Wildemaet

3.4 Ecologie

Sinds 1 april 2002 regelt de "Flora- en faunawet" de bescherming van in het wild voorkomende inheemse planten en dieren. Met de inwerkingtreding van de Flora- en faunawet is een belangrijk deel van de doorwerking van de Vogel- en Habitatrichtlijn geregeld. Samen met de Natuurbeschermingswet heeft de Flora- en faunawet tot doel de Nederlandse natuur te beschermen. In de wet is onder meer bepaald dat beschermde dieren niet gedood, gevangen of verontrust mogen worden en planten niet geplukt, uitgestoken of verzameld mogen worden. Bovendien dient iedereen voldoende zorg in acht te nemen voor in het wild levende planten en dieren. Daarnaast is het niet toegestaan om hun directe leefomgeving, waaronder nesten en holen, te beschadigen, te vernielen of te verstoren. De "Flora- en faunawet" heeft dan ook belangrijke consequenties voor ruimtelijke plannen.

De natuurtoets die is uitgevoerd voor de locatie "Wildemaet" wijst uit dat de ontwikkeling geen negatieve invloed heeft op een Natura 2000-gebied, Beschermde Natuurmonumenten, de Ecologische Hoofdstructuur of weidevogel- en ganzenfourageergebied.

Tijdens het vleermuizenonderzoek zijn geen vaste rust- en verblijfsplaatsen van vleermuizen aangetroffen. De laanbeplanting aan de rand van het plangebied wordt wel gebruikt door vleermuizen van een kolonie die zich buiten het plangebied heeft gevestigd. In het stedenbouwkundig plan blijft deze beplanting gehandhaafd en daarom is een ontheffing in het kader van de Flora- en faunawet niet nodig.

Algemene broedvogels zijn wel te verwachten in het plangebied. Verwijdering van beplanting dient daarom buiten het broedseizoen (medio maart-medio juli) te worden verwijderd.

Indien dit vanwege de planning niet mogelijk is dient voorafgaand aan kapwerkzaamheden onderzocht te worden of er broedvogels nestelen of broeden.

Voor meer uitgebreide informatie wordt verwezen naar Bijlage 4 Natuurtoets.