9.1 Wijzigingsbevoegdheid
9.1.1 Wijziging
Burgemeester en wethouders kunnen het plan wijzigen en:
- nadere aanduidingen met betrekking tot de functie van de verbeelding verwijderen of aangeven;
- grenzen van bestemmings- en bouwvlakken en van aanduidingen op de verbeelding zodanig wijzigen, dat de geldende oppervlakte van de bij wijziging betrokken vlakken met niet meer dan 10% wordt verkleind of vergroot en de grenzen daarbij met niet meer dan 10 m worden verschoven;
de bestemmingsvlakken voorzien van nieuwe nadere aanduidingen, mits geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:
- het straat- en bebouwingsbeeld;
- de milieusituatie;
- de verkeersveiligheid;
- de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden;
- de sociale veiligheid;
- de externe veiligheid.
9.2.1 Algemeen afwegingskader
Ter beoordeling van de toelaatbaarheid van de in
9.1.2
en
9.1.3
genoemde wijzigingsregels vindt een
evenredige belangenafweging plaats, waarbij betrokken worden:
- de mate waarin waarden, die het plan beoogt te beschermen, kunnen worden geschaad;
- de mate waarin de belangen van gebruikers en/of eigenaren van de aanliggende gronden worden geschaad;
- de mate waarin de uitvoerbaarheid, waaronder begrepen de milieutechnische-, de waterhuishoudkundige-, de archeologische-, de ecologische-, de verkeerstechnische toelaatbaarheid en de stedenbouwkundige inpasbaarheid is aangetoond.
9.2.2 Onevenredige schade en uitvoerbaarheid
Indien de waarden en/of belangen als genoemd in
9.2.1
onevenredig worden geschaad en/of de
uitvoerbaarheid niet is aangetoond vinden de genoemde wijzigingsbevoegd- heden geen toepassing.