Plan: | Groenekanseweg 119 De Bilt |
---|---|
Status: | onherroepelijk |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0310.0016BP11008-OH01 |
Provinciale Staten van de provincie Utrecht stelden op 13 december 2004 het Streekplan 2005-2015 vast. Met de invoering van de nieuwe Wet ruimtelijke ordening (Wro) geldt het Streekplan als structuurvisie op provinciaal niveau. De provincie heeft in verband met de inwerkingtreding van de Wro de Beleidslijn Nieuwe Wro vastgesteld. Hiermee wordt de sturingsfilosofie van de provincie onder de nieuwe wet verwoord. In de beleidslijn wordt duidelijk gemaakt wat van provinciaal belang is. Het streekplan kan zo ook na 1 juli 2008 als beleidskader gebruikt worden.
Kwaliteit, uitvoering en samenwerking zijn de begrippen die in dit streekplan de rode draad vormen. De provincie kiest voor een leefomgeving met kwaliteit en daarmee voor beheerste groei. Dit betekent dat niet de kwantitatieve vraag, maar de ruimtelijke mogelijkheden bepalend zijn voor nieuwe ontwikkelingen. Deze ruimtelijke mogelijkheden zijn vertaald in het beleidsinstrument 'rode contour'. Buiten deze rode contour dient geen stedelijke uitbreiding plaats te vinden.
Onderstaande afbeelding geeft De Bilt weer met de rode contour.
Gemeente De Bilt behoort in het streekplan tot het stadsgewest Utrecht. Voor de gemeente De Bilt wordt in de streekplanperiode uitgegaan van een woningbouwprogramma van 1200 woningen. Dit programma wordt gerealiseerd door middel van het benutten van restcapaciteit, transformatie en nieuwe inbreidingen. Met dit terughoudende verstedelijkingsbeleid worden de waardevolle omgevingskwaliteiten van het gebied gerespecteerd.
De doorvertaling van dit provinciale beleid naar het gemeentelijk beleid is het meest tastbaar terug te vinden in de woonvisie 'Samenwerken aan Wonen'. Daar waar het relevant is voor dit plan is dat in paragraaf 3.3.1 opgenomen.
Conclusie
Het plan ligt binnen de rode contour en biedt mogelijkheden voor uitwerking van het woningbouwprogramma. Daarmee past het plan binnen het provinciale beleid.
De Provinciale Ruimtelijke Verordening, Provincie Utrecht 2009 (hierna te noemen: PRV) is op 21 september 2009 vastgesteld door Provinciale Staten. Doel van de PRV om een aantal provinciale belangen te laten doorwerken naar het gemeentelijk niveau. De regels van de verordening richten zich primair tot gemeenteraden, verantwoordelijk voor het vaststellen van bestemmingsplannen. De regels gelden echter net zo goed voor inpassingsplannen en rijksbestemmingsplannen. De regels van de verordening hebben betrekking op nieuwe planologische besluiten. Dit betekent dat bijvoorbeeld vigerende bestemmingsplannen niet onder de werking van de verordening vallen.
De verordening bevat géén zogenaamde burgerbindende bepalingen. De normen zoals bijvoorbeeld opgenomen in de artikelen 2.2, 2.3 en 4.3 moeten eerst “vertaald” worden in een gemeentelijk planologisch besluit. Pas dan worden burgers daardoor gebonden.
De PRV richt zich op onderwerpen als algemene principes zoals bodem, cultureel erfgoed, water en natuur. Verder richt de PRV zich nadrukkelijk op het landelijk gebied en, wat globaler, op het stedelijk gebied.
Voor het voorliggende plan kent de PRV geen bijzondere bepalingen ander dan dat de woning moet passen in het woningbouwprogramma.
Conclusie
Het plan past in het woningbouwprogramma. Daarmee past het plan binnen de PRV.