Plan: | Hunnenweg 9 |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | omgevingsvergunning |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0203.4023-0002 |
Historie
Op 26 februari 2009 is bouwvergunning 953/99 voor een woning met garage en kantoor op de Hunnenweg 9 ingetrokken omdat dit bouwplan nooit is gerealiseerd. Tijdens de procedure voor het nieuwe bestemmingsplan Buitengebied 2012 is, naast een zienswijze, een verzoek vooroverleg ingediend om alsnog een woning te kunnen bouwen. De dorpsbouwmeester heeft 26 maart 2013 positief geadviseerd over het vooroverleg onder voorwaarde dat de woonbestemming meer in lijn komt te liggen met de andere bebouwing langs de Hunnenweg. Verschuiving van een bouwvlak is niet zomaar mogelijk. De gewenste verschuiving van het bestemmingsvlak "Wonen" op het perceel Hunnenweg 9 is in het bijzonder getoetst aan de aspecten "milieu" (ondermeer vanwege het naastgelegen agrarische bedrijf) en "stedebouw". De toetsing aan beide aspecten levert geen belemmering op voor de verschuiving, waardoor dit bestemmingsvlak in het vastgestelde bestemmingsplan Buitengebied 2012 20 meter richting de Hunnenweg is verschoven. Bovendien heeft de raad bij de vaststelling van plan Buitengebied 2012 besloten dat de woning een inhoud van 750 m3 mag krijgen en dat er 120 m2 aan bijgebouwen gerealiseerd mogen worden. Deze maten waren in de ingetrokken vergunning opgenomen omdat hiervoor extra oude agrarische bebouwing was gesloopt.
Per abuis zijn op de verbeelding van het bestemmingsplan Buitengebied 2012 de aanduidingen “maximum volume 750 m3” en “maximum oppervlakte 120 m2” niet verwerkt en is het bestemmingsvlak “Wonen” minder dan 20 meter opgeschoven naar de Hunnenweg.
Aanvraag
In de veronderstelling dat met de inwerkingtreding van het bestemmingsplan Buitengebied 2012 de omgevingsvergunning verleend kon worden is op 17 juli 2013 een aanvraag om omgevingsvergunning (dossiernummer 8798) ingediend voor het bouwen van een woning van 750 m3 met een bijgebouw van 120 m2 op het perceel aan de Hunnenweg 9 in Voorthuizen.
Om bovengenoemde omissie te herstellen is besloten via een buitenplanse afwijking met toepassing van artikel 2.10 lid 2 en artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (hierna: Wabo) van het bestemmingsplan medewerking te verlenen aan deze aanvraag om omgevingsvergunning.
Voor de realisatie van het plan is een omgevingsvergunning vereist voor de activiteiten:
- het bouwen van een bouwwerk (op grond van artikel 2.1, lid 1, onder a van de Wabo) én
- 'planologisch strijdig gebruik' (op grond van artikel 2.1, lid 1, onder c van de Wabo).
Het plangebied ligt ten noordoosten van de kern Voorthuizen en is kadastraal bekend gemeente Voorthuizen, sectie E, nummers 537. Het plangebied wordt aan de zuidwestzijde begrensd door de agrarische bebouwing aan de Hunnenweg 7. Aan de oostzijde ligt de golfbaan van Edda Huzid. Aan de noord(westzijde) liggen op enige afstand nog 2 woningen. Onderstaande afbeeldingen geven de ligging van het plangebied weer.
Afbeelding 1 en 2 Locatie en luchtfoto Hunnenweg 9 in Voorthuizen
Het plangebied ligt in het bestemmingsplan "Buitengebied 2012" en heeft de bestemmingen 'Wonen' en 'Agrarisch' (zonder bouwvlak) en 'Waarde - Archeologie 1'. Realisatie van (een klein gedeelte van de) bijgebouwen buiten de woonbestemming is niet toegestaan. Bovendien is de aangevraagde woning 750 m3 en oppervlakte aan bijgebouwen 120 m2. Dit is beide meer dan is toegestaan.
Het bestemmingsplan "Buitengebied 2012" zijn geen mogelijkheden opgenomen die uitvoering van voorliggend plan mogelijk maken. Daarom is een projectafwijkingsbesluit noodzakelijk (artikel 2.12, lid 1, onder a, onder 3º, van de Wabo).
Afbeelding 3 Fragment bestemmingsplan "Buitengebied 2012" (vastgesteld)
De procedure voor het verlenen van een omgevingsvergunning is door de wetgever geregeld. De procedure die vooraf gaat aan het nemen van een besluit op de ingediende aanvraag is de uitgebreide voorbereidingsprocedure nu er sprake is van een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, waarbij toepassing wordt gegeven aan artikel 2.12, eerste lid, sub a, onder 3° van de Wabo. Dit betekent onder meer dat er eerste een ontwerp-besluit ter inzage wordt gelegd voordat er een definitief besluit wordt genomen.
Op de voorbereiding van een omgevingsvergunning die wordt verleend met toepassing van artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3°, van de Wabo is artikel 3.1.1. van het Bro van overeenkomstige toepassing (artikel 6.18 Besluit omgevingsrecht).
Het Besluit ruimtelijke ordening (artikel 3.1.1) geeft aan dat burgemeester en wethouders bij de voorbereiding van het plan overleg voeren met de besturen van betrokken gemeenten en waterschappen en met die diensten van provincie en Rijk die betrokken zijn bij de zorg voor de ruimtelijke ordening of belast zijn met de behartiging van belangen welke in het plan in het geding zijn.
Belangen van omliggende gemeenten zijn bij dit plan niet in het geding.
Op grond van artikel 3.1.1, tweede lid van het Bro kan worden afgezien van overleg in door de provincie en het Rijk aangegeven gevallen. Gelet op de brief van het ministerie van Infrastructuur en Milieu heeft geen vooroverleg plaatsgevonden, aangezien de Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) geen adviserende en coördinerende rol meer heeft met betrekking tot de advisering over een voorontwerp betreffende gemeentelijke ruimtelijke plannen.
Er is geen sprake van een provinciaal belang. Gelet op artikel 6.12, eerste lid Bor is de kennisgeving van het ontwerpbesluit (met bijbehorende stukken) toegestuurd aan de provincie.
Toezenden ontwerpbesluit
Met betrekking tot een aanvraag ten aanzien van activiteiten als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, waarbij toepassing wordt gegeven aan artikel 2.12, eerste lid, sub a, onder 3°, van de Wabo, zendt het bevoegd gezag het ontwerpbesluit met de daarop betrekking hebbende stukken die redelijkerwijs nodig zijn voor de beoordeling van het ontwerp, toe aan gedeputeerde staten en de inspecteur. Gelet op bovenstaande is de kennisgeving enkel aan gedeputeerde staten gestuurd.
Zienswijzen
Het ontwerpbesluit (met relevante stukken) heeft van 20 december 2013 tot en met 30 januari 2014 ter inzage gelegen. Gedurende deze periode heeft een ieder de mogelijkheid gehad om een zienswijze naar voren te brengen. Er is één reactie ingediend.
Deze reactie heeft geleid tot aanpassing van de bij het plan behorende tekeningen. De Nota Zienswijzen is als bijlage 1 toegevoegd.