Plan: | bestemmingsplan Nekkeveld 5, Nijkerk |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0267.BP0046-0003 |
In 2006 is de Wet op de Archeologische Monumentenzorg van kracht geworden. In het kader hiervan dient een gemeente ruimtelijke planvorming te toetsen op archeologische waarden. Indien potentiële archeologische waarden worden verstoord, dient hier nader onderzoek naar te worden verricht. Door adviesbureau RAAP is in oktober 2010 voor het gehele grondgebied van de gemeente Nijkerk een gedetailleerde archeologische waarden- en verwachtingenkaart opgesteld. Met de verwachtingenkaart heeft de gemeenteraad van Nijkerk op 17 februari 2011 onderzoeksbeleid en voorwaarden vastgesteld ten aanzien van de verschillende zones op de kaart.
Ter plaatse van de woning is volgens de waarden- en verwachtingskaart een huisterp aanwezig. Op de locatie van de terp geldt een aangepast onderzoeksregime. Bij de behandeling van de kaart in de gemeenteraad, heeft de raad besloten dat op dergelijke locaties onderzoek noodzakelijk is plangebieden groter dan 50 m² bij bodemingrepen dieper dan 40 cm.
Een archeologisch onderzoek is uitgevoerd voor de locatie door ADC ArcheoProjecten. Het onderzoek "Nekkeveld 5, Nijkerk. Een bureauonderzoek en inventariserend veldonderzoek in de vorm van een verkennend booronderzoek" d.d. 30 januari 2012 is opgenomen als bijlage 2 bij deze toelichting. Voor de locatie is eerst een bureauonderzoek uitgevoerd. Op basis van de onderzoekgegevens wordt geconcludeerd dat in ieder geval vanaf 1811 bebouwing aanwezig was in het plangebied, mogelijk reeds eerder in de Late Middeleeuwen (1050 - 1500) of de Nieuwe Tijd (1500-heden). Bureauonderzoek bevestigt dat er zich mogelijk resten van een huisplaats in het plangebied bevinden. Vervolgens is een verkennend booronderzoek uitgevoerd. Geboord is op de locaties waar bouwwerkzaamheden zijn beoogd. De locatie van de boorpunten is op onderstaande kaart aangegeven.
Bij de boringen ter plaatse van de beoogde vervangende nieuwbouw van de woning zijn ophogingslagen behorende bij een terp of huisplaats aangetroffen. Bij boringen aan de noordzijde van het perceel, buiten de terp, zijn verstoringen van de bovengrond vanaf 55 cm. aangetroffen. Geconcludeerd wordt dat het plangebied hiermee voldoende onderzocht is. Wanneer de bodem niet dieper wordt verstoord dan de bouwvoor (40 cm), met uitzondering van eventuele palen, kan de verstoring van het potentiële archeologische niveau tot een minimum worden beperkt. Naast de bestaande woning zijn een septic tank en een gierkelder aanwezig. Bij het verwijderen van deze objecten is geen risico voor het aantasten van archeologische waarden, omdat deze ter plaatse niet meer intact zullen zijn. Voor nieuwbouw van een schuur ter plaatse van de uitgevoerde boring aan de noordzijde van het perceel gelden geen beperkingen.
De onderzoeksresultaten zijn verwerkt in de regels van het bestemmingsplan. De locatie van de terp is op de verbeelding weergegeven. Daarbinnen geldt het regime qua oppervlakte en diepte zoals hierboven beschreven, en dient in principe voor plannen groter/dieper dan deze oppervlaktes een omgevingsvergunning te worden verkregen. Het resterende deel van het plangebied (buiten de terp) heeft een lage verwachtingswaarde, waarbij alleen bij ingrepen met een oppervlakte van meer dan 10.000 m² dieper dan 40 cm. het onderzoeksregime geldt.