direct naar inhoud van 3.4 Flora - en Faunawet
vastgesteld
NL.IMRO.0268.PB140W28-VG01

3.4 Flora - en Faunawet

De Flora- en Faunawet beschermt alle in het wild levende zoogdieren, vogels, reptielen en amfibieën. Van deze soortgroepen zijn alleen Huismuis, Bruine en Zwarte rat niet beschermd. Van de vissen, ongewervelde dieren (zoals vlinders, libellen en sprinkhanen) en planten zijn alleen de in de wet genoemde soorten beschermd. De Flora- en Faunawet gaat uit van het 'nee, tenzij'-principe. Dit betekent dat alleen onder bepaalde (zeer stringente) voorwaarden een inbreuk mag worden gemaakt op de bescherming van soorten en hun leefomgeving. Daarnaast beschermt de wet niet alleen soorten in het algemeen, maar ook individuen van soorten.

Voor ruimtelijke ingrepen die gevolgen hebben voor een beschermde soort en / of zijn leefgebied moet een ontheffing op grond van de Flora- en Faunawet worden aangevraagd.

Voor algemene beschermde soorten geldt dat ontheffing niet meer behoeft te worden aangevraagd in geval van ruimtelijke ontwikkeling (tabel 1 Flora- en Faunawet). Er geldt voor deze groep echter wel een zorgplicht. Dit geldt ook voor de overige groepen en alle overige inheemse flora en fauna die niet opgenomen zijn in de tabellen. De zorgplicht houdt in dat voldoende zorg in acht moet worden genomen voor deze soorten en hun leefomgeving en dat nadelige effecten voorkomen moeten worden voor zover redelijk. Bij een ruimtelijke ontwikkeling, zoals in onderhavige situatie, dient ervoor gezorgd te worden dat dieren niet gedood worden en dat beschermde planten verplant worden. Ook dient gelet te worden op bijvoorbeeld de voortplantingsperiode van amfibieën en de zoogperiode van zoogdieren. Voor een andere groep geldt dat geen ontheffing nodig is als gewerkt wordt volgens een gedragscode (tabel 2 Flora- en Faunawet). Deze code dient door een sector of ondernemer zelf opgesteld te worden en dient vervolgens goedgekeurd te zijn. Tenslotte is er een groep soorten, bestaande uit soorten die op Bijlage IV van de HR staan en een aantal andere aangewezen soorten (tabel 3 Flora- en Faunawet), alsmede alle inheemse (broed)vogels waarvoor een ontheffing altijd nodig is.

Oranjewoud heeft in december 2010 een Flora- en Faunatoets gedaan waaruit de volgende conclusie is gekomen.

'Natuurbalans (2009) heeft buitendijks geïnventariseerd. Er zijn geen beschermde soorten ter plaatse van het tracé van de afvoerroute of werkhaven. Steenuil heeft nest in bosje bij kolk. De functionaliteit van de voortplantings- en/of vaste rust- en verblijfplaats wordt niet aangetast omdat het zachthoutooibos behouden blijft en er voldoende foerageergebied in de directe omgeving (westelijker van de kolk) resteert. Dit gebied wordt niet heringericht in het kader van de Ruimte voor de rivier-maatregel. Buitendijks worden geen verbodsbepalingen van de Flora- en faunawet overtreden, dus is er geen ontheffing nodig. Wel geldt de zorgplicht.'