direct naar inhoud van Artikel 3 Agrarisch met waarden - Landschaps- en Natuurwaarden
Plan: bestemmingsplan Nekkeveld 5, Nijkerk
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0267.BP0046-0003

Artikel 3 Agrarisch met waarden - Landschaps- en Natuurwaarden

3.1 Bestemmingsomschrijving

De voor ' Agrarisch met waarden - Landschaps- en Natuurwaarden ' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. de uitoefening van het agrarisch bedrijf, met dien verstande dat:
    • 1. kwekerijen, als bedoeld in artikel 1 onder 1.27 , niet zijn toegestaan op gronden ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarische met waarden - openheid van het landschap', tenzij het betreft kwekerijen die bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan;
    • 2. intensieve veehouderij niet is toegestaan;
  • b. het weiden van vee;
  • c. instandhouding van de aldaar voorkomende dan wel daaraan eigen landschaps- en natuurwaarden, zoals geomorfologische, bodemkundige, landschapsvisuele, en ecologische waarden, waaronder hier in ieder geval zijn begrepen de landschaps- en natuurwaarden die hierna zijn vermeld:
    ter plaatse van de aanduiding   waarden  
    'specifieke vorm van agrarische met waarden - karakteristieke verkaveling'   karakteristieke verkaveling  
    'specifieke vorm van agrarische met waarden - openheid van het landschap'   openheid van het landschap  
    'specifieke vorm van agrarische met waarden - vogelbeschermingsgebied'   behoud van de omvang en de kwaliteit van het leefgebied:
    1. voor de kleine zwaan,
    2. voor de smient, en
    3. voor de bittervoorn  
    'specifieke vorm van agrarische met waarden - weidevogelgebied'   weidevogelgebied  
  • d. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - paardenbak' tevens voor een paardenbak;
  • e. voorzieningen ten behoeve van extensieve openluchtrecreatie, zoals fiets- en voetpaden, ruiterpaden en picknickplaatsen;
  • f. een verharde in- en uitrit ten behoeve van de ontsluiting van aanliggende bestemmingen;

met daarbijbehorende:

  • g. bouwwerken, geen gebouwen zijnde;
  • h. werken, geen bouwwerk zijnde, en werkzaamheden;
  • i. parkeervoorzieningen;
  • j. groenvoorzieningen;
  • k. overige voorzieningen, niet zijnde voorzieningen ten behoeve van de opslag van mest.
3.2 Bouwregels
3.2.1 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Op de voor ' Agrarisch met waarden - Landschaps- en Natuurwaarden ' aangewezen gronden mogen uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde ten dienste van de bestemming worden gebouwd.

3.2.2 Bouwen

Voor het bouwen van bouwwerken als bedoeld in sublid 3.2.1 gelden de volgende bepalingen:

  • a. de bouwhoogte van bouwwerken mag niet meer bedragen dan daarbij hierna is aangegeven:
bouwwerken   max. bouwhoogte  
erf- of perceelafscheidingen   1 m  
overige andere bouwwerken   2 m  
3.3 Specifieke gebruiksregels
3.3.1 Verboden gebruik

Tot een gebruik in strijd met het bestemmingsplan wordt in ieder geval gerekend:

  • a. het gebruik van gronden gelegen buiten een bouwvlak voor:
    • 1. boogkassen;
    • 2. de opslag van hooirollen;
    • 3. paardenbakken, behoudens ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - paardenbak';
    • 4. teeltondersteunde voorzieningen als nevenactiviteit;
  • b. het gebruik van gronden als standplaats voor kampeermiddelen.
3.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden

Artikel 10 (Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden) is van toepassing op het uitvoeren van in dat artikel aangegeven werken en werkzaamheden, op en in de daarbij aangegeven gronden, met de daarbij aangegeven voorwaarden en uitzonderingen.