Plan: | Buitengebied herziening 2010, Drielseweg 21 |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0263.BP1066-OH01 |
Er heeft een archeologisch onderzoek1 plaatsgevonden. Hieronder wordt enkel de conclusie van dit onderzoek weergegeven. De volledige rapportage is bijlage 1 bij de toelichting van dit bestemmingsplan.
Conclusies
De onderzoekslocatie ligt op oeverafzettingen van de stroomgordel van Winkels. Deze oeverafzettingen hebben een middelhoge trefkans op archeologische resten uit de periode Bronstijd-Ijzertijd. Op de stroomgordel van Winkels zijn echter geen archeologische resten aangetroffen. Daarnaast kunnen op de onderzoekslocatie oeverafzettingen van de stroomgordels van Hedel-Worddragen en Velddriel aanwezig zijn. Deze afzettingen hebben volgens de provinciale verwachtingskaart een middelhoge trefkans op archeologische resten uit de periode Ijzertijd-Middeleeuwen. De pleistocene afzettingen worden verwacht op een diepte 3 tot 4 m-mv. Uit het verkennend booronderzoek is gebleken dat aan de top een dun pakket overslagafzettingen aanwezig is. Daarnaast zijn de oeverafzettingen van de stroomgrodel van Winkels aangegtroffen, die zijn afgedekt door komafzettingen. De oeverafzettingen van de stroomgordels van Hedel-Wordragen en Velddriel zijn op de onderzoekslocatie niet aanwezig. De top van de oeverafzettingen is intact. De oeverafzettingen zijn echter weer snel afgedekt met jongere komafzettingen, waardoor dit niveau waarschijnlijk niet aantrekkelijk geweest is voor bewoning. Binnen 3 m-mv zijn de pleistocene afzettingen op de onderzoekslocatie aangetroffen. Er wordt dan ook geconcludeerd dat de kans klein is dat er acheologsiche resten aanwezig zijn op de onderzoekslocatie.
Aanbeveling
Op basis van de resultaten van het bureau- en inventariserend veldonderzoek wordt de aanbeveling gedaan dat vervolgonderzoek op de onderzoekslocatie niet noodzakelijk is. Geadviseerd wordt dan ook om de onderzoekslocatie vrij te geven. Het is aan het bevoegd gezag, de gemeente Maasdriel, om dit terrein definitief vrij te geven. De archeologische meldingsplicht blijft echter van kracht. Mochten op de locatie alsnog archeologische sporen worden aangetroffen, dan dient dit onverwijld te worden gemeld bij het bevoegd gezag.