direct naar inhoud van Artikel 13 Waterstaat - Waterkering
Plan: Stationsgebied West
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0236.GDMSTATIONWEST-VSG2

Artikel 13 Waterstaat - Waterkering

13.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Waterstaat - Waterkering' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemmingen, primair bestemd voor waterkering.

13.2 Bouwregels

Voor het bouwen gelden de volgende regels:

  • a. ten behoeve van de bestemming Waterstaat - Waterkering mogen uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde worden gebouwd;
  • b. de bouwhoogte van de onder a. bedoelde bouwwerken geen gebouwen zijnde bedraagt ten hoogste 2 m;
  • c. voor zover de in lid 13.1 bedoelde gronden mede zijn bestemd voor de overige daar voorkomende bestemmingen zijn de krachtens die bestemmingen en de met omgevingsvergunning ingevolge de artikelen 12 en 15 toelaatbare bouwwerken niet toegestaan.

13.3 Afwijken van de bouwregels

Burgemeester en wethouders kunnen met een omgevingsvergunning afwijken van:

  • a. lid 13.2 onder c, indien het belang van de waterkering hierdoor niet onevenredig wordt geschaad;
  • b. alvorens omtrent het verlenen van omgevingsvergunning te beslissen winnen burgemeester en wethouders schriftelijk advies in bij de beheerder van de waterkering.

13.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
13.4.1 Verbod

Het is verboden zonder, of in afwijking van, een schriftelijke vergunning (omgevingsvergunning) van burgemeester en wethouders, in verband met de bescherming van de waterkering de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:

  • a. het ophogen van de bodem;
  • b. het aanleggen, verbreden of verharden van wegen, paden, banen of parkeergelegenheid en het aanbrengen van andere oppervlakteverhardingen;
  • c. het aanleggen, verbreden en dempen van sloten, vijvers en andere wateren;
  • d. het verlagen of het verhogen van het waterpeil;
  • e. het aanbrengen van ondergrondse transport-, energie-, telecommunicatie- of andere leidingen en daarmee verband houdende constructies;
  • f. het bebossen van gronden die op het tijdstip van het van kracht worden van dit plan niet als bosgrond kunnen worden aangemerkt;
  • g. het rooien van bos of boomgaard, waarbij de stobben worden verwijderd;
  • h. het aanleggen van bos of boomgaard;
  • i. het scheuren van grasland;
  • j. het uitvoeren van grondbewerkingen op een grotere diepte dan 30 cm waartoe ook wordt gerekend woelen, mengen, diepploegen, egaliseren, aanleggen van drainage en ontginnen.

13.4.2 Uitzondering

Het onder lid 13.4.1 vervatte verbod geldt niet indien het werken en/of werkzaamheden betreft, die:

  • a. het normale onderhoud tot doel hebben, met inbegrip van onderhouds- en vervangingswerkzaamheden van bestaande bestratingen en beplantingen en de aanleg van nieuwe en de vervanging van bestaande kabels en leidingen binnen bestaande tracés van kabels en leidingen;
  • b. gelet op de elders in deze voorschriften genoemde doeleinden, voor deze gronden van ondergeschikte betekenis zijn;
  • c. uitgevoerd of in uitvoering zijn op het tijdstip van het van kracht worden van dit plan.

13.4.3 Vergunning

Een omgevingsvergunning als bedoeld in lid 13.4.1 wordt niet verleend indien ten aanzien van het werk of de werkzaamheid sprake is van onevenredige afbreuk aan de functie van de waterkering.

13.4.4 Advies

Alvorens omtrent het verlenen van een omgevingsvergunning te beslissen winnen burgemeester en wethouders schriftelijk advies in bij de beheerder van de waterkering.