestaande openbare groen in de gebouwde omgeving van Nieuwegein en om de relatie met de ecologische infrastructuur aan te geven. De uitgangspunten en wensen met betrekking tot de groenstructuur zijn inzichtelijk gemaakt, uitgesplitst naar de functies ecologie, beleving en recreatie en de combinatie van deze functies. In de schets is vastgesteld dat de ontwikkeling van Nieuwegein zelf (met uitzondering van enkele lokaal structurerende elementen op buurt- en wijkniveau) niet los kan worden gezien van de ontwikkeling in de regio. Gedurende de afgelopen periode heeft de gemeente hieraan inhoud gegeven.

Sein op groen; Nota natuurontwikkeling Nieuwegein (1997)

In de nota Sein op groen wordt de gemeentelijke visie op natuurontwikkeling verwoord. Het algemene beleid is gericht op een verhoging van natuurwaarden. Specifiek voor het stedelijk gebied wordt het veiligstellen of verder ontwikkelen van natuurwaarden in kerngebieden en het verhogen van natuurwaarden in de directe woonomgeving door middel van het inrichten en beheren van migratiegebieden van en naar de kerngebieden nagestreefd.

  • E. Beleidskader milieu

Duurzaam bouwen

Het streven van de gemeente Nieuwegein bij nieuwbouw/renovatie is het realiseren van een milieuprestatie van 15% of hoger t.o.v. de op dat moment geldende gebruikelijke bouwstandaard in Nederland. Dit heeft de raad vastgesteld eind 2007 in de nota 'Bouwen voor de toekomst; duurzaam bouwen beleid gemeente Nieuwegein '.

De milieuprestatie wordt (bij grote bouwinitiatieven) gemeten met het duurzaam bouwen instrument GreenCalc+-score en weergegeven met een MIG-score (Milieu Index Gebouw). De milieuprestatie kan bij kleinere bouwinitiatieven (zoals hier) worden gemeten met het duurzaam bouwen instrument GPR-gebouw. In dit instrument worden de prestaties op de duurzaamheidsthema' s energie, milieu, gezondheid, gebruikskwaliteit en toekomstwaarde beoordeeld en gewogen. GPR-gebouw geeft per thema een waardering op een schaal van 1 tot 10, waarbij een 6,0 staat voor de huidige bouwstandaard. Een GPR-score van 6,9 staat voor 'mainstream duurzaam ' en komt overeen met de in Nieuwegein gewenste milieuprestatieverbetering van 15% of hoger. De gemeenteraad heeft in de nota daarnaast de volgende basismaatregelen vastgesteld:

  • toepassing van laag-temperatuur-verwarming systeem.
  • geen toepassing van uitlogende bouwmetalen.
  • alleen toepassing van duurzaam geproduceerd hout (FSC-gecertificeerd of gelijkwaardig).
  • geluidswering tussen woningen onderling 5 dB beter dan bouwbesluit.
  • opstellen van een handleiding voor bewoners en gebruikers.
  • voor nieuwbouw moet een duurzaam gezond binnenmilieu worden gewaarborgd.

Energie

Volgens het in juni 2009 door het college vastgestelde gemeentelijke Klimaatprogramma 2009-2013 dient de energieprestatiecoëfficient (EPC) minimaal 10% te worden aangescherpt ten opzichte van het Bouwbesluit en geldt bovendien een streven naar 10% duurzame energie. Kansen om deze ambities te halen zijn er ook: bijvoorbeeld via toepassing van thermische zonne-energie, warmte/koude-opslag in de bodem in combinatie met warmtepompen en PV-zon. Geadviseerd wordt om een studie te doen naar de haalbaarheid van duurzame energieconcepten. In het Collegeprogramma 2010-2014 is aangegeven dat Nieuwegein streeft naar een klimaatneutrale duurzame stad in 2040.

F. Beleidskader archeologie

Concept Archeologisch beleidsadvieskaart

De gemeente Nieuwegein is momenteel bezig met het opstellen van een Archeologische beleidsadvieskaart. Dit beleidskader heeft vooralsnog geen status.

Op de conceptkaart is het plangebied aangewezen als terrein met een middelhoge archeologische verwachting voor de Romeinse Tijd en de periode Middeleeuwen-Nieuwe Tijd. Bij ingrepen dieper dan 30 cm en plangebieden groter dan 5000m2 zal vroegtijdig een inventariserend onderzoek moeten worden uitgevoerd.