direct naar inhoud van Artikel 3 Bedrijf
Plan: Het Ambacht, 1e wijziging (2012)
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0293.BPWambacht2012001-VA01

Artikel 3 Bedrijf

3.1 Bestemmingsomschrijving
3.1.1 Algemeen

De voor Bedrijf aangewezen gronden zijn bestemd voor de stalling van gemotoriseerde voertuigen met de bijbehorende bouwwerken en voorzieningen en overeenkomstig de nadere detaillering van de bestemmingsomschrijving zoals opgenomen in artikel 3.1.2.

3.1.2 Nadere detaillering van de bestemmingsomschrijving
  • a. Toegestane bedrijvigheid: Uitsluitend zijn bedrijven toegestaan in categorie 2 van de Staat van bedrijfsactiviteiten.
  • b. Risicovolle inrichting: Risicovolle inrichtingen zijn niet toegestaan.
  • c. Geluidzoneringsplichtige inrichting: Geluidzoneringsplichtige inrichtingen zijn niet toegestaan.
  • d. Bedrijfswoning: Binnen het bestemmingsvlak is één bedrijfswoning toegestaan.
  • e. Stalling van voertuigen: De stalling van voertuigen is uitsluitend toegestaan achter de achtergevel van de bedrijfswoning.
3.2 Bouwregels
3.2.1 Algemeen

Uitsluitend zijn toegestaan gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde die ten dienste staan van de bestemming.

3.2.2 Gebouwen

Gebouwen zijn uitsluitend toegestaan binnen het bouwvlak.

3.2.3 Bedrijfswoning

Voor bedrijfsgebouwen gelden de volgende bepalingen:

  • a. de inhoud van een bedrijfswoning mag niet meer bedragen dan 600 m3;
  • b. de bouwhoogte mag niet meer bedragen dan de bestaande bouwhoogte.
3.2.4 Bijgebouwen bij bedrijfswoningen

Bij een bedrijfswoning mogen bijgebouwen worden gebouwd, mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:

  • a. bijgebouwen mogen uitsluitend binnen het bouwvlak worden gebouwd en uitsluitend achter de voorgevellijn van de bedrijfswoning;
  • b. de maximale gezamenlijke oppervlakte aan bijgebouwen mag per bedrijfswoning niet meer bedragen dan 60 m2;
  • c. de goothoogte van bijgebouwen mag maximaal 3 m bedragen.
3.2.5 Bedrijfsgebouwen

Voor bedrijfsgebouwen gelden de volgende bepalingen:

  • a. het bebouwingspercentage mag niet meer bedragen dan 50%;
  • b. de bouwhoogte van bedrijfsgebouwen mag niet hoger zijn dan 10 m;
  • c. de afstand van bedrijfsgebouwen tot de zijdelingse perceelsgrens bedraagt minimaal 3 m;
  • d. indien bedrijfsgebouwen niet aaneen worden gebouwd mag de onderlinge afstand niet minder dan 4 m bedragen.
3.2.6 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelden de volgende regels:

  • a. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen mag niet meer bedragen dan 2 m, met dien verstande dat de hoogte van erf- en terreinafscheidingen vóór de voorgevellijn van de bedrijfswoning niet meer mag bedragen dan 1 m;
  • b. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde in de vorm van masten, reclame zuilen, etc. mag niet hoger zijn dan 4 m;
  • c. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde mag niet meer bedragen dan 5 m.
3.3 Specifieke gebruiksregels
3.3.1 Strijdig gebruik

Onder strijdig gebruik in de zin van artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder c van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht wordt in ieder geval begrepen het gebruiken of laten gebruiken van de gronden en/of opstallen binnen deze bestemming:

  • a. voor permanente of tijdelijke bewoning, indien het om vrijstaande bijgebouwen en / of bedrijfsgebouwen gaat;
  • b. voor de uitoefening van een seksinrichting;
  • c. voor het storten van puin of afvalstoffen;
  • d. als opslag- of bergplaats van stoffen en/of materialen en gebruikte, afgedankte c.q. aan de oorspronkelijke bestemming onttrokken voorwerpen;
  • e. als opslag van onklare dan wel aan hun normale bestemming onttrokken voer- of vaartuigen of onderdelen hiervan.
3.3.2

Het bepaalde in artikel 3.3.1 c t/m e is niet van toepassing op:

  • a. het storten van puin ter realisering van de in het plan aangewezen bestemmingen;
  • b. het normale onderhoud en gebruik van open terreinen;
  • c. de tijdelijke opslag van materialen en werktuigen, welke nodig is voor de realisering en/of handhaving van de in het plan aangegeven bestemmingen;
  • d. de opslag ten behoeve van in het plan toegelaten bedrijfsvoering.