Plan: | Nijmegen Neerbosch West |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0268.BP36000-VG02 |
Algemene structuurvisie Ruimtelijke Ordening Gelderland
Het ruimtelijk beleid van de provincie Gelderland staat beschreven in de Algemene Structuurvisie Ruimtelijke Ordening, voorheen het Streekplan Gelderland 2005. Met de inwerkingtreding van de Wet ruimtelijke ordening per 1 juli 2008 heeft het streekplan de status van structuurvisie gekregen. De inhoud van het streekplan blijft voor de provincie de basis voor haar eigen optreden in de ruimtelijke ordening.
Het streekplan verdeelt Gelderland in drie soorten gebieden. Voor elk van deze gebieden is het beleid verschillend. In de stedelijke netwerken, waaronder de Stadsregio Arnhem- Nijmegen, moet vooral de verstedelijking van Gelderland plaatsvinden. Binnen het groenblauwe raamwerk geeft de provincie alle ruimte aan natuur. Verstedelijking is hier niet toegestaan, tenzij er een groot belang in het geding is. In het multifunctionele gebied staat het de gemeenten tenslotte vrij zelf het ruimtelijk beleid te bepalen, rekening houdend met de waardevolle landschappen in deze gebieden.
Ontwerp Omgevingsvisie
De structuurvisie van de Provincie is geactualiseerd in de Ontwerp Omgevingsvisie. De omgevingsvisie vervangt de huidige omgevingsplannen: het Waterplan, Gelders Milieuplan, Provinciaal Verkeer en Vervoer Plan, de Structuurvisie en de Reconstructieplannen. De ontwerp Omgevingsvisie en ontwerp Omgevingsverordening liggen van 21 mei tot en met 2 juli 2013 ter inzage.
Dynamisch, mooi en divers
Er zijn drie hoofdthema's. 'Dynamisch' duidt op economische structuurversterking, duurzaamheid, innovatie en bereikbaarheid. 'Mooi' verwijst onder meer naar de opgaven op terrein van natuur, landschap, cultuurhistorie en ruimtelijke kwaliteit. 'Divers' duidt op de regionale diversiteit en de andere wijze van werken.
Aandacht voor steden
Er komt een sterker accent te liggen op stedelijke netwerken als economische kerngebieden van Gelderland. Dit zijn de gebieden, waar nu al de meeste mensen wonen en werken en die ook in de toekomst met name veel jongeren zullen trekken. Voor de versterking van (boven)regionale voorzieningen ligt de focus op drie stedelijke netwerken: dit zijn sterk verstedelijkte zones die de vorm aannemen van een netwerk van grotere en kleinere compacte steden, elk met een eigen karakter en profiel binnen het netwerk. Stedelijke netwerken zijn van groot belang voor Gelderland als geheel: als motor voor de economie en vanwege de voorzieningen voor de gehele regio. In Gelderland onderkennen we drie stedelijke netwerken:
Zowel bij stedelijke gebieden als bij een vitaal platteland ligt de focus op de kwaliteit van het bestaande. Initiatiefnemers die kwaliteit aan de bestaande voorraad willen toevoegen, worden nadrukkelijk uitgenodigd. De provincie richt zich meer op de kwaliteit van het bestaande, omdat uitbreiding steeds minder aan de orde zal zijn. De transformatie van het gebruik van bestaande gebouwen, centra en voorzieningen naar nieuwe invullingen is essentieel. De provincie ondersteunt partijen graag om tot goede invullingen en keuzes te komen via procesondersteuning, faciliteren en/of kwaliteitsateliers. De Gelderse ladder voor duurzaam ruimtegebruik helpt bij het motiveren van locatiekeuzes. Goede afwegingen bij keuzes voor nieuwbouw in landelijk en stedelijk gebied zijn belangrijk. Het uitgangspunt is dat grote ontwikkelingen in of dichtbij stedelijke gebieden plaatsvinden.
Leegstand
De provincie zet zich in voor de aanpak van leegstaand vastgoed en overcapaciteit, zonder de verantwoordelijkheid daarvoor weg te nemen bij vast goedeigenaren en gemeenten. Leegstand en overcapaciteit in plannen zit nieuwe impulsen voor Gelderland in de weg. De provincie nodigt partners en eigenaren van vastgoed uit te komen met initiatieven en oplossingen gericht op functieverandering, flexibel en tijdelijk ruimtegebruik, transformatie of sloop. De provincie wil partijen verbinden en initiatieven van partners stimuleren en ondersteunen. Een "Actieplan leegstand en overcapaciteit" kan hiervoor een goede stap zijn.
Wonen en bedrijventerreinen
De provincie heeft op regionale schaal afspraken met partners over wonen en bedrijventerreinen gemaakt. Deze afspraken blijven staan en worden met partijen verder doorontwikkeld. De provincie beziet daarnaast of regionale afstemming over detailhandel aan de orde kan zijn. Voor kantoren heeft de provincie een aantal plekken aangewezen waar grootschalige regionale kantoorontwikkeling mogelijk is. In Nijmegen is dat rondom het centraal station.
Energietransitie
Om de ambities voor energietransitie te realiseren, maakt de provincie afspraken met regio's, gemeenten, het netwerkbedrijf en andere partners. Aan de hand van een routekaart is eind 2013 een overzicht gemaakt van het potentieel aan ambities en locaties die de provincie en partijen in elke regio hebben voor hernieuwbare energie: windenergie, zonne-energie, gebruik van warmte en energie uit biomassa. Deze afspraken moeten invulling geven aan de provinciale doelstelling van 14% hernieuwbare energie in 2020 waarvan minimaal 210 MW windenergie in de provincie Gelderland.
Gelders natuurnetwerk
Met de Omgevingsvisie wordt de herijkte Ecologische Hoofdstructuur (EHS) ruimtelijk vastgelegd. Hiermee wordt invulling gegeven aan de afspraak die provincie en Rijk bij de decentralisatie van het natuurbeleid hebben gemaakt om de EHS planologisch te herijken. Voor de EHS komen twee nieuwe natuurcategorieën in de plaats: het Gelders Natuurnetwerk en de Gelderse Groene Ontwikkelingszone.
Mobiliteit
Het versterken van openbaar vervoer (trein en bus) wil de provincie vooral koppelen aan de bereikbaarheid van en in de drie stedelijke netwerk en: Apeldoorn-Zutphen-Deventer, Arnhem-Nijmegen en Ede-Wageningen. Voor het landelijk gebied richt de provincie zich op een niveau van basismobiliteit waarbij ook meer een beroep zal worden gedaan op de kracht van de (lokale) samenleving.
Lopende trajecten
De provincie zet lopende trajecten, zoals de realisatie van de A15 en de uitvoering van de sleutelprojecten gewoon door.
Stadsregio Arnhem-Nijmegen
De zes regio's in de provincie Gelderland krijgen aandacht in de Omgevingsvisie. Voor de stadsregio zijn dit de speerpunten:
Innovatie en economie:
Clusters: Energie- en Milieutechnologie, logistiek, agro, toerisme:
Sociaal economische vitaliteit en verstedelijking:
Gebiedskwaliteiten benutten:
Ontwerp Omgevingsverordening
De doelstellingen uit de omgevingsvisie worden juridisch vertaald in de ontwerp omgevingsverordening. De verordening wordt ingezet voor die onderwerpen waarvoor de provincie eraan hecht dat de doorwerking van het beleid van de Omgevingsvisie juridisch gewaarborgd is. De verordening voorziet ten opzichte van de Omgevingsvisie niet in nieuw beleid en is daarmee dus beleidsneutraal. De Omgevingsverordening richt zich net zo breed als de Omgevingsvisie op de fysieke leefomgeving in de Provincie Gelderland. Dit betekent dat vrijwel alle regels die betrekking hebben op de fysieke leefomgeving opgenomen zijn in de Omgevingsverordening. Het gaat hierbij om regels op het gebied van ruimtelijke ordening, milieu, water, mobiliteit en bodem. De Omgevingsverordening heeft de status van een Ruimtelijke verordening in de zin van artikel 4.1 Wet ruimtelijke ordening.
Ruimtelijke Verordening Gelderland (vigerend beleid)
De Wet ruimtelijke ordening geeft de provincie de bevoegdheid algemene regels vast te leggen in een provinciale verordening. Daarmee stelt de provincie eisen aan de ruimtelijke besluiten van gemeenten. De provincie richt zich daarbij op onderwerpen die van provinciaal belang zijn, zoals verstedelijking, wonen, detailhandel, natuur en water. De voorschriften in de Ruimtelijke Verordening Gelderland (RVG) zijn gebaseerd op de hierboven beschreven provinciale structuurvisie. De RVG is d.d. 15 december 2010 door Provinciale Staten vastgesteld en op 21 januari 2011 in werking getreden. Hieronder volgen de voor deze dit bestemmingsplan relevante hoofdlijnen van de Structuurvisie en provinciale verordening:
Deze verordening wordt vervangen door de nieuwe verordening behorend bij de Omgevingsvisie zodra deze is vastgesteld.