direct naar inhoud van Artikel 10 Maatschappelijk - Begraafplaats
Plan: NUNSPEET WEST
Status: vigerend
Plantype: bestemmingsplan artikel 10
IMRO-idn: NL.IMRO.03020000BP01003-

Maatschappelijk - Begraafplaats

Bestemmingsomschrijving

De voor “Maatschappelijk - Begraafplaats” aangewezen gronden zijn bestemd voor een begraafplaats, en daarbij behorende voorzieningen zoals strooiveld, parkeer- en groenvoorzieningen.

Bouwvoorschriften
Toegestane bouwwerken

Op en in de gronden als bedoeld in lid 10.1, mogen uitsluitend worden gebouwd:

  • a. bij de bestemming behorende gebouwen, met daarbij behorende bijgebouwen, en
  • b. bij een en ander behorende andere bouwwerken, zoals luifels, pergola's,
  • c. monumenten, urnenmuren, verlichtingselementen, en terreinafscheidingen.
Bouwen

Voor het bouwen van bouwwerken als bedoeld in lid 10.2.1 gelden de volgende eisen:

  • a. gebouwen mogen uitsluitend binnen de aangegeven bouwvlakken worden gebouwd, behoudens fietsenstallingen, die buiten het bouwvlak mogen worden gebouwd;
  • b. het bebouwingspercentage mag ten hoogste zoveel bedragen als is aangegeven;
  • c. de goothoogte en bouwhoogte van gebouwen mogen niet meer bedragen dan is aangegeven, behoudens bijgebouwen, waarvan de goothoogte niet meer dan 3 m en de bouwhoogte niet meer dan 5 m mag bedragen;
  • d. de bouwhoogte van andere bouwwerken mag niet meer bedragen dan daarbij hierna is aangegeven:
    bouwwerken   max. bouwhoogte  
    palen en masten:   9 m  
    luifels:   4 m  
    klokkenstoel   12 m  
    andere overkappingen met een open constructie:   3 m  
    overige erf- en terreinafscheidingen en overige, andere bouwwerken:   2 m  
  • e. in uitzondering van het bepaalde als bedoeld in lid 10.2.2 onder a, mag buiten het bouwvlak maximaal 400 m2 worden gebouwd met een maximale goothoogte en hoogte van respectievelijk 2,5 m en 3 m.
Vrijstelling van de gebruiksvoorschriften
Vrijstelling ander soort maatschappelijke voorzieningen

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd vrijstelling te verlenen van het bepaalde in lid 10.1, ten behoeve van andere maatschappelijke voorzieningen, zoals ten behoeve van verenigingsleven, religie, cultuur, recreatie en openbare en bijzondere dienstverlening, mits deze geen onevenredig nadelige gevolgen voor de woonomgeving hebben, in de vorm van geluids-, verkeers- of parkeeroverlast.