Plan: | Nieuweweg Noord 273 |
---|---|
Status: | ontwerp |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0345.BPNieuwewegn273-vg01 |
In december 2004 hebben Provinciale Staten het streekplan 2005-2015 van Utrecht vastgesteld. In het streekplan 2005-2015 geeft de provincie Utrecht inzicht in de gewenste ruimtelijke ontwikkeling van de provincie op de middellange termijn (tot 2015).
Het streekplan vormt het actuele toetsingskader voor ruimtelijke ontwikkelingen in de Provincie Utrecht. De provincie streeft in het streekplan naar kwaliteit, uitvoering en samenwerking. De provincie kiest voor kwaliteit boven eenvoudige oplossingsrichtingen. De provincie zet in op beheerste groei en zorgvuldig ruimtegebruik. Rond steden en dorpen zijn daarom rode contouren gelegd. Het plangebied ligt buiten de rode contour van Veenendaal.
Het streekplan dient niet langer slechts als ruimtelijk toetsingskader, maar is tevens een instrument om gewenste ruimtelijke ontwikkelingen in gang te zetten. Het streekplan is afgestemd op andere ruimtelijke plannen, zoals het provinciaal waterhuishoudingsplan (WHP, 2004) en het milieubeleidsplan (PMP, 2004). Het streekplan is door de provincie beleidsneutraal omgezet in een structuurvisie, en de Beleidslijn nieuwe Wro en Provinciale Ruimtelijke Verordening 2009. Dit in verband met de nieuwe Wet ruimtelijke ordening die op 1 juli 2008 inwerking is getreden.
In het landelijk gebied wil de provincie de landschappelijke kernkwaliteiten ontwikkelen en richtinggevend laten zijn bij verdere ontwikkelingen in het landelijk gebied. De relatie tussen stad en land dient waar mogelijk te worden verbeterd. Een integratie en afstemming met water- en milieubeleid wordt noodzakelijk geacht, evenals het inzetten op meervoudig ruimtegebruik.
Ter benutting en ontwikkeling van de kernkwaliteiten is het landelijk gebied in vier zones ingedeeld. Het plangebied valt binnen de zone: Landelijk gebied 4: Natuur, zoals in afbeelding 9, is weergegeven. Landelijk gebied 4: hoofdfunctie natuur.
Het gaat om bestaande natuurgebieden en gebieden die als nieuwe natuur worden ingericht, beide vaak met recreatief medegebruik. Behoud van bestaande en ontwikkeling van nieuwe natuurwaarden staan centraal. De EHS ligt in het plangebied en wordt door de verkoop van de agrarische gronden verstevigd. Ook kan de nieuwe natuur bijdragen aan de ontwikkeling van het natuurgebied het Meeuwenkampje (voorkoming uidroging).
De beoogde ontwikkeling draagt bij aan de in de Streekplan opgenomen doelen.
Ruimte voor Ruimte
Het beleid voor wat betreft vrijkomende bebouwing is primair gericht op de kwaliteitswinst door ontsteniging van het Landelijk gebied. Dit kan bereikt worden door sloop van voormalige bedrijfsbebouwing in combinatie met vervangende woningbouw. De ruimte voor ruimte regeling is opgenomen in artikel 4.9 van de Provinciale Ruimtelijke Verordening 2009.
Hierbij gelden een aantal voorwaarden.
De ruimte voor ruimte regeling is in hoofdstuk 2 aan de orde gekomen in kader van het bouwplan.