Plan: | TAM Omgevingsplan Militair Hospitaal |
---|---|
Status: | ontwerp |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0307.TAM001-0201 |
Preambule
Dit TAM-omgevingsplan is gericht op het vastleggen van de regeling voor het behoud en de transformatie van het Militair Hospitaal naar woningen, het toevoegen van woningen door middel van nieuwbouw op het terrein en de bijbehorende groen en parkeervoorzieningen. Voor deze locaties is het TAM-omgevingsplan Hoofdstuk 22e Militair Hospitaal als een nieuw hoofdstuk 22e opgenomen in het omgevingsplan van de gemeente Amersfoort. Dit hoofdstuk is bekend gemaakt en digitaal beschikbaar gesteld met de landelijke voorziening, bedoeld in artikel 1.2.1, tweede lid, van het Besluit ruimtelijke ordening. Het is met deze landelijke voorziening niet mogelijk dit hoofdstuk conform de juridische vormgeving van het omgevingsplan in STOP-TPOD beschikbaar te stellen.
De in dit op https://www.ruimtelijkeplannen.nl uitgegeven deel van het omgevingsplan (hierna: dit deel) weergegeven hoofdstukken moeten gelezen worden als paragrafen van hoofdstuk 22e van het omgevingsplan van de gemeente Amersfoort. In de artikelkop van de in dit deel weergegeven artikelen moet na het woord 'Artikel', na de spatie en direct voor het artikelnummer '22e.' gelezen worden. In de kop van de bijlagen bij het in dit deel weergegeven hoofdstuk moet na het woord 'Bijlage', na de spatie en direct voor het nummer van de bijlage '22e.' gelezen worden.
Begripsbepalingen die zijn opgenomen in bijlage I van het omgevingsplan, bijlage I bij het Besluit activiteiten leefomgeving, bijlage I bij het Besluit bouwwerken leefomgeving, bijlage I bij het Besluit kwaliteit leefomgeving, bijlage I bij het Omgevingsbesluit en bijlage I bij de Omgevingsregeling, zijn van toepassing op hoofdstuk 22e. Aanvullend op deze begripsbepalingen gelden voor de toepassing van dit hoofdstuk de volgende begripsbepalingen:
Het TAM-omgevingsplan Hoofdstuk 22e Militair Hospitaal met identificatienummer NL.IMRO.0307.TAM001-0201 van de gemeente Amersfoort.
Het omgevingsplan van de gemeente Amersfoort.
Eén of meer bouwwerken.
Het in procenten uitgedrukte deel van het werkingsgebied bouwvlak dat ten hoogste mag worden bebouwd.
Beroeps- of bedrijfsactiviteit waarvan de activiteiten niet specifiek publiekgericht zijn en dat op kleine schaal in een woning en of in het bijbehorend bouwwerk wordt uitgeoefend.
Constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die op de plaats van bestemming hetzij direct of indirect met de grond verbonden is, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond, bedoeld om ter plaatse te functioneren, met inbegrip van de daarvan deel uitmakende bouwwerkgebonden installaties anders dan een schip dat wordt gebruikt voor verblijf van personen en dat is bestemd en wordt gebruikt voor de vaart.
Goederen die buiten worden opgeslagen bij een gebouw.
Iedere voorziening die activiteiten biedt waarmee aan een inwoner een daginvulling wordt gegeven, kan worden gerekend tot dagbesteding. Er wordt onderscheid gemaakt tussen drie vormen: ontwikkelingsgerichte dagbesteding is gericht op leren en het vergroten van zelfredzaamheid. arbeidsmatige dagbesteding biedt ontwikkelingsgericht dagbesteding die zich ook richt op leren hoe je arbeid verricht. Belevingsgerichte dagbesteding heeft als doel 'onder de mensen zijn'.
Al dan niet bebouwde perceel, of een gedeelte daarvan, dat direct is gelegen bij een gebouw en dat in feitelijk opzicht is ingericht ten dienste van het gebruik van dat gebouw.
Civiel-technisch werk voor de infrastructuur van wegen, water, spoorbanen waterkeringen en of leidingen en niet bedoeld voor permanent menselijk verblijf, zoals een brug, duiker of viaduct.
Voorzieningen ten behoeve van het openbare nut, zoals transformatorhuisjes, gasreduceerstations, schakelhuisjes/kasten, bemalingsinstallaties, gemaalgebouwtjes, voorzieningen ten behoeve van (ondergrondse) afvalinzameling en apparatuur voor telecommunicatie.
Elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal die onder het straatpeil is gelegen.
Beroeps- of bedrijfsmatige activiteiten aan huis bestaande uit hoofdzakelijk baliewerkzaamheden of andere diensten die publiek aantrekken, zoals stomerijen, wasserettes, kappers, pedicures, makelaars, reis- en uitzendbureaus, kinderopvang, ateliers en dergelijke, in tegenstelling tot (niet-publieksgerichte) beroeps- of bedrijfsactiviteiten aan huis.
een woning die gekoppeld is aan een zorgfunctie ten behoeve van de bewoner(s) met een geïndiceerde zorgbehoefte.
De naar de weg gekeerde gevel van een gebouw of, indien het een gebouw betreft met meer dan één naar de weg gekeerde gevel, de gevel die op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan kennelijk als zodanig aangemerkt diende te worden.
Het werkingsgebied begrenst (met coördinaten/geometrie) de juridische werking van de tekst: het duidt aan dat de tekst alleen binnen dit werkingsgebied een juridische werking heeft.
Een complex van ruimten, uitsluitend bedoeld voor de huisvesting van één afzonderlijk huishouden, waarbij zowel de traditionele vorm van gezin als de minder traditionele vorm is toegestaan, mits sprake is van nagenoeg zelfstandige bewoning met een zekere mate van onderlinge verbondenheid tussen de bewoners en continuïteit in de samenstelling.
Het bepaalde in artikel 22.24 van het omgevingsplan Amersfoort is van toepassing op de regels in hoofdstuk 22e. Daarnaast gelden de volgende meetbepalingen bij toepassing van de regels.
de kortste afstand van enig punt van een bouwwerk tot een bepaalde grens van het erf;
vanaf het straatpeil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een bouwwerk, geen gebouw zijnde, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes, en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen;
langs het dakvlak ten opzichte van het horizontale vlak;
vanaf het straatpeil tot aan de bovenkant van de goot, c.q. de druiplijn, het boeibord, of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel;
vanaf het straatpeil tot aan de (wieken)as van de windturbine;
Tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen;
tussen de lijnen, getrokken door de buitenzijde van de gevelvlakken en/of het hart van de scheidsmuren;
bij de berekening van de gezamenlijke oppervlakte van bijbehorende bouwwerken worden niet meegerekend (gedeelten van) bijbehorende bouwwerken gelegen binnen het bouwvlak, met dien verstande dat erkers, etc. voor de voorgevel niet meetellen bij de berekening van de oppervlakte;
tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk.
De regels in dit TAM-omgevingsplan Hoofdstuk 22e Militair Hospitaal zijn van toepassing op de locaties waarvan de geometrisch bepaalde planobjecten zijn vervat in het GML-bestand NL.IMRO.0307.TAM001-0201, zoals vastgelegd op https://www.ruimtelijkeplannen.nl.
De regels in dit TAM-omgevingsplan Hoofdstuk 22e Militair Hospitaal zijn integraal onderdeel van de geconsolideerde versie van het 'Omgevingsplan gemeente Amersfoort' zoals dat is gepubliceerd op de landelijke voorziening https://omgevingswet.overheid.nl/home.
De besluiten op grond van artikel 22.1, onder a, van Omgevingswet zijn niet van toepassing voor zover het gaat over regels opgenomen in een besluit als bedoeld in artikel 4.6, eerste lid, onder a, b, c, g, h, i, j, k, l of m, van de Invoeringswet Omgevingswet op de locaties in dit TAM-omgevingsplan Hoofdstuk 22e Militair Hospitaal.
In afwijking van 3.4.1 zijn de geluidsbepalingen in paragraaf 22.3.4 van het Omgevingsplan gemeente Amersfoort niet van toepassing, voor zover het bepaalde in die paragraaf in strijd is met regels in dit TAM-omgevingsplan Hoofdstuk 22e Militair Hospitaal.
De regels in Hoofdstuk 3 Thematische regels zijn gesteld met het oog op:
Aan de regels van Hoofdstuk 3 Thematische regels wordt voldaan door degene die de activiteit verricht. Diegene draagt zorg voor de naleving van de regels over de activiteit.
De omgevingsvergunning als bedoeld in 5.2 wordt verleend als:
Op grond van de beoordelingsregels als bedoeld in 5.4, onder b kunnen de volgende voorschriften aan de omgevingsvergunning als bedoeld in 5.2 worden verbonden:
Dit artikel gaat over het geheel of gedeeltelijk slopen of wijzigen van bouwwerken in het werkingsgebied Waarde - Cultuurhistorie.
Bij een aanvraag om een omgevingsvergunning zoals bedoeld in 6.2, worden de volgende gegevens en bescheiden verstrekt:
De omgevingsvergunning als bedoeld in 6.2 wordt verleend als:
Dit artikel gaat over het toevoegen van nieuwe geluidgevoelige gebouwen bij bouwactiviteiten waarvoor op grond van 11.3 van dit omgevingsplan een vergunning nodig is.
Het is verboden om zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning geluidgevoelige gebouwen toe te voegen.
De omgevingsvergunning als bedoeld in 11.3 wordt verleend als:
Bij een aanvraag om een omgevingsvergunning zoals bedoeld in 11.3 wordt een akoestisch onderzoeksrapport aangeleverd.
In het werkingsgebied Wonen zijn bij elke woning beroeps- en bedrijfsmatige activiteiten toegestaan, met dien verstande dat de activiteit geen waarneembare geluid, geur of trillingen buiten de woning en de bijbehorende bouwwerken mag veroorzaken op 20 meter van de gevel of in aanpandige resp. geluid-, geur-, of trillings gevoelige gebouwen.
Dit artikel gaat over groenvoorzieningen, waterhuishoudkundige voorzieningen, behoud, herstel en ontwikkeling van de natuurlijke en landschappelijke waarden van de groenvoorzieningen en inrichting voor recreatief medegebruik.
De omgevingsvergunning als bedoeld in 11.3 wordt verleend als wordt voldaan aan de beoordelingsregels in het door het bevoegd gezag goedgekeurde inrichtingsplan voor het Militair Hospitaal.
Het gebruiken en het (doen) laten gebruiken van de gronden waarop de omgevingsvergunning betrekking heeft, is alleen toegestaan zolang de in 8.2 bedoelde groenmaatregelen in stand worden gehouden.
Dit artikel gaat over het parkeren bij bouwactiviteiten waarvoor op grond van 11.3 van dit omgevingsplan een vergunning nodig is, waarbij sprake is van:
De omgevingsvergunning als bedoeld in 11.3 wordt verleend als wordt voorzien in (de aanleg van) voldoende parkeergelegenheid, zoals vastgelegd in de gemeentelijke Nota Parkeernormen 2009, Beleidsregel Toepassing Parkeernormen 2024 en rechtsopvolgende beleidsregels inzake het parkeren zoals die gelden tijdens het indienen van de omgevingsvergunning (zie www.overheid.nl).
Het gebruiken en het (doen) laten gebruiken van de gronden waarop de omgevingsvergunning betrekking heeft, is alleen toegestaan zolang de in 9.2 bedoelde parkeergelegenheid in stand wordt gehouden.
De regels in Hoofdstuk 4 Activiteitgerichte regels zijn gesteld met het oog op:
Aan de regels van Hoofdstuk 4 Activiteitgerichte regels wordt voldaan door degene die de activiteit verricht. Diegene draagt zorg voor de naleving van de regels over de activiteit.
De regels in Artikel 12 tot en met Artikel 18 zijn van toepassing op het bouwen en in stand houden van gebouwen.
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Het is verboden om zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning een bouwactiviteit te verrichten en het te bouwen bouwwerk in stand te houden en te gebruiken, tenzij anders aangegeven.
Het is verboden om een bouwwerk te bouwen voor een gebruiksactiviteit die niet is toegestaan volgens Hoofdstuk 5 Gebruiksactiviteiten.
De omgevingsvergunning als bedoeld in 11.3 wordt voor een hoofdgebouw verleend als wordt voldaan aan de beoordelingsregels in 12.2 tot en met 12.11 Maximaal oppervlakte dagbesteding.
Het maximale bebouwingspercentage is de ter plaatse van het werkingsgebied ‘maximaal bebouwingspercentage’ bepaalde waarde.
Het minimale bruto vloeroppervlakte is de ter plaatse van het werkingsgebied 'minimum vloeroppervlakte; bruto (m2)' bepaalde waarde.
De maximale bouwhoogte is de ter plaatse van het werkingsgebied ‘maximale bouwhoogte’ bepaalde waarde.
Het maximaal aantal wooneenheden is de ter plaatse van het werkingsgebied 'maximaal aantal wooneenheden' bepaalde waarde.
Het minimaal aantal wooneenheden is de ter plaatse van het werkingsgebied 'minimaal aantal wooneenheden' bepaalde waarde.
De omgevingsvergunning als bedoeld in 11.3 wordt ook verleend als het aantal wooneenheden meer is dan dat is toegestaan op grond van 12.7, mits voldaan wordt aan het bepaalde in Artikel 7 Geluid, Artikel 9 Parkeren, 10.1 tot en met 12.6 en Bijlage 20.
De omgevingsvergunning als bedoeld in 11.3 wordt ook verleend als het aantal wooneenheden minder is dan dat is toegestaan op grond van 12.8, mits voldaan wordt aan het bepaalde in Artikel 7 Geluid, Artikel 9 Parkeren, 10.1 tot en met 12.6 en Bijlage 20.
Het maximale oppervlakte dagbesteding bedraagt ter plaatse van het werkingsgebied 'Wonen - Dagbesteding' 150 m2.
Het is verboden om bijbehorende bouwwerken te realiseren.
De omgevingsvergunning als bedoeld in 11.3 wordt verleend voor het bouwen van een geluidscherm ter plaatse van het werkingsgebied 'Overig - Geluidsscherm' als de hoogte van het geluidscherm niet meer bedraagt dan 2,5 meter.
De omgevingsvergunning als bedoeld in 11.3 wordt verleend voor het bouwen van ondergeschikte bouwdelen als:
De omgevingsvergunning als bedoeld in 11.3 wordt ook verleend voor het bouwen van veranda's, luifels, balkons, bordessen, trappen, galerijen, reclametoestellen en draagconstructies voor reclame, als aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Dit artikel gaat over het aanleggen van werken, geen bouwwerken zijnde en over het uitvoeren van werkzaamheden.
Het is verboden om zonder omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerk zijnde, of werkzaamheden uit te voeren in de buitenruimte:
De omgevingsvergunning zoals bedoeld in 18.2 wordt verleend als door de werken en/of werkzaamheden de natuurlijke of landschappelijke waarden niet in onevenredige mate worden aangetast.
Dit hoofdstuk gaat over gebruiksactiviteiten in TAM-omgevingsplan Hoofdstuk 22e Militair Hospitaal.
De regels in Hoofdstuk 5 Gebruiksactiviteiten zijn gesteld met het oog op een evenwichtige toedeling van functies aan locaties.
Aan de regels van Hoofdstuk 5 Gebruiksactiviteiten wordt voldaan door degene die de activiteit verricht. Diegene draagt zorg voor de naleving van de regels over de activiteit.
Het is verboden om in het plangebied andere gebruiksactiviteiten te verrichten dan genoemd in de regels van een werkingsgebied van een gebruiksactiviteit zoals bedoeld in Artikel 20 tot en met Artikel 25.
In het werkingsgebied 'Wonen - Dagbesteding' mogen gronden en bouwwerken uitsluitend worden gebruikt voor dagbesteding in een ontmoetingsruimte voor bewoners met een maximale oppervlakte van 150m2.
In het werkingsgebied 'Verkeer - Parkeren ondergronds' mogen gronden en ondergrondse bouwwerken worden gebruikt voor een ondergrondse parkeergarage.
In het werkingsgebied Groen - Stadsgroen met nadruk op natuur mogen gronden worden gebruikt voor:
In het werkingsgebied 'Verkeer' mogen gronden en bouwwerken worden gebruikt voor:
In het werkingsgebied Wonen mogen gronden en bouwwerken worden gebruikt voor wonen in een woning en nutsvoorzieningen ondergeschikt aan het wonen.
In het werkingsgebied Wonen mogen gronden en bouwwerken worden gebruikt voor beroeps- en bedrijfsmatige activiteiten bij elke woning als:
In het werkingsgebied 'Wonen - Zorgwoning' mogen gronden en bouwwerken worden gebruikt voor wonen in een zorgwoning en nutsvoorzieningen ondergeschikt aan het wonen in een zorgwoning.