direct naar inhoud van Toelichting
Plan: Buitengebied en drie centrale dorpen 2024
Status: ontwerp
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0274.bp0195bg-on01

Toelichting

Hoofdstuk 1 Inleiding

1.1 Aanleiding

De gemeente Renkum heeft besloten de bestemmingsplannen binnen de gemeente te herzien. Aanleiding hiertoe is dat in de gemeente de meeste van de geldende bestemmingsplannen ouder waren dan tien jaar dan wel bijna tien jaar oud zijn, soms gedateerd zijn en er diverse bestemmingsplansystematieken worden gehanteerd. Die (verouderde) plannen vormen geen actueel beleidskader meer en zijn gebaseerd op de destijds geldende inzichten voor wat betreft de regelgeving en beleid. Daarnaast bepaalt de in juli 2008 in werking getreden Wet ruimtelijke ordening (Wro) dat bestemmingsplannen eens in de tien jaar moeten worden vastgesteld. Ook de komst van de Omgevingswet op 1 januari 2024 versterkt die noodzaak / wens.

Binnen de gemeente Renkum bestaat de wens om de vele huidige geldende plannen te vervangen door enkele nieuwe plannen met één systematiek. Dit komt de rechtsgelijkheid en werkbaarheid ten goede en maakt handhaving beter mogelijk. Het streven is om door middel van een integrale herziening uniformiteit in de regels en wijze van bestemmen aan te brengen. Tevens wordt met de actualisatie voldaan aan de gemeentelijke wens tot digitalisering en digitaal gebruik van de bestemmingsplannen, waarmee voorwaarden worden geschapen voor een betere uitwisseling en raadpleging van bestemmingsplannen. Het bestemmingsplan is hiermee geheel in lijn met de Wro. Ook is het door die eenheid in de toekomst eenvoudiger om bestemmingsplannen binnen de Omgevingswet om te zetten naar omgevingsplannen.

Het bestemmingsplan 'Buitengebied en drie centrale dorpen 2024' is opgesteld in de lijn van en met nagenoeg dezelfde opzet en regels als de in 2012, 2013, 2014, 2015, 2016 en 2017 vastgestelde (voornamelijk beheer-)bestemmingsplannen zoals 'Heveadorp 2012', 'Kievitsdel 2013', 'Doorwerth 2013', 'Renkum - Heelsum 2013', 'Oosterbeek-Noord 2014', 'Oosterbeek-Zuid 2016' en 'Wolfheze 2017'.

Voor het grootste deel van het plangebied van het voorliggende nieuwe bestemmingsplan geldt nu nog het bestemmingsplan 'Buitengebied (correctieve) herziening 2008'. Dit plan is ruim vijftien jaar oud, wat de reden is om nu een nieuw bestemmingsplan te maken voor het buitengebied.

Gekozen is om een zo groot mogelijk gebied op te nemen in het nieuwe bestemmingsplan en om daarmee zo veel mogelijk bestaande bestemmingsplannen voor dat gebied te vervangen, ondanks dat enkele plannen nog relatief nieuw zijn. Daardoor wordt een bijna gebiedsdekkend bestemmingsplan gemaakt. Daarom zijn ook de digitale bestemmingsplannen van de drie centrale dorpen in de gemeente Renkum; te weten Wolfheze, Doorwerth (inclusief de wijk Kievitsdel) en Heveadorp opgenomen in het voorliggende bestemmingsplan. Ook zijn de buitenranden, met veelal bos-, natuur en agrarische bestemmingen van de digitale bestemmingsplannen van de dorpen Oosterbeek, Heelsum en Renkum overgenomen in het voorliggende bestemmingsplan. Die delen van die bestemmingsplannen lagen voorheen ook in het bestemmingsplan 'Buitengebied (correctieve) herziening 2008', maar zijn destijds meegenomen in het opstellen van de digitale bestemmingsplannen voor die dorpen.

inhoud bestemmingsplan

Het bestemmingsplan 'Buitengebied en drie centrale dorpen 2024' is een zogenaamd beheergericht plan. Dat wil zeggen dat het is gericht op het behouden en beheren van de bestaande ruimtelijke (feitelijke) en planologische situatie. Het bestemmingsplan neemt in hoofdzaak de bestaande bouw- en gebruiksrechten over van de nu nog geldende bestemmingsplannen en het legt daarnaast de feitelijke situatie vast. Wel zijn de bestaande bestemmingen en bouw- en gebruiksrechten vertaald naar en aangepast aan de huidige gemeentelijke standaarden en inzichten en de huidige wetgeving. Dit houdt in dat nu gebruik gemaakt wordt van voorgeschreven standaardbestemmingen en dat het plan op perceelsniveau (met name in de bestemming 'Wonen') iets meer flexibiliteit (bouwruimte en gebruiksruimte) biedt. Hierdoor is de kans kleiner dat bouwplannen voor het uitbreiden van de woning of het bouwen van een bijgebouw in strijd zullen zijn met het bestemmingsplan. De voorheen geldende bestemmingsplannen waren daarin soms te beperkend, zonder dat dat nodig was. Ook zijn geconstateerde omissies gecorrigeerd en aangepast in het voorliggende bestemmingsplan. Het bestemmingsplan maakt nagenoeg geen nieuwe (woningbouw)ontwikkelingen mogelijk.

Plannen, die reeds bestuurlijk (en soms maatschappelijk) zijn geaccordeerd en waarover bestuurlijke besluiten genomen zijn, zijn opgenomen in het bestemmingsplan. Het betreffen vastgestelde bestemmingsplannen voor nieuwe (nog niet geheel gerealiseerde) ontwikkelingen of bouwplannen waarvoor 'vrijstelling', 'ontheffing' of 'afwijking' is verleend. Voor de meeste van deze nieuwe ontwikkelingen is de gehele ruimtelijke-juridische procedure reeds afgerond. Het kan zijn dat tegen een enkele ontwikkeling nog een bezwaar of (hoger) beroepsprocedure loopt. In ieder geval heeft de gemeente de benodigde planologische procedures doorlopen en de benodigde vergunningen verleend, waardoor de gemeente (ruimtelijk) achter die plannen staat. Daarom worden die plannen nu opgenomen in het bestemmingsplan 'Buitengebied en drie centrale dorpen 2024'. Bij de voornoemde ontwikkelingen (geheel juridisch afgerond of deels) kan gedacht worden aan vergunde functiewijzigingen en omgevingsvergunningen voor het bouwen van panden, uitbreidingen van woningen en/of bij- of bedrijfsgebouwen, zoals: Tankstation De Buunderkamp 2014, snackbar Airborne aan de Telefoonweg, Jansen Carwash aan de Bennekomseweg, Renkumseheide 6, passantensteiger Doorwerth en jachthaven Heveahaven.

 

Grote nieuwe ontwikkelingen die nog niet concreet (genoeg) zijn, dat wil zeggen waarover nog geen besluitvorming heeft plaatsgevonden in de vorm van een afwijking, een vergunning of een kaderstelling worden niet opgenomen in dit beheerbestemmingsplan. Hier worden de gronden bestemd conform de huidige bestemming in de voorheen geldende bestemmingsplannen. Deze plannen zijn nog niet concreet genoeg en zijn nog aan politieke discussie en inspraak van burgers onderhevig. Dat wil niet zeggen dat die ontwikkelingen niet gewenst zijn. Zodra de betreffende ontwikkelingen / plannen concreet zijn zullen daarvoor aparte ontwikkelende bestemmingsplannen gemaakt worden. Hierbij valt onder andere te denken aan: de herontwikkeling van het terrein van Pro Persona In Wolfheze, de herontwikkeling van het bedrijfsterrein aan de Klingelbeekseweg in Oosterbeek, de herinrichting van het bedrijfsterrein Veentjesbrug, de mogelijke nieuwe (woningbouw)ontwikkeling op het sportpark Wilhelmina en deels de haven bij bedrijventerrein GroeneWaarden aan de Fonteinallee in de uiterwaarden bij Doorwerth.

Enkele kleinschalige veranderingen zijn wel meegenomen in het voorliggend bestemmingsplan, zoals het beter neerleggen van bouwvlakken van bestaande woningen, agrarische (bedrijfs)bestemmingen, natuurbestemmingen, bosbestemmingen.

bestemmingsplannen en locaties niet opgenomen in dit bestemmingsplan

Enkele bestemmingsplannen voor nieuwe (woon)ontwikkelingen zijn niet opgenomen in dit bestemmingsplan. Het betreft bestemmingsplannen die in december 2023 of nog in procedure zijn (ontwerp, vastgesteld maar nog niet onherroepelijk zijn, waar beroep tegen loopt of nog mogelijk is, dan wel die recent onherroepelijk zijn geworden maar waarvoor de (woning)bouwontwikkeling nog moet plaatsvinden). Het gaat dan om:

  • 'Duitsekampweg, Boven Heide 2023' in Wolfheze. (onherroepelijk bestemmingsplan voor circa 50 nieuwe woningen);
  • 'Houtsniplaan 1, 2022' in Doorwerth (onherroepelijke bestemmingsplan voor de circa 80 nieuwe woningen);
  • 'Doorwerth Centrum 2019' in Doorwerth (ontwerpbestemmingsplan voor circa 80 nieuwe woningen en herbouw school in het centrum van Doorwerth';
  • 'Utrechtseweg 443a, 2022' in Doorwerth (Kievitsdel) (ontwerpbestemmingsplan voor herbouw nieuwe woning; vastgesteld bestemmingsplan vernietigd door Raad van State in 2023. Nu moet een nieuw besluit genomen worden over het bestemmingsplan);
  • 'Hartenseweg 7, 2023' in Renkum (de gemeenteraad heeft bestemmingsplan voor de bouw van één woning op 01-11-2023 niet vastgesteld. Beroepstermijn bij de Raad van State loopt nog);
  • 'Uiterwaarden kasteel Doorwerth 2022' in uiterwaarden bij Doorwerth (ontwerpbestemmingsplan voor omzetten agrarische percelen naar natuurbestemming).

Ook zijn enkele gebieden van het bestemmingsplan 'Buitengebied, (correctieve) herziening 2008' niet overgenomen in het voorliggende bestemmingsplan. Voor die gebieden blijft dat bestemmingsplan dus bestaan. Het gaat om gebieden die niet eenvoudig, inhoudelijk en procedureel, (en zo kort voor de inwerkingtreding van de Omgevingswet) om te zetten zijn in een nieuwe bestemmingsplanregeling. Het gaat om het terrein van Smurfit Kappa Parenco in Renkum, de wooncluster 't Hazeleger ten noorden van Wolfheze en het terrein met de nieuwe (haven)ontwikkeling van het bedrijventerrein GroeneWaarden aan de Fonteinallee 14-22 in de uiterwaarden bij Doorwerth.

Het beheergerichte karakter houdt echter niet in dat voornoemde ruimtelijke situatie voor de komende tien jaar wordt bevroren. Onnodige starheid van het plan moet worden voorkomen. Het is namelijk niet zinvol om voor elke wijziging een afzonderlijk bestemmingsplan te maken. Kleinschalige ontwikkelingsmogelijkheden, veelal op perceelsniveau, zoals uitbreiding, zijn dan ook meegenomen in voorliggend beheergericht bestemmingsplan. Overige nieuwe ontwikkelingen op perceeloverschrijdend niveau zijn niet meegenomen. Hiervoor wordt zonodig een afzonderlijk bestemmingsplan gemaakt.

Het bestemmingsplan dient voldoende rechtszekerheid te bieden voor iedereen maar dient ook flexibel genoeg te zijn om in te spelen op wensen van bewoners en wijzigende inzichten in de komende tien jaar. Zo biedt het voorliggende bestemmingsplan, net als de recent vastgestelde bestemmingsplannen voor de andere kernen in de gemeente, voldoende ruimte om aan de achterzijde van woningen aanbouwen (wel tot een bepaalde diepte, oppervlakte en hoogte) toe te staan. Dit sluit ook aan bij het vergunningvrije bouwregime op achtererven. Ook worden hiermee de meest voorkomende bouwwerken, waaraan tot nu toe altijd meegewerkt wordt met afwijkingen van het bestemmingsplan, rechtstreeks toegestaan. Om voldoende flexibiliteit te houden in het bestemmingsplan en om snel, via maatwerk, in te kunnen spelen op veranderende behoeftes in het gebruik van de woningen zijn diverse afwijkingen opgenomen zoals het creëren van meer gebruiksmogelijkheden voor inwoners van de eigen woning (bijvoorbeeld: schone bedrijvigheid aan huis, drie generatiebenutting en mantelzorg aan huis).

1.2 Ligging plangebied

Het plangebied wordt als globaal begrensd door de gemeentegrens en de globaal de grenzen van de bestemmingsplannen van de dorpen in de gemeente, te weten 'Renkum - Heelsum 2013', 'Oosterbeek-Noord 2014', 'Oosterbeek-Zuid 2016'. Hierbij moet wel worden vermeld dat de buitenranden van die bestemmingsplannen wel zijn opgenomen in het voorliggende bestemmingsplan.

Het plangebied bestaat dus globaal uit de gedeelten van de gemeente tussen de gemeentegrenzen en de bestemmingsplannen voor die dorpen in de gemeente.

Het plangebied omvat overwegend bosgebieden, natuurgebieden en agrarische percelen. Daarnaast bevat het plangebied onder andere diverse wegen en spoorlijnen, woningen met tuinen, maatschappelijke functies, horeacabedrijven, begraafplaatsen, campings, bedrijven, bedrijfsterreinen, sportvelden en de golfbaan.

De navolgende afbeelding toont globaal de ligging en de begrenzing van het plangebied.

afbeelding "i_NL.IMRO.0274.bp0195bg-on01_0001.png"

Ligging en begrenzing plangebied. Plangebied is het gebied tussen de blauwe lijnen, met uitzondering van de gebieden zoals Doorwerth centrum, Renkum - Heelsum, delen in de uiterwaarden en de woningbouwontwikkelingen in Wolfheze en Doorwerth.

1.3 Geldende bestemmingsplannen

Voorliggend plan herziet (soms gedeeltelijk) de bestemmingsplannen die van kracht zijn in het plangebied en ook alle partiële herzieningen en wijzigingen en paraplubestemmingsplannen voor het gebied. Het gaat om iets meer dan dertig bestemmingsplannen. Ook vervangt het nog delen / randen van drie grotere dorpse bestemmingsplannen (Renkum - Heelsum 2013, Oosterbeek- -Noord 2014 en Oosterbeek-Zuid 2016). Voor het grootste deel van het plangebied geldt nog het bestemmingsplan 'Buitengebied, (correctieve) herziening 2008'. Ook vervangt het bestemmingsplan (neemt geheel over) redelijk recent vastgestelde / digitale dorpse bestemmingsplannen 'Wolfheze 2017', 'Doorwerth 2013' (met uitzondering van het centrum van Doorwerth), Heveadorp 2012' en 'Kievitsdel 2013'.

De volgende bestemmingsplannen worden vervangen / geactualiseerd:

naam bestemmingsplan   vastgesteld   (gedeeltelijk) goedgekeurd  
     
Renkum - Heelsum 1965   20-04-1966   31-05-1967 (gedeeltelijk)  
Buitengebied 1973   24-07-1974   05-11-1975 (gedeeltelijk)  
Buitengebied 1973, partiële wijziging 1980-6 'Agrarisch bedrijf Dreijenseweg'   17-12-1980   20-07-1981  
Oosterbeek 1983   18-01-1984   12-08-1988  
Omgeving Tankstation De Buunderkamp, langs de A12   23-02-2000   08-05-2000  
Veentjesbrug   29-01-1997   29-07-1997  
Partiele herziening 1998-1 (Veentjesbrug)   27-01-1999   12-03-1999 (gedeeltelijk)  
Kern Heelsum   30-01-2001   21-08-2001 (gedeeltelijk)  
Parapluherziening prostitutie gemeente Renkum   19-06-2002   14-01-2003  
Renkums Beekdal   30-05-2006   16-01-2007  
Woonschepenhaven 2007   28-11-2007   16-05-2008  
Buitengebied (correctieve) herziening 2008 (grotendeels)   17-12-2008   10-07-2009 (gedeeltelijk)  
Parapluherziening verbod wonen in bijgebouwen 2009   16-12-2009   n.v.t.  
Buunderkamp 2010   17-02-2010   n.v.t.  
Parapluherziening mantelzorg 2010   27-10-2010   n.v.t.  
Heveadorp 2012   31-10-2012   n.v.t.  
Kievitsdel 2013   29-05-2013   n.v.t.  
Doorwerth 2013   26-06-2013   n.v.t.  
Ridder Robertlaan 15-17, 2014   25-06-2014   n.v.t.  
Middenlaan 52, 2015   24-06-2015   n.v.t.  
Kabeljauw 9 e.o., 2015   30-09-2015   n.v.t.  
Van der Molenallee - Berkenlaan 2015   21-10-2015   n.v.t.  
Wolfhezerweg 6b - Utrechtseweg 287, 2016   30-11-2016   n.v.t.  
Tuin de Lage Oorspong 2016   25-01-2017   n.v.t.  
W.A. Scholtenlaan - Houtsniplaan 2017   27-09-2017   n.v.t.  
Camping Lindenhof 2017   27-09-2017   n.v.t.  
Wolfheze 2017   25-10-2017   n.v.t.  
Boersberg 2, 2018   27-06-2018   n.v.t  
Lawijckerhof 6 e.o., 2021   24-02-2021   n.v.t.  
Spooronderdoorgang Wolfheze 2022   28-09-2022   n.v.t.  
Wolterbeekweg 19a, 2022   02-11-2022   n.v.t.  
Zonneheuvelweg 24, 2023   20-12-2023   n.v.t.  
     
Renkum - Heelsum 2013 (deels)   26-06-2013   n.v.t.  
Oosterbeek-Noord 2014 (deels)   24-09-2014   n.v.t.  
Oosterbeek-Zuid 2016 (deels)   29-06-2016   n.v.t.  

Bestemmingsplannen en -regelingen overgenomen

In het voorliggende bestemmingsplan Buitengebied en drie centrale dorpen 2024 zijn de sinds de Wet ruimtelijk ordening vastgestelde (redelijk) recent digitale bestemmingsplannen 'Buunderkamp 2010', 'Heveadorp 2012', 'Doorwerth 2013', 'Kievitsdel 2013', 'Ridder Robertlaan 15-17, 2014', 'Middenlaan 52, 2015', 'Kabeljauw 9 e.o., 2015', 'Van der Molenallee - Berkenlaan 2015', 'Wolfhezerweg 6b - Utrechtseweg 287, 2016', 'Tuin de Lage Oorspong 2016', 'W.A. Scholtenlaan - Houtsniplaan 2017', 'Camping Lindenhof 2017', 'Wolfheze 2017', 'Boersberg 2, 2018', 'Lawijckerhof 6 e.o., 2021', 'Spooronderdoorgang Wolfheze 2022', 'Wolterbeekweg 19a, 2022', (nagenoeg) ongewijzigd opgenomen.

Ook delen van de digitale bestemmingsplannen 'Renkum - Heelsum 2013', Oosterbeek-Noord 2014' en 'Oosterbeek-Zuid 2016' zijn nagenoeg geheel overgenomen in het voorliggende bestemmingsplan. Daarbij zijn ook in de tussentijd verleende omgevingsvergunningen overgenomen.

Ook de niet digitale bestemmingsplannen 'Woonschepenhaven Rosande 2007', 'Renkums Beekdal', 'Kern Heelsum' en de drie paraplubestemmingsplannen zijn in hoofdzaak ongewijzigd overgenomen. Wel zijn de bestemmingsplanregelingen aangepast / geactualiseerd aan de huidige wetgeving en inzichten.

Het niet digitale bestemmingsplan 'Buitengebied, (correctieve) herziening 2008' wordt ook nagenoeg geheel op dezelfde wijze overgenomen en bestemd. Maar omdat dit bestemmingsplan is opgesteld met een heel andere bestemingsplanregeling en een verouderde bestemmingsplanregeling is dit nu aangepast naar de gemeentelijke standaarden van de digitale bestemmingsplannen. Dus uiterlijk (verbeelding) en juridisch (regels) lijken de bestemmingen anders maar inhoudelijk scheelt dat niet heel veel. Dus de bestemmingsplanregeling is aangepast / geactualiseerd aan de huidige wetgeving en inzichten en naar aanleiding van de in de tussentijd verleende omgevingsvergunningen en bestaand gebruik.

Grofweg geldt dat hoe ouder de bestemmingsplannen zijn die het nieuwe bestemmingsplan actualiseert, hoe meer (kleine) aanpassingen zijn doorgevoerd. Dit komt dan met name door de huidige wetgeving (waaronder het vergunningvrij bouwen op achtererfgebieden) en daarin voorgeschreven wijze van bestemmen, de gemeentelijke standaardregels, de digitale vormgevingseisen die bij wet gesteld worden aan digitale bestemmingsplannen, maar ook soms de ligging van een bouwvlak of de hoogtes daarbinnen. Veelal komt dit laatste door omissies in het verleden maar ook doordat in de loop van de jaren diverse vergunningen verleend zijn waarbij is afgeweken van de toen geldende bestemmingsplannen. Als laatste geldt dat ook nieuwe inzichten en bestaand gebruik kunnen leiden tot kleine wijzigingen. Uiteraard geldt dat in het voorliggende bestemmingsplan geen grote nieuwe ontwikkelingen mogelijk zijn gemaakt.

1.4 Leeswijzer

Het bestemmingsplan bestaat uit een verbeelding, regels en deze toelichting. Op de verbeelding zijn de onderscheiden bestemmingen door middel van kleuren en tekens aangegeven. De regels bevatten de materiële inhoud van de bestemmingen. De verbeelding en de regels vormen samen de juridisch bindende elementen van het bestemmingsplan.

De toelichting van dit bestemmingsplan is opgebouwd uit vijf hoofdstukken. Na dit inleidende hoofdstuk volgt in hoofdstuk 2 de beschrijving van de voorheen geldende bestemmingsplannen en hoe dit nu is opgenomen en vertaald in het nieuwe actualiserende bestemmingsplan. In hoofdstuk 3 wordt ingegaan op het beleidskader. In hoofdstuk 4 komt de haalbaarheid van het plan aan de orde. Vanuit de verschillende van invloed zijnde haalbaarheidsaspecten, waaronder milieu en archeologie, wordt in dit hoofdstuk beschreven waarom het (beheergedeelte van) voorliggend bestemmingplan kan worden uitgevoerd. In hoofdstuk 5 is de wijze van bestemmen aangegeven. Er wordt een antwoord gegeven op de vraag hoe hetgeen in voorliggend plan is vastgelegd juridisch wordt geregeld. Verder wordt er beschreven hoe de verbeelding en de regels zijn opgebouwd en welke bestemmingen er in het plan voorkomen. Ook wordt in dit hoofdstuk aangegeven hoe de regels moeten worden geïnterpreteerd en uitgelegd. In dit hoofdstuk worden ook alle bestemmingen uitgelegd en wat daar in hoofdlijnen is toegestaan. In het laatste hoofdstuk, hoofdstuk 6, van dit bestemmingsplan wordt ingegaan op de procedures, die voorliggend bestemmingsplan doorloopt.

Hoofdstuk 2 Planbeschrijving

2.1 Inleiding

In dit hoofdstuk worden de (voorheen) geldende bestemmingsplannen beschreven en hoe die zijn opgenomen / vertaald in het voorliggende bestemmingsplan.

2.2 Voorheen geldende bestemmingsplannen

Zoals in hoofdstuk 1 is vermeld herziet het voorliggende bestemmingsplan (soms gedeeltelijk) de bestemmingsplannen die van kracht zijn in het plangebied en ook alle partiële herzieningen en wijzigingen en paraplubestemmingsplannen voor het gebied.

De volgende bestemmingsplannen worden vervangen / geactualiseerd:

naam bestemmingsplan   vastgesteld   (gedeeltelijk) goedgekeurd  
     
Renkum - Heelsum 1965   20-04-1966   31-05-1967 (gedeeltelijk)  
Buitengebied 1973   24-07-1974   05-11-1975 (gedeeltelijk)  
Buitengebied 1973, partiële wijziging 1980-6 'Agrarisch bedrijf Dreijenseweg'   17-12-1980   20-07-1981  
Oosterbeek 1983   18-01-1984   12-08-1988  
Omgeving Tankstation De Buunderkamp, langs de A12   23-02-2000   08-05-2000  
Veentjesbrug   29-01-1997   29-07-1997  
Partiele herziening 1998-1 (Veentjesbrug)   27-01-1999   12-03-1999 (gedeeltelijk)  
Kern Heelsum   30-01-2001   21-08-2001 (gedeeltelijk)  
Parapluherziening prostitutie gemeente Renkum   19-06-2002   14-01-2003  
Renkums Beekdal   30-05-2006   16-01-2007  
Woonschepenhaven 2007   28-11-2007   16-05-2008  
Buitengebied (correctieve) herziening 2008 (grotendeels)   17-12-2008   10-07-2009 (gedeeltelijk)  
Parapluherziening verbod wonen in bijgebouwen 2009   16-12-2009   n.v.t.  
Buunderkamp 2010   17-02-2010   n.v.t.  
Parapluherziening mantelzorg 2010   27-10-2010   n.v.t.  
Heveadorp 2012   31-10-2012   n.v.t.  
Kievitsdel 2013   29-05-2013   n.v.t.  
Doorwerth 2013   26-06-2013   n.v.t.  
Renkum - Heelsum 2013 (deels)   26-06-2013   n.v.t.  
Ridder Robertlaan 15-17, 2014   25-06-2014   n.v.t.  
Oosterbeek-Noord 2014 (deels)   24-09-2014   n.v.t.  
Middenlaan 52, 2015   24-06-2015   n.v.t.  
Kabeljauw 9 e.o., 2015   30-09-2015   n.v.t.  
Van der Molenallee - Berkenlaan 2015   21-10-2015   n.v.t.  
Oosterbeek-Zuid 2016 (deels)   29-06-2016   n.v.t.  
Wolfhezerweg 6b - Utrechtseweg 287, 2016   30-11-2016   n.v.t.  
Tuin de Lage Oorspong 2016   25-01-2017   n.v.t.  
W.A. Scholtenlaan - Houtsniplaan 2017   27-09-2017   n.v.t.  
Camping Lindenhof 2017   27-09-2017   n.v.t.  
Wolfheze 2017   25-10-2017   n.v.t.  
Boersberg 2, 2018   27-06-2018   n.v.t  
Lawijckerhof 6 e.o., 2021   24-02-2021   n.v.t.  
Spooronderdoorgang Wolfheze 2022   28-09-2022   n.v.t.  
Wolterbeekweg 19a, 2022   02-11-2022   n.v.t.  
Zonneheuvelweg 24, 2023   20-12-2023   n.v.t.  

afbeelding "i_NL.IMRO.0274.bp0195bg-on01_0002.png"

Afbeelding: digitale bestemmingsplannen in de gemeente Renkum en analoge bestemmingsplan 'Buitengebied, (correctieve) herziening 2008' (d.d. juli 2022) zo goed mogelijk over / tegen elkaar gelegd. Met blauwe lijnen zijn globaal de gebieden aangegeven die niet in het voorliggende bestemmingsplan zijn opgenomen.

Buitengebied, (correctieve) herziening 2008

Met name het bestemmingsplan 'Buitengebied, (correctieve) herziening 2008' bevatte veel onjuistheden. Dit komt omdat ten eerste het plan gebaseerd is op en een gedeeltelijk herziening / aanpassing betreft van het daarvoor geldende bestemmingsplan 'Buitengebied' dat in 2001 is vastgesteld en medio 2000 is opgesteld. Daardoor is het plan in grote lijnen gebaseerd op gegevens van circa 23 jaar geleden. Als tweede komt dit door het schaalniveau (1:5000) van dat niet digitale bestemmingsplan en doordat een slechte ondergrond (niet kadastraal en slechte topografie) is gebruikt. Hierdoor liggen vele bestemmingen (zoals bouwvlakken, verkeersbestemmingen en dergelijke) in dat bestemmingsplan (deels) niet op de juiste plaats. Dat is in het voorliggende bestemmingsplan 'Buitengebied en drie centrale dorpen 2024' gecorrigeerd. Ook bevat het oude bestemmingsplan diverse kaartfouten. Veelal is niet (goed) gekeken naar de feitelijke situatie waardoor sommige tuinen bij woningen niet zijn bestemd dan wel dat sommige bosstroken een agrarische bestemming hadden en andersom. Het analoge bestemmingsplan 'Buitengebied, (correctieve) herziening 2008' bestond uit vier plankaarten. Om meerdere plaatsen bleek dat op de overgang van de kaartbladen verschillen ontstonden. Zoals gebieden die op het ene kaartblad een (deels) andere bestemming of ligging hadden dan op het andere kaartblad (bestemmingen die niet geheel aansloten). Bij de correctieve herziening uit 2008 zijn al enkele omissies uit het bestemmingsplan 'Buitengebied' uit 2001 verbeterd. Maar naar later bleek zaten er nog meer omissies in dat plan die zijn toen niet gecorrigeerd. Zo hebben de natuurlijke en extensief agrarisch gebruikte gronden in het Renkums Beekdal (gebied ten noorden van de Bennekomseweg) op kaartblad 1 (noordelijk deel van dat gedeelte van het beekdal) een natuurbestemming (waarbij agrarisch medegebruik toegestaan is). Maar in het zuidelijke deel hebben die gronden op kaartblad 3 aan agrarische bestemming.

afbeelding "i_NL.IMRO.0274.bp0195bg-on01_0003.png"

Afbeelding uit 'Buitengebied, (correctieve) herziening 2008'. Gebied ten noorden van Kievitsdel. Daaruit blijkt dat de gebruikte ondergrond onduidelijk is (geen kadastrale ondergrond gebruikt en geen goede topografische ondergrond gebruikt). Met de 'grijze' vlakjes worden de bestaande woningen weergegeven. Maar die vlakjes zijn niet recht en hoekig, zoals de bestaande woningen, maar bestaan ten onrechte uit vloeiende lijnen. Zie de blauwe pijlen.

afbeelding "i_NL.IMRO.0274.bp0195bg-on01_0004.png"

Afbeelding: Kaartfout bestemmingsplan 'Buitengebied, (correctieve) herziening 2008'. Afbeelding met luchtfoto, kadastrale grenzen (paars lijnen), bebouwing (rode lijn) en bestemmingsplan 'Buitengebied, (correctieve) herziening 2008' (gele lijnen / arcering) gebied Dreijenseweg Oosterbeek.

Bouwvlakken in de woonbestemming liggen niet goed, deels naast de plek waar de woningen staan. Zie de blauwe pijlen.

afbeelding "i_NL.IMRO.0274.bp0195bg-on01_0005.png"

Afbeelding: Kaartfout bestemmingsplan 'Buitengebied, (correctieve) herziening 2008'. Afbeelding met luchtfoto, kadastrale grenzen (paars lijnen) en bestemmingsplan 'Buitengebied, (correctieve) herziening 2008' (gele lijnen / arcering) van de wegen Van Der Molenallee - Oude Oosterbeekseweg ter hoogte van Heveadorp.

De wegen (zwarte lijnen) liggen (grotendeels) buiten de verkeersbestemming (gele lijnen) van het bestemmingsplan. Zie de blauwe pijlen.

In alle digitale bestemmingsplannen (zeker sinds 2012) wordt voor woningen (woonbestemmingen) gewerkt met een bouwvlak met hoogtematen. Het bestemmingsplan voor het buitengebied ('Buitengebied, (correctieve) herziening 2008') werkte als enige met maximale inhoudsmaten en maximale hoogtematen. Deze afwijkende regeling vervalt in het nu voorliggende bestemmingsplan. Ook in het nieuwe voorliggende bestemmingsplan wordt nu gewerkt met een bouwvlak met maximale hoogtes. Ten eerste omdat zo een eenheid ontstaat in alle bestemmingsplannen in de gemeente. Dit sluit ook weer aan bij de doelstelling van de toekomstige Omgevingswet (namelijk één omgevingsplan met een één eenduidige regeling voor het hele grondgebied van de gemeente). Ten tweede is met de komst van het vergunningvrij bouwen in de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht veel vergunningvrij bij te bouwen. Dat zorgt voor een spagaat in die zin dat iets vergunningvrij te bouwen is maar wellicht ook meegerekend moet worden als inhoudsmaat van de woning. De gemeente heeft geen zicht op wat vergunningvrij is en wordt gebouwd en kan dus ook niet (goed) toetsen /reageren op mogelijke overschrijdingen van de maximale inhoudsmaten van die woningen. Ten derde is de omzetting van inhoudsmaat naar een bouwvlak al ingezet. Bij de herzieningen van enkele bestemmingsplan voor de dorpen, met name die van Oosterbeek en Wolfheze, zijn al enkele woningen met die regeling voor inhoudsmaat uit het bestemmingsplan 'Buitengebied, (correctieve) herziening 2008' omgezet naar een bouwvlak.

Overige bestemmingsplannen

Het bestemmingsplan 'Renkum 1965' geldt nog voor een heel klein perceel nabij de Telefoonweg. Dit vanwege onthouding van goedkeuring van het bestemmingsplan 'Buitengebied, (correctieve) herziening 2008'. Daar geldt nu nog een woonbestemming, gebaseerd op het uitbreidingsplan van destijds. Deze bestemming wordt nu weggehaald en krijgt de bestemming 'Natuur'.

Het bestemmingsplan 'Buitengebied 1973' geldt nog voor een aantal kleine 'reststrookjes' nabij en aan de rand van Doorwerth en bij bedrijventerrein Veentjesbrug. Dit zijn gebied die destijds bij het opstellen van de bestemmingsplannen voor de dorpen en het buitengebied per abuis, mede doordat destijds nog gewerkt werd met analoge bestemmingsplankaarten, niet opgenomen in de destijds actualiserende bestemmingsplannen. Ze vielen als het ware tussen 'wal en schip'. Deze gebiedjes bij Doorwerth hebben vooral een bosbestemming en blijven deze houden. De gebiedjes bij Veentjesburg krijgen de de bestemming 'Bedrijventerrein' zoals ze ook gebruikt worden.

Het bestemmingsplan 'Buitengebied 1973, partiële wijziging 1980-6 "Agrarisch bedrijf Dreijenseweg' geldt nog voor delen van een tweetal achtertuinen aan de Dreijenseweg. Dit vanwege onthouding van goedkeuring van het bestemmingsplan 'Buitengebied, (correctieve) herziening 2008'. Daar geldt nu nog een agrarische bestemming maar zijn al tientallen jaren in gebruik als achtertuin met bijgebouwen. Dit wordt nu de bestemming 'Wonen' (zonder bouwvlak).

Het bestemmingsplan 'Oosterbeek 1983' heeft betrekking op het bedrijventerrein aan de Klingelbeekseweg in Oosterbeek. Daar hebben de percelen een industriële bestemming. Dat is nu niet meer de wijze waarop dit bestemd wordt. Daarom krijgt het terrein de bestemming 'Bedrijventerrein'. De bestaande (legale / overgangsrechtelijke) woningen krijgen een woonbestemming. De bestande (legale / overgangsrechtelijke) bedrijfswoningen krijgen de aanduiding 'bedrijfswoning'. De bestaande bedrijfsgebouwen krijgen een bouwvlak. Ter plaats\e van de bedrijven zijn bedrijven tot en met categorie 2 toegestaan. daar waar een bedrijf aanwezig is van een hogere categorie is een aanduiding opgenomen. Ter plaatse van die aanduiding is ook een zogenaamde 'uitsterfregeling' opgenomen die aangeeft dat wanneer dat bedrijf 12 maanden niet meer in gebruik is dat gebruik vervalt en alleen nog bedrijven tot en met categorie 2 zijn toegestaan.

Het bestemmingsplan 'Omgeving Tankstation De Buunderkamp, langs de A12' geldt nog voor het Renkumse deel van het tankstation 'De Buunderkamp' aan de A12 (gelegen in het noordwesten van de gemeente, tegen de gemeente Ede). Het tankstation ligt deels op Renkums grond gebied en deels op het grondgebied van Ede. De A12 is enkele jaren geleden verbreed van 2 naar 3 rijstroken. In het kader daarvan moest het tankstation ook gesloopt en verplaats worden. In 2014 heeft de gemeente Renkum (omdat het grootste deel van het nieuwe tankstation op Renkums grondgebied kwam te liggen) een vergunning (met de uitgebreide procedure) verleend voor de herbouw van het nieuwe tankstation ter plaatse. Die nieuwe situatie wordt nu vastgelegd in het nieuwe voorliggende bestemmingsplan.

Het bestemmingsplan 'Veentjesbrug' geldt nog voor het bedrijventerrein Veentjesbrug langs de A50. Het gaat om de bestaande bedrijven, waaronder de gemeentewerf, en het helling langs de A50. Die laatste krijgt de bestemming 'Verkeer'. De rest weer de bestemming 'Bedrijventerrein'. Hier zijn bedrijven tot maximaal categorie 2 toegestaan. De Gemeentewerf en het afvalbrengstation zijn met een aanduiding weergegeven, net als de bedrijfswoning en de hartkliniek van Veentjesbrug 5. Hieromheen zijn hindercirkels (-afstanden) opgenomen, waarbij uitgegaan is van een gemengd gebied waardoor de afstanden met 1 stap zijn verlaagd. De aanduidingen '(bedrijfs)woningen' van de inmiddels niet meer in gebruik zijnde voormalige bedrijfswoningen van Veentjesbrug 2, 1 en 3 zijn nu weggehaald net als de bijbehorende hindercirkels. Het bestemmingsplan 'Partiële herziening 1988-1 (Veentjesbrug)' bevat feitelijk geen andere verbeelding dan het bestemmingsplan 'Veentjesbrug', want het betrof slechts de aanpassing van enkele regels van dat laatste bestemmingsplan.

Het bestemmingsplan 'Kern Heelsum' geldt nog voor een klein deel van een agrarisch perceel ten zuiden van de Utrechtseweg in Heelsum nabij de Heelsumse beek. Deze houdt zijn agrarische bestemming.

Het bestemmingsplan 'Renkums Beekdal' (gelegen in het Renkums beekdal, ten zuiden van de Hartenseweg) geldt nog nagenoeg geheel, met uitzondering van de oostrand nabij Renkum. Dit plan wordt geheel overgenomen, met uitzondering van de bestemming van de Ommuurde Tuin. deze krijgt nu, in plaats van een agrarische bestemming een beter passende bestemming, te weten 'Cultuur en ontspanning - Nutstuin 1'. Dit in de lijn van de bestemming en het vergelijkbare gebruik van Tuin de Lage Oorsprong.

Het bestemmingsplan 'Woonschepenhaven Rosande 2007' geldt voor de Rosande in de uiterwaarden in het zuidoosten van de gemeente, nabij de gemeente Arnhem. Hier liggen woonschepen. Dit bestemmingsplan geldt nog bijna geheel, met uitzondering van een smalle in het westen (o.a. de daar gelegen de ontsluitingsweg ligt in een ander bestemmingsplan). De bestemmingsplanregeling wordt inhoudelijk nagenoeg geheel overgenomen, maar wel aangepast aan de huidige wetgeving en inzichten.

Het bestemmingsplan 'Buunderkamp 2010' geldt nog geheel en heeft betrekking op enkele woningen in de woningenclave 'De Buunderkamp' in het noordwesten van de gemeente (ten noorden van de spoorlijn Utrecht-Arnhem). Dit bestemmingsplan wordt geheel overgenomen in het voorliggende bestemmingsplan , met dien verstande dat dit plan nog niet op de verbeelding werkte met een tuinbestemming voor het niet te bebouwen voortuin. In dat plan was dat nog met een beschrijving in de regels geregeld. Dit wordt nu op de verbeelding verwerkt.

Het bestemmingsplan 'Heveadorp 2012' heeft betrekking op het dorp Heveadorp en wordt geheel overgenomen in het voorliggende bestemmingsplan.

Het bestemmingsplan 'Kievitsdel 2013' wat betrekking heeft op de wijk 'Kievitsdel' van het dorp Doorwerth en wordt geheel overgenomen in het voorliggende bestemmingsplan.

Het bestemmingsplan 'Doorwerth 2013' heeft betrekking op het dorp Doorwerth (met uitzondering van de afstand liggende wijk 'Kievitsdel). Voor het centrumgebied van Doorwerth is op een nieuw bestemmingsplan in procedure, te weten 'Doorwerth Centrum 2024' Dat bestemmingsplan heeft grofweg betrekking op het gebied tussen de Mozartlaan, Richtersweg en Bachlaan en dan tot aan de woonclusters tussen de Bachlaan en Valeriuslaan. Dat plangebied vervangt ter plaatse het bestemmingsplan 'Doorwerth 2013'. Daarom wordt dat plangedeelte van Doorwerth 2013' niet overgenomen in het voorliggende plan. Dat geldt ook voor de locatie Houtsniplaan 1. Daar is een eigen bestemmingsplan voor vastgesteld ('Houtsniplaan 1, 2022') welke voorziet in een ontwikkeling van gestapelde woningen op die locatie. Dat bestemmingsplan heeft ter plaatse het bestemmingsplan 'Doorwerth 2013' al vervangen. Daarom wordt dat plangedeelte van 'Doorwerth 2013' niet overgenomen in het voorliggende plan. Dus met uitzondering van de locatie Houtsniplaan 1 en het betreffende gebied van het centrum van Doorwerth wordt het bestemmingsplan 'Doorwerth 2013' geheel overgenomen in het voorliggende bestemmingsplan.

Het bestemmingsplan 'Renkum - Heelsum 2013' wordt slechts voor een aantal delen aan de randen, veelal met agrarische / natuur-bestemmingen en enkele woningen / bedrijfslocaties overgenomen en vervangen door het nieuwe voorliggende bestemmingsplan. Het gaat dan om de o.a.:

  • Airborne snackbar op de hoek van de Telefoonweg - Bennekomseweg en Janssen Car Wash aan de Telefoonweg;
  • Sportpark Wilhelmina en de golfbaan aan de Ginkelseweg - Sportlaan;
  • Het wooncluster en omgeving aan de Hartenseweg (met uitzondering van het perceel Hartenseweg 7, want daar loopt nog een (juridische) bestemmingsplanprocedur
  • Het woongebied en de Heelsumse beek bij de Koninginnelaan in Heelsum en de N225 nabij de Heidesteinlaan.

Deze locaties en bestemmingen zijn (nagenoeg) geheel overgenomen in het voorliggende bestemmingsplan, dan wel aangepast aan eerder verleende vergunningen.

Het bestemmingsplan 'Ridder Robertlaan 15-17, 2014' heeft betrekking op twee woningen op de genoemde adressen in Doorwerth (Kievitsdel). Dit bestemmingsplan wordt geheel overgenomen in het voorliggende bestemmingsplan .

Het bestemmingsplan 'Middenlaan 52, 2015' heeft betrekking op onder andere drie woningen met tuinen aan de (noord)westzijde van Heveadorp aan de Midddenlaan 53 en de Oude Oosterbeekseweg 14 en 16. Dit plan wordt nagenoeg ongewijzigd overgenomen, met dien verstande dat de situatie m.b.t. de ontsluitingsweg in het noorden is aangepast aan de uiteindelijk gerealiseerde situatie.

Het bestemmingsplan 'Kabeljauw 9 e.o. , 2015' heeft onder ander betrekking op het agrarische / loowerkbedrijf op het genoemde adres in het Heelsum Beekdal ten noorden van de wijk Kievitsdel in Doorwerth. Dit bestemmingsplan wordt geheel overgenomen in het voorliggende bestemmingsplan.

Het bestemmingsplan 'Van der Molenallee - Berkenlaan 2015' heeft betrekking op de nieuwe woningen op de hoek van beide wegen in Doorwerth ter plaatse van het oude politiekantoor. Dit bestemmingsplan wordt geheel overgenomen in het voorliggende bestemmingsplan, met dien verstande dat de aanduiding 'parkeergarage' wordt weggehaald, want de ooit bestaande parkeergarage is bij de bouw van de woningen weggehaald.

Het bestemmingsplan 'Wolfhezerweg 6b - Utrechtseweg 287, 2016' heeft betrekking op de genoemde adressen ten noorden van de Utrechtseweg en ten westen van Oosterbeek. Dit bestemmingsplan wordt geheel overgenomen in het voorliggende bestemmingsplan.

Het bestemmingsplan 'Tuin de Lage Oorsprong 2016' heeft betrekking op de Tuin de Lage Oorsprong aan de Van Borsselenweg 36 in Oosterbeek. Dit bestemmingsplan wordt geheel overgenomen in het voorliggende bestemmingsplan.

Het bestemmingsplan 'W.A. Scholtenlaan - Houtsniplaan 2017' heeft betrekking op de vijf nieuw gebouwde woningen aan de W.A. Scholtenlaan en hoek Houtsniplaan in Doorwerth. Dit bestemmingsplan wordt geheel overgenomen in het voorliggende bestemmingsplan.

Het bestemmingsplan 'Camping Lindenhof 2017' heeft betrekking op Camping Lindenhof aan de Wolfhezerweg in het noordoosten van Wolfheze. Dit bestemmingsplan wordt geheel overgenomen in het voorliggende bestemmingsplan.

Het bestemmingsplan 'Wolfheze 2017' heeft betrekking op het dorp Wolfheze. Dit bestemmingsplan wordt geheel overgenomen in het voorliggende bestemmingsplan. De bestemmingsplannen 'Lawijckerhof 6 e.o., 2021' en 'Spooronderdoorgang Wolfheze 2022' hebben ter plaatse al het bestemmingsplan 'Wolfheze 2017' overgenomen. Dus die deze van het bestemmingsplan 'Wolfheze 2017' wordt nu niet overgenomen in het voorliggende bestemmingsplan. Het overige deel van bestemmingsplan 'Wolfheze 2017' wordt geheel overgenomen in het voorliggende bestemmingsplan.

Het bestemmingsplan 'Boersberg 2, 2018' heeft betrekking op het terrein voor de fauna opvang en het aanliggende agrarische terrein aan de Boersberg 2, ten zuiden van de wijk Kievitsdel in Doorwerth. Dit bestemmingsplan wordt (nagenoeg) geheel overgenomen in het voorliggende bestemmingsplan Inhoudelijk verandert er niets, maar vanuit praktische overwegingen, is nu gekozen om de fauna opvang niet met de aanduiding 'dierenambulance en fauna opvang' binnen de maatschappelijke bestemming aan te duiden maar om dit nu met de rechtstreekse bestemming 'Maatschappelijk - Fauna opvang en dierenambulance' te bestemmen.

Het bestemmingsplan 'Lawijckerhof 6 e.o., 2021' heeft betrekking op de voormalige kerk aan de Lawijckerhof 6 in Wolfheze welke is verbouwd tot vier woningen met daarnaast nog vier nieuwe woningen. Dat bestemmingsplan heeft voor dat deel het bestemmingsplan 'Wolfheze 2017' vervangen. Dit bestemmingsplan wordt geheel overgenomen in het voorliggende bestemmingsplan.

Het bestemmingsplan 'Spooronderdoorgang Wolfheze 2022' heeft betrekking op het realiseren van een ondertunneling onder het spoor bij het station Wolfheze ter plaatse van de de Parallelweg en Wolfhezerweg. Dat bestemmingsplan heeft voor dat deel het bestemmingsplan 'Wolfheze 2017' vervangen. Dit bestemmingsplan wordt geheel overgenomen in het voorliggende bestemmingsplan.

Het bestemmingsplan 'Wolterbeekweg 19a, 2022' heeft betrekking op de bouw van een woning aan de Wolterbeekweg 19a op de locatie van de voormalige bedrijfswoning op het terrein Jan Pieter Heije in in Oosterbeek. Dit bestemmingsplan wordt geheel overgenomen in het voorliggende bestemmingsplan.

Het bestemmingsplan 'Zonneheuvelweg 24, 2023' heeft betrekking op de bouw van een woning aan de Zonneheuvelweg 24 in Oosterbeek. Dit bestemmingsplan wordt geheel overgenomen in het voorliggende bestemmingsplan.

Het bestemmingsplan 'Oosterbeek-Noord 2014' wordt slechts voor een aantal delen aan de randen, veelal met agrarische / natuur-bestemmingen en enkele woningen / bedrijfslocaties overgenomen en vervangen door het nieuwe voorliggende bestemmingsplan. Het gaat dan om de o.a.:

  • de spoorlijn en groengebied bij het Talud aan nabij de Schelmseweg;
  • De bossen het sportpark Bilderberg bij de Valkenburglaan.

Deze locaties en bestemmingen zijn (nagenoeg) geheel overgenomen in het voorliggende bestemmingsplan, dan wel aangepast aan eerder verleende vergunningen.

Het bestemmingsplan 'Oosterbeek-Zuid 2016' wordt slechts voor een aantal delen aan de randen, veelal met agrarische / natuur-bestemmingen en enkele woningen / bedrijfslocaties overgenomen en vervangen door het nieuwe voorliggende bestemmingsplan. Het gaat dan om de o.a.:

  • Het maatschappelijke terrein Jan Pieter Heide (Pluryn) met bossen aan de Utrechtseweg - Wolterbeekweg;
  • De bossen den de Oorsprongbeek bij de Van Borsselenweg met het terrein van de Westerbouwing;

Deze locaties en bestemmingen zijn (nagenoeg) geheel overgenomen in het voorliggende bestemmingsplan, dan wel aangepast aan eerder verleende vergunningen.

De bestemmingsplannen 'Parapluherziening prostitutie gemeente Renkum' , 'Parapluherziening verbod wonen in bijgebouwen 2009' en 'Parapluherziening mantelzorg 2010' bevatten geen verbeeldingen, maar betreffen alleen overkoepelende regels. Deze drie paraplubestemmingsplannen zijn inmiddels in elk nieuw bestemmingsplan voor de dorpen overgenomen. Alleen nog niet voor het buitengebied. Dat wordt nu geregeld. Daarmee zijn deze drie overkoepelende planregels in elk bestemmingsplan in de gemeente verwerkt.

Hierna staan de verbeeldingen van bijna alle voorheen geldende bestemmingsplannen afgebeeld.

afbeelding "i_NL.IMRO.0274.bp0195bg-on01_0006.png"

bestemmingsplan 'Buitengebied, (correctieve) herziening 2008' (noordwestelijk deel)

afbeelding "i_NL.IMRO.0274.bp0195bg-on01_0007.png"

bestemmingsplan 'Buitengebied, (correctieve) herziening 2008' (noordoostelijk deel)

afbeelding "i_NL.IMRO.0274.bp0195bg-on01_0008.png"

bestemmingsplan 'Buitengebied, (correctieve) herziening 2008' (zuidwestelijk deel)

afbeelding "i_NL.IMRO.0274.bp0195bg-on01_0009.png"

bestemmingsplan 'Buitengebied, (correctieve) herziening 2008' (zuidoostelijke deel)

afbeelding "i_NL.IMRO.0274.bp0195bg-on01_0010.png"

bestemmingsplan 'Renkum - Heelsum 1965' (slechts het 'rode' deel aan de Telefoonweg hondentrainingsveld) wordt vervangen)

afbeelding "i_NL.IMRO.0274.bp0195bg-on01_0011.png"   afbeelding "i_NL.IMRO.0274.bp0195bg-on01_0012.png"  
bestemmingsplan 'Buitengebied 1973, partiële wijziging 1980-6 'agrarisch bedrijf Dreijenseweg' (slechts het 'rode' deel wordt vervangen)   bestemmingsplan 'Buitengebied 1973' (slechts het 'rode' deel nabij Veentjesbrug wordt vervangen)  

afbeelding "i_NL.IMRO.0274.bp0195bg-on01_0013.png"

bestemmingsplan 'Omgeving Tankstation De Buunderkamp, langs de A12' (uit 2000) ('rode gebied' is deel van de gemeente Renkum)

afbeelding "i_NL.IMRO.0274.bp0195bg-on01_0014.png"

bestemmingsplan 'Veentjesbrug' (uit 1997)

afbeelding "i_NL.IMRO.0274.bp0195bg-on01_0015.png"

bestemmingsplan 'Kern Heelsum' (uit 2001) (slechts het 'rode' deel nabij het Heelsums Beekdal wordt vervangen)

afbeelding "i_NL.IMRO.0274.bp0195bg-on01_0016.png"

bestemmingsplan 'Renkums Beekdal' (uit 2006)

afbeelding "i_NL.IMRO.0274.bp0195bg-on01_0017.png"

bestemmingsplan 'Woonschepenhaven Rosande 2007'

afbeelding "i_NL.IMRO.0274.bp0195bg-on01_0018.png"

Bestemmingsplan 'Oosterbeek 1983' (slechts het 'roze' deel bij Klingelbeekseweg wordt vervangen)

afbeelding "i_NL.IMRO.0274.bp0195bg-on01_0019.png"   afbeelding "i_NL.IMRO.0274.bp0195bg-on01_0020.png"  
bestemmingsplan 'Buunderkamp 2010'   bestemmingsplan 'Lawijckerhof 6 e.o., 2021'  

afbeelding "i_NL.IMRO.0274.bp0195bg-on01_0021.png"

bestemmingsplan 'Middenlaan 52, 2015'

afbeelding "i_NL.IMRO.0274.bp0195bg-on01_0022.png"

bestemmingsplan 'Kabeljauw 9 e.o., 2015'

afbeelding "i_NL.IMRO.0274.bp0195bg-on01_0023.png"

bestemmingsplan 'Wolfhezerweg 6b - Utrechtseweg 287, 2016'

afbeelding "i_NL.IMRO.0274.bp0195bg-on01_0024.png"

bestemmingsplan 'Camping Lindenhof 2017'

afbeelding "i_NL.IMRO.0274.bp0195bg-on01_0025.png"

bestemmingsplan 'Boersberg 2, 2018'

afbeelding "i_NL.IMRO.0274.bp0195bg-on01_0026.png"

bestemmingsplan 'Spooronderdoorgang Wolfheze 2022'

afbeelding "i_NL.IMRO.0274.bp0195bg-on01_0027.png"   afbeelding "i_NL.IMRO.0274.bp0195bg-on01_0028.png"  
bestemmingsplan 'Van der Molenallee - Berkenlaan 2015'   bestemmingsplan 'Ridder Robertlaan 15-17, 2014'  

afbeelding "i_NL.IMRO.0274.bp0195bg-on01_0029.png"   afbeelding "i_NL.IMRO.0274.bp0195bg-on01_0030.png"  
bestemmingsplan 'W.A. Scholtenlaan - Houtsniplaan 2017'   bestemmingsplan 'Tuin de Lage Oorsprong 2016'  

afbeelding "i_NL.IMRO.0274.bp0195bg-on01_0031.png"   afbeelding "i_NL.IMRO.0274.bp0195bg-on01_0032.png"  
bestemmingsplan 'Wolterbeekweg 19a, 2022'   bestemmingsplan 'Zonneheuvelweg 24, 2023'  

afbeelding "i_NL.IMRO.0274.bp0195bg-on01_0033.png"

bestemmingsplan 'Heveadorp 2012'

afbeelding "i_NL.IMRO.0274.bp0195bg-on01_0034.png"

bestemmingsplan 'Kievitsdel 2013' (noordelijk deel) (het 'paarse' deel bij Utrechtseweg 443a wordt niet vervangen)

afbeelding "i_NL.IMRO.0274.bp0195bg-on01_0035.png"

bestemmingsplan 'Kievitsdel 2013' (zuidelijk deel)

afbeelding "i_NL.IMRO.0274.bp0195bg-on01_0036.png"

bestemmingsplan 'Doorwerth 2013' (noordelijk deel) (het 'paarse' deel van Doorwerth Centrum wordt niet vervangen)

afbeelding "i_NL.IMRO.0274.bp0195bg-on01_0037.png"

bestemmingsplan 'Doorwerth 2013' (zuidoostelijke deel) (het 'paarse' deel van Doorwerth Centrum wordt niet vervangen)

afbeelding "i_NL.IMRO.0274.bp0195bg-on01_0038.png"

bestemmingsplan 'Doorwerth 2013' (zuidwestelijke deel)

afbeelding "i_NL.IMRO.0274.bp0195bg-on01_0039.png"

bestemmingsplan 'Renkum - Heelsum 2013' (noordwest) (slechts het 'rode' deel bij Telefoonweg - Bennekomseweg wordt vervangen)

afbeelding "i_NL.IMRO.0274.bp0195bg-on01_0040.png"

bestemmingsplan 'Renkum - Heelsum 2013' (west) (het 'paarse' deel bij Hartenseweg wordt niet vervangen)

afbeelding "i_NL.IMRO.0274.bp0195bg-on01_0041.png"   afbeelding "i_NL.IMRO.0274.bp0195bg-on01_0042.png"  
bestemmingsplan 'Renkum - Heelsum 2013' (noord) (slechts het 'rode' deel bij Sportlaan - Sportpark Wilhelmina wordt vervangen)   bestemmingsplan 'Renkum - Heelsum 2013' (oost) (slechts het 'rode' deel bij Koninginnelaan wordt vervangen)  

afbeelding "i_NL.IMRO.0274.bp0195bg-on01_0043.png"

bestemmingsplan 'Renkum - Heelsum 2013' (zuid-oost) (slechts het 'rode' deel bij N225 - Koninginnelaan wordt vervangen)

afbeelding "i_NL.IMRO.0274.bp0195bg-on01_0044.png"

bestemmingsplan 'Renkum - Heelsum 2013' (zuid) (slechts het 'rode' deel bij N225 wordt vervangen)

afbeelding "i_NL.IMRO.0274.bp0195bg-on01_0045.png"

bestemmingsplan 'Oosterbeek-Noord 2014 (oostelijke deel) (slechts het 'rode' deel bij Van Ewijkweg - Talud - spoorlijn wordt vervangen)

afbeelding "i_NL.IMRO.0274.bp0195bg-on01_0046.png"

bestemmingsplan 'Oosterbeek-Noord 2014 (noordwestelijke deel) (slechts het 'rode' deel bij Valkenburglaan - sportpark Bilderberg wordt vervangen)

afbeelding "i_NL.IMRO.0274.bp0195bg-on01_0047.png"

bestemmingsplan 'Oosterbeek-Noord 2014 (zuidwestelijke deel) (slechts het 'rode' deel bij Valkenburglaan - sportpark Bilderberg wordt vervangen)

afbeelding "i_NL.IMRO.0274.bp0195bg-on01_0048.png"

bestemmingsplan 'Oosterbeek-Zuid 2016' (west) (slechts het 'rode' deel bij Van Borsselenweg - Terrein Pluryn wordt vervangen)

afbeelding "i_NL.IMRO.0274.bp0195bg-on01_0049.png"

bestemmingsplan 'Oosterbeek-Zuid 2016' (zuidwest) (slechts het 'rode' deel bij Van Borsselenweg - Benedendorpsweg wordt vervangen)

afbeelding "i_NL.IMRO.0274.bp0195bg-on01_0050.png"

Bestemmingsplan 'Wolfheze 2017' (noordwest)

afbeelding "i_NL.IMRO.0274.bp0195bg-on01_0051.png"

bestemmingsplan 'Wolfheze 2017' (noord)

afbeelding "i_NL.IMRO.0274.bp0195bg-on01_0052.png"

bestemmingsplan 'Wolfheze 2017' (noordoost)

afbeelding "i_NL.IMRO.0274.bp0195bg-on01_0053.png"

bestemmingsplan 'Wolfheze 2017' (terrein Pro Persona)

afbeelding "i_NL.IMRO.0274.bp0195bg-on01_0054.png"

bestemmingsplan 'Wolfheze 2017' (oost)

afbeelding "i_NL.IMRO.0274.bp0195bg-on01_0055.png"

bestemmingsplan 'Wolfheze 2017' (zuid)

2.3 Toekomstige situatie

In het voorliggende bestemmingsplan wordt de gemeentelijke (digitale) bestemmingswijze overgenomen zoals die ook al is toegepast in de digitale bestemmingsplannen: 'Wolfheze 2017', 'Oosterbeek-Zuid 2016', 'Oosterbeek-Noord 2014', 'Renkum - Heelsum 2013', 'Doorwerth 2013', 'Kievitsdel 2013' en 'Heveadorp 2012'.

Dit houdt in dat gewerkt wordt met de digitale IMRO-standaarden en de wijze van bestemming zoals geregeld in de SVBP (Standaard Vergelijkbare Bestemmingsplannen). Dus er wordt nu gewerkt met bouwvlakken met daarin maximale goot- en/of bouwhoogtes. Er wordt niet meer gewerkt met een maximale inhoudsmaat. Ook wordt gewerkt met een vast peil van waarvandaan de hoogtes gemeten worden. Voorheen kon, mede doordat er gewerkt werd met een inhoudsmaat, het peil wijzigen wanneer het pand (veelal de woning) werd verbouwd. Dat was niet handig.

Doordat nu gewerkt wordt met een digitaal bestemmingsplan is formeel geen analoge papieren verbeelding meer nodig. Maar omdat een papieren versie soms toch wel handig is worden alle gemeentelijke bestemmingsplannen in de papieren versie op een schaal van 1:1000 verbeeld. Dus dat is ook het geval bij het voorliggende bestemmingsplan. Dus niet meer de oude, slecht leesbare schaal van 1:5000 van het oude bestemmingsplan 'Buitengebied, (correctieve) herziening 2008'. Dat heeft wel tot gevolg dat er nu 74 kaarten zijn van de verbeelding van het voorliggende bestemmingsplan. Op de navolgende afbeelding is een overzicht getoond van die kaarten.

afbeelding "i_NL.IMRO.0274.bp0195bg-on01_0056.png"

Afbeelding: overzichtskaart met de 74 deelkaarten van het voorliggende bestemmingsplan De blauw omlijnde gebieden, zoals Renkum - Heelsum en Oosterbeek) zijn niet opgenomen in voorliggend bestemmingsplan)

In hoofdstuk 5 wordt een nadere uitleg gegeven over de gekozen bestemmingen en aanduidingen in het voorliggende bestemmingsplan.

afbeelding "i_NL.IMRO.0274.bp0195bg-on01_0057.png"

Afbeelding: Verbeelding bestemmingsplan 'Buitengebied en drie centrale dorpen 2024'

afbeelding "i_NL.IMRO.0274.bp0195bg-on01_0058.png"

Afbeelding: Verbeelding bestemmingsplan 'Buitengebied en drie centrale dorpen 2024', deelgebied noordwest.

afbeelding "i_NL.IMRO.0274.bp0195bg-on01_0059.png"

Afbeelding: Verbeelding bestemmingsplan 'Buitengebied en drie centrale dorpen 2024', deelgebied noordoost.

afbeelding "i_NL.IMRO.0274.bp0195bg-on01_0060.png"

Afbeelding: Verbeelding bestemmingsplan 'Buitengebied en drie centrale dorpen 2024', deelgebied zuidwest.

afbeelding "i_NL.IMRO.0274.bp0195bg-on01_0061.png"

Afbeelding: Verbeelding bestemmingsplan 'Buitengebied en drie centrale dorpen 2024', deelgebied zuidoost.

Hoofdstuk 3 Beleid

3.1 Inleiding

3.2 Rijksbeleid

3.2.1 Nationale Omgevingsvisie (NOVI)

De NOVI is op 9 september 2020 vastgesteld op grond van de geldende regelgeving omdat de Omgevingswet nog niet in werking is. De NOVI voldoet tevens aan de eisen die de Omgevingswet stelt aan een omgevingsvisie. Zodra de Omgevingswet in werking is getreden, zal deze omgevingsvisie dan ook gelden als de Nationale Omgevingsvisie in de zin van deze wet.

De NOVI biedt een langetermijnperspectief op de ontwikkeling van de leefomgeving in Nederland tot 2050. Met de vaststelling van de NOVI is haar voorganger (de Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte) vervallen. Met de NOVI geeft het kabinet richting aan de grote opgaven die het aanzien van Nederland de komende dertig jaar ingrijpend zullen veranderen. Denk aan het bouwen van nieuwe woningen, ruimte voor opwekking van duurzame energie, aanpassing aan een veranderend klimaat, ontwikkeling van een circulaire economie en omschakeling naar kringlooplandbouw. Alles met zorg voor een gezonde bodem, schoon water, behoud van biodiversiteit en een aantrekkelijke leefomgeving.

In de NOVI zijn deze maatschappelijke opgaven samengevat in vier prioriteiten:

  • ruimte voor klimaatadaptatie en energietransitie
  • duurzaam economisch groeipotentieel
  • sterke en gezonde steden en regio’s
  • toekomstbestendige ontwikkeling van het landelijk gebied.

Met de NOVI benoemt het Rijk 21 nationale belangen, geeft het richting op de vier prioriteiten en helpt keuzes maken waar dat moet. Want niet alles kan overal.

Conclusie

Het voorliggend plan is een beheerplan en vervangt en actualiseert de bestaande situatie en plannen en veel plannen worden letterlijk overgenomen. Daarmee is het plan in overeenstemming met / niet in strijd met de NOVI.

3.2.2 Besluit algemene regels ruimtelijke ordening (Barro) en Regeling algemene regels ruimtelijke ordening (Rarro)

De Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte – voorganger van de NOVI – is uitgewerkt in het Besluit algemene regels ruimtelijke ordening (Barro) en het Besluit ruimtelijke ordening (Bro). Deze uitwerking is opgenomen in het Besluit kwaliteit leefomgeving (Bkl). Het Bkl wordt van kracht zodra de Omgevingswet in werking treedt en is dan de uitwerking in regelgeving van het beleid dat in de NOVI staat.

De nationale belangen die nu nog in het Barro worden geborgd betreffen onder meer onderwerpen op het gebied van de hoofdinfrastructuur (reserveringen rond hoofdwegen en hoofdspoorwegen, vrijwaring rond rijksvaarwegen en hoofdbuisleidingen), de elektriciteitsvoorziening, het vereenvoudigde regime van de ecologische hoofdstructuur en waterveiligheid (bescherming van primaire waterkeringen en bouwbeperkingen in het IJsselmeergebied).

In de Regeling algemene regels ruimtelijke ordening (Rarro) zijn de terreinen, gebieden en installaties zoals bedoeld in het Barro, aangewezen.

Conclusie

Het voorliggend plan is een beheerplan en vervangt en actualiseert de bestaande situatie en plannen en veel plannen worden letterlijk overgenomen. Daarmee is het plan in overeenstemming met de Barro en Rarro. In het voorliggend bestemmingsplan zijn en worden, net als in de voorheen geldende bestemmingsplannen, de buisleidingen opgenomen en beschermd met dubbelbestemmingen, net als het stroomvoerend waterbed van de Nederrijn.

3.2.3 Besluit ruimtelijke ordening: Ladder voor duurzame verstedelijking

Op grond van artikel 3.1.6, tweede lid, van het Besluit ruimtelijke ordening bevat de toelichting bij een bestemmingsplan dat een nieuwe stedelijke ontwikkeling mogelijk maakt, een beschrijving van de behoefte aan die ontwikkeling, en, indien het bestemmingsplan die ontwikkeling mogelijk maakt buiten het bestaand stedelijk gebied, een motivering waarom niet binnen het bestaand stedelijk gebied in die behoefte kan worden voorzien.

De begrippen 'stedelijke ontwikkeling' en 'bestaand stedelijk gebied' zijn als volgt gedefinieerd (artikel 1.1.1 Bro):

  • Stedelijke ontwikkeling: ruimtelijke ontwikkeling van een bedrijventerrein of zeehaventerrein, of van kantoren, detailhandel, woningbouwlocaties of andere stedelijke voorzieningen;
  • Bestaand stedelijk gebied: bestaand stedenbouwkundig samenstel van bebouwing ten behoeve van wonen, dienstverlening, bedrijvigheid, detailhandel of horeca, alsmede de daarbij behorende openbare of sociaal culturele voorzieningen, stedelijk groen en infrastructuur.

In de praktijk wordt dit de ladder voor duurzame verstedelijking genoemd. De ladder voor duurzame verstedelijking is ingericht voor een zorgvuldige afweging en transparante besluitvorming bij alle ruimtelijke en infrastructurele besluiten waardoor de ruimte in stedelijke gebieden optimaal benut wordt.

Conclusie

Het voorliggend plan is een beheerplan en vervangt en actualiseert de bestaande situatie en plannen en veel plannen worden letterlijk overgenomen. Nieuwe (grote) woningbouwontwikkelingen zijn niet in dit plan opgenomen. Daarmee is het plan in overeenstemming met de / heeft het pan geen effect op de 'ladder voor duurzame verstedelijking'.

3.3 Provinciaal beleid

3.3.1 Omgevingsvisie Gaaf Gelderland en Omgevingsverordening

Provinciale Staten van Gelderland hebben op 19 december 2018 de Omgevingsvisie Gaaf Gelderland (hierna: de Omgevingsvisie) vastgesteld. Deze is in werking getreden op 1 maart 2019. Het doel van de Omgevingsvisie is: een gezond, veilig, schoon en welvarend Gelderland, vanuit het verleden én met het oog op de toekomst. De provincie is als middenbestuur een belangrijke schakel bij het bereiken van deze doelstellingen en wil op een aantal manieren waarde toevoegen:

  • met een brede blik kijken naar de inrichting en kwaliteit van de Gelderse leefomgeving;
  • stimuleren van ontwikkelingen enerzijds en beschermen van waarden anderzijds;
  • focussen op duurzaamheid, onderlinge verbondenheid en een economisch krachtig Gelderland;
  • door middel van zeven ambities verder verdiepen van de focus.

De zeven ambities van de provincie zien op de volgende thema's: energietransitie, klimaatadaptatie, circulaire economie, biodiversiteit, bereikbaarheid, vestigingsklimaat en de woon- en leefomgeving. Per ambitie is de provinciale aanpak beschreven.

Ten aanzien van het thema woon- en leefomgeving geeft de provincie de volgende ambities aan:

  • Gelderland heeft een aanbod aan woningtypen en woonmilieus passend bij de diversiteit aan woningvraag; voor ieder een passende, duurzame woning. We benutten de bestaande bebouwde omgeving optimaal met voldoende ruimte voor klimaatadaptieve maatregelen.
  • Alle nieuwbouw wordt aardgasloos aangelegd en zoveel mogelijk circulair gebouwd. In 2035 zijn alle (bestaande) wijken van het aardgas.
  • Woningen in Gelderland zijn in 2050 klimaatneutraal.

De aanpak die bij deze ambities is geformuleerd, bestaat uit het in gesprek gaan met de Gelderse regio's en het maken regionale afspraken over een goede balans tussen de vraag en het aanbod van woningen. In Gelderland is er specifieke aandacht voor de gemeentegrens overstijgende woonvraagstukken.

Provinciale Staten van Gelderland hebben de Omgevingsverordening Gelderland (hierna: de Omgevingsverordening of verordening) vastgesteld op 24 september 2014. De verordening wordt regelmatig geactualiseerd. De meest recente versie van de Omgevingsverordening dateert van 21 december 2022 (geconsolideerde versie).

De regels in de verordening kunnen betrekking hebben op het hele provinciale grondgebied, op delen of op gebiedsgerichte thema's. Gemeenten moeten binnen een bepaalde termijn hun bestemmingsplan afstemmen op de in de verordening opgenomen regels. De regels in de verordening zijn gebaseerd op de provinciale omgevingsvisie en hebben de status van algemeen verbindende voorschriften.

Om de biodiversiteit nu en voor toekomstige generaties Gelderlanders veilig te stellen, beschermt de provincie het Gelders Natuurnetwerk (GNN). Het GNN is een samenhangend netwerk van bestaande en te ontwikkelen natuur van internationaal, nationaal en provinciaal belang. De Groene Ontwikkelingszone (GO) bestaat uit alle gebieden met een andere bestemming dan natuur die ruimtelijk vervlochten zijn met het GNN. Het gaat vooral om landbouwgrond, maar ook om terreinen voor verblijfs- en dagrecreatie, infrastructuur, woningen en bedrijven. Op de volgende afbeelding is het GNN en GO in de omgeving van de gemeente Renkum weergegeven. Zoals te zien is op de navolgende afbeelding is nagenoeg het gehele buitengebied van de gemeente Renkum is aangemerkt als GNN danwel GO.

afbeelding "i_NL.IMRO.0274.bp0195bg-on01_0062.png"

GNN (donker groen) en GO (lichtgroen) in de gemeente Renkum en omgeving (bron Omgevingsvisie Gelderland)

In het GNN en GO zijn in principe geen bestemmingen en ontwikkelingen mogelijk die de kernkwaliteiten van het gebied significant kunnen aantasten. In de Omgevingsverordening zijn regels opgenomen hoe ontwikkelingen binnen het GNN moeten worden verantwoord in de toelichting van een ruimtelijke plan. Daarnaast gelden hiervoor spelregels ten aanzien van compensatie, mitigatie en saldering. De omgevingsverordening bevat ook regels over de bevoegdheid van Gedeputeerde Staten tot herbegrenzing van het GNN en de GO.

Water

Binnen de gemeente Renkum liggen twee gebieden die in de kaarten behorend bij de Omgevingsverordening zijn aangemerkt als waterwingebied. Om het te winnen grondwater te beschermen gelden er diverse niveaus van bescherming in en rondom het waterwingebied met bijbehorende gebruiksbeperkingen. Er is namelijk van uitgegaan dat met een geringer beschermingsniveau kan worden volstaan, naarmate:

op het maaiveld de (horizontale) afstand tot de winningsmiddelen toeneemt;

in de bodem slecht doorlatende lagen boven het watervoerende pakket waaruit wordt onttrokken (de verticale afstand), aanwezig zijn.

Dit heeft geleid tot een onderverdeling van de beschermingsgebieden in de zones waterwingebied, grondwaterbeschermingsgebied, boringsvrije zone en intrekgebied.

Op de navolgende kaart zijn deze beschermingsgebieden weergegeven. Het hele grondgebied van de gemeente Renkum geldt als intrekgebied.

afbeelding "i_NL.IMRO.0274.bp0195bg-on01_0063.png"

Water en milieu (bron Omgevingsvisie Gaaf Gelderland). Rode lijn is boringsvrije zone; donkerblauw is waterwingebied.

Conclusie

Het voorliggend plan is een beheerplan en vervangt en actualiseert de bestaande situatie en plannen en veel plannen worden letterlijk overgenomen. Nieuwe (grote) (woning)bouwontwikkelingen zijn niet in dit plan opgenomen. Het plan biedt geen ruimte voor ontwikkelingen die in strijd zijn met de verordening dan wel met de voorbereidingsbesluiten die door de provincie zijn genomen, zoals (grootschalige) glastuinbouw, datacenters of (nieuwvestiging of uitbreiding van) geitenhouderijen enz.. Daarmee is het plan in overeenstemming met de provinciale Omgevingsvisie en Omgevingsverordening.

3.4 Gemeentelijk beleid

3.4.1 Omgevingsvisie Renkum 2040

Op 26 januari 2022 is de Omgevingsvisie Renkum 2040' vastgesteld. De omgevingsvisie heeft betrekking op het hele grondgebied van de gemeente Renkum, dus op alle zes de dorpen en het buitengebied. De omgevingsvisie biedt een vooruitblik op de leefomgeving tot het jaar 2040. Het is een langetermijnvisie op hoofdlijnen voor de ontwikkeling van de leefomgeving. Het biedt een stip aan de horizon voor de ambities en doelstellingen met als doelstelling te komen tot een veilige en gezonde fysieke leefomgeving.

De visie is opgesteld vanuit een integraal perspectief. Dat wil zeggen dat het niet alleen gaat om ruimtelijke vraagstukken en ontwikkelingen. Sociale ontwikkelingen en karakteristieken hebben, evenals economische ontwikkelingen namelijk invloed op de invulling van de leefomgeving. Alles wat je ziet, voelt en ruikt komt terug in deze visie. We verstaan hieronder het geheel van onder andere ruimte, water, bodem, milieu, natuur, landschap, verkeer en verboer, infrastructuur, sociale cohesie, sociaal domein en cultureel erfgoed. Deze onderdelen zijn in samenhang bekeken en vertaald naar de leefomgeving en de toekomst. Bijna alle aspecten in de gemeente Renkum zijn immers met elkaar verbonden.

Met het opstellen van de omgevingsvisie geeft de gemeente richting en worden de inwoners, ondernemers en maatschappelijke organisaties geïnspireerd en gemotiveerd om een bijdrage te leveren aan de uitvoering van de visie. Met elkaar bereidt de gemeente zich voor op de toekomst van onze gemeente. De omgevingsvisie wordt een dynamisch document die periodiek aangepast wordt om de relevantie ervan ook op lange termijn te behouden. Ontwikkelingen gaan zo snel dat er over sommige onderwerpen nu niet voldoende kennis is of sommige ontwikkelingen nu nog niet (volledig) te voorzien zijn.

afbeelding "i_NL.IMRO.0274.bp0195bg-on01_0064.jpg"

Visiekaart gemeentebreed uit 'Omgevingsvisie Renkum 2040'.

Conclusie

Het voorliggend plan is een beheerplan en vervangt en actualiseert de bestaande situatie en plannen en veel plannen worden letterlijk overgenomen. Daarmee is het plan in overeenstemming met de Omgevingsvisie Renkum 2040

3.4.2 Programma Wonen 2024-2028

Op 20 december 2023 is de opvolger van de Nota Wonen 2019 vastgesteld. Het betreft het 'Programma Wonen 2024-2028'. Hierin zijn een aantal thema's verwerkt.

Thema 1: Versnellen bouwopgave.

Doel is om, conform o.a. de Omgevingsvisie Renkum 2040 en de Woondeal 2.0, de woningbouw in de gemeente te versnellen door voldoende passende woningen te realiseren voor de juiste doelgroepen. Dit mede door de randvoorwaarden voor het (versneld te) kunnen bouwen te verbeteren. De opgave voor de gemeente Renkum is de realisatie van 950 woningen in de periode 2022 t/m 2030 en minimaal 100 tijdelijke woningen te bouwen. Met "versneld" wordt gedoeld dat de productie omhoog moet ten opzichte van de huidige productie.

Thema 2: Zorgen voor een passende voorraad: betaalbaar, gevarieerd en duurzaam.

Betaalbaarheid van het wonen is een belangrijk streven, ook in het kader van bestaanszekerheid voor iedereen. Het streven voor de totale nieuwbouwproductie is 75% betaalbaar, met als ondergrens de opgave uit de Woondeal 2.0 van 2/3 betaalbaar (minimaal 67% waarvan minimaal 30% in de sociale huur). Daarbij wordt in alle dorpen gewerkt aan gemengde wijken met meerdere woonvormen en een passend woningaanbod voor alle inwoners. Dit door te werken aan genoeg betaalbare, goede en passende woningen en beperking van de wachttijden voor sociale huurwoningen (door voldoende sociale huurwoningen toe te voegen en doorstroming te bevorderen).

Thema 3. Zorgen voor een thuis voor iedereen: aandachtsgroepen, wonen met zorg. 

In de woonzorgvisie (onderdeel van het programma Wonen) zijn ouderen, statushouders, uitstroom vanuit beschermd wonen en maatschappelijke opvang, arbeidsmigranten en woonwagenbewoners opgenomen als aandachtsgroepen. Bij al deze doelgroepen is er een oplopende vraag naar huisvesting (in onder meer de sociale huursector) door verschillende maatschappelijke trends. Door de schaarste op de woningmarkt is het huisvesten een flinke uitdaging. Daarnaast hebben deze doelgroepen een mate van kwetsbaarheid wat het realiseren van passende huisvesting complex maakt.

Thema 4. Zorgen voor vitale leefgemeenschappen: focus op de dorpen.

Bij leefbaarheid staan vitale leefgemeenschappen centraal. Dat betekent dat mensen elkaar kennen, bewust met elkaar samenleven en andere wijk- en dorpsgenoten ontmoeten en hun talenten inzetten voor een fijne, gezonde woon- en leefomgeving. Met een gezonde mix van inwoners en woningtypen, in wijken waar iedereen welkom is. En waar sprake is van een goede balans tussen mensen zie zelfredzaam zijn en mensen die zorg en ondersteuning nodig hebben (‘dragers’ en ‘vragers’). Wijken moeten daar fysiek op zijn ingericht, met onder meer ontmoetingsplaatsen en een veilige en toegankelijke buitenruimte met voldoende plek voor langzaam rijdend verkeer, oog voor positieve gezondheid en bewegen. De dorpse manier van samen leven in Renkum, waarin mensen met verschillende achtergronden, inkomens en leeftijden met elkaar samenleven, moet behouden blijven. Daarvoor is naast de fysieke inrichting ook de sociaal-maatschappelijke infrastructuur van de wijken van belang. Publieke voorzieningen voor iedere inwoner dichtbij en toegankelijk (sport, bewegen, muziek ontmoeting, zorg en ondersteuning).

Conclusie

Het voorliggend plan is een beheerplan en vervangt en actualiseert de bestaande situatie en plannen en veel plannen worden letterlijk overgenomen. Nieuwe (grote) woningbouwontwikkelingen zijn niet in dit plan opgenomen. Daarmee is het plan in overeenstemming met het 'Programma Wonen 2024-2028'.

3.4.3 LandschapsBasisPlan 2017

In 2017 heeft de gemeente het LandschapsBasisPlan 2017 vastgesteld. In dit plan staat de gemeentelijke visie op het gebied van natuur en landschap van de gemeente Renkum. Het plan verving het LandschapsONTWIKKELINGSplan uit 2005 waarbij het zwaartepunt lag op het ontwikkelen van het landschap. Nu is er meer behoefte aan een samenhangend en evenwichtig plan voor het buitengebied, waar niet alleen ontwikkelen van de landschappelijke waarden (en gebieden), maar ook andere aspecten en de kracht van de samenleving een rol speelt. Vandaar dat dit beleidsdocument een LandschapsBasisPlan heet (LBP).

Het landschap heeft duidelijk herkenbare en karakteristieke eigenschappen; anderzijds is het landschap in de loop van de decennia ook aangetast. Er blijft ook altijd het risico dat nieuwe initiatieven het gebied onder druk zetten, echter zijn zeker niet al deze ontwikkelingen negatief. Het LBP gaat uit van twee strategieën:

  • 1. Verbindend Landschap;
  • 2. Behoud door ontwikkeling.

Nieuwe ontwikkelingen dragen bij aan het behoud en de versterking van de karakteristieke waarden in het Renkumse landschap. Dit is enerzijds het kader waarbinnen nieuwe ontwikkelingen kunnen plaatsvinden. Anderzijds is het landschap vaak afhankelijk van nieuwe ontwikkelingen, omdat daarmee een economische basis wordt gelegd, waardoor andere delen van het landschap beter behouden, of zelfs versterkt kunnen worden. Zonder deze ontwikkelingen ligt verwaarlozing van de landschapsonderdelen op de loer.

Het Landschap van Renkum is sterk verbindend - op veel manieren. Dat geldt in ecologisch opzicht: De Renkumse Poort als ecologische verbinding tussen de hoge droge Veluwe en de vochtige voedselrijke uiterwaarden is voor steeds meer dier- en plantensoorten een steeds betere verbinding. Met name de bosgebieden, de heideterreinen en beekdalen spelen daarin een belangrijke rol.

Maar het geldt ook in menselijk opzicht: Mensen verbinden zich meer met natuur en landschap. Het het landschap van de gemeente Renkum verbindt mensen met elkaar: Het landschap is beleefbaar. Mensen trekken er op uit om te ontspannen, te bewegen en elkaar te ontmoeten. Dat doen ze individueel, samen, of in het kader van vrijwilligersactiviteiten. Vrijwilligerswerk in het landschap heeft vele voordelen: voor de mensen zelf, voor het landschap en voor andere mensen die genieten van het resultaat.

Maar ook in economisch opzicht werkt het Renkumse landschap verbindend: mensen komen hier wonen, werken en recreëren omdat ze een verbondenheid voelen met het landschap. Daarmee is het Renkumse landschap een Unique Selling Point van de gemeente.

Deze strategie wil de gemeente in de looptijd van het LandschapsBasisplan zoveel mogelijk toepassen en benutten. Soms zal dat kaderstellend zijn en star waar het moet. Maar veel meer wil de gemeente daarmee flexibel en stimulerend zijn waar dat kan. Dat betekent dat aan dit plan minder dan voorheen een 'starre' lijst met projecten hangt om deze visie uit te voeren. De gemeente wil juist veel beter, flexibeler en sneller inspelen op behoeften en initiatieven uit de samenleving. Het doel daarvan is dat het landschap daar sterker van wordt en dat meer mensen daar meer van kunnen genieten.

afbeelding "i_NL.IMRO.0274.bp0195bg-on01_0065.png"

Landschapsbasisplan 2017

Conclusie

Het voorliggend plan is een beheerplan en vervangt en actualiseert de bestaande situatie en plannen en veel plannen worden letterlijk overgenomen. De waardevolle landschappen blijven beschermd en worden door de actualisatie met meer heldere regels beschermd. Deze bescherming is opgenomen in onder andere de bestemmingen 'Natuur', 'Bos', 'Groen - Park', 'Groen - Landschap' en 'Agrarisch met warde - Landschap'. Deze gronden zijn daarmee naast de reguliere bestemming tevens bestemd voor het behoud, herstel en ontwikkeling van deze landschappelijke waarden. Het plan past daarmee binnen de uitgangspunten van het LandschapsBasisplan 2017

3.4.4 Beleidsnotitie Bed and Breakfast

In 2010 heeft de gemeente de Beleidsnotitie Bed and Breakfast opgesteld. De gemeente stelt zich in principe welwillend op bij dergelijke initiatieven. Echter bleek in de praktijk dat het realiseren van een Bed and Breakfast (B&B) vaak op planologische problemen stuitte. In deze notitie zijn beleidsregels opgesteld, waaruit blijkt in welke gevallen de gemeente bereid is om af te wijken van het bestemmingsplan ten behoeve van een B&B en welke voorwaarden hiervoor gelden. Voorkomen dient te worden dat er ongewenste vormen ontstaan waarbij een B&B verwordt tot een regulier hotel of pension en/of dat er overlast van de functie op de omgeving ontstaat. Om dit te waarborgen zijn in deze notitie voorwaarden opgesteld waar een initiatief voor een B&B aan moet voldoen. In toekomstige bestemmingsplannen zal realisatie van een B&B mogelijk worden gemaakt middels een afwijkingsmogelijkheid waarbij de voorwaarden uit deze beleidsnotitie worden opgenomen.

Conclusie

In het bestemmingsplan is, net als in de dorpse nieuwe (digitale) bestemmingsplannen (waarvan er ook een paar in dit plan zijn overgenomen), een afwijkingsbevoegdheid opgenomen waarmee een B&B kan worden toegestaan binnen/bij een (bedrijfs)woning. Daarmee wordt de planologische mogelijkheid gecreëerd om hieraan mee te kunnen werken en daarmee wordt een grondslag geboden om gebruik te maken van de voorwaarden uit de beleidsnotitie. Het bestemmingsplan is daarmee in overeenstemming met deze beleidsnotitie.

Hoofdstuk 4 Uitvoerbaarheid

4.1 Inleiding

In het kader van het bestemmingsplan dient de uitvoerbaarheid van het plan te worden aangetoond ten aanzien van verschillende sectorale aspecten, zoals bodem, lucht, geluid, water en archeologie en cultuurhistorie.

4.2 Milieueffectrapportage

Algemeen

De milieueffectrapportage (m.e.r.) is een hulpmiddel om bij diverse procedures het milieubelang een volwaardige plaats in de besluitvorming te geven. Een m.e.r. is verplicht bij de voorbereiding van plannen en besluiten van de overheid over initiatieven en activiteiten van publieke en private partijen die belangrijke nadelige gevolgen voor het milieu kunnen hebben. De m.e.r. is wettelijk verankerd in hoofdstuk 7 van de Wet milieubeheer en het Besluit m.e.r.

In de bijlage van het Besluit m.e.r zijn twee onderdelen (C en D) opgenomen. In onderdeel C zijn activiteiten genoemd waarbij direct sprake is van een m.e.r.-plicht als bij besluiten de genoemde drempelwaarden worden overschreden. Voor de activiteiten die zijn genoemd in onderdeel D geldt dat als de drempelwaarden worden overschreden een m.e.r.-beoordeling dient plaats te vinden. Voor besluiten met een omvang onder de drempelwaarden moet een zogenaamde vormvrije m.e.r.-beoordeling worden gedaan.

Het bevoegd gezag (het college van burgemeester en wethouders of de gemeenteraad) moet voorafgaande aan het besluit inzake het plan formeel de beslissing nemen of, vanwege de belangrijke nadelige gevolgen die de activiteit mogelijk voor het milieu kan hebben, een m.e.r. moet worden doorlopen. Het bevoegd gezag kan dit besluit nemen aan de hand van een 'aanmeldingsnotitie'. Het uiteindelijke besluit dient als bijlage bij de stukken van het ruimtelijke plan worden gevoegd.

Voor plannen en activiteiten, die mogelijk belangrijke nadelige gevolgen hebben voor het milieu, kan het noodzakelijk zijn dat een milieueffectrapport wordt opgesteld. In hoofdstuk 7 van de Wet milieubeheer en in het Besluit milieueffectrapportage is dit geregeld. Er is een m.e.r.-plicht voor plannen (planMER) en een m.e.r.-plicht voor besluiten. Een plan is plan-m.e.r.-plichtig als het plan kaders stelt voor m.e.r.-plichtige activiteiten. Bij de aanleg, wijziging of uitbreiding van woningbouw kan sprake zijn van een stedelijk ontwikkelingsproject, zoals aangegeven in D 11.2, kolom 1, in gevallen waarin de activiteit betrekking heeft op:

  • 1. een oppervlakte van 100 hectare of meer;
  • 2. een aaneengesloten gebied en 2000 of meer woningen omvat; of
  • 3. een bedrijfsvloeroppervlakte van 200.000 m2 of meer.

De drempelwaarden in het Besluit m.e.r. (kolom 2-'gevallen' in de D-lijst) zijn gebaseerd op algemene kenmerken van een activiteit en een globale aanname dat bij gevallen onder de drempelwaarde geen belangrijke nadelige milieugevolgen zullen optreden. Dat hoeft echter niet altijd het geval te zijn: in bepaalde gevallen kan een activiteit met een kleinere omvang wel degelijk belangrijke nadelige milieugevolgen hebben.

Toetsing

Het voorliggend plan is een beheerplan en vervangt en actualiseert de bestaande situatie en plannen en veel plannen worden letterlijk overgenomen. Nieuwe (grote) (woning)bouwontwikkelingen zijn niet in dit plan opgenomen. De conclusie is dan ook dat belangrijke nadelige milieugevolgen zijn uitgesloten. Het volgen van een m.e.r.-(beoordelings-) procedure is daarom niet nodig.

Conclusie

Voor het voorliggend bestemmingsplan is geen milieueffectrapportage nodig.

4.3 Bodem

Algemeen

In het kader van het bestemmingsplan moet zijn aangetoond dat de bodem en het grondwater geschikt zijn voor het beoogde gebruik. Hiertoe is voor nieuwe (grote) ontwikkelingen het uitvoeren van een verkennend milieukundig bodem- en grondwateronderzoek noodzakelijk.

Toetsing

Het voorliggend plan is een beheerplan en vervangt en actualiseert de bestaande situatie en plannen en veel plannen worden letterlijk overgenomen. Nieuwe (grote) (woning)bouwontwikkelingen zijn niet in dit plan opgenomen. Daarom is er geen onderzoek noodzakelijk.

Conclusie

Het aspect bodem vormt geen belemmering voor de uitvoerbaarheid van voorliggend plan.

4.4 Geluid

Algemeen

De mate waarin het geluid onder andere het woonmilieu mag belasten, is geregeld in de Wet geluidhinder (Wgh). In het bestemmingsplan moet volgens de Wgh worden aangetoond dat gevoelige functies, zoals een woning, een aanvaardbare geluidsbelasting hebben als gevolg van omliggende (spoor)wegen en industrieterreinen. Indien nieuwe geluidsgevoelige functies worden toegestaan, stelt de Wgh de verplichting akoestisch onderzoek te verrichten naar de geluidsbelasting ten gevolge van omliggende (spoor)wegen en industrieterreinen.

Toetsing

Het voorliggend plan is een beheerplan en vervangt en actualiseert de bestaande situatie en plannen en veel plannen worden letterlijk overgenomen. Nieuwe (grote) (woning)bouwontwikkelingen zijn niet in dit plan opgenomen. Met voorliggend plan is geen sprake van de realisatie van nieuwe geluidgevoelige functies. Daarom is geen onderzoek noodzakelijk.

Conclusie

Het aspect geluid vormt geen belemmering voor de uitvoerbaarheid van voorliggend plan.

4.5 Luchtkwaliteit

Algemeen

Eisen met betrekking tot luchtkwaliteit zijn verankerd in de Wet milieubeheer hoofdstuk 5, titel 5.2 en vormen een implementatie van diverse Europese richtlijnen omtrent luchtkwaliteit waarin onder andere grenswaarden voor vervuilende stoffen in de buitenlucht zijn vastgesteld ter bescherming van mens en milieu. In Nederland zijn stikstofdioxide (NO2) en zwevende deeltjes als PM10 (fijn stof) de maatgevende stoffen waar de concentratieniveaus het dichtst bij de grenswaarden liggen. Overschrijdingen van de grenswaarden komen, uitzonderlijke situaties daargelaten, bij andere stoffen niet voor. Vanaf 1 januari 2015 dient het bevoegd gezag de luchtkwaliteit ook te toetsen aan de grenswaarde voor PM2,5. Op basis van onderzoek door het Planbureau voor de Leefomgeving kan worden gesteld dat als aan de grenswaarden voor PM10 wordt voldaan, ook aan de grenswaarde voor PM2,5 wordt voldaan.

Hoewel de luchtkwaliteit de afgelopen jaren flink is verbeterd kan Nederland niet voldoen aan de luchtkwaliteitseisen die in 2010 van kracht zijn geworden. De EU heeft Nederland derogatie (uitstel) verleend op grond van het Nationaal Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit (NSL). De derogatiebeschikking van de EU is in 2015 verlopen. De NSL is na 2015 twee maal verlengd en betreft een gemeenschappelijke aanpak van het Rijk en diverse regio's om samen te werken aan een schonere lucht waarbij ruimte wordt geboden aan noodzakelijke ruimtelijke ontwikkelingen. Plannen die in betekenende mate bijdragen aan luchtverontreiniging worden opgenomen in een gebiedsgericht programma van het NSL. Het maatregelenpakket in het NSL is hiermee in evenwicht en zodanig dat op termijn de luchtkwaliteit in heel Nederland onder de grenswaarden ligt. Doordat de derogatiebeschikking van de EU na 2015 niet is verlengd, dient Nederland overigens op dit moment te voldoen aan de Europese luchtkwaliteitsnormen. Plannen die 'niet in betekenende mate' (NIBM) bijdragen aan luchtverontreiniging hoeven niet langer individueel getoetst te worden aan de Europese grenswaarden aangezien deze niet leiden tot een significante verslechtering van de luchtkwaliteit. Deze grens is in de AMvB NIBM gelegd bij 3% van de grenswaarde van een stof: Voor NO2 en PM10 betekent dit dat aannemelijk moeten worden gemaakt dat het plan tot maximaal 1,2 µg/m3 verslechtering leidt. Voor een aantal functies (o.a. woningen, kantoren, tuin- en akkerbouw) is dit gekwantificeerd in de ministeriële regeling NIBM.

Uit het oogpunt van een goede ruimtelijke ordening wordt afgewogen of het aanvaardbaar is het project op deze plaats te realiseren. Hierbij kan de blootstelling aan luchtverontreiniging een rol spelen, ook als het project 'niet in betekenende mate' bijdraagt aan de luchtverontreiniging. Er is sprake van een significante blootstellingsduur als de verblijfsduur die gemiddeld bij de functie te verwachten is een aanzienlijk deel van de dag betreft. Volgens de toelichting op de Regeling Beoordeling luchtkwaliteit is dit onder andere het geval bij een woning, school of sportterrein.

Gevoelige bestemmingen als scholen, kinderdagverblijven, bejaarden- en zorgtehuizen genieten op grond van de gelijknamige AMvB extra bescherming. Substantiële uitbreiding of nieuwsvestiging binnen 50 meter van een provinciale weg of 300 meter van een Rijksweg is alleen toegestaan als de concentraties luchtvervuilende stoffen zich onder de grenswaarden bevinden waardoor geen onacceptabele gezondheidsrisico's optreden.

Toetsing

Het voorliggend plan is een beheerplan en vervangt en actualiseert de bestaande situatie en plannen en veel plannen worden letterlijk overgenomen. Nieuwe (grote) (woning)bouwontwikkelingen zijn niet in dit plan opgenomen. Vanuit zowel de Wet milieubeheer als vanuit een goede ruimtelijke ordening vormt het plan op het gebied van luchtkwaliteit daarom geen belemmering.

Conclusie

Het aspect luchtkwaliteit vormt geen belemmering voor de uitvoering van dit plan.

4.6 Bedrijven en milieuzonering

Algemeen

Indien door middel van een ruimtelijke ontwikkeling nieuwe, gevoelige functies mogelijk worden gemaakt, moet worden aangetoond dat een goed leefmilieu mogelijk kan worden gemaakt. Hierbij moet rekening worden gehouden met omliggende functies met een milieuzone. Anderzijds mogen omliggende bedrijven niet in hun ontwikkelingsmogelijkheden worden aangetast door de realisatie van een nieuwe gevoelige functie.

Wat betreft de aanbevolen richtafstanden tussen bedrijvigheid en gevoelige functies is de VNG publicatie 'Bedrijven en Milieuzonering' (2009) als leidraad voor milieuzonering gebruikt. In de VNG-publicatie zijn richtafstanden voor diverse omgevings- en gebiedstypen opgenomen. Het gaat onder andere om de volgende omgevings- en gebiedstypen: 'rustige woonwijk', 'rustig buitengebied' en 'gemengd gebied'.

In een rustige woonwijk en een rustig buitengebied komen vrijwel geen andere functies dan de woonfunctie voor. Gemengde gebieden betreffen gebieden die langs hoofdinfrastructuur liggen en/of gebieden met matige tot sterke functiemenging. In een dergelijk gebied komen direct naast woningen andere functies voor, zoals winkels, maatschappelijke voorzieningenhoreca en kleine bedrijven. Ook lintbebouwing in het buitengebied met overwegend agrarische en andere bedrijvigheid kan als gemengd gebied worden beschouwd. Voor gemengde gebieden kunnen de richtafstanden worden verminderd. De afstand wordt gemeten vanaf het op de verbeelding aangeduide deel voor de bedrijfsmatige activiteit tot aan de gevel van nieuwe of bestaande gevoelige functies gelegen buiten betreffend perceel.

Toetsing

Het voorliggend plan is een beheerplan en vervangt en actualiseert de bestaande situatie en plannen en veel plannen worden letterlijk overgenomen. Nieuwe (grote) (woning)bouwontwikkelingen zijn niet in dit plan opgenomen.

Conclusie

Het aspect bedrijven en milieuzonering vormt geen belemmering voor de uitvoerbaarheid van onderhavig plan.

4.7 Externe veiligheid

Algemeen

Het beleid voor externe veiligheid is gericht op het verminderen en beheersen van risico's van zware ongevallen met gevaarlijke stoffen in inrichtingen en tijdens het transport ervan. Op basis van de criteria zoals onder andere gesteld in het Besluit externe veiligheid inrichtingen (Bevi) worden bedrijven en activiteiten geselecteerd die een risico op zware ongevallen met zich mee (kunnen) brengen. Daarbij gaat het vooral om de grote chemische bedrijven, maar ook om kleinere bedrijven als LPG-tankstations en opslagen van bestrijdingsmiddelen. Daarnaast zijn (hoofd)transportassen voor gevaarlijke stoffen, zoals buisleidingen, spoor-, auto-, en waterwegen, ook als potentiële gevarenbron aangemerkt.

Het externe veiligheidsbeleid heeft tot doel zowel individuele burgers als groepen burgers een minimum beschermingsniveau te bieden tegen een ongeval met gevaarlijke stoffen. Om dit doel te bereiken zijn gemeenten en provincies verplicht om bij besluitvorming in het kader van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo), de Wet milieubeheer en de Wet op de ruimtelijke ordening de invloed van een risicobron op zijn omgeving te beoordelen. Daartoe wordt binnen het werkveld van de externe veiligheid veelal het plaatsgebonden risico (PR) en het groepsrisico (GR) gehanteerd.

Het plaatsgebonden risico is de kans dat een persoon die zich gedurende een jaar onafgebroken onbeschermd op een bepaalde plaats bevindt, overlijdt als gevolg van een ongeval met gevaarlijke stoffen. Dit risico wordt per bedrijf en transportas vastgelegd in contouren. Er geldt een contour waarbinnen deze kans 1x10-6 (één op de miljoen) bedraagt.

Het groepsrisico is een berekening van de kans dat een groep personen binnen een bepaald gebied overlijdt ten gevolge van een ongeval met gevaarlijke stoffen. De oriëntatiewaarde geeft hierbij de indicatie van een aanvaardbaar groepsrisico. Indien een ontwikkeling is gepland in de nabijheid van een risicobron geldt afhankelijk van de ontwikkeling een verantwoordingsplicht voor het toelaten van gevoelige functies.

Besluit externe veiligheid inrichtingen (Bevi)

Voor bepaalde risicovolle bedrijven geldt het Besluit externe veiligheid inrichtingen en Regeling externe veiligheid inrichtingen (Bevi en Revi). Hierin zijn de risiconormen voor externe veiligheid met betrekking tot bedrijven met gevaarlijke stoffen wettelijk vastgelegd.

Circulaire effectafstanden LPG-tankstations

In de circulaire is de effectbenadering uitgewerkt voor LPG-tankstations. In beginsel zijn geen (beperkt) kwetsbare objecten binnen een effectafstand van 60 meter en geen zeer kwetsbare objecten binnen een effectafstand van 160 meter toegestaan. Naast de circulaire blijft ook de toetsing aan het Bevi noodzakelijk.

Transport van gevaarlijke stoffen (water, spoor, weg)

Voor de beoordeling van de risico's vanwege transport van gevaarlijke stoffen geldt het Besluit externe veiligheid transportroutes (Bevt en basisnet), met als uitvloeisel het zogeheten Basisnet en de bijbehorende regeling Basisnet.

Transport van gevaarlijke stoffen door buisleidingen

Voor de beoordeling van de risico's van transport van gevaarlijke stoffen door buisleidingen geldt het Besluit externe veiligheid buisleidingen (Bevb en Revb). Naast de toetsing aan het plaatsgebonden risico en het groepsrisico is hierin vastgelegd dat aan weerszijden van een buisleiding een bebouwingsvrije afstand moet worden aangehouden voor beheer en onderhoud aan de buisleidingen.

Toetsing

Het voorliggend plan is een beheerplan en vervangt en actualiseert de bestaande situatie en plannen en veel plannen worden letterlijk overgenomen. Nieuwe (grote) (woning)bouwontwikkelingen zijn niet in dit plan opgenomen. De bestaande buisleidingen en lpg-stations zijn opgenomen in het plan en hebben wederom de daarvoor bestemde beschermingszones gekregen.

Conclusie

Het aspect externe veiligheid vormt geen belemmering voor de uitvoerbaarheid van dit plan.

4.8 Water

Het Besluit ruimtelijke ordening (Bro) stelt een watertoets in ruimtelijke plannen verplicht. In deze waterparagraaf worden de effecten van de ruimtelijke ontwikkeling afgewogen.

Rijksbeleid – Het Nationaal Waterprogramma 2022-2027

Het Nationaal Waterprogramma 2022-2027 is op 18 maart 2022 vastgesteld. Het Nationaal Waterplan geeft de hoofdlijnen, principes en richting van het nationale waterbeleid in de planperiode 2022-2027, met een vooruitblik richting 2050. Het kabinet speelt proactief in op de verwachte klimaatveranderingen op lange termijn, om overstromingen te voorkomen.

In het Nationaal Waterprogramma 2022-2027 worden allereerst de nationale belangen opgesomd:

  • waarborgen van de waterveiligheid en de klimaatbestendigheid (inclusief vitale infrastructuur voor water en mobiliteit);
  • waarborgen van een goede waterkwaliteit, duurzame drinkwatervoorziening en voldoende beschikbaarheid van zoetwater;
  • waarborgen en realiseren van een veilig, robuust en duurzaam mobiliteitssysteem;
  • in stand houden en ontwikkelen van de hoofdinfrastructuur voor mobiliteit;
  • realiseren van een betrouwbare, betaalbare en veilige energievoorziening die in 2050 CO2arm is, en de daarbij benodigde hoofdinfrastructuur;
  • verbeteren en beschermen van natuur en biodiversiteit;
  • behouden en versterken van cultureel erfgoed en landschappelijke en natuurlijke kwaliteiten van (inter)nationaal belang.

Deze nationale belangen worden aangevuld met drie hoofdambities:

  • 1. Een veilige en klimaatbestendige delta: Naast bescherming tegen overstromingen is de ambitie dat Nederland in 2050 klimaatbestendig en waterrobuust ingericht is. In het Deltaprogramma is afgesproken dat overheden stresstesten uitvoeren om de risico's in kaart te brengen en een adaptatiestrategie met een uitvoeringsprogramma opstellen
  • 2. Een concurrerende, duurzame en circulaire delta: een goede zoetwatervoorziening is van groot belang voor de economie. Nederland moet in 2050 weerbaar zijn tegen zoetwatertekorten. Daarom werkt het Rijk in de planperiode van het NWP samen met de zoetwaterregio's en de gebruikers aan maatregelen om ervoor te zorgen dat Nederland ook in droge perioden over voldoende zoetwater beschikt voor bijvoorbeeld landbouw, natuur, historisch groen, industrie en scheepvaart.
  • 3. Een schone en gezonde delta met hoogwaardige natuur: Het Rijk werkt aan schoon en ecologisch gezond (grond)water voor duurzaam gebruik en een leefomgeving van hoge kwaliteit. In de planperiode van het NWP wordt gewerkt aan structurele vermindering van lozingen en verspreiding van opkomende stoffen, onder andere via het Actieprogramma PFAS in water. Het beleid voor grondwaterkwaliteit is erop gericht verontreiniging van bodem en grondwater zo veel mogelijk te voorkomen.

De wateropgaven staan niet op zichzelf; een integrale aanpak met andere opgaven in de fysieke leefomgeving, zoals de energietransitie, de woningbouw, herstel natuur en de landbouwtransitie is noodzakelijk.

Daarnaast hebben de vijf volgende thema's een centrale rol in dit waterprogramma:

  • 1. Klimaatadaptatie;
  • 2. Waterveiligheid;
  • 3. Zoetwater;
  • 4. Grondwater;
  • 5. Scheepvaart.

Een integrale aanpak van samenhangende nationale en regionale opgaven vereist een gebiedsgerichte aanpak. Daarom zijn voor de rijkswateren in dit Nationaal Waterprogramma gebiedsgerichte uitwerkingen opgenomen. Het gaat om de Noordzee, de Zuidwestelijke Delta, de Rijn-Maasmonding, de grote rivieren, het IJsselmeergebied, de Waddenzee en Eems-Dollard en de Kanalen in het beheer van het Rijk. Deze zijn verbonden met de diverse gebiedsgerichte programma's en uitwerkingen onder het Nationaal Waterprogramma, zoals de Gebiedsagenda's Grote Wateren. Voor de overige wateren van Nederland wordt in andere programma's de gebiedsgerichte uitwerking van het waterbeleid meegenomen. In de eerste plaats in de Omgevingsagenda's onder de Nationale Omgevingsvisie (NOVI).

Provinciaal beleid – Omgevingsvisie Gaaf Gelderland

Op 19 december 2018 hebben Provinciale Staten de Omgevingsvisie Gaaf Gelderland vastgesteld. De hoofdzaken van het provinciaal beleid voor water zijn gericht op een veerkrachtig en duurzaam water- en bodemsysteem. Dit systeem bestaat uit bodem en ondergrond, grondwater en oppervlaktewater en is duurzaam als het ook in de toekomst kan blijven functioneren en in stand kan worden gehouden tegen maatschappelijk aanvaardbare kosten.

De provincie onderschrijft de ambitie van de Europese Kaderrichtlijn Water dat uiterlijk in 2027 het grond- en oppervlaktewater in Europa schoon en ecologisch gezond moet zijn en dat er voldoende water is voor duurzaam gebruik en voert deze uit. De beschermde gebieden voor grondwater, waterberging, de Kaderrichtlijn Water en Natura 2000 zijn leidend bij de uitwerking van dit beleid in programma's of in kaders in de verordening. Er worden condities gesteld voor effectief en zuinig gebruik van drinkwater, speciale waterecologie (Hoogst Ecologisch Niveau wateren en Specifiek Ecologische Doelstelling wateren), (grond)waterafhankelijke landnatuur plus de beschermingszones natte landnatuur en grondwateronttrekkingen voor drinkwater en industrie, groter dan 150.000 m3/jaar.

De provincie stelt via uitvoerend beleid de doelen voor de regionale wateren voor de Kaderrichtlijn Water vast en geeft daarbij ook invulling aan de voorzieningenniveaus. Met de Gelderse waterschappen en de landbouw geeft de provincie invulling aan het vasthouden van water in de bodem, het grondwater en de haarvaten van het watersysteem. Bescherming tegen overstromingen vindt primair plaats op basis van preventie, waar nodig aangevuld met maatregelen in de ruimtelijke ordening en evacuatie. Deze bescherming gebeurt bij voorkeur in combinatie met het ontwikkelen en versterken van karakteristieke riviernatuur in Natura 2000-gebieden.

Waterschapsbeleid – Blauw Omgevingsprogramma 2022-2027 Vallei en Veluwe

Op 22 november 2021 is het blauw omgevingsprogramma (BOP) van waterschap Vallei en Veluwe vastgesteld. In dit plan is beschreven welke doelstellingen het waterschap nastreeft in de periode 2022-2027 en hoe zij die doelstellingen wil gaan halen.

Het waterbeheerplan is uitgewerkt in de volgende vier programma's:

  • Waterveiligheid: Het programma 'Waterveiligheid' draait om de bescherming tegen overstromingen vanuit het primaire en het regionale watersysteem.
  • Watersysteem: Dit programma draait om een goed functionerend watersysteem s: klimaatbestendig, robuust, veerkrachtig en stuurbaar. Daarbij let het waterschap onder ander op kwaliteit van het water en de verbinding met andere instellingen.
  • Wonen en zuiveren: In het programma 'Wonen en zuiveren' speelt het zuiveren van afvalwater een centrale rol. Verder vormt een waterinclusieve bebouwde omgeving een speerpunt.
  • Circulaire economie: Afvalvermindering, slim hergebruik en optimalisatie van de verschillende installaties zijn voorbeelden van opgaven.
  • Energietransitie: Het waterschap wil een proactieve rol innemen in de energietransitie. Dat vraagt om een duurzame opwekking van de energie of het tegengaan van verspilling in de processen. 

Toetsing

Het voorliggend plan is een beheerplan en vervangt en actualiseert de bestaande situatie en plannen en veel plannen worden letterlijk overgenomen. Nieuwe (grote) (woning)bouwontwikkelingen zijn niet in dit plan opgenomen.

Conclusie

Het aspect water vormt geen belemmering voor de uitvoerbaarheid van het plan.

4.9 Archeologie en cultuurhistorie

Algemeen

Door ondertekening van het verdrag van Valletta (1992) heeft Nederland zich verplicht om bij ruimtelijke planvorming nadrukkelijk rekening te houden met het niet-zichtbare deel van cultuurhistorisch erfgoed, te weten de archeologische waarden. In de Erfgoedwet is geregeld hoe met in de grond aanwezige dan wel te verwachten archeologische waarden moet worden omgegaan. Het streven is om deze belangen tijdig bij het plan te betrekken. Bij ingrepen waarbij de ondergrond wordt geroerd, dient te worden aangetoond dat de eventueel aanwezige archeologische waarden niet worden aangetast.

Toetsing

Het voorliggend plan is een beheerplan en vervangt en actualiseert de bestaande situatie en plannen en veel plannen worden letterlijk overgenomen. Nieuwe (grote) (woning)bouwontwikkelingen zijn niet in dit plan opgenomen. Onderzoek is daarom niet nodig. daarnaast zijn net als voorheen de dubbelbestemmingen voor archeologie opgenomen in de regels en op de verbeelding. Daarmee wordt geborgd dat wanneer er ooit gebouwd / gegraven gaat worden er vanwege die dubbelbestemming geregeld is dat er mogelijk archeologisch onderzoek verricht moet worden.

Conclusie

Het aspect water vormt geen belemmering voor de uitvoerbaarheid van het plan. Het voorliggend plan is een beheerplan en vervangt en actualiseert de bestaande situatie en plannen en veel plannen worden letterlijk overgenomen. Nieuwe (grote) (woning)bouwontwikkelingen zijn niet in dit plan opgenomen.

4.10 Cultuurhistorie

Algemeen

Op grond van artikel 3.1.6, vijfde lid, onderdeel a van het Besluit ruimtelijke ordening (Bro) moeten naast de in de grond aanwezige of te verwachten monumenten ook cultuurhistorische waarden worden meegewogen bij het vaststellen van bestemmingsplannen.

Toetsing

Het voorliggend plan is een beheerplan en vervangt en actualiseert de bestaande situatie en plannen en veel plannen worden letterlijk overgenomen. Nieuwe (grote) (woning)bouwontwikkelingen zijn niet in dit plan opgenomen. Daarmee zorgt het bestemmingsplan niet voor eventuele aantasting van aanwezige cultuurhistorische waarden.

Conclusie

Het aspect cultuurhistorie vormt geen belemmering voor de uitvoerbaarheid van onderhavig plan.

4.11 Natuurwaarden

4.11.1 Wet natuurbescherming

Algemeen

Sinds 1 januari 2017 is de Wet natuurbescherming (Wnb) van kracht. Deze vervangt de Natuurbeschermingswet 1998, de Boswet en de Flora- en Faunawet en omvat de natuurbescherming van bepaalde natuurgebieden (natura 2000-gebieden), dier- en plantensoorten en de Nederlandse bossen. Daarnaast is de gebiedsbescherming vastgelegd in provinciale verordeningen, waaronder de bescherming van Natuurnetwerk Nederland. Bij elke ruimtelijke ontwikkeling moet worden nagegaan of als gevolg van de ontwikkeling sprake is van overtreding van de geldende natuurwet- en regelgeving. Hierbij moet worden aangetoond dat van een negatief effect op beschermde natuurgebieden en -soorten geen sprake is of dat daarvoor een vergunning of ontheffing kan worden verkregen.

In de Wnb zijn de Europese vogel- en habitatrichtlijn geïmplementeerd. Op basis van deze wet worden de Natura 2000-gebieden aangewezen en de instandhoudingsdoel-stellingen voor te beschermen soorten en/ of habitats in deze gebieden vastgesteld. Het is verboden om zonder vergunning projecten of andere handelingen te realiseren of te verrichten die, gelet op de instandhoudingsdoelstelling van een Natura 2000-gebied, de kwaliteit van de natuurlijke habitats en de habitats van soorten kunnen ver-slechteren, of een significant verstorend effect kunnen hebben op de soorten waar-voor het gebied is aangewezen. Bij Natura 2000-gebieden de externe werking van een ingreep op het beschermde gebied en de aanwezige waarden getoetst te worden. De afstand van de externe werking is afhankelijk van de ingreep. Als er sprake is van ingrepen die een (significant) effect hebben op het betreffende beschermde gebied zal er een vergunning moeten worden aangevraagd bij het bevoegd gezag.

Binnen het grondgebied van de gemeente Renkum liggen twee Natura 2000-gebieden. In het zuiden ligt het Natura 2000-gebied Rijntakken (lichtblauw aangegeven op de navolgende kaart). De rest van het buitengebied is voor een groot deel onderdeel van het Natura 2000-gebied Veluwe (lichtgroen aangegeven op de navolgende kaart).

afbeelding "i_NL.IMRO.0274.bp0195bg-on01_0066.png"

Natura 2000-gebieden in het invloedsgebied van de gemeente Renkum (bron: calculator.aerius.nl)

Toetsing

Het voorliggend plan is een beheerplan en vervangt en actualiseert de bestaande situatie en plannen en veel plannen worden letterlijk overgenomen. Nieuwe (grote) (woning)bouwontwikkelingen zijn niet in dit plan opgenomen.

Conclusie

Het voorliggend plan is een beheerplan en vervangt en actualiseert de bestaande situatie en plannen en veel plannen worden letterlijk overgenomen. Nieuwe (grote) (woning)bouwontwikkelingen zijn niet in dit plan opgenomen.

Het aspect natuur vormt geen belemmering voor de uitvoerbaarheid van het plan.

4.12 Explosieven

Algemeen

Tijdens de Tweede Wereldoorlog hebben er oorlogshandelingen plaatsgevonden in Renkum. Gezien het voorgaande is de kans aanwezig dat er zich binnen het plangebied nog niet-gesprongen explosieven bevinden. Bij de aanlegwerkzaamheden c.q. grondroerende activiteiten is er een risico dat op resten van explosieven wordt gestuit. Dit aspect verdient om die reden nadere aandacht.

Toetsing

Het voorliggend plan is een beheerplan en vervangt en actualiseert de bestaande situatie en plannen en veel plannen worden letterlijk overgenomen. Nieuwe (grote) (woning)bouwontwikkelingen zijn niet in dit plan opgenomen. Onderzoek is daarom niet nodig.

Conclusie

Met inachtneming dat voorafgaand aan de werkzaamheden het aanvullend onderzoek wordt uitgevoerd, vormt het aspect explosieven geen belemmering voor de uitvoerbaarheid van voorliggend plan.

 

4.13 Verkeer en parkeren

Toetsing

Het voorliggend plan is een beheerplan en vervangt en actualiseert de bestaande situatie en plannen en veel plannen worden letterlijk overgenomen. Nieuwe (grote) (woning)bouwontwikkelingen zijn niet in dit plan opgenomen. In het bestemmingsplan is een regeling opgenomen die verwijst naar het gemeentelijk parkeerbeleid in de vorm van de 'Parkeernota 2014-2020' (vastgesteld op 26 februari 2014) of de opvolger daarvan. Daarmee wordt geborgd dat er voldoende parkeergelegenheid op eigen terrein moet zijn en in stand worden gehouden.

Conclusie

De aspecten verkeer en parkeren vormen geen belemmering voor de uitvoerbaarheid van onderhavig plan.

4.14 Kabels en leidingen

Het voorliggend plan is een beheerplan en vervangt en actualiseert de bestaande situatie en plannen en veel plannen worden letterlijk overgenomen. Nieuwe (grote) (woning)bouwontwikkelingen zijn niet in dit plan opgenomen. De (belangen van de) bestaande leidingen en kabels worden daardoor niet aangetast.

4.15 Economische uitvoerbaarheid

Voorliggend bestemmingsplan is beheermatig en actualiserend van aard. De uitvoering van het bestemmingsplan brengt geen kosten met zich mee. Een onderbouwing van de economische uitvoerbaarheid kan achterwege gelaten worden.

Hoofdstuk 5 Juridische planopzet

5.1 Algemeen

5.1.1 Wat is een bestemmingsplan?

Het gemeentelijke bestemmingsplan is een middel waarmee functies aan gronden worden toegekend. Het gaat dus om het toekennen van gebruiksmogelijkheden. Vanuit de Wet ruimtelijke ordening volgt een belangrijk principe: het gaat om toelatingsplanologie. Het wordt de grondgebruiker (eigenaar, huurder etc.) toegestaan om de functie die het bestemmingsplan geeft uit te oefenen. Dit houdt in dat:

  • 1. de grondgebruiker niet kan worden verplicht om een in het bestemmingsplan aangewezen bestemming ook daadwerkelijk te realiseren, en
  • 2. de grondgebruiker geen andere functie mag uitoefenen in strijd met de gegeven bestemming (het overgangsrecht is hierbij mede van belang).

Een afgeleide van de gebruiksregels in het bestemmingsplan zijn regels voor bebouwing (voorheen: bouwvergunning) en regels voor het verrichten van 'werken' (voorheen: aanlegvergunning).

Een bestemmingsplan regelt derhalve:

  • het toegestane gebruik van gronden (en de bouwwerken en gebouwen);

en een bestemmingsplan kan daarbij regels geven voor:

  • het bebouwen van de gronden;
  • het verrichten van werken (aanleggen).

Het bestemmingsplan is een belangrijk instrument voor het voeren van ruimtelijk beleid, maar het is zeker niet het enige instrument. Andere ruimtelijke wetten en regels zoals bijvoorbeeld de Woningwet, de Monumentenwet 1988, de Algemene Plaatselijke Verordening, de Wet Milieubeheer, de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht en de bouwverordening zijn ook erg belangrijk voor het uitoefenen van het ruimtelijke beleid. Een bestemmingsplan kan echter niet alles regelen. Via het Besluit omgevingsrecht is het bijvoorbeeld mogelijk om in bepaalde situaties vergunningvrij te bouwen ondanks dat het bestemmingsplan die bebouwing niet toestaat. In die gevallen gaat hetgeen bij wet vergunningvrij gebouwd kan worden voor op de bepalingen van het bestemmingsplan.

5.1.2 Verbeelding, regels en toelichting

Een bestemmingsplan moet worden opgezet volgens de eisen die de Wet ruimtelijke ordening (Wro) in samenhang met het Besluit ruimtelijke ordening (Bro) daaraan stelt en de wettelijk voorgeschreven opzet en vormgeving van de 'RO standaarden 2012'.

Een bestemmingsplan bestaat uit drie onderdelen, te weten een 'toelichting', de 'regels' en een 'verbeelding'. De verbeelding (voorheen bekend als 'plankaart') en de regels (voorheen bekend als 'voorschriften') vormen samen het juridische deel van het bestemmingsplan. Alleen deze twee zijn bindend voor de burger en de overheid. Beide onderdelen dienen in onderlinge samenhang te worden bezien en toegepast.

Op de verbeelding is aangegeven welke bestemming gronden hebben. Dit gebeurt via een bestemming met een bestemmingsvlak en soms via aanduidingen. De planregels van het bestemmingsplan bevatten de juridische verklaring, middels maximale bouw- en gebruiksmogelijkheden, van de op de verbeelding weergegeven bestemmingen en aanduidingen.

Die toegekende gebruiks- en bouwmogelijkheden aan gronden kunnen, naast de rechtstreekse bestemming, op de verbeelding op twee manieren nader worden ingevuld:

  • 1. Via een dubbelbestemming. Een dubbelbestemming is, zoals de naam al zegt, een bestemming die óók aan de gronden wordt toegekend. Voor gronden kunnen dus meerdere bestemmingen gelden. Er geldt altijd één 'enkelbestemming' (dat is dé bestemming) en soms geldt er een dubbelbestemming (soms zelfs meerdere). In de regel van de dubbelbestemming wordt omschreven wat er voor de onderliggende gronden geldt aan extra bepalingen in aanvulling, of ter beperking, van de mogelijkheden van de onderliggende bestemmingen.
  • 2. Via een aanduiding. Een aanduiding is een teken op de verbeelding dat betrekking heeft op een vlak op die kaart. Via een aanduiding wordt in de regels 'iets' geregeld. Dat 'iets' kan betrekking hebben op extra mogelijkheden of extra beperkingen voor het gebruik en/of de bebouwing en/of het aanleggen van werken. Aanduidingen kunnen voorkomen in een bestemmingsregel, in meerdere bestemmingsregels en kunnen ook een eigen regel hebben.

De toelichting heeft geen rechtskracht, maar vormt niettemin een belangrijk onderdeel van het plan. De toelichting van een bestemmingsplan geeft een weergave van de beweegredenen, de onderzoeksresultaten en de beleidsuitgangspunten die aan het bestemmingsplan ten grondslag liggen. Tot slot is de toelichting van wezenlijk belang voor een juiste interpretatie en toepassing van het bestemmingsplan, alleen indien de regels en de verbeelding nog onduidelijkheden bevatten.

5.1.3 Hoofdstukopbouw van de regels

De regels zijn, zoals voorgeschreven in de 'RO standaarden 2012', verdeeld over 4 hoofdstukken:

  • 1. Inleidende regels. In dit hoofdstuk worden begrippen verklaard die in de regels worden gebruikt (artikel 1). Dit gebeurt om een eenduidige uitleg en toepassing van de regels te waarborgen. Ook is bepaald de wijze waarop gemeten moet worden bij het toepassen van de regels (artikel 2). Zo moet onder 'bouwperceel' verstaan worden: 'een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten'. Het moet dus gaan om gronden met dezelfde bestemming die ook in eigendom zijn van dezelfde persoon, dan wel gronden die gehuurd worden door die persoon.

  • 2. Bestemmingsregels. In dit tweede hoofdstuk zijn de bepalingen van de bestemmingen opgenomen. Dit gebeurt in alfabetische volgorde. Per bestemming is het toegestane gebruik geregeld en zijn bouw- en gebruiksregels en, eventueel, ook een regels voor het 'uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden' opgenomen. Als er dubbelbestemmingen zijn worden die ook in dit hoofdstuk opgenomen. Die komen, ook in alfabetische volgorde, achter de bestemmingsbepalingen.
    Ieder artikel van de hoofdbestemmingen kent, eveneens conform de 'RO standaarden 2012', een vaste opzet. Per hoofdbestemming is een bestemmingsregeling, opgenomen, voor zover van toepassing bestaande uit:
    a. bestemmingsomschrijving: waarvoor mogen de gebouwen en gronden gebruikt worden in die bestemming;
    b. bouwregels: een beschrijving van de toelaatbare bouwwerken;
    c. nadere eisen;
    d. afwijken van de bouwregels;
    e. specifieke gebruiksregels;
    f. afwijken van de gebruiksregels;
    g. omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden;
    h. wijzigingsbevoegdheid.
    De situering van de toegelaten gebouwen is bepaald door bouwvlakken op de verbeelding en door de bepalingen (soms in combinatie met aanduidingen) in de planregels.
    Belangrijk om te vermelden is dat naast de bestemmingsbepalingen ook in andere artikelen relevante informatie staat die mede gelezen en geïnterpreteerd moet worden. Alleen zo is een volledig beeld te verkrijgen van hetgeen is geregeld.

  • 3. Algemene regels. In dit hoofdstuk zijn bepalingen opgenomen met een algemeen karakter. Ze gelden dus voor het hele plan. Het zijn achtereenvolgens:
    • a. anti-dubbeltelregel: Deze bepaling regelt dat grond die reeds eerder bij een verleende bouw- of omgevingsvergunning is meegenomen, niet nog eens bij de verlening van een nieuwe omgevingsvergunning mag worden meegenomen. Deze regel is wettelijk verplicht om op te nemen in een bestemmingsplan en is rechtstreeks overgenomen uit het Bro;
    • b. algemene bouwregels: Hierin worden algemene bouwregels opgenomen die gelden voor alle bestemmingen in het bestemmingsplan. Zo wordt hierin het ondergronds bouwen geregeld en worden bouwwerken die afwijken van de regeling in het bestemmingsplan, maar wel met een vergunning zijn gebouwd, 'positief' bestemd;
    • c. algemene gebruiksregels: In dit artikel wordt een algemeen gebruiksverbod gegeven, wat geldt voor alle bestemmingen in het bestemmingsplan, voor gebruik in strijd met de bestemming;
    • d. algemene afwijkingsregels: In dit artikel wordt aangegeven in hoeverre met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het plan voor algemene en geringe afwijkingen van de bouwregels (maatvoering) voor zover al elders in de planregels in afwijkingen is voorzien. Hiermee kan in specifieke situaties maatwerk worden geboden en biedt het bestemmingsplan voldoende flexibiliteit.

  • 4. Overgangs- en slotregels. In het laatste hoofdstuk zijn respectievelijk het overgangsrecht en een slotregel opgenomen.
    • a. overgangsregels: Deze regel is wettelijk verplicht om op te nemen in een bestemmingsplan en is rechtstreeks overgenomen uit het Bro. Dit artikel bevat regels die als doel hebben bestaande situaties (gebruik of bouwwerken), welke niet in overeenstemming zijn met het bestemmingsplan, te regelen. Hierbij wordt onderscheid gemaakt tussen gebruik en bouwen. Het overgangsrecht met betrekking tot bouwen en bouwwerken regelt dat bouwwerken die aanwezig waren ten tijde van de terinzagelegging van het ontwerpbestemmingsplan, maar in strijd zijn met het bestemmingsplan, onder overgangsrechtelijke bescherming vallen. Dat wil zeggen dat deze bouwwerken mogen blijven bestaan. Deze bescherming geldt ook voor bouwwerken die op deze peildatum legaal kunnen worden gebouwd, maar nog niet zijn gebouwd.
      De regeling bevat voorts een bevoegdheid voor burgemeester en wethouders om bij een omgevingsvergunning af te wijken ten behoeve van een beperkte uitbreiding (maximaal 10%) van het niet in het nieuwe bestemmingsplan passende bouwwerk.
      Bouwwerken die wel bestonden op de genoemde peildatum, maar zijn gebouwd zonder (omgevings)vergunning, zijn expliciet uitgesloten van de beschermende werking van het overgangsrecht.
      Het overgangsrecht voor met het nieuwe bestemmingsplan strijdig gebruik regelt dat het gebruik van gronden dat bestaat op het moment dat het nieuwe bestemmingsplan van kracht wordt, mag worden voortgezet. Het bestaande gebruik dat (ook) in strijd was met het voorgaande bestemmingsplan, is echter van deze beschermende werking van het overgangsrecht uitgesloten, indien het op grond van het recht nog mogelijk is om hiertegen op te treden.
    • b. slotregel: Dit artikel bevat de titel (naam) van het vast te stellen bestemmingsplan.

5.2 Planregels

5.2.1 Bestemmingen in dit bestemmingsplan

Voorliggend bestemmingsplan kent de volgende eindbestemmingen:

  • Agrarisch,
  • Agrarisch - Loonbedrijf,
  • Agrarisch met waarden - Landschap,
  • Bedrijf,
  • Bedrijf - Nutsvoorziening,
  • Bedrijf - Papierfabriek 1,
  • Bedrijventerrein,
  • Bedrijventerrein - Bijzondere bedrijven,
  • Bos,
  • Centrum - 1,
  • Centrum - 2,
  • Cultuur en ontspanning - Historisch Zwembad,
  • Cultuur en ontspanning - Nutstuin,
  • Cultuur en ontspanning - Nutstuin 1,
  • Gemengd - 3,
  • Gemengd - 6,
  • Gemengd - 7,
  • Gemengd - 8,
  • Gemengd - 9,
  • Gemengd - 10,
  • Gemengd - 11,
  • Gemengd - Kasteel,
  • Groen,
  • Groen - Maatschappelijk,
  • Groen - Park,
  • Horeca,
  • Maatschappelijk,
  • Maatschappelijk - Fauna opvang en dierenambulance,
  • Maatschappelijk - Zorginstelling 1,
  • Maatschappelijk - Zorginstelling 2,
  • Natuur, Recreatie - Verblijf,
  • Recreatie - Verblijf 1,
  • Recreatie - Dagrecreatie,
  • Recreatie - Verblijfsrecreatie,
  • Recreatie - Verblijfsrecreatie 1,
  • Recreatie - Verblijfsrecreatie 2,
  • Sport,
  • Sport - Golfbaan,
  • Tuin,
  • Tuin - 1,
  • Verkeer,
  • Verkeer - Onverhard,
  • Verkeer - Spoorverkeer,
  • Water,
  • Water - Hoogst Ecologische Niveau,
  • Water - Rivier,
  • Wonen,
  • Wonen - 1,
  • Wonen - Woonschepen,
  • Wonen - Woonwagens.

Daarnaast kent het bestemmingsplan de volgende dubbelbestemmingen:

  • Leiding - Gas,
  • Leiding - Hoogspanning,
  • Leiding - Hoogspanningsverbinding,
  • Leiding - Riool,
  • Waarde - Archeologie grafheuvel,
  • Waarde - Archeologie hoge verwachting,
  • Waarde - Archeologie hoge verwachting vastgesteld,
  • Waarde - Archeologie middelhoge verwachting,
  • Waarde - Beschermingszone en niet-waterdoorlatende lagen en grondwaterstromen,
  • Waterstaat- Stroomvoerend rivierbed.

Ook zijnde volgende 'gebiedsaanduidingen' opgenomen:

  • veiligheidszone - bedrijven,
  • veiligheidszone - lpg.
5.2.2 Bestemmingen

Agrarisch

De bestemming 'Agrarisch' is met name toegekend aan het terrein van Barenbrug (Duitsekampweg 58-60) in Wolfheze. Het perceel is bestemd voor de uitoefening van agrarisch gebruik en het hobbymatig houden van dieren. Uitsluitend binnen het bouwvlak zijn bedrijfsgebouwen en maximaal één bedrijfswoning toegestaan. Buiten het bouwvlak zijn uitsluitend erf- en terreinafscheidingen toegestaan. De bestaande bedrijfswoning aan de Duitsekampweg 58 heeft een bouwvlak gekregen een de aanduiding 'bedrijfswoning'. Hier is alleen een bedrijfswoning toegestaan. Bijgebouwen ten behoeve van de bedrijfswoning zijn alleen toegestaan binnen de aanduiding 'bijgebouwen' binnen de aanduiding 'bedrijfswoning'. De bestaande bouwrechten uit het vorige bestemmingsplan zijn gerespecteerd.

Agrarisch - Loonbedrijf

De bestemming 'Agrarisch - Loonbedrijf' is toegekend aan het decennia bestaande agrarische en loon- en grondverzetbedrijf E.J. Gerritsen B.V. aan de Kabeljauw 9-11 te Heelsum. Deze bestemming is alleen toegekend aan het gedeelte waar het bedrijf de feitelijke bedrijfsvoering heeft. De percelen zijn bestemd voor de uitoefening van een agrarisch bedrijf en een loon- en grondverzetbedrijf. Binnen het bouwvlak mogen de bedrijfsgebouwen worden opgericht. De maximale bouwhoogte is opgenomen op de verbeelding. Bij het bedrijf zijn twee bedrijfswoningen, Kabeljauw 9 en Kabeljauw 11, aanwezig. Deze hebben een bouwvlak waarbinnen alleen een bedrijfswoning is toegestaan. De maximale bouwhoogte is opgenomen op de verbeelding. Buiten het bouwvlak van de bedrijfswoning zijn binnen de aanduiding 'bijgebouwen' alleen bijgebouwen toegestaan ten behoeve van de bedrijfswoning. Ter plaatse van de aanduiding 'parkeerterrein uitgesloten' is het niet toegestaan om (bedrijfswagens) en verrijdbare (landbouw- en loonwerk- en grondverzet)machines te stallen.

De locatie waar al decennia de sleufsilo's en de bedrijfsopslag zijn gelegen in het noordoosten en de al decennia bestaande manoeuvreerruimte om de gebouwen zijn buiten het bouwvlak gelaten maar wel binnen de bestemming. Hierdoor zijn deze functies wel toegestaan/bestemd maar kan er daar niet gebouwd worden waardoor de openheid van het gebied niet aangetast wordt. De bestaande bouwrechten uit het vorige bestemmingsplan zijn gerespecteerd.

Agrarisch met waarden - Landschap

De bestemming 'Agrarisch met waarden - Landschap' is toegekend aan enkele binnen het plangebied voorkomende agrarische percelen. De percelen zijn bestemd voor de uitoefening van agrarisch gebruik, het hobbymatig houden van dieren en het behoud, herstel en verdere ontwikkeling (gericht op het versterken) van de aanwezige landschapswaarden en cultuurhistorische waarden. Uitsluitend binnen het bouwvlak zijn bedrijfsgebouwen en maximaal één bedrijfswoning per aanduiding toegestaan. Buiten het bouwvlak zijn uitsluitend erf- en terreinafscheidingen toegestaan.

Met diverse aanduidingen zijn specifieke agrarische bedrijven / bedrijvigheid toegestaan, waaronder bomenteelt, fruitteelt, gebruiksgerichte paardenhouderijen, pensionstallingen, maneges, productiegerichte paardenhouderijen. Maar ook wat agrarische bedrijven met meer agrarische nevenactivtiteit als hoofdactiviteit, zoals een agrarisch loonbedrijf, agrarisch proefstation, kwekerij en kunst en agrarisch landgoed en kunst.

Uitsluitend binnen het bouwvlak van het agrarisch bedrijf mogen bedrijfsgebouwen worden opgericht. De maximale goot- en bouwhoogte is opgenomen op de verbeelding.

Met specifieke aanduidingen zijn specifieke (bestaande) functies toegestaan, waaronder 'verblijfsrecreatie', 'dagrecreatie', 'kampeerterrein', 'watermolen' en 'recreatiewoning'.De bedrijfswoning(en) hebben een bouwvlak en aanduiding 'bedrijfswoning' gekregen. Bijgebouwen ten behoeve van de bedrijfswoning zijn alleen toegestaan binnen de aanduiding 'bijgebouwen' binnen de aanduiding 'bedrijfswoning'.

Bedrijf

De bestemming 'Bedrijf' is toegekend aan de binnen het plangebied voorkomende bedrijven. Het betreft de algemene bestemming 'Bedrijf' voor bedrijven met bijbehorende voorzieningen in de milieucategorie 1 en 2 met specifieke aanduidingen ter plaatse van bijzondere bedrijven. Het gaat in het plangebied om diverse bijzondere bedrijven, waaronder verkooppunt motorbrandstoffen (met en zonder lpg), waterzuivering, garagebedrijf, tuincentrum/kwekerij en een muziekstudio. Binnen de aanduiding 'bedrijfswoning' is een bedrijfswoning toegestaan. Gebouwen zijn alleen toegestaan in het bouwvlak. De maximale bouwhoogte is opgenomen op de verbeelding. De bestaande bouwrechten uit de vorige bestemmingsplannen zijn, voor zover mogelijk, gerespecteerd.

Bedrijf - Nutsvoorziening

De bestemming 'Bedrijf - Nutsvoorziening' is toegekend aan de binnen het plangebied voorkomende voorzieningen van openbaar nut, welke niet vergunningvrij op te richten zijn. Gebouwen mogen alleen gebouwd worden binnen het bouwvlak. De maximale bouwhoogte is opgenomen op de verbeelding.

Bedrijf - Papierfabriek 1

De bestemming 'Bedrijf - Papierfabriek 1' is toegekend aan papierfabriek Schutpapier aan de Kabeljauw 2 in Heelsum. Gebouwen mogen alleen gebouwd worden binnen het bouwvlak. De maximale bouwhoogte is opgenomen op de verbeelding.

Bedrijventerrein

De bestemming 'Bedrijventerrein' is toegekend aan het binnen het plangebied gelegen bedrijventerrein `Veentjesbrug' in Heelsum en 'Klingelbeekseweg' in Oosterbeek. Binnen deze bestemming zijn, afhankelijk van de ligging ten opzichte van woningen, (dienstverlenende) bedrijven in de milieucategorie 1 en 2, en voor een deel bij Veentjesbrug ook in de milieucategorie 3.2, en kantoren met bijbehorende voorzieningen als parkeren en kantoorfunctie toegestaan. De ter plaatse aanwezige bedrijfswoningen zijn met een aanduiding aangegeven. Aanwezige en met vergunning toegestane bedrijven die niet geheel passen in de ter plaatse geldende milieucategorie zijn met een aanduiding aangegeven en toegestaan. De bestaande bouwrechten uit de vorige bestemmingsplannen zijn, voor zover mogelijk, gerespecteerd. Gebouwen mogen alleen gebouwd worden binnen het bouwvlak. De maximale bouwhoogte is opgenomen op de verbeelding.

Bedrijventerrein - Bijzondere bedrijven

De bestemming 'Bedrijventerrein - Bijzondere bedrijven' is toegekend aan het terrein met bijzondere (semi) overheidsbedrijven en kantoren aan de Van Nieuwenhuijzenweg bij Wolfheze in het noorden van de gemeente.

Binnen deze bestemming zijn bedrijven of kantoren gericht op de openbare dienstverlening voor en door (semi)overheidsdiensten, (semi)openbare diensten, (semi)publieke diensten, (semi)openbare werken, (semi)openbaar nut toegestaan. Het gaat dat om bijvoorbeeld: Rijkswaterstaat, wegendiensten met kantoren, onderhoud wegen, zoutopslag, gemeentewerf / provinciewerf / rijkswerf, ANWB, Wegenwacht enz. alsook een brandweerkazerne en politiekantoor (wegenpolitie). De bestaande bouwrechten uit het vorige bestemmingsplannen zijn, voor zover mogelijk, gerespecteerd. Gebouwen mogen alleen gebouwd worden binnen het bouwvlak. De maximale bouwhoogte is opgenomen op de verbeelding.

Bos

De bestemming 'Bos' is toegekend aan de bossen in de gemeente. De gronden in deze bestemming zijn veelal gelegen in het Gelders NatuurNetwerk (voorheen Ecologische Hoofdstructuur) en in het Natura 2000-gebied de Veluwe. Deze gronden zijn bestemd voor bos, het behoud en herstel en/of ontwikkeling van ter plaatse voorkomende ecologische, natuur-, landschaps- en cultuurhistorische waarden en morfologie, en de instandhouding herstel en/of ontwikkeling van de daar voorkomende waterlopen, watergangen, waterpartijen, infiltratievoorzieningen, waterberging en waterhuishoudkundige werken. Met deze bestemming worden de genoemde waarden optimaal beschermd evenals de aanwezige dan wel benodigde watervoorzieningen. Met aanduidingen zijn specifieke functies in die bestemmingen weergegeven, zoals een kleinschalig kampeerterrein, opslag, recreatiewoningen, gronddepot, dierenweide, tuin, weg, en natuurcamping. In deze bestemming mogen in principe geen gebouwen gebouwd worden. De bestaande (bouw)rechten uit de vorige bestemmingsplannen zijn, voor zover mogelijk, gerespecteerd. Aangezien de bossen ook een recreatieve functie (met name wandelen) hebben is in deze bestemming opgenomen dat ondergeschikte extensieve recreatie toegestaan is met de bijbehorende onverharde wandelpaden.

Centrum - 1

De bestemming 'Centrum - 1' is toegekend aan de bestaande (winkel-/horeca-/kantoor)panden in het plangebied (die deze bestemming ook al hadden in het vorige bestemmingsplan), zoals Wolfhezerweg 94-98 (hoek Mesdagweg), Wolfhezerweg 87 en Parallelweg 5 (het voormalige stationsgebouw).

Binnen deze bestemming mogen de percelen worden gebruikt ten behoeve van diverse functies, namelijk horeca, detailhandel, kantoren, dienstverlenende bedrijven en/of dienstverlenende instellingen, maatschappelijke voorzieningen en woningen. Gebouwen mogen alleen gebouwd worden binnen het bouwvlak. De maximale goot- en bouwhoogte is opgenomen op de verbeelding. De bestaande bouwrechten uit het vorige bestemmingsplan zijn gerespecteerd.

Centrum - 2

De bestemming 'Centrum - 2' is toegekend aan het bestaande winkelcentrum aan de Mozartlaan / Richtersweg. Binnen deze bestemming zijn de percelen bestemd voor detailhandel (zoals winkel en supermarkten), horeca, dienstverlenende bedrijven en instellingen. Met een specifieke aanduiding is verder aangegeven dat een fitnesscentrum is toegestaan. De bestaande gestapelde woningen op de verdiepingen zijn met een aanduiding 'gestapeld' aangegeven. De bij deze toegelaten bestemmingen zijn ook bijbehorende voorzieningen, zoals parkeren en terrassen en bouwwerken, toegestaan. Gebouwen mogen alleen gebouwd worden binnen het bouwvlak. De maximale goot- en bouwhoogte zijn opgenomen op de verbeelding. De bestaande bouwrechten uit het vorige bestemmingsplan zijn gerespecteerd.

Cultuur en ontspanning – Historisch zwembad

De bestemming 'Cultuur en ontspanning – Historisch zwembad' is toegekend aan het historisch zwembad in de Oorsprong aan de Van Borsselenweg. Binnen deze bestemming is uitsluitend cultuur en ontspanning toegestaan in de vorm van een historisch zwembad met mogelijkheid van rondleidingen en bezichtigingen. Gebouwen mogen alleen gebouwd worden binnen het bouwvlak. De maximale bouwhoogte is opgenomen op de verbeelding. De bestaande bouwrechten uit het vorige bestemmingsplan zijn gerespecteerd.

Cultuur en ontspanning – Nutstuin

De bestemming 'Cultuur en ontspanning - Nutstuin' is toegekend aan de 'Tuin de Lage Oorsprong aan de Van Borsselenweg 36 in Oosterbeek. Daarin is de functie en gebruik van de cultuurhistorische landgoedtuin geregeld. De tuin is bedoeld voor o.a. het gebruik als tuin voor het telen van groenten, bloemen, fruit, kruiden en andere voedselgewassen en als kijk- en educatietuin met mogelijkheden voor rondleidingen, tentoonstellingen, (tuingerelateerde) bijeenkomsten, tuincursussen, lezingen, huwelijksvoltrekkingen (niet zijnde huwelijksfeesten). Daarnaast is de tuin bedoeld voor enkele culturele activiteiten, niet zijnde een evenement. Voor deze activiteiten zijn speciale regels en openingstijden opgenomen. De bestaande bouwrechten uit het vorige bestemmingsplan is gerespecteerd.

Cultuur en ontspanning – Nutstuin 1

De bestemming 'Cultuur en ontspanning - Nutstuin 1' is toegekend aan de 'Ommuurde Tuin aan de Kortenburg 16 in Renkum. Daarin is de functie en gebruik van de cultuurhistorische landgoedtuin geregeld. De tuin is bedoeld voor o.a. het gebruik als tuin voor het telen van groenten, bloemen, fruit, kruiden en andere voedselgewassen en als kijk- en educatietuin met mogelijkheden voor rondleidingen, tentoonstellingen, (tuingerelateerde) bijeenkomsten, tuincursussen, lezingen, huwelijksvoltrekkingen (niet zijnde huwelijksfeesten). Voor deze activiteiten zijn speciale regels en openingstijden opgenomen.

Gemengd - Kasteel

De bestemming 'Gemengd - Kasteel' is toegekend aan kasteel Doorwerth aan de Fonteinallee 2-8 in de uiterwaarden bij Doorwerth. Daarin zijn de gronden bestemd voor het behoud en/of herstel van ter plaatse voorkomende danwel daaraan eigen cultuurhistorische en landschappelijke waarden bestaande uit: een kasteel met kasteelpark en parkaanleg, grachten en extensieve (openlucht)recreatie. Ook zijn de gronden bestemd voor onder andere cultuur en ontspanning, horeca en museum. Met aanduidingen zijn halfverharde parkeerplaatsen, wegen en outdoor sporten toegestaan. De bestaande bedrijfswoning is met een aanduiding weergegeven. Gebouwen mogen alleen gebouwd worden binnen het bouwvlak. De maximale goot- en bouwhoogte zijn opgenomen op de verbeelding. De bestaande (bouw)rechten uit het vorige bestemmingsplan is, voor zover mogelijk, gerespecteerd.

Gemengd - 3

De bestemming 'Gemengd - 3' is toegekend aan de Westerbouwing aan de Westerbouwing 1-3 in Oosterbeek. Daarin zijn de gronden bestemd voor aangewezen gronden zijn bestemd voor horeca, maatschappelijke voorzieningen (met uitzondering van levensbeschouwelijke voorzieningen, uitvaartcentrum, onderwijs en een zorginstelling), museum, cultuur en ontspanning in de vorm van outdoor sporten, wellness, speeltuin, bowlingbaan en lasergamen. Binnen deze bestemming is een bedrijfswoning toegestaan. Gebouwen mogen alleen gebouwd worden binnen het bouwvlak. De maximale goot- en bouwhoogte zijn opgenomen op de verbeelding. De bestaande (bouw)rechten uit het vorige bestemmingsplan is gerespecteerd. 

Gemengd - 6

De bestemming 'Gemengd - 6' is toegekend aan de Beekdalhoeve aan de Bennekomseweg 160 bij Renkum. Daarin zijn de gronden bestemd voor aangewezen gronden zijn bestemd voor horeca (uitsluitend in de vorm van het gebruik voor culturele kunstruimte, workshops en thematische bijeenkomsten/lezingen met enkele muzikale optredens), het bedrijfsmatig exploiteren van zaalaccommodatie, maatschappelijke voorzieningen (uitsluitend in de vorm van een kunst(atelier), kinder(dag)opvang en naschoolse opvang), museum. Binnen deze bestemming is een bedrijfswoning toegestaan. Gebouwen mogen alleen gebouwd worden binnen het bouwvlak. De maximale goot- en bouwhoogte zijn opgenomen op de verbeelding. De bestaande (bouw)rechten uit het vorige bestemmingsplan zijn, voor zover mogelijk, gerespecteerd. 

Gemengd - 7

De bestemming 'Gemengd - 7' is toegekend aan de De Beken aan de Nieuwe Keijenbergseweg 170-174 bij Renkum. Daarin zijn de gronden bestemd voor aangewezen gronden zijn bestemd voor natuur- en educatiecentrum, cultuur en ontspanning (uitsluitend in de vorm van het gebruik voor (natuur)workshops en thematische bijeenkomsten/lezingen), het bedrijfsmatig exploiteren van zaalaccommodatie, daghoreca, groente en fruittuin en bed & breakfast. Ter plaatse van de aanduiding 'parkeerterrein' is uitsluitende het bestaande parkeerterrein toegestaan. Binnen deze bestemming is een bedrijfswoning toegestaan. Gebouwen mogen alleen gebouwd worden binnen het bouwvlak. De maximale goot- en bouwhoogte zijn opgenomen op de verbeelding. De bestaande (bouw)rechten uit het vorige bestemmingsplan zijn, voor zover mogelijk, gerespecteerd.

Gemengd - 8

De bestemming 'Gemengd - 8' is toegekend aan de het pand aan de Utrechtseweg 263 (hoek Zonneheuvelweg) in Oosterbeek. Daarin zijn de gronden bestemd voor aangewezen gronden zijn bestemd voor kantoor, dienstverlenende bedrijven en/ of dienstverlenende instellingen, een schoonheidssalon, maatschappelijke voorzieningen (met uitzondering van levensbeschouwelijke voorzieningen, uitvaartcentrum, onderwijs en een zorginstelling), museum en cultuur en ontspanning (uitsluitend in de vorm van het gebruik als een culturele kunstruimte, workshops en thematische bijeenkomsten/lezingen). Gebouwen mogen alleen gebouwd worden binnen het bouwvlak. De maximale goot- en bouwhoogte zijn opgenomen op de verbeelding. De bestaande (bouw)rechten uit het vorige bestemmingsplan zijn, voor zover mogelijk, gerespecteerd.

Gemengd - 9

De bestemming 'Gemengd - 9' is toegekend aan de Kabeljauw 1 bij Heelsum. Daarin zijn de gronden bestemd voor aangewezen gronden zijn bestemd voor kantoor, dienstverlenende bedrijven en/ of dienstverlenende instellingen, een kunst(atelier), muziekschool, dansschool, theaterschool, muziekles, museum en een bedrijf in de categorie 1 en 2. Gebouwen mogen alleen gebouwd worden binnen het bouwvlak. De maximale goot- en bouwhoogte zijn opgenomen op de verbeelding. De bestaande bouwrechten uit het vorige bestemmingsplan zijn, voor zover mogelijk, gerespecteerd.

Gemengd - 10

De bestemming 'Gemengd -10' is toegekend aan de Mariëndaal 8 bij Oosterbeek. Daarin zijn de gronden bestemd voor aangewezen gronden zijn bestemd voor kantoor, museum, (kunst)atelier, en kennisintensieve bedrijven en / of instellingen en kennisintensieve onderzoekbureau's (uitsluitend voor zover het betreft bedrijfsactiviteiten behorende tot het kennisecosysteem en duurzame energie, met bijbehorende voorzieningen zoals bijvoorbeeld technische installaties, proefopstellingen en pilot plants) en ter plaatse van de aanduiding 'karakteristiek' ook voor horeca. Gebouwen mogen alleen gebouwd worden binnen het bouwvlak. De maximale goot- en bouwhoogte zijn opgenomen op de verbeelding. De bestaande bouwrechten uit het vorige bestemmingsplan zijn, voor zover mogelijk, gerespecteerd.

Gemengd - 11

De bestemming 'Gemengd - 11' is toegekend aan Broekhorst 1-3 bij Heelsum. Daarin zijn de gronden bestemd voor aangewezen gronden zijn bestemd voor kinder(dag)opvang, naschoolse opvang, kunst(atelier) en dierenpension. Binnen deze bestemming is een bedrijfswoning toegestaan. Gebouwen mogen alleen gebouwd worden binnen het bouwvlak. De maximale goot- en bouwhoogte zijn opgenomen op de verbeelding. De bestaande (bouw)rechten uit het vorige bestemmingsplan zijn, voor zover mogelijk, gerespecteerd.

Groen

De bestemming 'Groen' is toegekend aan de binnen het plangebied voorkomende grotere en specialere groenvoorzieningen (vaak begrensd door kadastrale grenzen). Vaak gaat het hier om bosachtige groenvoorzieningen of grotere grasvelden. Deze gronden zijn bestemd voor groenvoorzieningen, parken en plantsoenen, (wandel)paden, speelvoorzieningen en watervoorzieningen. (Kleinere) groenstroken langs wegen hebben meestal de bestemming 'Verkeer' gekregen. Binnen de bestemming 'Groen' mogen geen gebouwen worden opgericht. Met de aanduiding 'evenement' zijn evenemententerreinen aangegeven.

Groen - Park

De bestemming 'Groen - Park' is toegekend aan de binnen het plangebied voorkomende grotere waardevolle grote groenvoorzieningen. Deze gronden zijn bestemd voor bedoeld voor groenvoorzieningen, parken, bos, behoud en herstel van landschapswaarden en cultuurhistorische waarden, (wandel)paden, speelvoorzieningen, watervoorzieningen en plantsoenen. Wegen en parkeervoorzieningen kunnen niet in deze bestemming worden gerealiseerd. Binnen de bestemming 'Groen - Park' mogen geen gebouwen worden opgericht.

Groen - Landschap

De bestemming 'Groen - Landschap' is toegekend aan groene gebied met een landschappelijke waarde. Deze gebieden zijn meestal net niet aan te merken als agrarisch of bos maar ook niet als groen-park (want ze hebben een grotere natuurwaarde). Vaak kenmerken ze zich door een combinatie van openheid (grasland) met bomen / bos. Deze gebieden liggen onder andere ten zuiden van Tuin de Lage Oorsprong en op het landgoed De Hillock aan de Utrechtseweg 295 bij Oosterbeek. De gronden in de bestemming 'Groen - Landschap' zijn bestemd voor 'de bescherming, behoud en verdere ontwikkeling van de landschapswaarden, de openheid (o.a. doorzichten) en morfologie (o.a. hoogteverschillen), parken en plantsoenen, bos, agrarisch medegebruik en hobbymatig houden van dieren, extensieve recreatie, onverharde paden, waterlopen, waterpartijen, infiltratievoorzieningen, waterberging en waterhuishoudkundige werken'. Binnen de bestemming 'Groen - Landschap' mogen geen gebouwen worden opgericht, met uitzondering van bestaande gebouwen en ter plaatse van de opgenomen aanduiding voor bijgebouwen.

Groen - Maatschappelijk

De bestemming 'Groen - Maatschappelijk' is toegekend aan de grotere groenvoorzieningen van het terrein Jan Pieter Heije aan de Utrechtseweg 274-278, 316-318, voornamelijk bestaand uit bos/bomen en struiken of grasland, welke ook een functie hebben voor de maatschappelijke functies van het terrein Jan Pieter Heije. Groenvoorzieningen op het terrein Jan Pieter Heije die geen maatschappelijke functie (meer) hebben, dan wel welke teruggegeven zijn aan de natuur, en die gelegen zijn in de Gelders NatuurNetwerk (voorheen Ecologische Hoofdstructuur, categorie 'natuur') hebben de bestemming 'Bos' gekregen.

De bestemming 'Groen - Maatschappelijk' geldt met name voor de enkele jaren geleden aangelegde groenstrook achter de woningen aan de Wolterbeekweg in het oosten en het grote grasveld in het noorden tussen de Utrechtseweg en het hoofdgebouw. Deze gronden zijn eigendom en in gebruik door de maatschappelijke functies op het terrein Jan Pieter Heije en zijn bestemd voor groenvoorzieningen, parken, bos, (wandel)paden, maatschappelijke voorzieningen, speelvoorzieningen, watervoorzieningen, agrarisch gebruik en plantsoenen. Binnen de bestemming 'Groen - Maatschappelijk' mogen geen gebouwen worden opgericht. Ter plaatse van het grasveld in het noorden, tussen de Utrechtseweg en het hoofdgebouw, is de aanduiding 'evenemententerrein' opgenomen. Dit grasveld wordt regelmatig gemaaid en is en wordt niet agrarisch gebruikt en ook nooit geweest. Wel is het de wens dit agrarisch te gaan gebruiken ten behoeve van de bewoners van het terrein. Dit terrein wordt al tientallen jaren gebruikt om enkele evenementen voor de maatschappelijke functies op het terrein te organiseren, zoals de jaarlijkse kermis/circus voor de bewoners van het terrein. Ook wordt dit grasveld ieder jaar gebruikt voor de airborne-activiteiten in de gemeente en de regio. Dan worden op het grasveld gedurende enkele dagen tenten opgeslagen en voormalige militaire voertuigen gestald. De bestaande bouwrechten uit het vorige bestemmingsplan zijn gerespecteerd.

Maatschappelijk

De bestemming 'Maatschappelijk' is toegekend aan percelen en panden met een maatschappelijke functie en gebruik en met een maatschappelijke bestemming in de voorheen gelden de bestemmingsplannen. Binnen deze bestemming zijn de percelen bestemd voor diverse maatschappelijke functies, zoals een bibliotheek, onderwijs, kinder(dag)opvang, creativiteitscentrum, (kunst)atelier, openbare dienstverlening (zoals een politiekantoor en een brandweerkazerne), verenigingsleven en welzijns- en zorginstellingen. In de begrippen is een omschrijving opgenomen voor maatschappelijke voorzieningen. Met aanduidingen zijn specifieke functies als bed & breakfast, begraafplaats, religie, scouting, hostel en wonen aangegeven, Binnen deze bestemming zijn de percelen daarnaast bestemd voor bijbehorende voorzieningen, zoals parkeren, groenvoorzieningen en bouwwerken. Gebouwen mogen alleen gebouwd worden binnen het bouwvlak. De maximale goot- en bouwhoogte zijn opgenomen op de verbeelding. De bestaande bouwrechten uit de vorige bestemmingsplannen zijn, voor zover mogelijk, gerespecteerd.

Maatschappelijk - Fauna opvang en dierenambulance

De bestemming 'Maatschappelijk - Fauna opvang en dierenambulance' is toegekend aan het perceel van Boerberg 2 in Doorwerth. Ter plaatse vuitsluitend een dienrenambulance en een fauna opvang toegestaan. In de begrippen is een omschrijving opgenomen voor een fauna opvang.

Hieronder wordt het volgende verstaan: het opvangen, verzorgen en rehabiliteren en uitzetten van hulpbehoevende (wilde) fauna (vogel- en wildopvang, zoals vogels, wilde konijnen, eekhoorns, egels enz..) Het betreft dan inheemse, niet-gedomesticeerde dieren die zichzelf tijdelijk niet in het wild kunnen redden maar ook gedomesticeerde dieren die vanuit de dierenambulance komen. Daar hoort ook bij het leveren van educatie met betrekking tot dier, natuur en duurzaamheid en het doen van onderzoek. De fauna opvang beschikt hierbij naast opslagruimtes, opvangruimtes, behandelkamers, werkruimtes en keukenfaciliteiten voor medewerkers, over onder andere: een receptieruimte/ informatieruimte, kantoorruimte, vergader- en edcucatieruimtes en ten behoeve van deze functies benodigde ondergeschikte horeca (niet zijnde een zelfstandig restaurant, café en geen logies). Binnen het op de verbeelding aangegeven bouwvlak zijn de bedrijfsgebouwen toegestaan. Daarbuiten zijn erfafscheidingen en dergelijke toegestaan. Binnen een tweetal specifieke bouwaanduidingen zijn ook volières en dierenverblijven toegestaan. De bestaande rechten uit de vorige bestemmingsplannen zijn, voor zover mogelijk, gerespecteerd.

Maatschappelijk - Zorginstelling

De bestemming 'Maatschappelijk - Zorginstelling' is toegekend aan bestaande en reeds planologisch bestemde maatschappelijke voorzieningen met een specifiek zorg- en woonzorgcomponent, zoals woonzorgcentra en serviceflats. Het betreft onder andere de terreinen van Mill Hill aan de Johannahoeve in Oosterbeek en Woonzorgnet aan de Nieuwe Keijenbergseweg 171 in Renkum. Binnen deze bestemming zijn de percelen bestemd voor diverse maatschappelijke functies, zoals een woonzorgcentrum, verzorgingshuis, gezondheidszorg, een school, kinder(dag)opvang, creativiteitscentrum en welzijns- en zorginstellingen. In de begrippen is een omschrijving opgenomen voor maatschappelijke voorzieningen - zorginstelling. Binnen deze bestemming zijn de percelen daarnaast bestemd voor bijbehorende voorzieningen, zoals parkeren, groenvoorzieningen en bouwwerken. Gebouwen mogen alleen gebouwd worden binnen het bouwvlak. De maximale goot- en bouwhoogte zijn opgenomen op de verbeelding. De bestaande (bouw)rechten uit de vorige bestemmingsplannen zijn, voor zover mogelijk, gerespecteerd.

Maatschappelijk – Zorginstelling 1 

De bestemming 'Maatschappelijk – Zorginstelling 1' is toegekend aan de terreinen van Het Schild aan de Wolfhezerweg in Wolfheze en Pluryn aan de Utrechtseweg in Oosterbeek (terrein Jan Pieter Heije). Het is een bestemming die grotendeels gelijk is aan de algemene bestemming 'Maatschappelijk – Zorginstelling' maar dan met enkele extra toevoegingen speciaal voor het gebruik van die terreinen. In deze bestemming zijn maatschappelijke voorzieningen met een specifiek zorg- en woonzorgcomponent, zoals zorgwonen en woonzorgcentra, toegestaan. Binnen deze bestemming zijn de percelen bestemd voor diverse maatschappelijke functies, zoals een school, jeugdopvang, internaten, onderwijs, kinder(dag)opvang, zorgwonen, begeleid wonen, woonzorgcentrum, gezondheidszorg, creativiteitscentrum en welzijns- en zorginstellingen. In de begrippen is een omschrijving opgenomen voor maatschappelijke voorzieningen - zorginstelling 1. De bestaande bedrijfswoning heeft de aanduiding 'bedrijfswoning' gekregen. Binnen deze bestemming zijn de percelen daarnaast bestemd de bijbehorende voorzieningen, zoals wegen, paden, parkeervoorzieningen, groenvoorzieningen, speelvoorzieningen en bouwwerken. De bestaande bouwrechten uit de vorige bestemmingsplannen zijn gerespecteerd. Gebouwen mogen alleen gebouwd worden binnen het bouwvlak. De maximale goot- en bouwhoogte en oppervlakte zijn opgenomen op de verbeelding. De bestaande bouwrechten uit het vorige bestemmingsplan zijn gerespecteerd.

Maatschappelijk - Zorginstelling 2

De bestemming 'Maatschappelijk - Zorginstelling 2' is toegekend aan het terrein van Pro Persona (en het Leo Kannerhuis) aan de Wolfheze 2 en 4 en volgende met de bestaande en reeds planologisch bestemde maatschappelijke voorzieningen met een specifiek zorg- en woonzorgcomponent, zoals woonzorgcentra en internaten. Binnen deze bestemming zijn de percelen bestemd voor diverse maatschappelijke functies, zoals een woonzorgcentrum, verzorgingshuis, gezondheidszorg, internaten, sanatoria, een school, kinder(dag)opvang, creativiteitscentrum en welzijns- en zorginstellingen. In de begrippen is een omschrijving opgenomen voor maatschappelijke voorzieningen - zorginstelling 2. Binnen deze bestemming zijn de percelen daarnaast bestemd voor bijbehorende voorzieningen, zoals parkeren, groenvoorzieningen en bouwwerken. In deze bestemming zijn ook vier (reeds bestaande) bedrijfswoningen toegestaan. De monumentale panden Schoonoord en Lindenhof hebben de aanduiding 'bedrijf' gekregen om een breder gebruik van deze panden mogelijk te maken (vanwege behoud van de panden). Het bestaande woongebouw (nu nog alleen maatschappelijk) in het pand Plein heeft ook de aanduiding 'wonen' gekregen evenals 'kamerverhuur'. Daarmee zijn deze panden, gelegen in /aan het centrum van Wolfheze ook breder te gebruiken en te betrekken bij het centrum. De zeven bestaande bedrijfswoningen op het terrein zijn positief bestemd. Gebouwen mogen alleen gebouwd worden binnen het bouwvlak. De maximale goot- en bouwhoogte zijn opgenomen op de verbeelding.

In de bestemming 'Maatschappelijk – Zorginstelling 2' zijn meerdere bouwvlakken opgenomen. Met name de delen in het westen en zuiden hebben een eigen bouwvlak gekregen met een eigen maximaal te bebouwen oppervlak. Dit is gedaan vanwege de ligging van dat gedeelte in het Natura 2000-gebied. Door binnen de bestemming 'Maatschappelijk – Zorginstelling 2' te werken met meerdere bouwvlakken met elk een eigen maximale te bebouwen oppervlakte kan voorkomen worden dat alle bebouwing gebouwd zou kunnen worden vlak bij het gedeelte wat is gelegen in het Natura 2000-gebied. De bestaande bouwrechten uit het vorige bestemmingsplan zijn gerespecteerd.

Horeca

De bestemming 'Horeca' is toegekend aan een aantal aanwezige horecabedrijven (restaurant / hotels) in het plangebied. De bedrijfswoningen zijn met een aanduiding weergegeven. Gebouwen mogen alleen gebouwd worden binnen het bouwvlak. De maximale goot- en bouwhoogte zijn opgenomen op de verbeelding. De bestaande bouwrechten uit de vorige bestemmingsplannen zijn, voor zover mogelijk, gerespecteerd.

Natuur

De bestemming 'Natuur' is toegekend aan natuurlijke percelen die niet gehele bebost zijn, zoals heide en natuurlijke graslanden. De gronden in deze bestemming zijn veelal gelegen in het Gelders NatuurNetwerk en in het Natura 2000-gebied de Veluwe. Deze gronden zijn bestemd voor het behoud en herstel en/of ontwikkeling van ter plaatse voorkomende ecologische, natuur-, landschaps- en cultuurhistorische waarden en morfologie, en de instandhouding herstel en/of ontwikkeling van de daar voorkomende waterlopen, watergangen, waterpartijen, infiltratievoorzieningen, waterberging en waterhuishoudkundige werken. Met deze bestemming worden de genoemde waarden optimaal beschermd. Met aanduidingen zijn specifieke functies in die bestemmingen weergegeven, zoals een ijsbaan, hondentrainingsveld, uitkijktoren en ruigtestrook. In deze bestemming mogen in principe geen gebouwen gebouwd worden. De bestaande (bouw)rechten uit de vorige bestemmingsplannen zijn, voor zover mogelijk, gerespecteerd.

Recreatie - Dagrecreatie

De bestemming 'Recreatie - Dagrecreatie' is toegekend aan de bestaande degrecreatieve voorziening bij het Drielse veer, aan de Veerweg bij Heveadorp. De gronden zijn bestemd voor groenvoorzieningen en dagrecreatieve doeleinden in de vorm van lig- en speelweiden, stranden, oevers, wandelpaden, sport- en groenvoorzieningen, watersportvoorzieningen en een dagcamping.

Recreatie - Verblijf

De bestemming 'Recreatie - verblijf' is toegekend aan de bestaande camping ten behoeve van enkele stacaravans ten noorden van het agrarisch en loon-en grondverzetbedrijf van Gerritsen B.V. nabij de Kabeljauw 9-11. Op deze camping staan alleen stacaravans een twee recreatiewoningen. Meer mobiele kampeermiddelen zoals tenten, caravans en campers zijn hier niet toegestaan. De gronden zijn bestemd voor verblijfsrecreatie in de vorm van 15 stacaravans, twee recreatiewoningen en voor bos met onder andere de bijbehorende onverharde paden en wegen en parkeervoorzieningen. Permanente bewoning is niet toegestaan. De bestaande bouwrechten uit het vorige bestemmingsplan zijn gerespecteerd.

Recreatie - Verblijf 1

De bestemming 'Agrarisch' is toegekend aan chaletpark Lindenhof aan de Wolfhezerweg 113 (in het noordoosten van het plangebied). Het perceel is bestemd voor de verblijfsrecreatie in de vorm van maximaal 9 recreatiewoningen en maximaal 99 stacaravans/chalets. In de regels is opgenomen hoe groot deze recreatiewoningen en stacaravans/chalets mogen zijn. Ook is een bedrijfswoning toegestaan. Verder zijn een caravanstalling en een museum (het Glider museum) toegestaan via een aanduiding. Gebouwen (niet zijnde de stacaravans/chalets en recreatiewoningen) zijn alleen toegestaan in het bouwvlak. De bestaande bouwrechten uit het vorige bestemmingsplan zijn gerespecteerd.

Recreatie - Verblijfsrecreatie

Deze gronden zijn bestemd voor verblijfsrecreatie met toeristische standplaatsen voor kampeermiddelen, niet zijnde stacaravans en recreatiewoningen, met bijbehorende voorzieningen zoals een kampwinkel, kantoorruimte en sanitair-ruimtes, paden, wegen en parkeervoorzieningen. Deze bestemming geldt ter plaatse van Camping Lindenhof in Wolfheze. Alleen ter plaatse van de daarvoor opgenomen aanduiding is het mogelijk maximaal 10 stacaravans of trekkershutten te plaatsen. Permanente bewoning is niet toegestaan. Binnen een bouwvlak zijn bedrijfsgebouwen toegestaan inclusief één bedrijfswoning. Buiten het bouwvlak zijn nog kleine sanitaire gebouwtjes toegestaan. De bestaande bouwrechten uit het vorige bestemmingsplan zijn gerespecteerd.

Recreatie - Verblijfsrecreatie 1

De bestemming 'Recreatie - Verblijfsrecreatie 1 is toegekend aan camping AanVeluwe.nl aan de Sportlaan 1. De gronden zijn bestemd voor verblijfsrecreatie (zoals een camping) met toeristische standplaatsen voor kampeermiddelen, niet zijnde stacaravans en recreatiewoningen, met bijbehorende voorzieningen zoals een kampwinkel, kantoorruimte en sanitairruimtes, paden, wegen en parkeervoorzieningen. Permanente bewoning is niet toegestaan. De gronden met deze bestemming zijn onder andere ook bestemd voor bos, het behoud en herstel van de ter plaatse voorkomende ecologische, landschaps- cultuurhistorische en natuurwaarden en morfologie. Binnen het bouwvlak zijn de bedrijfsgebouwen toegestaan inclusief één bedrijfswoning. Buiten het bouwvlak zijn nog kleine sanitair gebouwtjes toegestaan. De bestaande bouwrechten uit het vorige bestemmingsplan zijn gerespecteerd.

Recreatie - Verblijfsrecreatie 2

De bestemming 'Recreatie - Verblijfsrecreatie 2' is toegekend aan camping Rijnoever aan de Polderweg 1-3 in Oosterbeek. De gronden zijn bestemd voor verblijfsrecreatie (zoals een camping) met toeristische standplaatsen voor kampeermiddelen, niet zijnde stacaravans en recreatiewoningen, met bijbehorende voorzieningen zoals een kampwinkel, kantoorruimte en sanitairruimtes, paden, wegen en parkeervoorzieningen. Permanente bewoning is niet toegestaan. De gronden met deze bestemming zijn onder andere ook bestemd voor waterscouting, jachthaven en het behoud en herstel van de ter plaatse voorkomende ecologische, landschaps- cultuurhistorische en natuurwaarden en morfologie. Binnen het bouwvlak zijn de bedrijfsgebouwen toegestaan inclusief één bedrijfswoning. De bestaande bouwrechten uit het vorige bestemmingsplan zijn gerespecteerd.

Sport

De bestemming 'Sport' is toegekend aan vier sportparken in de gemeente, te weten: sportpark 'Wodanseck' aan de Duitsekampweg 53 en 55, Sportpark De Bilderberg aan de Sportlaan in Oosterbeek, Sportpark De Waaijenberg aan de W.A. Scholtenlaan in Doorwerth en sportpark 'Wilhelmina' in Heelsum. Het betreft veelal voetbalvelden en tennisparken. Binnen de bestemming 'Sport' is tevens ondersteunende horeca ten dienste van de bestemming toegestaan. Verder zijn de gronden onder andere bestemd voor bijbehorende groenvoorzieningen, wegen en paden, parkeervoorzieningen, verhardingen en speelvoorzieningen. Uitsluitend binnen het bouwvlak dan wel de bouwaanduiding zijn gebouwen toegestaan met op de verbeelding aangegeven bouwhoogte. Verder zijn bouwwerken, geen gebouwen zijnde, toegestaan zoals erfafscheidingen en lichtmasten.

Sport - Golfbaan

De bestemming 'Sport - Golfbaan' is toegekend aan de golfbaan aan de Ginkelseweg in Heelsum. Hier is het gebruik als golfbaan toegestaan. Binnen de bestemming 'Sport - Golfbaan' is tevens ondersteunende horeca ten dienste van de bestemming toegestaan. Verder zijn de gronden onder andere bestemd voor bijbehorende groenvoorzieningen, wegen en paden, parkeervoorzieningen, verhardingen en speelvoorzieningen. Uitsluitend binnen het bouwvlak dan wel de bouwaanduiding zijn gebouwen toegestaan met op de verbeelding aangegeven bouwhoogte. Verder zijn bouwwerken, geen gebouwen zijnde, toegestaan zoals erfafscheidingen.

Tuin

De bestemming 'Tuin' is toegekend aan percelen gelegen bij de bestemming Wonen. De bestemming 'Tuin' is opgenomen ter plaatse van met name de voortuinen van de woningen. Ook zijn diverse aanduidingen opgenomen, waaronder aanduidingen 'bedrijf', 'museum', 'kantoor', 'bed & breakfast' en 'centrum', ter plaatse van percelen waar in deze functies op hetzelfde perceel opgenomen bestemming 'Wonen' ook zijn toegestaan. Op percelen met de bestemming 'Tuin' zijn verder alleen bouwwerken, geen gebouwen zijnde, en uitbouwen, die aan de voorgeschreven maatvoeringseisen voldoen, toegestaan. Daarnaast zijn op de verbeelding specifieke aanduidingen opgenomen voor enkele bestaande overkappingen, bijgebouwen en de parkeerplaatsen in de voortuin.

Tuin - 1

De bestemming 'Tuin - 1' is toegekend aan enkele speciale percelen (tuinen) met een hoge waarde voor de openheid, gelegen bij de bestemming Wonen. De bestemming 'Tuin - 1' is opgenomen ter plaatse van voortuinen en achtertuinen van de woningen. Deze bestemming geldt ter plaatse van de 'clusterwoningen' en het gebied bekend als 'Tussen de Lanen' en de 'Clusterwoningen' in het gebied, Beethovenlaan, Bachlaan, Richtersweg, Dalweg In Doorwerth. Hier is het niet gewenst dat aanbouwen, gebouwen en hoge gebouwde gesloten (vergunningplichtige) erfscheidingen mogelijk gemaakt kunnen worden. Daarnaast zijn op de verbeelding specifieke aanduidingen opgenomen voor enkele met vergunning gebouwde en reeds planologisch toegestane 'overkappingen en bijgebouwen'. Ook zijn bestaande ondergrondse parkeergarages met een aanduiding aangegeven. Op percelen met de bestemming 'Tuin - 1' zijn alleen lage bouwwerken, geen gebouwen zijnde, toegestaan. Uitbouwen zijn niet toegestaan. De bestaande bouwrechten / bestemmingsregeling uit het vorige bestemmingsplan zijn gerespecteerd.

Verkeer

De bestemming 'Verkeer' is voornamelijk toegekend aan wegen, fiets en wandelpaden en de daarnaast gelegen (kleine) groenstroken binnen het plangebied. Ook zijn diverse bestaande achterpaden en brandgangen achter woningen opgenomen in deze bestemming. Met een aanduiding zijn (bestaande) garageboxen en bestaande hoge bruggen of ecoducten aangegeven. Daarnaast zijn in deze bestemming ook andere functies toegestaan zoals waterhuishoudkundige voorzieningen en groenvoorzieningen. Op de percelen met deze bestemming zijn alleen kleine gebouwen ten behoeve van het openbaar vervoer, wegverkeer of nutsvoorzieningen toegestaan.

Verkeer - Onverhard

De bestemming 'Verkeer - Onverhard' is toegekend aan onverharde wegen en paden binnen het plangebied. Het gaat met name om onverharde bospaden (met een breed profiel) in het westen van het plangebied. In deze bestemming zijn ook andere functies toegestaan zoals waterhuishoudkundige voorzieningen en groenvoorzieningen. Voor deze wegen en paden is het in principe niet de bedoeling dat deze verhard worden.

Verkeer - Spoorverkeer

De bestemming 'Verkeer - Spoorverkeer' is voornamelijk toegekend aan de spoorlijn Utrecht - Arnhem en de bijbehorende bermen en eigendommen van ProRail (NS). De gronden zijn bestemd voor het spoorverkeer, maar ook voor wegen en paden met bijbehorende bruggen en groenvoorzieningen. Op de percelen met deze bestemming zijn alleen kleine gebouwen ten behoeve van het openbaar vervoer, wegverkeer of nutsvoorzieningen toegestaan. Een tweetal bestaande gebouwen van ProRail langs het spoor hebben een bouwvlak gekregen. Verder zijn hier bouwwerken, geen gebouwen zijnde, toegestaan ten behoeve van het (spoor)verkeer, zoals voor de elektrificering van het spoor en geluidschermen.

Water

De bestemming 'Water' is toegekend aan het water, sloten, vijvers en waterpartijen, in het plangebied die geen speciale ecologische doelstelling hebben. Binnen deze bestemming zijn de percelen bestemd voor de waterhuishouding, waterhuishoudkundige werken en oevers en taluds. Binnen deze bestemming mogen geen gebouwen worden opgericht.

Water - Hoogste Ecologische Niveau (HEN-wateren)

De bestemming 'Water - Hoogste Ecologisch Niveau (HEN-wateren)' is toegekend aan de gronden die als zodanig zijn aangewezen binnen provinciaal beleid en die van het waterschap. Voor de inhoud van de regeling is aansluiting gezocht bij dit beleid. Het betreft hier o.a. de Seelbeek, Heelsumse beek en beken in het Renkums Beekdal en hun directe omgeving. De gronden in deze bestemming zijn bestemd voor het behoud, herstel en ontwikkeling van wateren die primair afhankelijk zijn van de waterkwaliteit, de watervoerendheid, de morfologie van de oevers van waterlopen en de ter plaatse voorkomende natuur-, ecologische- en landschapswaarden.

Binnen deze bestemming zijn alleen bouwwerken, geen gebouwen zijnde, toegestaan die noodzakelijk zijn binnen de bestemming. Uitzondering hierop vormen de gronden met de aanduiding 'specifieke vorm van water – filterkelder'. Deze gronden zijn bedoeld voor het behoud van de (cultuurhistorisch waardevolle) filterkelder. Deze monumentale filterkelder was gebouwd en gebruikt voor de inname van schoon water voor voormalig Modelboerderij Huis ter Aa in Heveadorp. Verder is binnen deze bestemming een omgevingsvergunningstelsel opgenomen voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of werkzaamheden. Alvorens tot verlening van de vergunning over te mogen gaan, dient advies te worden ingewonnen bij de waterbeheerder.

Water - Rivier

De bestemming 'Water - Rivier' is toegekend aan de Nederijn. Binnen deze bestemming zijn de percelen bestemd voor de waterhuishouding, waterhuishoudkundige werken, scheep- en recreatievaart en oevers en taluds. Met aanduidingen zijn aanlegsteigers, een jachthaven en een sluis / stuw toegestaan. Binnen deze bestemming mogen geen gebouwen worden opgericht.

Wonen

De bestemming 'Wonen' is toegekend aan de verschillende soorten woningen in het plangebied. Het maximaal aantal woningen in een bouwvlak is aangeduid op de verbeelding. Bestaande bouwrechten, dus de bouwvlakken en en bouwhoogten, uit het vorige plan zijn, voor zover mogelijk, gerespecteerd en overgenomen. Soms zijn deze iets opgerekt. Op enkele plaatsen in het bouwvlak anders gelegd doordat delen van de woningen voorheen buiten het bouwvlak lagen of doordat er met vergunning bijgebouwd is bij de woningen. Ook de goot- en bouwhoogte van enkele woningen is aangepast aan de feitelijke en vergunde situatie. De grens tussen het voorerf en het bebouwbare achtererf uit het vorige bestemmingsplan is aangepast aan de nieuwe standaarden van de gemeente en de wettelijke bepalingen over het vergunningvrij bouwen. Dat wil zeggen dat het bebouwbare achtererf (bestemming 'Wonen' zonder bouwvlak) nu dichter op de voorgevel van de woningen ligt. Verder zijn de maximale bouwhoogten aangepast aan de laatste gemeentelijke standaarden, zo geldt een standaard goothoogte van 6 meter en een maximale bouwhoogte van 10 meter. Slechts enkele bestaande lage vergunden nieuwe woningen en seniorenwoningen hebben lagere hoogtes gekregen. Wanner de bestaande en vergunde woningen hogere hoogtes hebben dan zijn die hoogtes opgenomen. Daar waar gestapelde woningen aanwezig zijn zijn deze specifiek bestemd.

Hoofdgebouwen zijn alleen toegestaan binnen het bouwvlak. Aan- en uitbouwen en bijgebouwen bij hoofdgebouwen mogen zowel binnen als buiten het bouwvlak worden gebouwd. Een bouwvlak mag geheel worden volgebouwd. Binnen het bouwvlak gelden de op de verbeelding opgenomen maximale goot- en bouwhoogten. Buiten het bouwvlak geldt een in de regels opgenomen maximale oppervlakte en maximale goot- en bouwhoogte voor aan- en uitbouwen en bijgebouwen.

Bestaande, in de voorheen geldende bestemmingsplannen toegestane en/of met vergunning mogelijk gemaakte, bijzondere functies in woningen zijn met een aanduiding opgenomen, zoals centrum, kantoor, dienstverlening, bedrijf, bedrijf-aan-huis, detailhandel, museum, zorgwoning, fysiotherapie, praktijkruimte, recreatiewoning, bed & breakfast, parkeerterrein, parkeergarage en kleinschalig kampeerterrein. Ook is de in het vorige bestemmingsplan planologisch toegestane (ondergrondse) parkeergarage met een aanduiding aangegeven.

In deze bestemming zijn onder bepaalde voorwaarden, conform het gemeentelijke beleid, aan-huis-verbonden beroepen (alleen door de bewoners van de woning) toegestaan.

Om voldoende flexibiliteit te houden in het bestemmingsplan en om snel, via maatwerk, in te kunnen spelen op veranderende behoeftes in het gebruik van de woningen zijn afwijkingen opgenomen om kamerbewoning, zorgwoning, aan-huis-verbonden bedrijf (alleen voor de bewoners van de woning), bed & breakfast, mantelzorg en zogenaamde twee- of drie-generatiewoning mogelijk te maken in de woningen en/of bijgebouwen.

In de regels van de bestemming Wonen zijn voorts afwijkingsbevoegdheden opgenomen ten behoeve van het toestaan van meer wooneenheden dan ter plaatse van de aanduiding is aangegeven (conform de bestemmingsplanvoorschriften van de voorheen geldende bestemmingsplannen), het toestaan van het gedeeltelijk bouwen buiten het bouwvlak en het toestaan van (kleine) overschrijding van bouw- en goothoogten.

Wonen - Woonschepen

De bestemming 'Wonen - Woonschepen' is toegekend aan de woonboten / woonschepen die gelegen zijn in de Rosandepolder bij Oosterbeek, maar ook de woonboten / woonschepen die gelegen zijn bij Heveadorp en Renkum. Per woonschepenligplaats is maximaal één woonboot / woonschip toegestaan met een maximale oppervlakte. Op de oever, ter plaatse van de aanduiding 'bijgebouwen', zijn bijgebouwen toegestaan met een maximale oppervlakte van 25 m². Bestaande bouwrechten uit het vorige bestemmingsplan plan zijn gerespecteerd en overgenomen.

Wonen - Woonwagens

De bestemming 'Wonen - Woonwagens' is toegekend aan de woonwagens aan de Bosweg in Renkum. Deze percelen zijn bestemd voor (het stallen en bewonen van) woonwagens, met dien verstande dat per aanduiding 'woonwagenstandplaats' maximaal een standplaats voor één woonwagen is toegestaan. De oppervlakte en hoogte van woonwagens zijn vastgelegd in de regels. Per woonwagen zijn bijgebouwen toegestaan met ene maximale oppervlakte van 25 m². Bestaande bouwrechten uit het vorige bestemmingsplan plan zijn gerespecteerd en overgenomen.

Wonen - 1

De bestemming 'Wonen -1' is toegekend aan de woningen in het gebied bekend als de 'clusterwoningen' onder andere aan de Beethovenlaan, Bachlaan, Richtersweg, Dalweg in Doorwerth. Vanwege de bijzondere verschijningsvorm hebben deze woningen een aparte bestemming gekregen. Rondom deze woningen is de bestemming 'Tuin - 1' toegekend.

In beginsel is aangesloten bij de regeling die ook geldt binnen de reguliere bestemming 'Wonen'. De bestemming 'Wonen - 1' is echter beperkt tot het bebouwde deel van het erf. Het bouwvlak valt samen met het bestemmingsvlak, en mag helemaal worden volgebouwd. Het erf is geheel gelegen in de bestemming 'Tuin - 1'. De bij de woningen behorende bijgebouwen, aan- en uitbouwen, overkappingen en carports zijn in die bestemming geregeld. Op de verbeelding is de toegestane bouwhoogte gedifferentieerd: maximaal 10 meter of maximaal 7 meter. Daar waar geen bouwhoogteaanduiding is aangegeven geldt de in de regels opgenomen maximale maat van 4 meter. Voor het overige zijn de regels die gelden voor de bestemming 'Wonen' overgenomen. De bestaande éouwrechten uit het vorige bestemmingsplan zijn gerespecteerd.

5.2.3 Dubbelbestemmingen

Het plan bevat verder zes zogenoemde dubbelbestemmingen. Dubbelbestemmingen vallen als het ware over “onderliggende” materiële bestemmingen heen en houden beperkingen in voor de bouw-, aanleg- en/of gebruiksmogelijkheden van die bestemmingen. Dubbelbestemmingen dienen dus een specifiek ruimtelijk belang en zijn vrijwel allen eerder in het gemeentelijk beleid, waaronder de gemeentelijke bouwverordening, vastgelegd. Het bestemmingsplan kent de volgende dubbelbestemmingen: Leiding - Gas, Leiding - Hoogspanning, Leiding - Hoogspanningsverbinding, Leiding - Riool, Waarde - Archeologie grafheuvel, Waarde - Archeologie hoge verwachting, Waarde - Archeologie hoge verwachting vastgesteld, Waarde - Archeologie middelhoge verwachting, Waarde - Beschermingszone en niet-waterdoorlatende lagen en grondwaterstromen, Waterstaat- Stroomvoerend rivierbed. Hierna worden de dubbelbestemmingen beschreven.

Verder kent het plan nog twee 'gebiedsaanduidingen'; namelijk; 'veiligheidszone - bedrijven' en 'veiligheidszone - lpg'.

Leiding – Gas 

De dubbelbestemming 'Leiding – Gas' is opgenomen ter plaatse van de in de ondergrond aanwezige gasleidingen. Rondom de gasleiding ligt een zone van 8 meter (4 meter aan beide zijden van de hartlijn van de leiding) waarbinnen ter bescherming van de gasleiding een bouwverbod is opgenomen. Ter bescherming van de leiding is een bouwverbod opgenomen. Van dit verbod kan door middel van een omgevingsvergunning worden afgeweken. Daarnaast is een omgevingsvergunningsplicht opgenomen voor het uitvoeren van werken en werkzaamheden.

Leiding - Hoogspanning

De voor 'Leiding - Hoogspanning' aangewezen gronden zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor de bescherming, het beheer en onderhoud van de ter plaatse van de aanduiding 'hartlijn leiding - hoogspanningsverbinding' gelegen ondergrondse hoogspanningsverbinding /- leiding, te weten 50kV-kabelverbinding, met aan weerszijden van de leiding een beschermingszone van 3 meter waarbinnen ter bescherming van de hoogspanning een bouwverbod is opgenomen. Van dit verbod kan door middel van een omgevingsvergunning, na advies van de leidingbeheerder, worden afgeweken. Daarnaast is een omgevingsvergunningsplicht opgenomen voor het uitvoeren van werken en werkzaamheden.

Leiding - Hoogspanningsverbinding

De dubbelbestemming 'Leiding - Hoogspanningsverbinding' is opgenomen in verband met de binnen het plangebied In het oosten, langs de spoorlijn Arnhem – Nijmegen) aanwezige bovengrondse hoogspanningsleiding / -verbinding. Rondom de hoogspanningsverbinding ligt een zone van 70 meter (35 meter aan beide zijden van de hartlijn van de leiding) waarbinnen ter bescherming van de hoogspanningsleiding een bouwverbod is opgenomen. Van dit verbod kan door middel van een omgevingsvergunning, na advies van de leidingbeheerder, worden afgeweken. Daarnaast is een omgevingsvergunningsplicht opgenomen voor het uitvoeren van werken en werkzaamheden.

Leiding – Riool

De dubbelbestemming 'Leiding – Riool' is opgenomen ter plaatse van de in het ondergrond aanwezige hoofdrioolstelsel. Ter bescherming van dit rioolstelsel is een bouwverbod opgenomen. Van dit verbod kan door middel van een omgevingsvergunning worden afgeweken. Daarnaast is een omgevingsvergunningsplicht opgenomen voor het uitvoeren van werken en werkzaamheden.

Waarde - Archeologie grafheuvel

De dubbelbestemming 'Waarde - Archeologie grafheuvel' is opgenomen ter plaatse van de bekende grafheuvels in de gemeente. Met deze dubbelbestemming worden deze grafheuvels beschermd tegen bouwwerken en werkzaamheden.

Waarde - Archeologische verwachting

De dubbelbestemmingen 'Waarde - Archeologie hoge verwachting' en 'Waarde - Archeologie middelhoge verwachting' zijn, conform gemeentelijk beleid opgenomen ter bescherming van de in grond potentieel (te verwachten) aanwezige archeologische relicten. De gebieden met deze bestemmingen hebben een beschermingsregime gekregen met een bouwverbod en een omgevingsvergunningstelsel voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of werkzaamheden.

In de dubbelbestemming 'Waarde - Archeologie hoge verwachting' is het verboden om gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten behoeve van de eindbestemmingen te bouwen indien de oppervlakte meer dan 200 m² betreft en de ondergrondse diepte (in de grond) meer dan 0,3 meter bedraagt. In de dubbelbestemming 'Waarde - Archeologie middelhoge verwachting' geldt hetzelfde maar dan voor een oppervlakte van meer dan 500 m². Dit ter bescherming van de mogelijke archeologische waarden in de ondergrond.

Een zelfde bepaling geldt ook voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of werkzaamheden.

Voor beide archeologische dubbelbestemmingen geldt verder dat het college van burgemeester en wethouders met een omgevingsvergunning af kan wijken voor het bouwen of het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of werkzaamheden overeenkomstig de regels van de eindbestemmingen. Dat wil zeggen dat op die manier gebouwd kan worden met een grotere oppervlakte en een grotere ondergrondse diepte indien op basis van bijvoorbeeld een ingesteld archeologisch onderzoek geen archeologische waarden aanwezig zijn of geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de archeologische waarden van de gronden waarop gebouwd gaat worden, dan wel dat de archeologische waarden anderszins veilig worden gesteld.

Waarde - Archeologie hoge verwachting vastgesteld

De dubbelbestemming 'Waarde - Archeologie hoge verwachting vastgesteld' is ter bescherming en veiligstelling van deze gronden verwachte en reeds bekende en vastgestelde hoge archeologische waarden / relicten. De gebieden met deze bestemmingen hebben een beschermingsregime gekregen met een bouwverbod en een omgevingsvergunningstelsel voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of werkzaamheden.

In de dubbelbestemming 'Waarde - Archeologie hoge verwachting vastgesteld' is het verboden om gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten behoeve van de eindbestemmingen te bouwen indien de oppervlakte meer dan 30 m² betreft en de ondergrondse diepte (in de grond) meer dan 0,3 meter bedraagt. Een zelfde bepaling geldt ook voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of werkzaamheden.

Voor deze archeologische dubbelbestemming geldt verder dat het college van burgemeester en wethouders met een omgevingsvergunning af kan wijken voor het bouwen of het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of werkzaamheden overeenkomstig de regels van de eindbestemmingen. Dat wil zeggen dat op die manier gebouwd kan worden met een grotere oppervlakte en een grotere ondergrondse diepte indien op basis van bijvoorbeeld een ingesteld archeologisch onderzoek geen archeologische waarden aanwezig zijn of geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de archeologische waarden van de gronden waarop gebouwd gaat worden, dan wel dat de archeologische waarden anderszins veilig worden gesteld.

Waarde - Beschermingszone niet-waterdoorlatende lagen en grondwaterstromen

De dubbelbestemming 'Waarde - Beschermingszone niet-waterdoorlatende lagen en grondwaterstromen' heeft betrekking op de ondergrondse grondwaterstromen. Specifiek zijn deze gebieden mede bestemd voor het behoud en de bescherming van de in deze gronden verwachtte en reeds bekende geohydrologische situatie waaronder de (scheefgestelde) kleischotten/leemlagen (dit zijn niet-waterdoorlatende lagen) en grondwaterstromen ten behoeve van de toestroming van grondwater naar de beken en (schijn)grondwaterstanden.

Voor de gebieden binnen deze dubbelbestemming geldt dat in principe geohydrologisch onderzoek moet plaatsvinden naar de effecten op leemlagen en of kleischotten in de bodem, bij ingrepen in de bodem op een diepte van meer dan 1,5 meter, die op basis van de geldende eindbestemmingen zijn toegestaan. Onderzoek moet aantonen dat de ingreep de bestaande grondwaterstromen en de (schijn)grondwaterstand niet aantast. Alleen dan kan met een omgevingsvergunning worden afgeweken van de voorgaande bepaling om dieper dan 1,5 meter te bouwen of te graven.

Waterstaat - Stroomvoerend rivierbed

De dubbelbestemming 'Waterstaat - Stroomvoerend rivierbed' heeft mede betrekking op de bescherming van de mogelijkheid voor het kunnen overstromen van de rivier de Nederrijn in de uiterwaarden. Hiermee kan worden voorkomen dat gebouwen en dergelijke gebouwd kunnen worden die de waterdoorstroming bij met name hoogwater kunnen belemmeren.

veiligheidszone - bedrijven

Deze aanduiding is opgenomen ter plaatse van het gasdrukmeet- en regelstation / nutsgebouw op het terrein van ProPersona in Wolfheze en is bedoeld voor de bescherming van het gasdrukmeet- en regelstation door het opnemen van een veiligheidszone. Hiermee kan voorkomen worden dat kwetsbare objecten (zoals woningen) en beperkt kwetsbare objecten te dicht op het gasdrukmeet- en regelstation gebouwd kunnen worden.

Binnen een afstand van 4 meter van de gevel van het gasdrukmeet- en regelstation mogen geen gebouwen voor beperkt kwetsbare objecten worden gebouwd en binnen een afstand van 10 meter van de gevel van het gasdrukmeet- en regelstation mogen geen gebouwen voor kwetsbare objecten worden gebouwd.

veiligheidszone - lpg

Deze aanduiding is opgenomen ter plaatse van het het lpg-vulpunt bij het tankstation De Buunderkamp langs de A12. Binnen deze veiligheidszone in het verboden kwetsbare objecten en beperkt kwetsbare objecten op te richten.

Hoofdstuk 6 Procedure

6.1 Vooroverleg ex artikel 3.1.1 Bro

In het kader van het wettelijk verplichte overleg op grond van artikel 3.1.1 van het Besluit ruimtelijke ordening (Bro) worden voorontwerpbestemmingsplan verzonden aan de gebruikelijke partners, waaronder de provincie. Echter omdat dit in hoofdszaak een actualistie van enkele bestaande bestemmingsplannen is, maar er ook enkele digitale bestemmingspamnnen letterlijk overgenomen worden en het bestemmingsplan in hoofdzaak een beheerbestemingsplan betreft is het plan niet voorgelegd aan de partners. Mochten de partners van mening zijn dat hun belangen geraakt worden dan kunnen zij een zienswijze indienen.

6.2 Zienswijzen

6.2.1 algemeen

Het ontwerpbestemmingsplan 'Buitengebied en drie centrale dorpen 2024' heeft vanaf 27 december 2023 gedurende zes weken, dus tot en met 6 februari 2024 ter inzage gelegen. In de genoemde periode zijn tien zienswijzen ingediend. In het Gemeenteblad van woensdag 27 december 2023 en in het huis-aan-huis blad Rijn en Veluwe van woensdag 20 december 2023 is de ter inzage legging bekend gemaakt. Ook op de gemeentelijke website is deze bekendmaking gepubliceerd. Het bestemmingsplan heeft in deze periode analoog ter inzage gelegen in het gemeentehuis. Het bestemmingsplan was digitaal ook in te zien op de landelijke website www.ruimtelijkeplannen.nl en op de gemeentelijke website www.renkum.nl.

Voorafgaand aan de terinzagelegging van het ontwerpbestemmingsplan is op 13 december 2023 de kennisgeving op grond van artikel 1.3.1 van het Besluit ruimtelijke ordening gepubliceerd in het Gemeenteblad en in de Rijn en Veluwe en op de gemeentelijke website. In die kennisgeving was aangegeven dat het ontwerpbestemmingsplan naar verwachting op 27 december 2023 in ontwerp ter inzage gelegd zou worden.

Hierna zijn de PM ingediende zienswijzen samengevat en van een reactie voorzien.

6.3 Wijzigingen naar aanleiding van de zienswijzen

PM

6.4 Ambtshalve wijzigingen

PM