direct naar inhoud van 4.5 Ecologie
Plan: Rumelaarseweg - Ringelpoel
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0351.BP2012rumring-vg01

4.5 Ecologie

In Nederland wordt de natuur beschermd op basis van gebiedsbescherming en soortenbescherming. In het kader van dit bestemmingsplan is door RPS advies- en ingenieursbureau bv een quickscan flora en fauna uitgevoerd. De quickscan flora en fauna is als Bijlage 4 aan het plan toegevoegd.

4.5.1 Gebiedsbescherming

Het plangebied ligt niet in of nabij een Natura 2000-gebied of beschermd natuurmonument. In de omgeving van Rumelaarseweg 33 bevinden zich conform de kaart van de Provinciale Ruimtelijke Structuurvisie wel enkele gebieden die deel uitmaken van de Ecologische Hoofdstructuur (EHS). De verwachting is echter de dat bestemmingswijziging geen significante negatieve effecten heeft op de EHS.

De Natuurbeschermingswet is in het kader van dit bestemmingsplan dan ook niet van toepassing.

4.5.2 Soortbescherming

De Flora- en Faunawet beschermt een groot aantal in het wild levende planten- en diersoorten, ook buiten beschermde natuurgebieden. De wet verbiedt een aantal handelingen die kunnen leiden tot schade aan (populaties of individuen van) beschermde soorten (algemene verbodsbepalingen).

Wanneer het bestemmingsplan handelingen mogelijk maakt die beschermde planten en dieren kunnen bedreigen, is het bestuursorgaan verplicht om vooraf te toetsen of deze plannen kunnen leiden tot overtreding van algemene verbodsbepalingen. Wanneer dit het geval dreigt te zijn, moet onderzocht worden of er maatregelen genomen kunnen worden om dit te voorkomen, indien dit niet mogelijk is dienen de gevolgen voor beschermde soorten zoveel mogelijk beperkt te worden.

Voorgenomen plan heeft betrekking op de herontwikkeling van een ongebruikt grasland nabij de Woudenbergse Grift. In de quickscan flora en fauna (zie Bijlage 4) is gekeken naar de aanwezigheid van beschermde plant- en diersoorten. Uit de quickscan blijkt dat in het plangebied beschermde plant- en diersoorten kunnen voorkomen. De effecten als gevolg van de voorgenomen ontwikkeling zijn echter verwaarloosbaar. Met inachtneming van de zorgplicht en de in de quickscan opgestelde mitigerende maatregelen met betrekking tot hinder van kunstlicht voor vleermuizen, kunnen de werkzaamheden zonder ontheffing in het kader van de Flora- en faunawet worden uitgevoerd.

Gelet op de resultaten van de uitgevoerde quickscan vormt het aspect ecologie geen belemmering voor dit bestemmingsplan.