Voor het plan aan de Schalm 5 in
Renswoude is gebruik gemaakt van de online watertoets. Het doel
van de watertoets is om alle belanghebbenden tijdig te informeren
en om te bepalen welke procedure benodigd is en de daarbij
eventueel te treffen maatregelen om te komen tot een hydrologisch
neutraal plan.
Het plangebied ligt binnen het
beheersgebied van Waterschap Vallei en Veluwe. Uit de online
watertoets komt naar voren dat er geen belang is voor het
waterschap. Het plan is, vanuit de waterhuishouding bezien, voor
het waterschap beperkt van belang. De motivatie daarvoor is dat
plannen zonder (nieuwe) ontwikkelingsmogelijkheden, zoals
functiewijzigingen en actualisaties, nauwelijks tot geen effect
hebben op de waterhuishouding. Dit betekent dat geen essentieel
waterbelangen wordt geraakt en het waterschap op basis daarvan
een positief wateradvies geeft.
Europese
Kaderrichtlijn Water (2003)
Deze kaderrichtlijn gaat ervan uit
dat water een erfgoed is dat moet worden beschermd en verdedigd.
Het bevat het kader voor bescherming van landoppervlakte-,
overgangs-, kust- en grondwater. Dit behoedt aquatische
ecosystemen en gebieden die hiervan afhankelijk zijn voor
achteruitgang. Emissies worden verbeterd, duurzaam gebruik wordt
bevorderd en de grondwaterkwaliteit wordt aanzienlijk minder
verontreinigd.
Vierde Nota
Waterhuishouding (1998)
In de Vierde Nota Waterhuishouding
(NW4) is aangegeven, dat het waterbeheer in Nederland gericht
moet zijn op een veilig en goed bewoonbaar land met gezonde en
veerkrachtige watersystemen waarmee een duurzaam gebruik
gegarandeerd blijft. Voor wat betreft het buitengebied stelt NW4
dat vooral aspecten als verdroging en beperking van emissies van
bestrijdingsmiddelen van belang zijn. Waterkwaliteit staat hier
dus voorop.
Ontwerp-Nationaal
Waterplan 2015-2021
Het Ontwerp-Nationaal Waterplan
2016-2021 geeft de hoofdlijnen, principes en inrichting van het
nationale waterbeleid in de planperiode 2016-2021 met een
vooruitblik tot 2050. Het Rijk speelt proactief in op
klimaatverandering. Doel is het robuust en toekomstgericht
inrichten van ons watersysteem, gericht op bescherming tegen
overstromingen, het voorkomen van wateroverlast en droogte en het
bereiken van een goede waterkwaliteit en gezond ecosysteem als
basis voor welzijn en welvaart. Het beleid is integraal van opzet
door natuur, scheepvaart, landbouw, energie, wonen, recreatie,
cultureel erfgoed en economie zo veel mogelijk in samenhang met
de wateropgaven te ontwikkelen. Het Rijk initieert zelf en werkt
samen met andere partijen, stimuleert en informeert om de
beleidsdoelen te bereiken. Naast overheid zijn bedrijven en
burgers zich in 2021 meer bewust van de kansen en bedreigingen
van water in hun omgeving. Het Waterplan is aan te merken als een
Structuurvisie.
Dit beleidsplan gaat
uit van een stroomgebiedsbenadering. In Nederland is sprake van
de 4 stroomgebieden:
de
Rijn
de
Maas
de
Schelde
de
Eems
Per stroomgebied is het beleid
verschillend. Voorts zijn er strategieën gericht op deelgebieden
zoals de Zeeuwse Delta, het Rivierengebied, het IJsselmeer, de
Noordzee, de Kust en het Waddengebied.
Algemene
thema’s:
Waterveiligheid:
Iedereen in Nederland krijgt hetzelfde basisbeschermingsniveau
(1/100.000per jaar). Waar veel slachtoffers kunnen vallen of
grote economische schade kan ontstaan en bij vitale
infrastructuur wordt extra bescherming geboden. Per kering zijn
nieuwe normen geformuleerd.
Zoetwaterbeleid:
Voor voldoende zoet water is het beleid gericht op het veilig
stellen van de aanvoer en het tegengaan van verzilting in
gevoelige gebieden. Het bestaande hoofdwatersysteem wordt
beschermd en versterkt als buffer en aanvoerroute met gerichte
korte termijninvesteringen, zoals het vergroten van de
zoetwaterbuffer in het IJsselmeergebied in de zomer door geringe
peilstijging.
Waterkwaliteit:
Met verschillende partijen maakt het Rijk gebiedsgerichte
afspraken om de doelstellingen voor de stoffen die OESO noemt en
de nieuwe stoffen te bereiken. Eind 2021 zijn gebiedsgericht
knelpunten geagendeerd en worden deze aangepakt. Eén van de
actiepunten is het verminderen van de emissie van
gewasbestrijdingsmiddelen. Voor glastuinbouw komt een
zuiveringsverplichting voor spuiwater te gelden. Voor de effecten
van geneesmiddelen kom een ketengerichte benadering. Verder is er
een Deltaplan Agrarisch Waterbeheer met gebiedsgericht en
knelpuntsgewijs maatwerk. Voor het terugdringen van kunststof is
het Kunststofketenakkoord gesloten. In het Besluit
Kwaliteitsdoelstellingen en Monitoring Water worden de best
beschikbare technieken voorgeschreven. Voorts zal in 2015 de
Structuurvisie Ondergrond (STRONG) in ontwerp gereed zijn met een
visie op duurzaam en efficiënt gebruik van grondwater en
strategische watervoorraden.
Stroomgebiedsplannen
in het kader van de Europese Kaderrichtlijn Water:
De eerste plannen zijn in
uitvoering en worden in overleg met provincies en waterschappen
voor alle vier de stroomgebieden binnen de planperiode
geactualiseerd.
Het is nadrukkelijk de bedoeling
dat bij het uitwerken van plannen, water en ruimtelijke
ontwikkeling op elkaar aansluiten of elkaar versterken. De
watertoets blijft een wettelijk verplicht onderdeel in de
planvorming. Voor het klimaatbestendig en waterrobuust inrichten
komen De Nationale Adaptiestrategie en de Nationale
Omgevingsvisie. In 2014 is de rijksvisie “Natuurlijk verder”
gepresenteerd, die uitgaat van het versterken van de natuur met
de samenleving. Ook bij het willen bereiken van de doelen van het
Energieakkoord (2013) is de inzet van gronden/wateren zeer wel
mogelijk. Onderdeel is voorts het kunnen behouden van wateren
voor de scheepvaart en een beknopte functielijst van
Rijkswateren.
Duurzaam
waterbeheer 21eeeuw
(2000)
De kern van het Waterbeleid
21e
eeuw is dat water de ruimte moet
krijgen, voordat het die ruimte zelf neemt. Het water de ruimte
geven, betekent dat in het landschap en in de stad ruimte gemaakt
wordt om water op te slaan. Dat betekent bijvoorbeeld dat
toegelaten wordt dat rivieren bij hoge waterstanden gecontroleerd
buiten hun oevers treden, op plekken waar daar ruimte voor is
gemaakt. Daarmee worden problemen in andere, lager gelegen
gebieden voorkomen.
Vasthouden,
bergen, afvoeren
De waterbeheerder heeft gekozen
voor een strategie, die uitgaat van het principe dat een
overvloed aan water wordt opgevangen waar deze ontstaat. Dat
betekent dat het water niet meer zo snel mogelijk afgevoerd
wordt, maar dat het water zolang mogelijk wordt vastgehouden
onder andere in de bodem. Is vasthouden niet meer mogelijk, dan
bergen de waterbeheerders het in gebieden die daarvoor zijn
uitgekozen. Door het water zo lang mogelijk vast te houden wordt
ook verdroging voorkomen. Pas als het niet anders kan, wordt het
water afgevoerd.
Schoon houden –
scheiden – schoon maken
Om verontreiniging van bodem,
grond- en/of oppervlaktewater te voorkomen, is het belangrijk dat
hemelwater niet vervuild raakt. Dit kan door eisen te stellen aan
materialen.
Grondwaterneutraal
bouwen
Om grondwateroverlast te voorkomen
is het advies te bouwen boven de gemiddeld hoogste
grondwaterstand.
Waterplan 2010 -
2015 Utrecht
Rekening houdend met de Europese
Kaderrichtlijn heeft de provincie Utrecht voor de middellange
termijn doelen beschreven voor de wijze van omgang met water in
de provincie. Het heeft als ondertitel: richting robuust.
Duurzame en robuuste watersystemen zijn nodig voor het waarborgen
van een aantrekkelijke woon-, werk- en leefomgeving. De provincie
onderscheidt 3 hoofdthema’s:
Veiligheid: met aandacht voor
preventie, gevolgenbeperking en rampenbeheersing bij
overstromingen.
Kwaliteit en kwantiteit: met
aandacht voor voldoende en schoon oppervlakte- en grondwater
en water voor natuur.
Gebruik en Beleving: met
aandacht voor mooier water, veilig vaar- en
zwemwater.
Bij het Waterplan hoort het
Deelplan Kaderrichtlijn Water (KRW). Hierin staan de provinciale
kaders voor de kwaliteit van oppervlaktewater en de maatregelen
die de provincie zelf neemt ten aanzien van het
grondwater.
De provincie realiseert de doelen
door in de verschillende gebieden op de lange termijn in te
zetten. Vraagstukken worden op een groter schaalniveau benaderd
en daar waar nodig voert de provincie ruimtelijke oplossingen
door. Naast dit nieuwe, sterk regionale beleid ‘Duurzaam en
robuust’ zetten we ons bestaande waterbeleid voort binnen de
wettelijke taken en bestaande afspraken.
Waterbeheersplan
Waterschap Vallei & Eem/Veluwe
In de Waterbeheersplannen 2010-2015
hebben beide waterschappen hun ambities en uitvoeringsprogramma’s
vastgelegd voor de periode 2010 tot en met 2015. De plannen
bepalen in grote lijnen de agenda’s en zijn ook kaderstellend
voor de wijze waarop met water in de plangebieden wordt
omgegaan.
Waterkering
In het plangebied is geen
waterkering aanwezig in de vorm van een secundaire waterkering.
De bestaande te slopen opstallen liggen buiten deze
waterkering.