Type plan: bestemmingsplan
Naam van het plan: Landgoed De Pirk
Status: vastgesteld
Plan identificatie: NL.IMRO.0232.BG013LGDePirk-VBP1

Artikel 7 Wonen

7.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
  1. woningen, met dien verstande dat per bestemmingsvlak ten hoogste 1 woning is toegestaan - tenzij anders op de kaart is aangegeven;
  2. de uitoefening van een aan huis verbonden beroep in een praktijk- of studioruimte;
  3. parkeren voor bezoekers van het landgoed ter plaatse van de functieaanduiding 'parkeerterrein' (p).
en zijn mede
  1. voor de bescherming van de vochtgebonden natuurlijke waarden van deze gronden bestemd;
met daarbij behorende gebouwen, andere-bouwwerken, tuinen en erven.
 
7.2 Bouwregels
Op de tot 'Wonen' bestemde gronden mogen uitsluitend worden gebouwd bouwwerken ten dienste van de bestemming, met dien verstande dat:
 
7.2.1 voor hoofdgebouwen geldt:
  1. dat per bouwvlak één vrijstaand hoofdgebouw is toegelaten;
  2. dat hoofdgebouw in het bouwvlak dient te worden gebouwd. De dakoverstekken mogen de bouwgrens van het bouwvlak overschrijden;
  3. dat de inhoud van een hoofdgebouw ten hoogste 600 m3 bedraagt, dan wel indien een grotere woning aanwezig is, de inhoud zoals die bestond op het tijdstip van terinzagelegging van het ontwerpplan;
  4. dat de goothoogte ten hoogste 3,50 m bedraagt, dan wel indien een grotere goothoogte aanwezig is, de goothoogte zoals die bestond op het tijdstip van de terinzagelegging van het ontwerpplan;
  5. dat de bouwhoogte ten hoogste 10 m bedraagt, dan wel indien een grotere bouwhoogte aanwezig is, de bouwhoogte zoals die bestond op het tijdstip van de terinzagelegging van het ontwerpplan;
  6. dat de breedte ten minste 5 m bedraagt;
  7. dat de dakhelling ten minste 30° bedraagt.
7.2.2 voor aan- en bijgebouwen geldt:
  1. dat de gezamenlijke oppervlakte van aan- en bijgebouwen ten hoogste 60 m2 bedraagt, dan wel indien een grotere oppervlakte aanwezig is, de oppervlakte zoals die bestond op het tijdstip van de terinzagelegging van het ontwerpplan;
  2. dat de bouwhoogte ten hoogste 5 m bedraagt;
  3. dat de vrijstaande bijgebouwen op een afstand van ten minste 4 m achter de voorgevelrooilijn van de woning en het verlengde daarvan dienen te worden geplaatst en op geen grotere afstand dan 30 m ten opzichte van de woning.       
7.2.3 voor andere bouwwerken geldt dat de hoogte ten hoogste bedraagt:
  1. indien de andere bouwwerken vóór de voorgevel van de woning en het verlengde daarvan worden gebouwd 1 m;
  2. voor vlaggenmasten 5 m;
  3. in overige gevallen 2,50 m.
7.3 Specifieke gebruiksregels
7.3.1 Strijdig gebruik
Onder strijdig gebruik, als bedoeld in artikel 10, wordt in ieder geval verstaan het gebruik:
  1. van vrijstaande bijgebouwen en gastenverblijven voor bewoning;
  2. van bijgebouwen voor recreatieve bewoning;
  3. van gronden voor de opslag van onbruikbare of althans aan hun oorspronkelijk gebruik onttrokken voertuigen, schroot, afbraak- en bouwmaterialen, vuil en afvalstoffen, behoudens deze opslag geschiedt in het kader van het normale gebruik;
7.3.2 Aan huis verbonden beroep
Een aan huis verbonden beroep is toegestaan, met dien verstande dat:
  1. ten hoogste 40% van de gezamenlijke oppervlakte van het woonhuis met de daarbij behorende bijgebouwen mag worden gebruikt ten behoeve van het aan huis verbonden beroep, met dien verstande dat deze gezamenlijke oppervlakte nimmer meer bedraagt dan 50 m2;
  2. de uitstraling als woning intact blijft;
  3. het gebruik geen nadelige gevolgen heeft voor het woon- en leefmilieu;
  4. het gebruik geen nadelige gevolgen heeft op de normale ontwikkeling van het verkeer en geen nadelige toename van de parkeerbehoefte veroorzaakt;
  5. detailhandel niet is toegestaan.