Plan: | Nijverkamp |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0345.BPNijverkamp-oh01 |
De voor 'Bedrijf' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:
Bedrijfsgebouwen,algemeen | Eis |
maximale bouwhoogte | zie ter plaatse aangegeven maatvoerings- aanduidingen |
minimale afstand tot achterste en zijdelingse perceelsgrenzen | 5 m |
Bedrijfswoning | Eis |
maximale goothoogte | 6 m |
maximale inhoud | 600 m3 |
maximale dakhelling | 52o |
minimale afstand tot achterste en zijdelingse perceelsgrenzen | 5 m |
Bijgebouwen bij bedrijfswoning | Eis |
maximale oppervlakte | 50 m2 |
maximale bouwhoogte | 3 m |
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt dat zij moeten voldoen aan de maatvoeringseisen, zoals aangegeven in onderstaand schema:
Bouwwerk, geen gebouw zijnde | Eis |
minimale hoogte terreinafscheidingen | 2,5 m |
maximale hoogte verlichting, vlaggenmasten | 10 m |
maximale hoogte van één reclame-object per bedrijf | 7 m |
maximale bouwhoogte silo's | 12 m |
maximale hoogte overige bouwwerken | 12 m |
Bouwwerken | Eis |
minimale hoogte bebouwingsvrije onderdoorgang | 8 m |
maximale bouwhoogte | 13 m |
Burgemeester en wethouders kunnen met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 3.2.1, sub e. voor de bouw van gebouwen ter plaatse van de aanduiding 'veiligheidszone - vervoer gevaarlijke stoffen', met dien verstande dat:
Burgemeester en wethouders kunnen met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 3.2.1, sub g. teneinde de bouw van bedrijfsgebouwen mogelijk te maken met een maximale hoogte van 15 m, aan weerszijden van de Rondweg-Oost met dien verstande dat:
Burgemeester en wethouders kunnen met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 3.2.1, sub a. teneinde fietsenstallingen buiten het bouwvlak toe te staan, met dien verstande dat:
Burgemeester en wethouders kunnen bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 3.2.1, teneinde bedrijfsgebouwen groter dan 1.000 m2 in één zijdelingse perceelsgrens en in de achterste perceelsgrens te mogen bouwen, met dien verstande dat:
Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken, zoals bedoeld in artikel 7.2 van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.1 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, wordt in ieder geval gerekend het gebruik voor:
De hiervoor onder g. omschreven gebruiksregel is niet van toepassing op:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd met een omgevingsvergunning af te wijken van het bepaalde in, lid 3.1, sub a. ten behoeve van:
Bij de beoordeling van de aard en invloed van de milieubelasting van een bedrijf dienen de volgende milieubelastingcomponenten mede in de beoordeling te worden betrokken: geluid, de ligging van het stiltegebied, geurproductie, stofuitworp en gevaar, waarbij tevens kan worden gekeken naar de verontreiniging van lucht en bodem, de diversiteit en het al dan niet continue karakter van het bedrijf en de visuele hinder en verkeersaantrekkende werking.
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd met een omgevingsvergunning af te wijken van het bepaalde in lid 3.4.1 sub g., teneinde toe te staan:
bij toepassing van de afwijkingsbevoegdheden onder 1. en 2. geldt dat:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd met een omgevingsvergunning af te wijken van het bepaalde in artikel 3.4.1 sub g. voor detailhandel die direct en ondergeschikt een verband heeft met de in lid 3.1 bedoelde bedrijven en bedrijfsactiviteiten met dien verstande dat:
Burgemeester en wethouders kunnen met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 3.2.1, sub b. en lid 3.4, sub b. voor het gebruik van gronden en bouwwerken en de bouw van bouwwerken voor beperkt kwetsbare objecten in de zin van het Besluit externe veiligheid inrichtingen ter plaatse van de aanduiding 'veiligheidszone - bevi - 2, plaatsgebonden risicocontour', met dien verstande dat uitsluitend ontheffing mag worden verleend in geval van gewichtige redenen. Bij deze afweging spelen een rol:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd met een omgevingsvergunning af te wijken van het bepaalde in lid 3.1 sub l. voor het gebruik van niet zelfstandige kantoren en van het bepaalde in lid 3.2.1, sub c. voor de bouw van bouwwerken voor kwetsbare en beperkt kwetsbare objecten in de zin van het Besluit externe veiligheid inrichtingen ter plaatse van de aanduiding 'veiligheidszone - bevi - 1, invloedsgebied', met dien verstande dat:
Burgemeester en wethouders kunnen, overeenkomstig het bepaalde in artikel 3.6 van de Wet ruimtelijke ordening het plan wijzigen door de aanduiding als bedoeld in lid 3.1, sub b. te verwijderen, indien de woning niet meer als bedrijfswoning in gebruik is en er geen redenen zijn om aan te nemen dat deze op korte termijn weer als bedrijfswoning wordt gebruikt.