direct naar inhoud van Artikel 5 Natuur
Plan: H.W. Iordensweg 94-98
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0285.8106-VS00

Artikel 5 Natuur

5.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Natuur' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. behoud, de bescherming en/of de ontwikkeling van natuurlijke waarden;
  • b. behoud, de bescherming en/of de ontwikkeling van landschappelijke waarden;
  • c. behoud, de bescherming en/of de ontwikkeling van ecologische waarden;
  • d. recreatief medegebruik;
  • e. kleinschalige recreatieve voorzieningen;
  • f. openbare nutsvoorzieningen;
  • g. bij deze bestemming behorende voorzieningen, zoals groen, verkeers- en verblijfsvoorzieningen en water.
5.2 Bouwregels

Op deze gronden mogen andere bouwwerken gebouwd worden en geldt de volgende regel:

  • a. de bouwhoogte van andere bouwwerken bedraagt ten hoogste 2,5 m.
5.3 Specifieke gebruiksregels

Met betrekking tot het gebruik van gronden en bouwwerken gelden de volgende regels:

  • a. het gebruik van de gronden als stort- of opslagplaats van al dan niet aan het gebruik onttrokken voorwerpen, stoffen en materialen, behoudensvoor zover deze opslag geschiedt in het kader van het normale onderhoud, is niet toegestaan;
  • b. het gebruik van de gronden als sport-, wedstrijd-, speel-, parkeer- en/of kampeerterrein is niet toegestaan;
  • c. het gebruik van de gronden voor het beproeven van motorvoertuigen of voor het beoefenen van gemotoriseerde snelheids- en/of behendigheidssporten en de (model-) vliegsport is niet toegestaan.
5.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
5.4.1 Uitvoeringsverbod zonder omgevingsvergunning

Het is verboden op of in de gronden met de bestemming Natuur zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, aan te leggen of de volgende werkzaamheden uit te voeren:

  • a. het aanleggen en/of verharden van wegen, voet-, fiets- en/of ruiterpaden;
  • b. het aanleggen van parkeerplaatsen;
  • c. het egaliseren, afgraven of ophogen van gronden;
  • d. het zaaien of inplanten van bomen en andere houtopstanden;
  • e. het aanbrengen dan wel wijzigen van drainagesystemen;
  • f. het graven, vergraven, verbreden, verdiepen of dempen van watergangen, vijvers en poelen;
  • g. het aanbrengen van bovengrondse en ondergrondse transport-, energie- en telecommunicatieleidingen en de daarmee verband houdende constructies, installaties of apparatuur, met uitzondering van het aanbrengen van leidingen uitsluitend ten behoeve van aansluiting van percelen in het openbare voorzieningennet.
5.4.2 Uitzondering op het uitvoeringsverbod

Het verbod van lid 5.4.1 is niet van toepassing op werken of werkzaamheden:

  • a. die reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, dan wel worden uitgevoerd ter realisering van het in Bijlage 3 van de toelichting van dit plan opgenomen landschapsplan;
  • b. die normaal onderhoud en beheer ten dienste van de bestemming betreffen;
  • c. waarvoor een vergunning is vereist krachtens de Natuurbeschermingswet;
  • d. die worden uitgevoerd krachtens een in het kader van de Natuurbeschermingswet vastgesteld beheersplan.
5.4.3 Voorwaarden voor een omgevingsvergunning

De werken of werkzaamheden als bedoeld in lid 5.4.1 zijn slechts toelaatbaar, indien daardoor de natuurlijke waarden niet onevenredig worden of kunnen worden aangetast, dan wel de mogelijkheden voor het herstel van die waarden niet onevenredig wordt of kan worden verkleind.