direct naar inhoud van 4.7 Luchtkwaliteit
Plan: Weteringsteeg 51
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0340.BPWeteringsteeg51-oh01

4.7 Luchtkwaliteit

4.7.1 Beleidskader

De Wet luchtkwaliteit, oftewel titel 5.2 van de Wet milieubeheer, is op 15 november 2007 in werking getreden. Het doel van de Wet luchtkwaliteit is het beschermen van mens en milieu tegen de negatieve effecten van luchtverontreiniging

Luchtkwaliteitseisen vormen geen belemmeringen voor ruimtelijke ontwikkelingen als aan één van de volgende voorwaarden wordt voldaan:

  • Er is geen sprake van een feitelijke of dreigende overschrijding van een grenswaarde.
  • Een project, al dan niet per saldo, niet tot een verslechtering van de luchtkwaliteit leidt.
  • Een project “niet in betekenende mate (NIMB)” bijdraagt aan de luchtverontreiniging.
  • Een project is opgenomen in een regionaal programma van maatregelen of in het NSL, dat in werking treedt nadat de EU derogatie heeft verleend.

Alleen ruimtelijke projecten die dus in betekenende mate de luchtkwaliteit verslechteren worden nog indirect getoetst aan de Europese normen voor luchtkwaliteit. VROM heeft de definitie van 'in betekenende mate' vastgelegd in een algemene maatregel van bestuur (AMvB). Projecten die de concentratie NO2 of fijn stof met meer dan 1% (van de grenswaarde van de jaargemiddeldeconcentratie van PM10 of NO2, 40 ìg/m3, dus 0,4 ìg/m3) verhogen, dragen in betekenende mate bij aan de luchtvervuiling. Dit criterium is een 'of-benadering'. Als een project voor één stof de 1%-grens overschrijdt, dan verslechtert het project 'in betekenende mate' de luchtkwaliteit.

4.7.2 Situatie plangebied

In het plangebied wordt ten opzichte van de bestaande situatie één wooneenheid toegevoegd. Op basis van de ministeriële regeling NIBM kan worden vastgesteld dat het project niet in betekenende mate leidt tot een verslechtering van de luchtkwaliteit.