Plan: | TAM-omgevingsplan wijzigingsplan Weerhorsterweg 6 |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0307.BP00237-0301 |
Dit TAM-omgevingsplan is gericht op het faciliteren van een gebruikswijziging op het perceel Weerhorsterweg 6 in Hoogland-west en is als nieuw hoofdstuk 22a opgenomen in het omgevingsplan van de gemeente Amersfoort. Dit hoofdstuk is op grond van artikel 11.1 lid 2 Besluit elektronische publicaties bekend gemaakt en digitaal beschikbaar gesteld met de landelijke voorziening www.ruimtelijkeplannen.nl. Het is met deze landelijke voorziening niet mogelijk dit hoofdstuk conform de juridische vormgeving van het omgevingsplan in STOP-TPOD beschikbaar te stellen.
Het op https://www.ruimtelijkeplannen.nl uitgegeven deel van het omgevingsplan (hierna: dit deel) weergegeven hoofdstukken moeten gelezen worden als paragrafen van hoofdstuk 22a van het omgevingsplan van de gemeente Amersfoort. In de artikelkop van de in dit deel weergegeven artikelen moet na het woord 'Artikel', na de spatie en direct voor het artikelnummer '22a' gelezen worden. In de kop van de bijlagen bij het in dit deel weergegeven hoofdstuk moet na het woord 'Bijlage', na de spatie en direct voor het nummer van de bijlage '22a' gelezen worden.
Begripsbepalingen die zijn opgenomen in het omgevingsplan gemeente Amersfoort, bijlage I bij het Besluit activiteiten leefomgeving, bijlage I bij het Besluit bouwwerken leefomgeving, bijlage I bij het Besluit kwaliteit leefomgeving, bijlage I bij het Omgevingsbesluit en bijlage I bij de Omgevingsregeling, zijn van toepassing op dit hoofdstuk, tenzij in Artikel 2 daarvan is afgeweken.
de geometrisch bepaalde planobjecten met bijbehorende regels en de daarbij behorende bijlagen als vervat in het GML-bestand NL.IMRO.0307.bpbgebwest-0301;
het TAM-omgevingsplan wijzigingsplan Weerhorsterweg 6 van de gemeente Amersfoort;
de geometrisch bepaalde planobjecten met bijbehorende regels en de daarbij behorende bijlagen als vervat in het GML-bestand NL.IMRO.0307.BP00237-0301;
Een locatie die op de verbeelding is aangewezen als ‘Agrarisch met waarden - Hoevenlandschap’ heeft de volgende functies:
Op en in deze gronden zijn uitsluitend andere bouwwerken toegestaan, die ten dienste staan van de toegestane functie, met een hoogte van niet meer dan 1,30 meter, waarbij (kunst)mest- en/of voedersilo’s en kuilvoerplaten en -sleuven uitsluitend binnen de bouwvlakken mogen worden gebouwd;
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd maatwerkvoorschriften te stellen met betrekking tot de plaats en afmetingen van andere bouwwerken ten behoeve van:
Burgemeester en wethouders kunnen in afwijking van lid 4.2 een omgevingsvergunning verlenen voor de bouw van nieuwe veldschuren en/of schuilgelegenheden buiten de bouwvlakken, met dien verstande dat:
Burgemeester en wethouders kunnen in afwijking van lid 4.2 een omgevingsvergunning verlenen voor de bouw van andere bouwwerken zoals kuilplaten en sleufsilo’s buiten bouwvlakken, met dien verstande dat:
Onder strijdig gebruik wordt in ieder geval verstaan het gebruik van:
Onder strijdig gebruik wordt niet verstaan:
Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of werkzaamheden de volgende andere werken en werkzaamheden uit te voeren:
Het in lid 4.6 vervatte verbod geldt niet voor het uitvoeren van de volgende andere werken en werkzaamheden:
Werken en werkzaamheden als bedoeld in lid 4.6 zijn niet toelaatbaar, indien door die werken en werkzaamheden, dan wel door de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen, één of meer waarden of functies van de in lid 4.1 bedoelde gronden, welke het plan beoogt te beschermen, onevenredig worden of kunnen worden aangetast, dan wel de mogelijkheden voor het herstel van die waarden of functies onevenredig worden of kunnen worden verkleind.
Een locatie die op de verbeelding is aangewezen als 'Tuin' heeft de functie van tuinen bij de op de aangrenzende gronden gelegen hoofdgebouwen;
Op deze gronden mogen uitsluitend andere bouwwerken ten dienste van de toegestane functie alsmede erkers en ingangspartijen ten dienste van de aangrenzende functie worden gebouwd.
Aan de voorgevel van een aan de functie grenzende woning mogen erkers en ingangspartijen worden gebouwd:
Voor het bouwen van andere bouwwerken geldt:
Onder strijdig gebruik wordt in ieder geval begrepen het gebruik van de gronden voor het parkeren van auto's.
Een locatie die op de verbeelding is aangewezen als 'Wonen - 1' heeft de volgende functies :
Op en in deze gronden zijn uitsluitend gebouwen en andere bouwwerken toegestaan, die ten dienste staan van de toegestane functie.
Voor het bouwen van woningen gelden de volgende bepalingen:
Voor het bouwen van bijbehorende bouwwerken gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van andere bouwwerken geldt dat de bouwhoogte niet meer mag bedragen dan daarbij hierna is aangegeven:
Burgemeester en wethouders kunnen maatwerkvoorschriften stellen met betrekking tot de plaats en afmetingen van bijbehorende bouwwerken en andere bouwwerken, voor zover nodig ter voorkoming van onevenredige aantasting van de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden en/of bouwwerken.
Burgemeester en wethouders kunnen in afwijking van lid 6.2.2, onder e, een omgevingsvergunning verlenen voor vervangende nieuwbouw van bijbehorende bouwwerken indien op het tijdstip van de ter inzage legging van het ontwerp TAM-omgevingsplan een grotere oppervlakte aanwezig is, mits:
Burgemeester en wethouders kunnen in afwijking van lid 6.1, onder b sub 3 een omgevingsvergunning verlenen voor publieksgerichte beroeps- of bedrijfsactiviteiten aan huis, met dien verstande dat:
Een locatie die op de verbeelding is aangewezen als 'Waarde - archeologie categorie 2' heeft, behalve voor de andere daar voorkomende functie(s), mede de functie voor het behoud en bescherming van de archeologische waarden, waarbij geldt dat:
Op en in de gronden als bedoeld in lid 7.1 mogen ten dienste van de functie 'Waarde - Archeologie categorie 2' uitsluitend worden gebouwd andere bouwwerken met een maximale bouwhoogte van 4 m.
Op en in de gronden als bedoeld in lid 7.1 mag ten behoeve van de andere voor deze gronden toegestane functie(s) slechts worden gebouwd overeenkomstig de regels van die functie(s) en mits de aanvrager van een omgevingsvergunning een archeologisch onderzoeksrapport heeft overgelegd waarin de archeologische waarden van de gronden die blijkens de aanvraag zullen worden verstoord naar het oordeel van burgemeester en wethouders in voldoende mate zijn vastgesteld.
Het bepaalde onder 7.2.2 met betrekking tot het overleggen van een archeologisch onderzoeksrapport is niet van toepassing indien de aanvraag betrekking heeft op:
Burgemeester en wethouders verlenen de onder 7.2.2 bedoelde vergunning indien naar hun oordeel uit het daar genoemde rapport genoegzaam blijkt dat:
De volgende voorschriften kunnen door burgemeester en wethouders aan de omgevingsvergunning verbonden worden:
De onder 7.2.2 bedoelde vergunning kan worden geweigerd indien door de bodemverstoring het belang van de archeologie onevenredig wordt geschaad.
Het is verboden om zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van burgemeester en wethouders de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden uit te voeren:
Het in 7.3.1 genoemde verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden die een oppervlak beslaan van ten hoogste 100 vierkante meter.
Burgemeester en wethouders verlenen de vergunning indien naar hun oordeel uit het rapport als bedoeld in 7.3.3 genoegzaam blijkt dat:
De volgende in 7.3.4 genoemde voorschriften kunnen door burgemeester en wethouders aan de vergunning verbonden worden zoals:
De onder 7.3.1 bedoelde vergunning kan worden geweigerd indien door de bodemverstoring het belang van de archeologie onevenredig wordt geschaad.
Het is verboden om zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van burgemeester en wethouders een bouwwerk te slopen, ongeacht het bepaalde in de regels bij de andere op deze gronden voorkomende functies.
Burgemeester en wethouders verlenen vergunning voor het slopen van bouwwerken indien naar hun oordeel uit het rapport als bedoeld in 7.3.3 genoegzaam blijkt dat:
De volgende in 7.4.2 onder b genoemde voorschriften kunnen door burgemeester en wethouders aan de vergunning verbonden worden, zoals:
De onder 7.4.2 bedoelde vergunning kan worden geweigerd indien door de bodemverstoring het belang van de archeologie onevenredig wordt geschaad.
Het in 7.4.1 genoemde verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden die een oppervlak beslaan van ten hoogste 100 vierkante meter, of niet dieper zijn dan 30 cm.
Een locatie die op de verbeelding is aangewezen als 'Waarde - archeologie categorie 3' heeft, behalve voor de andere daar voorkomende functie(s), mede de functie voor het behoud en bescherming van de archeologische waarden, waarbij geldt dat:
Op en in de gronden als bedoeld in lid 8.1 mogen ten dienste van de functie Waarde - Archeologie categorie 3 uitsluitend worden gebouwd andere bouwwerken met een maximale bouwhoogte van 4 m.
Op en in de gronden als bedoeld in lid 8.1 mag ten behoeve van de andere voor deze gronden toegestane functie(s) slechts worden gebouwd overeenkomstig de regels van die functie(s) en mits de aanvrager van een omgevingsvergunning een archeologisch onderzoeksrapport heeft overgelegd waarin de archeologische waarden van de gronden die blijkens de aanvraag zullen worden verstoord naar het oordeel van burgemeester en wethouders in voldoende mate zijn vastgesteld.
Het bepaalde onder 8.2.2 met betrekking tot het overleggen van een archeologisch onderzoeksrapport is niet van toepassing indien de aanvraag betrekking heeft op:
Burgemeester en wethouders verlenen de onder 8.2.2 bedoelde vergunning indien naar hun oordeel uit het daar genoemde rapport genoegzaam blijkt dat:
De volgende voorschriften kunnen door burgemeester en wethouders aan de omgevingsvergunning verbonden worden:
De onder 8.2.2 bedoelde vergunning kan worden geweigerd indien door de bodemverstoring het belang van de archeologie onevenredig wordt geschaad.
Het is verboden om zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van burgemeester en wethouders de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden uit te voeren:
Het in 8.3.1 genoemde verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden die een oppervlak beslaan van ten hoogste 500 vierkante meter.
Burgemeester en wethouders verlenen de vergunning indien naar hun oordeel uit het rapport als bedoeld in 8.3.3 genoegzaam blijkt dat:
De volgende voorwaarden kunnen door burgemeester en wethouders aan de omgevingsvergunning verbonden worden:
De onder 8.3 bedoelde vergunning kan worden geweigerd indien door de bodemverstoring het belang van de archeologie onevenredig wordt geschaad.
Het is verboden om zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van burgemeester en wethouders een bouwwerk te slopen, ongeacht het bepaalde in de regels bij de andere op deze gronden voorkomende functies.
Burgemeester en wethouders verlenen vergunning voor het slopen van bouwwerken indien naar hun oordeel uit het rapport als bedoeld in 8.3.3 genoegzaam blijkt dat:
De volgende in 8.4.2 onder b genoemde voorschriften kunnen door burgemeester en wethouders aan de vergunning verbonden worden, zoals:
a. de sloopwerkzaamheden vanaf het maaiveld en dieper, worden begeleid door een gekwalificeerd deskundige wanneer deze werken of werkzaamheden dieper reiken dan 30 cm onder het maaiveld en het grondoppervlak van de werken of werkzaamheden meer bedraagt dan 500 m²;
b. indien bij bodemverstorende werkzaamheden zaken worden aangetroffen, waarvan de vinder weet of redelijker wijs moet vermoeden dat het gaat om archeologische vondsten of sporen, dan is diegene verplicht dit direct te melden bij burgemeester en wethouders, die in het belang van de archeologische monumentenzorg
De onder 8.4.2 bedoelde vergunning kan worden geweigerd indien door de bodemverstoring het belang van de archeologie onevenredig wordt geschaad.
Het in 8.4.1 genoemde verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden die een oppervlak beslaan van ten hoogste 500 vierkante meter, of niet dieper zijn dan 30 cm.
Een op het tijdstip van inwerkingtreding van dit plan bestaande activiteit die in strijd is met de regels van dit plan, mag worden voortgezet.
Het is verboden een met het omgevingsplan strijdige activiteit te veranderen, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind.
Als de activiteit, bedoeld in artikel 9 na het tijdstip van inwerkingtreding van dit plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden de activiteit daarna te hervatten.
Artikel 9 is niet van toepassing op activiteiten die reeds in strijd zijn met het voorheen geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.
Voor zover dit plan elders regels bevat over eerbiedigende werking hebben deze regels voorrang op de regels in deze paragraaf.