Plan: | 1e Partiële herziening Bestemmingsplan Beschermd Stadsgezicht |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0230.BPBESCHSTAD2014-VST1 |
Op 24 juni 2013 is het bestemmingsplan Beschermd Stadsgezicht vastgesteld. Dit bestemmingsplan omvat het beschermde stadsgezicht van Elburg. Tegen het vaststellingsbesluit van de gemeenteraad is door 'De Duinzoom BV' te Elburg beroep ingesteld bij de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State. Naar aanleiding van de uitspraak moet het bestemmingsplan nog op één onderdeel worden aangepast. Deze 1e partiële herziening voorziet daarin. De begrenzing van deze 1e partiële herziening is aangegeven in onderstaande figuur.
Begrenzing van de 1e partiële herziening
De Afdeling heeft op 16 april 2014 uitspraak gedaan over het beroep tegen het vastgestelde bestemmingsplan (zie bijlage 1). Op twee punten is De Duinzoom BV in het gelijk gesteld:
Evenwel wordt ook het volgende in de uitspraak aangegeven:
“De Afdeling stelt echter vast dat het gebruik van de gronden als terras bij de bestemming 'Horeca' grenzend aan de voorzijde van het plandeel niet past binnen de bestemmingsomschrijving van de aan de gronden toegekende bestemming 'Verkeer-Verblijfsgebied' en dat dit gebruik van de gronden ook anderszins niet door middel van een nadere aanduiding in de verbeelding in het plan als zodanig is bestemd…../…Ook de door de raad gestelde omstandigheid dat het opnemen van de mogelijkheid van een terras de verkeersbestemming derden de mogelijkheid zou bieden de verkeersbestemming te frustreren, te belemmeren of onmogelijk te maken, doet niet af aan de verplichting de mogelijkheid om een terras op gronden binnen het plangebied te kunnen realiseren in een bestemmingsplan op te nemen, indien dit door de raad uit een oogpunt van een goede ruimtelijke ordening wenselijk wordt geacht.”
Op meerdere locaties binnen het plangebied, binnen de bestemming 'Verkeer-Verblijfsgebied', zijn terrassen aanwezig en hiervoor zijn/worden ook (terras)vergunningen afgegeven. Dat moet ook mogelijk blijven. De uitspraak van de Afdeling moet dan ook binnen die context worden beoordeeld voor wat betreft deze aanpassing.
Om de navolgende reden is de bestemmingsomschrijving van 'Verkeer - Verblijfsgebied' met deze herziening aangepast.
De terrasvergunning wordt verleend op basis van artikel 2:10a van de Algemene Plaatselijke Verordening (APV), indien niet eveneens een exploitatievergunning voor het betreffende horecabedrijf is vereist (“Vergunning voor het plaatsen van voorwerpen op of aan de weg in strijd met de publieke functie van de weg”).
Als eveneens een exploitatievergunning nodig is, en in de meeste gevallen is dat het geval, wordt de vergunning voor het hebben van een terras verleend op grond van artikel 2.28 van de APV.
Onder terras (art. 2:27 onder 2 APV) wordt verstaan: 'een buiten de besloten ruimte van de inrichting liggend deel van het horecabedrijf waar sta- of zitgelegenheid kan worden geboden en waar tegen vergoeding dranken kunnen worden geschonken of spijzen voor directe consumptie kunnen worden bereid of verstrekt.'
In artikel 2.28 lid 2 is aangegeven dat de burgemeester de exploitatievergunning weigert indien de vestiging of exploitatie van het horecabedrijf in strijd is met het geldende bestemmingsplan.
Als een terrasvergunning (voor de openbare ruimte/verkeersbestemming) wordt verleend op grond van artikel 2.28 mag de betreffende bestemming zich, op grond van lid 2, dan ook niet verzetten tegen bedoeld gebruik. Het terras, i.c. dat deel van de bestemming 'Verkeer-Verblijfsgebied', maakt dan deel uit van diezelfde exploitatievergunning.
Om die reden wordt in de bestemmingsomschrijving 'Verkeer - Verblijfsgebied' expliciet opgenomen dat een terras ook binnen die bestemming valt. Die regeling geldt dan voor de hele bestemming 'Verkeer - Verblijfsgebied' en dus ook voor de locatie Havenstraat 7. Op die wijze wordt voldaan aan de uitspraak van de Afdeling, zowel in 'enge' als in ruime zin. Dezelfde regeling wordt toegepast voor de bestemming 'Verkeer-Parkeren'.
Om te voorkomen dat op basis van artikel 2:10a van de APV vergunning voor een terras moet worden verleend voor niet-horecabedrijven, is het terrassenbeleid bepalend. In het terrassenbeleid moet de koppeling van een terrasvergunning voor een horecabedrijf, dat ook als horeca is bestemd, dan ook gehandhaafd blijven.
Standplaats
Er is inmiddels een aantal gevallen waarin standplaatsvergunningen worden geweigerd, omdat een standplaats in de doeleindenomschrijving van de verkeersbestemming van dat betreffende bestemmingsplan niet expliciet was genoemd. Het innemen van een standplaats werd als strijdig met de bestemming beoordeeld. Ook in het bestemmingsplan Beschermd Stadsgezicht is een standplaats niet expliciet genoemd binnen de verkeersbestemming. Om daar alsnog in te voorzien worden standplaatsen binnen de bestemmingen 'Verkeer - Verblijfsgebied' en 'Verkeer - Parkeren' geregeld.
In bijlage 1 van de regels is artikel 27, 'Verkeer - Parkeren' en artikel 28, 'Verkeer - Verblijfsgebied' van het bestemmingsplan toegevoegd na aanpassing van deze 1e partiële herziening.
Procedure
Omdat sprake is van een uitspraak van de Afdeling Bestuursrechtspraak waaraan moet worden voldaan, en eveneens sprake is van een ondergeschikte aanpassing, is besloten om de inspraak over deze herziening te laten vervallen. Het ontwerpbestemmingsplan wordt daarom direct voor de zienswijzenprocedure ter visie gelegd.