direct naar inhoud van Artikel 21 Algemene aanduidingsregels
Plan: Tracébesluit A50
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0209.bptracebesluitA50-va01

Artikel 21 Algemene aanduidingsregels

21.1 milieuzone - hydrologische beschermingszone

Ter plaatse van de aanduiding 'milieuzone - hydrologische beschermingszone' geldt ter bescherming van de waterhuishoudkundige situatie en de voorkomende natuurwaarden, het volgende:

21.1.1 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of werkzaamheden
  • a. Omgevingsvergunningplichtige werken en werkzaamheden
    Het is verboden om zonder omgevingsvergunning van het bevoegd gezag de volgende andere werken of werkzaamheden uit te voeren:
    • 1. verzetten van grond van meer dan 100 m3 of op een diepte van meer dan 60 cm onder maaiveld een en ander voor zover geen vergunning vereist is in het kader van de Ontgrondingenwet;
    • 2. de aanleg van drainage ongeacht de diepte tenzij het gaat om vervanging van een reeds bestaande drainage;
    • 3. het verlagen van de waterstand anders dan door middel van het graven van sloten of het toepassen van drainagemiddelen, met uitzondering van grondwateronttrekkingen;
    • 4. het aanbrengen van niet-omkeerbare verhardingen en/of verharde oppervlakten van meer dan 100 m2 anders dan een bouwwerk.
  • b. Uitzonderingen vergunningplicht
    Het in a vervatte verbod geldt niet voor het uitvoeren van de volgende werken en werkzaamheden:
    • 1. zover de daar genoemde werken en werkzaamheden worden uitgevoerd binnen een bouwvlak;
    • 2. werken en werkzaamheden in het kader van het normale beheer en onderhoud, met uitzondering van permanente teeltondersteunende voorzieningen;
    • 3. werken en werkzaamheden, waarmee is of mag worden begonnen op moment van in werking treden van het bestemmingsplan.
  • c. Verlening
    De in a genoemde omgevingsvergunning wordt alleen verleend indien door die werken en/of werkzaamheden of door de daarvan direct of indirect te verwachten gevolgen de waterhuishoudkundige situatie niet onevenredig wordt of kan worden aangetast.
  • d. Advies waterstaatsgezag
    Alvorens te beslissen over een aanvraag voor een omgevingsvergunning als bedoeld in a wordt door het bevoegd gezag schriftelijk advies ingewonnen bij het ter plaatse bevoegde waterstaatsgezag.