direct naar inhoud van Artikel 6 Groen
Plan: Bedrijven- en sportterreinen Heerde
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0246.700BPBHDBDRIJVNTRN-VA03

Artikel 6 Groen

6.1 Bestemmingsomschrijving

De voor ' Groen ' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. groenvoorzieningen;
  • b. speelvoorzieningen;
  • c. voet- en fietspaden;
  • d. infrastructurele voorzieningen, zoals deze bestonden op het tijdstip van de vaststelling van het plan;
  • e. water en waterhuishoudkundige voorzieningen;
  • f. nutsvoorzieningen;
  • g. de aanleg, het behoud, de bescherming en/ of het herstel van de grondwal en de daarop voorkomende houtopstanden ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van groen - grondwal';
  • h. de aanleg, het behoud, de bescherming en/of het herstel van een groensingel met opgaand groen, ter afscherming van het achterliggende bedrijventerrein ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van groen – opgaand groen';


met de daarbij behorende

  • i. gebouwen;
  • j. bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
6.2 Bouwregels
6.2.1 Gebouwen

Op of in deze gronden mogen geen gebouwen worden gebouwd.

6.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:

  • a. de bouwhoogte van antennes, vlaggenmasten en lichtmasten bedraagt maximaal 5 m;
  • b. de bouwhoogte van speelvoorzieningen bedraagt maximaal 5 m;
  • c. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen bedraagt maximaal 2 m;
  • d. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, bedraagt maximaal 3 m;
  • e. het bouwen van overkappingen is niet toegestaan.
6.3 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
6.3.1 Vergunningplicht

Behoudens het bepaalde in lid 6.3.2 is het ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van groen - grondwal' verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerk zijnde, of werkzaamheden uit te voeren, te doen of te laten uitvoeren:

  • a. verlagen, afgraven of het ophogen van de grondwal;
  • b. het vellen of rooien van bomen, houtsingels of houtwallen.

6.3.2 Uitzonderingen vergunningplicht

Het in lid 6.3.1 vervatte verbod geldt niet voor het uitvoeren van de volgende werken en werkzaamheden:

  • a. werken en werkzaamheden in het kader van het normale beheer, onderhoud en exploitatie;
  • b. werken en werkzaamheden waarmee rechtens is of mag worden begonnen ten tijde van het onherroepelijk worden van het plan;
  • c. werken en werkzaamheden die worden uitgevoerd ter ontwikkeling van landschaps- en natuurwaarden.

6.3.3 Afwegingskader

Een omgevingsvergunning, zoals bedoeld in lid 6.3.1, kan uitsluitend worden verleend indien door die werken of werkzaamheden dan wel door de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen de grondwal en de daarop voorkomende houtopstanden niet onevenredig worden of kunnen worden aangetast.