vastgesteld |
NL.IMRO.0203.4016-0002 |
Onder een 'geurgevoelig object' wordt verstaan: een gebouw, bestemd voor en blijkens aard, indeling en inrichting geschikt om te worden gebruikt voor menselijk wonen of menselijk verblijf en die daarvoor permanent of een daarmee vergelijkbare wijze van gebruik, wordt gebruikt. De Wet geurhinder en veehouderij geeft gemeenten de mogelijkheid om gebiedsgericht beleid vast te stellen door middel van een geurverordening. De standaardnormen zoals opgenomen in de wet mogen binnen een bandbreedte naar boven en beneden worden bijgesteld. Op 7 oktober 2008 heeft de raad de Geurverordening vastgesteld. Deze verordening trad in werking op 18 oktober 2008. Buiten de gebieden die zijn genoemd in de Geurverordening gelden de standaardnormen uit de Wet geurhinder en veehouderij.
Het onderhavige plan voorziet in de realisatie van een waterskibaan met bijbehorende voorzieningen, waaronder een ontvangstgebouw waar voor een groot deel van de dag mensen verblijven. Dit nieuwe gebouw dient als een geurgevoelig object te worden aangemerkt. Voor deze omgeving geldt conform de gemeentelijke geurverordening een geurnorm c.q. toetsnorm van 14 odeur units (ou). In het kader van het aspect geur is bekeken of de geurcontouren van omliggende agrarische bedrijven een belemmering vormen voor het plan. In de omgeving van het plangebied is een aantal agrarische bedrijven aanwezig met bijbehorende geur-/hindercontour ingevolge de Wet geurhinder en veehouderij. Deze agrarische bouwpercelen liggen allen op grote afstand van het plangebied. Bovendien zitten de aanwezige bedrijven reeds op slot vanwege andere (dichterbij gelegen) geurgevoelige objecten of ze worden er eerder door belemmerd.
Het aspect geur vormt geen belemmering voor de uitvoering van voorliggend plan.