direct naar inhoud van 5.1 Bodem
Plan: Herontwikkeling Schoollocatie Chopinstraat 3
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0265.Schoollocatie-VSG1

5.1 Bodem

Ten aanzien van de bodemkwaliteit geldt de Wet bodembescherming (Wbb) en het (bijbehorende) Besluit bodemkwaliteit. Gestreefd wordt naar een duurzaam gebruik van de bodem. Bij een ruimtelijk plan moet de bodemkwaliteit van het betreffende gebied inzichtelijk worden gemaakt. Hierbij is van belang te weten of er bodemverontreiniging is die de functiedoelen kan frustreren, of er daardoor gezondheidsrisico's of ecologische risico's zijn en wat de mogelijkheden zijn om er tijdig iets aan te doen. Hiervoor is wettelijk verplichte informatie over de bodemkwaliteit nodig.

Het uitgangspunt wat betreft de bodem in het plangebied is, dat de kwaliteit ervan zodanig dient te zijn dat er geen risico's zijn voor de volksgezondheid bij het gebruik van het plangebied voor de voorgenomen functie(s).

Om de milieuhygiënische bodemkwaliteit te kunnen vastleggen, heeft Ecopart B.V. een nader bodemonderzoek uitgevoerd. Het nader bodemonderzoek is gebaseerd op een verkennend bodemonderzoek dat al eerder door Ecopart is uitgevoerd. Uit dit verkennend bodemonderzoek is gebleken dat er op één plek in de bovengrond sprake is van een sterke verontreiniging met barium en lood en een matige verontreiniging met zink.

Uit de analyseresultaten van het nader bodemonderzoek zijn plaatselijk licht verhoogde gehaltes gemeten voor cobalt, barium, koper, kwik, lood, nikkel en zink. Het tot boven de interventiewaarde verontreinigde bodemvolume is geschat op circa maximaal 10 m3.

Gezien de omvang van het met zware metalen verontreinigde gebied en de aangetroffen gehaltes kan worden vastgesteld dat er geen sprake is van een ernstige verontreiniging in de zin van de Wet Bodemsanering, waarvoor een saneringsnoodzaak geldt. Hoewel er geen sprake is van een formele saneringsnoodzaak is het aan te bevelen om bij de herontwikkeling de aangetroffen ''spot'' te verwijderen, waarbij de hierbij vrijgekomen grond op een milieuhygiënische verantwoorde manier dient te worden afgevoerd. Waardwonen zal de aangetroffen "spot" verwijderen.

Het bodemonderzoek is als Bijlage 1 Bodemonderzoek bij deze toelichting gevoegd.