Plan: | Rumelaarseweg - Ringelpoel |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0351.BP2012rumring-vg01 |
Op grond van de Wet geluidhinder (Wgh) dient bij ruimtelijke plannen gekeken te worden naar de aspecten van geluid. Op basis van de Wgh zijn er drie geluidsbronnen waarmee bij de vaststelling van bestemmingsplannen rekening gehouden dient te worden: wegverkeer, railverkeer en industrie. In het kader van voorliggend plan is uitsluitend het wegverkeerslawaai relevant.
De locatie aan de Ringelpoel, waar de nieuwe woning gerealiseerd wordt, ligt binnen de geluidzone van de provinciale weg Maarsbergseweg (N226) en de geluidzone van de Ringelpoel. Gelet op de verkeersintensiteiten van de Maarsbergseweg in vergelijking met de Ringelpoel kan de Maarsbergseweg als maatgevend worden gezien. Voor de Maarsbergseweg geldt een maximum snelheid van 80 km/uur. De voorkeursgrenswaarde aangaande wegverkeerslawaai bedraagt 48 dB. Om inzichtelijk te maken wat de geluidsbelasting is ter plaatse van de nieuw te realiseren woning is door Groenewold Adviesbureau een akoestisch onderzoek uitgevoerd (zie Bijlage 5).
Uit de rekenresultaten blijkt dat de voorkeurswaarde van 48 dB op de gevels van de woning in de toekomstige situatie wordt overschreden. Op basis van het wegdek DAB bedraagt de geluidbelasting op 70 meter van de N226 circa 55 dB op de verdieping en 54 dB op de begane grond. Mogelijk kan door afscherming (grens perceel) op de begane grond een lager niveau worden gekregen.
In het actieplan omgevingslawaai provinciale wegen geeft de provincie aan dat de N226 tussen Maarsbergen en Woudenberg in de periode 2008-2015 zal worden voorzien van stil asfalt met een reductie van 4 dB ten opzichte van DAB. Er van uitgaande dat binnen de planperiode het wegdek zal worden voorzien van stil asfalt, zal de feitelijke situatie op termijn beter worden. Bij toepassing van stil asfalt (Dunne deklagen A) bedraagt de geluidbelasting op de oostgevel circa 51 dB en is met de vaststelling van een hogere grenswaarde binnen de kader van de Wet geluidhinder zonder meer te realiseren.
Hogere waarden
Omdat door uiteenlopende redenen maatregelen aan de bron of in het overdrachtsgebied niet haalbaar of uitvoerbaar zijn om de geluidbelasting terug te brengen tot de voorkeursgrenswaarde, zal bij de uitvoering van het plan nader bepaald moeten worden hoe in het plangebied een aanvaard woon-/ leefklimaat gecreƫerd kan worden.
Voor de oostgevel waar de maximale ontheffingswaarde van 53 dB wordt overschreden bestaat de mogelijkheid deze als dove gevel uit te voeren. Een dove gevel is een gevel die geen te openen delen bevat, maar uiteraard wel mag worden voorzien van ramen (mits deze niet geopend kunnen worden).
Voor de gevels waar de geluidbelasting de voorkeursgrenswaarde van 48 dB overschrijdt, maar wel onder de maximale ontheffingswaarde van 53 dB voor woningen buiten de bebouwde kom blijft, kan een hogere waarde worden vastgesteld. Met het vaststellen van een hogere waarde door burgemeester en wethouders kan alsnog tot uitvoer van het voorgenomen plan worden overgegaan.
Wanneer vaststelling van hogere grenswaarden plaatsvindt is mogelijk extra aandacht nodig voor de geluidwering van de gevel. Hierbij mag de aftrek van 2 dB namelijk niet worden toegepast. Het vereiste binnenniveau van 33 dB conform het Bouwbesluit in de verblijfsruimten, is met een geluidbelasting van 55 dB (wegdek DAB) realiseerbaar door een geluidwering conform het Bouwbesluit van Gak 22 dB.
Het besluit tot hogere waarden zal gelijktijdig met het ontwerpbestemmingsplan terinzage worden gelegd.