direct naar inhoud van Artikel 10 Algemene aanduidingsregels
Plan: Uitbreiding IKEA, bedrijventerrein Nieuwgraaf Duiven
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0226.BPNIEUWGRAAF002-VS01

Artikel 10 Algemene aanduidingsregels

10.1 geluidszone - industrie
10.1.1 aanduidingomschrijving

De gronden ter plaatse van de aanduiding 'geluidszone - industrie' zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor de bescherming en instandhouding van de geluidsruimte in verband met de nabijheid van een inrichting als bedoeld in artikel 41 van de Wet geluidhinder.

10.1.2 bouwregels

In afwijking van het bepaalde bij de andere bestemmingen is het oprichten van nieuwe geluidsgevoelig bebouwing uitgesloten.

10.1.3 geluidgevoelige bebouwing

Onder geluidgevoelige bebouwing wordt het volgende verstaan: woningen, onderwijsvoorzieningen, ziekenhuizen, verpleeghuizen en andere gezondheidsgebouwen, woonwagenstandplaatsen en woonschepen c.q. ligplaatsen voor woonschepen.

10.2 veiligheidszone - lpg
10.2.1 aanduidingomschrijving

De gronden ter plaatse van de aanduiding 'veiligheidszone - lpg' zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor de bescherming van het woon- en leefklimaat in verband met een lpg-installatie.

10.2.2

In afwijking van het bepaalde bij de bestemming 'Bedrijf - 1' (artikel 3) zijn op de in artikel 10.2.1 bedoelde gronden geen nieuwe kwetsbare en beperkt kwetsbare objecten toegestaan.

10.2.3 bouwregels

In afwijking van het bepaalde bij de bestemming 'Bedrijf - 1' (artikel 3) mogen geen nieuwe gebouwen worden gebouwd ten behoeve van de in artikel 10.2.2 genoemde functies.

10.2.4 ontheffing van de bouwregels

Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van het bepaalde in de artikelen 10.2.2 en 10.2.3 voor het toestaan van de in artikel 10.2.2 genoemde functies en het bouwen van gebouwen ten behoeve van die functies voor zover in overeenstemming met de andere bestemming, mits ter plaatse een aanvaardbaar woon- en leefklimaat kan worden gerealiseerd.

10.3 wijzigingsbevoegdheid

Burgemeester en wethouders kunnen het plan wijzigen voor:

  • a. het verplaatsen of verkleinen van het aanduidingsvlak veiligheidszone - lpg in verband met het verplaatsen van het lpg-vulpunt c.q. het verkleinen van de lpg-doorzet, mits het woon- en leefmilieu van de aangrenzende gronden niet verslechtert;
  • b. het verwijderen van de aanduiding 'veiligheidszone - lpg', mits het gebruik van de gronden en bouwwerken ten behoeve van de lpg-installatie wordt beëindigd.