Plan: | Lorentz - 1e wijziging geluidverkaveling |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | wijzigingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0243.WP00087-0003 |
In het bestemmingsplan 'Toedeling geluidruimte bedrijventerrein Lorentz' is in artikel 3.6 van de planregels een wijzigingsbevoegdheid opgenomen. Onder lid b van dit artikel is het volgende opgenomen:
"Burgemeester en wethouders kunnen het plan wijzigen en de geluidruimte per vierkante meter op een kavel vergroten en gelijktijdig de geluidruimte van een andere kavel verkleinen indien:
Door adviesbureau Peutz is bij brief van 19 maart 2012 namens zowel Bruil Infra als EBC verzocht deze wijzigingsbevoegdheid toe te passen in verband met de gewijzigde verkaveling tussen beide bedrijven. Deze brief is als Bijlage 1 toegevoegd aan deze toelichting. In onderstaande vier subparagrafen wordt aangegeven hoe aan de voorwaarden voor wijziging wordt voldaan.
In het eerste sublid wordt gesteld dat voor een vergroting van de geluidruimte de bedrijfseconomische noodzaak moet worden aangetoond. Door aanvragers is hierover het volgende aangevoerd:
"Voor wat betreft EBC hebben optimalisering van de bedrijfsvoering en zorgvuldig ruimtegebruik ervoor gezorgd dat de beoogde productiecapaciteit van betonmortel op een steeds kleiner kavel gerealiseerd kan worden. Een groot perceel, met bijbehorende kosten, is derhalve niet meer noodzakelijk en ook niet langer wenselijk. Bij gelijkblijvende productie op een kleiner kavel is uiteraard wel sprake van een hogere benodigde geluidruimte per vierkante meter.
Ten aanzien van de productie van asfalt (Bruil Infra) wordt de komende jaren onder andere verwacht dat steeds meer gerecycled asfalt toegepast wordt. Ook worden steeds meer eisen gesteld aan de kwaliteit van de grondstoffen, waarbij een vergaande indeling naar fracties (diameter) steeds belangrijker wordt. Dit gaat gepaard met een behoefte aan meer ruimte voor opslagvakken. Om de bedrijfsvoering in de toekomst zeker te stellen is de overname van een deel van de kavel van EBC dan ook een bedrijfseconomische noodzaak."
Het verhogen van de geluidruimte op de kavel van EBC is het gevolg van het afstoten van een deel van de kavel aan Bruil Infra. De bedrijfseconomische noodzaak voor het vergroten van de geluidruimte op het perceel van Bruil Infra is hiermee voldoende aangetoond.
Een andere voorwaarde voor medewerking aan de wijziging is dat ondanks het toepassen van de beste beschikbare technieken (BBT) op de gehele inrichting een grotere geluidruimte nodig is ter optimalisering en/of uitbreiding van de bedrijfsvoering (sublid 2 onder a). Door aanvragers is hierover het volgende naar voren gebracht:
"Op beide percelen wordt een nieuwe inrichting gerealiseerd. Dit betekent dat in de layout van het terrein veel aandacht besteed zal worden aan het optimaliseren van de terreininrichting. Bij het ontwerp van installaties en de aanschaf van materieel is geluid een belangrijk aandachtspunt. Voor de betoncentrale van EBC kan op voorhand niet in detail op BBT ingegaan worden, omdat de oprichting van de inrichting zich nog in een vroeg stadium bevindt. Wel zijn de gehanteerde geluidgegevens gebaseerd op andere, moderne betoncentrales van EBC die in lijn zijn met BBT.
De plannen voor de asfaltcentrale zijn al concreter. In het akoestisch onderzoek dat bij de ingediende omgevingsvergunningaanvraag van Bruil Infra gevoegd is (zie Bijlage 2), wordt daarom uitgebreid ingegaan op BBT. Geconcludeerd wordt dat door de inpandige opstelling van de menginstallatie en de omkasting van de trommels, de geluidreducerende maatregelen aan schoorsteen en filterinstallaties, de opstelling van de puinbreker, die veelal onder een overkapping plaatsvindt, de layout van de inrichting, modern materieel en de toepassing van keerwanden sprake is van een moderne inrichting die in lijn is met BBT."
De wijzigingsbevoegdheid is in eerste instantie opgesteld met het oog op bestaande bedrijven die een grotere geluidruimte nodig zouden hebben. In die gevallen zal eerst voor de gehele inrichting gekeken moeten worden of via toepassing van BBT nog geluidruimte op eigen terrein 'vrijgespeeld' kan worden. Aangezien het hier om de nieuwvestiging van twee inrichtingen gaat, zullen beide bedrijven op grond van de milieuwet- en regelgeving hoe dan ook BBT moeten toepassen. Door het toepassen van BBT kan geen extra geluidruimte worden verkregen zodat aan de gewenste bedrijfsvoering alleen kan worden meegewerkt door meer geluidruimte toe te staan.
Het toestaan van een grotere geluidruimte mag niet tot gevolg hebben dat de geluidzone wordt overschreden. Ook mag de maximaal toelaatbare geluidbelasting van bestaande en toekomstige woningen niet worden overschreden. Door aanvragers is hierover het volgende naar voren gebracht (met 'het bestemmingsplan' wordt hier het bestemmingsplan 'Toedeling geluidruimte bedrijventerrein Lorentz' bedoeld):
"De voorgestelde kavelwaarden van respectievelijk 72 dB(A)/m2 en 73 dB(A)/m2 zijn als volgt tot stand gekomen:
In tabel 1 worden de huidige bestemmingsplansituatie, de geprojecteerde akoestische situatie en de daaruit volgende geprojecteerde bestemmingsplansituatie samengevat.
Tabel 1. Overzicht situaties en bijbehorende kavelparameters.
Naam |
Kaveloppervlakte m2 |
Kavelwaarde dB(A)/m2 |
Bronvermogen dB(A) |
Bestemmingsplan Bruil Infra | 18.846 | 74 | 116,8 |
Bestemmingsplan EBC | 18.846 | 70 | 112,8 |
Bestemmingsplan beide kavels samen | 118,3 | ||
Vergunningaanvraag Bruil Infra | 27.692 | 72,4 | 116,8 |
Geprojecteerde situatie EBC | 10.000 | 72,8 | 112,8 |
Geprojecteerde situatie beide kavels samen | 118,3 | ||
Voorstel kavel Bruil Infra | 27.692 | 72 | 116,4 |
Voorstel kavel EBC | 10.000 | 73 | 113,0 |
Voorstel beide kavels samen | 118,0 |
Uit de tabel blijkt dat sprake is van een geluidbudget-neutrale omzetting van de thans vastgelegde kavelwaarden. Op macro-schaal wordt er op deze wijze niet meer geluidruimte vergeven dan op dit moment in het bestemmingsplan vastgelegd."
Omdat per saldo de geluidbelasting niet toeneemt (zie hierover ook paragraaf 3.2) wordt voldaan aan de voorwaarde.
Een verkleining van de geluidruimte op de ene kavel ten gunste van een vergroting op een andere kavel moet binnen één en dezelfde procedure plaatsvinden. Dit om te voorkomen dat, om wat voor reden dan ook, de vergroting doorgang vindt zonder dat de benodigde verkleining planologisch wordt vastgelegd wordt. Hiermee wordt voorkomen dat er een situatie kan ontstaan, waarbij de totale geluidverkaveling zoals die in het bestemmingsplan is vastgelegd de geluidzone overschrijdt. In voorliggende bestemmingsplan wordt gelijktijdig de gewijzigde verkaveling en de gewijzigde kavelwaarden vastgelegd. Beide partijen hebben gezamenlijk een verzoek tot wijziging van het bestemmingsplan ingediend.